Staatkundig overzicht.
BUITENLAND.
Frankrijk
Engeland.
Italië.
Oostenrijk.
China.
BINNENLAND.
Mocht ot kon men de Amerikanen gelooven,
dan zou de vermeestering van Santiago plaats
▼inden hedcu nog of, bij een hardnekkige
verdediging door de Spanjaarden, na een dag
of acht op zijn hoogst, terwijl de Spanjaarden
hopen dat de stad 't zal kunnen uithouden
tot de aankomst der versterkingstroepen van
generaal Pando, die met geforceerde marscheD
aanrukt een verwachting die wel kans
schijnt te hebben verwezenlijkt te worden
hoewel de Amerikanen in drie kolonnen
oprukken over Altaris, Fitmeza en Jaragua
de 100000 man door maarschalk Blanco
afgezouden onder Pando, moeten van Man-
zanillo, waar zij vóór enkele dagen waren,
tot op 30 kil. van Santiago zijn genaderd.
Zij zouden te Holguin zijn en wel trachten
de insurgenten hen tegen te houden, doch
dit lijkt, in aanmerking genomen hun aantal,
hoogstwaarschijnlijk en indien alles meeliep,
zouden zij in vereeniging met generaal Lina
res' troepen de Amerikanen te lijf kunnen
gaan voordat de versterkingen der Yankees
uit Tampa er zijn (20000 man zijn te Tampa
in afwachting van hun inscheping naar Kuba's
zuidoostkust en Porto Rico en generaal Miles
heeft de bijzondere zorg ervoor op zich ge
nomen).
Generaal Wheeler zegt in zijn ambtelijk
rapport over het gevecht in de hinderlaag
(bij Juraguasito), dat de Amerikaansche ver
liezen hebben bedragen 22 dooden en tusschen
62 en 80 gekwetsten. Voorts zegt hij dat
vijf wagons met Spaansche gekwetsten naar
Santiago gezonden zijn, en nog veel Spaansche
gekwetsten hebben Santiago te paard of te
voet bereikt.
Luitenant-':olonel Roosevelt zegt dat de
Spanjaarden verwonderlijk goed scholen, en
dat zij voortdurend vuurden.
naar de Spaansche kust.
Het departement van marine te Washington
heeft het volgende beticht openbaar gemaakt:
Commodore Watson vertrekt aan boord van
de Newark om zich bij Sampson te voegen
en het bevel op zich te nemen over het
eskader pantserschepen met kruisers, ten einde
onmiddellijk naar de Spaansche kust te ver
trekken.
Nader maakt het departement van marine
een bulletin openbaar,waarin de samenstelling
wordt opgegeven van Watson's eskader
„eskader van het oosten» genaamd, dat be
staan zal uit de Newark, admiraalschip; de
pantserscheperi Ic wa en Oregon, de hulpkrui
sers YosemiteYankee en Dixieen drie
kolenschepen.
Het Engelsche slagschip Illustrious, dat ter
versterking van hel smaldeel iu de Middel-
landsche zee was bestemd, wordt nu naar
Lissabon gezonden. De Engelsche regeering
schijnt het voorzich'ig te achten, de middelen
ter bescherming van haar belangen in die
streek bij de hand te hebben; hetgeen haast
zou doen denken dat men te Londen een
coup de main van de Amerikanen tegen
Spanje zelf niet zoo onwaarschijnlijk vindt,
het Spaansche reserve eskader.
Het Spaansche smaldeel is in de haveu van
Port Saïd binnengekomen en wacht nadere
orders af. Het bestaat uit de Pelayode
Carlos Quinto, twee gepantserde kruisers, drie
torpedo-booten en vijf transportschepen met
4000 man.
Men gelooft dat in overeenstemming met
de neutraliteitsverklaringen, de door'ochïvan
het Suez-kanaal aan de vijftien schepen van
het eskader van Camara, die te Port Saïd
zijn aangekomen geweigerd zou worden
indien zij kolen vragen, en later meldt men
nog dat, tengevolge van het verzoek van den
Amerikaauschen consul de Egyptische
regeering tot nader order het eskader van
Camara niet veroorloven zal kolen in te nemen.
DE PHILIPPIJNEN.
Reuter's bijzondere correspondent seinde
den 23en van Manilla: Er is geen verandering
in den toestand. De opstandelingen zijn niet
verder gekomen. De Spanjaarden gaan voort
de vestingwerken rondom Manila met zakken
aarde te versterken. Ook planten zij palen
vau aangepunte bamboe in den grond. De
dagbladen gaan voort, de inboorlingen aan
aan te sporen zich bij de Spanjaarden aan te
sluiten. De Amerikaansche transportschepen
zijn niet aangekomen.
DE VREDE.
Uit Berlijn schrijft men, dal in weerwil van
alle pogingente Madrid aangewend om
zulke berichten tegen te spreken men
neemt aan dat de Spaansche regeering
langs dien weg het terrein wil verkennen
blijft men in diplomatieke kringen, naar 't
schijnt op vasten grond, van meening dat
Spanje verlangt naar een tusschenkomst van
de mogendheden, die tot vredesonderhande
lingen zou kunnen leiden en slechts een
geschikt tijdstip daartoe afwacht. De regeering
te Madrid schijnt te gelooven dat de openbare
meening in Spanje langzamerhand in znlk
een mate gewend geraakt is aan de gedachte
aan een althans gedeeltelijk verlies van de
koloniën, dal bij het nemen van een beslissing
het land voor ernstige beroeringen gespaard
zal blijven.
Men is in Oostenrijk over den toestand op
den Balkan zeer ongerust. Rusland laat dui
delijk bemerken dat het plannen koestert,
die de rust op het Schiereiland in gevaar
moeten brengen. In Bulgarije, Montenegro
en Servie is het in het geheim druk aan het
onderhandelen. Men zou zeggen dat dit de
onthullingen van de Frankfurter Zeitung over
een geheim Russisch-Oostenrijksch Balkan
verdrag vrij wel te niet doet. Rusland, dat
lang alle verbinding met Servie had afgebro
ken, heeft nu een nieuwen gezant Jadowski
gezonden. Koning Alexander tracht nu een
onderhoud voor zich en Milan te Sint-Peters
burg te verkrijgen. De czaar zal echter den
ex-koning niet ontvangen. Ook de sultan is
ongerust. Hij heeft althans aan de mogend
heden een nota verzonden, waarin hij beweert
dat de berichten over de onlusten in het
Albaneesch grensgebied sterk overdreven,
gedeeltelijk booze verzinsels zijn. Nu Turkije
zoo zijn best doet om Thessalie spoedig te
ontruimen, is deze houding van de Europee
sche, vooral de Russische pers, niet loyaal,
zegt de nota.
De Belgische zaakgelastigde in Berlijn
heeft aau de Chiueesche regeer, verzocht in
het contract met het Belgische spoorwegsyn-
dikaat op te nemen dat alle geschillen
tusschen China en het syndikaat zullen
wordeu gebracht voor den Franschen gezant.
China heelt echter ditmaal geweigerd. Het
zal in deze nu eens zelf zijn zaken afdoen.
„De suiker-conferentie te Brussel is
geëindigd, de regeeringen zullen nu verder
zelf de beraadslagingen voortzetten." Dit
bericht bedekt met wat ambtelijk omhaal de
feitelijke mislukking van de beraadslagingen.
Hoewel deze geheim waren, weet men mee
te deelen dat Frankrijk eu Rusland niet over
te halen waren de door allen gewenschte
regeling te onderteekenen.
Tot een internationale couventie waarop
de verlaging der telegramtarieven voor dag
bladen in internationaal verkeer besproken
zal worden, moet de Fransche minister van
handel het initiatief genomen hebben.
De Italia maakt deze lijst van de nieuwe
ministers openbaar: binnenlandsche zaken en
presidentschap Pelloux, buitenl. zaken Cane-
varo, oorlog San Marzano, marine Palumbo,
financien Vacchelli, schatkist Carcano, onder
wijs Bacelli. landbouw Fortis, openbare werken
Lacavo, justitie Finocchiaro.
De Kamer is tegen Zaterdag bijeengeroepen.
Aan de Indépendance beige wordt uit
Parijs de volgende lijst van ministers opgege
ven als de waarschijnlijke samenstelling van
het kabinet-Brisson
Binnenl. zaken en presidentschap Brisson,
jusiitie Sarrien, marine Lockroybuitenl.
zaken Delcassé, oorlog Cavaignac, onderwijs
Bourgeois, financien Peytral, koophandel
Maruejouls, landbouw Viger. De portefeuilles
van koloniën en openbare werken zijn nog
niet bestemd. De benoeming van de minis
ters zou Woensdag in de staatscourant ver
schijnen.
Aan de Times wordt uit Tokio geseind
Markies Ito heeft zijn ontslag ingediend. Ito
gaf tevens den keizer den raad het beginsel
van partijkabinctten te aanvaarden en aan
graaf Oloema en Itagaki op te dragen een
nieuw kabinet te vormen, met Itagaki als
minister-president, Oloema als minister van
financiën en Ito als minister van buitenland-
sche zaken. Ondertusschen bestrijdt een sterke
partij onder markies Jamagata het beginsel
van partijkabinetten en beveelt aan, dat Ja
magata het nieuwe ministerie vorme. Vermoe
delijk zal de keizer den raad van Ito opvolgen
Gevolgen der Breyfus-zaak
De heer Reinach, de bekende vurige ver
dediger van Dreyfus, is, naar aanleiding van
een scherp artikel over deze quaestie afgezet
als kapitein van het territoriale leger.
Kolonel Picquart is bij den Staatsraad in
verzet gekomen tegen de beslissing, waarbij
hij bi; wijze van disciplinairen maatregel op
pensioen gesteld is.
Men bericht dat sir Robert Kitchener, sirdar
van het Egyptische leger, naar Berber is ver
trokken tot het maken van toebereidselen voor
een onmiddellijk voortzetten van den veldtocht.
Dit geschiedt naar aanleiding van de berichten,
dat de kalief Omdourman zijn laatste sterkte,
zou verlaten hebben, om zich naar het Zuiden
terug te trekken, in de richting van El Obeid,
waar Hicks pacha verslagen werd. Deze
terugtrekkende beweging staat gelijk met een
kapitulatie en dit is de reden voor de onmid
dellijke hervatting van den veldtocht, die tot
het midden van Augustus was uitgesteld.
Het is dikwijls zoo moeilijk te beseffen
dat wij in de 19de eeuw leven en dat onze
tijd verlicht is. Het verhaal, dat wij nu weder
hebben gelezen van de ontdekking, door een
Milaneesch politieagent gedaan, herlevendigde
in onzen geest de herinnering aan een ver
telsel uit den ouden tijd, heel, heel lang
geleden.
In de Alpen van Bergamo, op een eenzame
eu woeste plek bii het dorp Monterone staat
een enkele herberg waar een moordenaars
bende haar tenten had opgeslagen. De
onvoorzichtige reiziger, die er afstapte, kwam
er niet levend weer uitdes nachts werd hij
in bed gewurgd; zijn lijk werd in een naburige
kalkgroeve geworpen en zijn bezittingen wer
den te gelde gemaakt.
Het gedoe werd ontdekt door een ver
momden agentdie op dieven uit was. De
man nam zijn intrek in de herberg en daar
het gedrag van den waard hem verdacht
voorkwam, bleef hij in zijn kamer opzitten.
Omstreeks één uur kwam de waard door een
geheime deur binnen. Toen hij echter den
agent wakker en gewapend vond, veront
schuldigde hij zich en droop af. Den volgenden
dag werd de man in hechtenis genomen en
weldra bekende hij een reiziger te hebben
vermoord, die verleden jaar 'in den omtrek
van Monterone spoorloos was verdwenen.
Vermoedelijk heeft hij twee jaar voor dezeu
nog een anderen reiziger op dezelfde wijze
doeu verdwijnen.
Dezer dagen had te Weenen een eigenaar
dige plechtigheid plaats een défilé van 70.000
schoolkinderen voor den keizer ter gelegenheid
van diens vijftigjarig jubilé- In de Ringstrasse",
waar behalve het keizerlijk paviljoen, tribunes
voor den gemeenteraad waren opgeslagen,
trokken de kinderen voorbij. Toen de stoet,
die anderhalf uur lang was, in het gezicht
kwam hield burgemeester Lueger een toe
spraak, die de keizer beantwoordde. Daarna
hieven duizend kinderen, die op een tribune
over het keizerlijk paviljoen hadden plaats
genomen, een feestlied aan Onder de tonen
van deze zang, naderden de eersten vhn den
kinderoptocht. De keizer was zeer opgewekt
en knikte de kinderen voortdurend toe.
In zijn toespraak tot den burgemeester
toonde de keizer droevige outroering. De
kinderen, zei hij, mogen nu en voortaan in
trouw en vertrouwen op den keizer rekenen,
hij zal hun een evengroot vertrouwen en
oprechte deelneming schenken. Ik dank u,
vertegenwoordigers van mijn Weenen, ouders
en leeraren die mij dezen schooneu dag bereid
hebt.
Aan de Times wordt uit Hongkong geseind:
De Franschen ontmoeten veel verzet van de
Ch.neezen in Kwang tjoe-wan. De Chineesche
loods, die de Fransche oorlogsschepen binnen
gebracht had, werd door zijn landgenooten
gedoodzijn familie werd mishandeld; de
Franschen worden geboycot.
Een samenzwering is te Matao, in het
Kwan toengsche ontdekt. Dru vrienden van
Soen ja-tsen zijn gearresteerd.
WAALWIJK, 28 Juni 1898.
Conecrt van l'Espéranee.
Ongunstig weder was ook verleden Zondag
oorzaak, dat het concert, gegeven door de
Harmonie l'Espérarce iu den tuin van den
heer Chr. Appals, niet zoo druk bezocht was,
als anders waarschijnlijk 't geval zou geweest
zijn. Maar zij, die het hebben bijgewoond,
hebben ontegenzeggelijk een groot muzikaal
genot gesmaakt. De verschillende nummers
van het keurig samengesteld program werden
zeer goed ten gehoore gebracht. Vooral
was dit het geval met de „Grande fantaisie
sur 1'opéra Lohengrin van Wagner, en het
Potpourri sur l'opéra Jéruzalem, van Verdi,
die beide oveiheerlijk klonken eu uitbundig
werden toegejuicht. Velen hoorden wij dan
ook den wensch uiten deze nummers ge
durende dit seizoen nog meermalen te hooren.
Een afzonderlijk compliment verdienen de
heeren Verijen en Dreese voor de schoone
polka voor twee pistons Friquet Friquette
van Maeck, en de heer Zweep voor het schoone
lied uit Lohengrin. Ook deze twee stukken
zullen zeker bij volgende uitvoeringen gaarne
nogmaals gehoord worden.
Een woord van dank aan al de werkende
leden en bijzouder aan den ijverigen directeur
van l'Espérance voor het geschonken kunst
genot zal hier zeker niet misplaatst zijn.
l'Espérance.
Hoe hoog de harmonie „l'Espérance" van
Waalwijk, ook buiten onze gemeente staat
aangeschreven, kan opnieuw blijken uit het
feit, dat gisteren een afgevaardigde uit Go-
rinchem haar is komen uitnoodigen om op
15 September a. s. bij het vieren der inhul
digingsfeesten in die stad, een grort concert
te geven.
Wij feliciteeren l'Espérance metdeze onder
scheiding, in de overtuiging, dat zij ten volle
zal beantwoorden aan de goede opinie, die
men blijkbaar ook in Gorinchem van haar
koestert.
Be ileusdenscke kwestie.
Krachtens machtiging der koningin regentes
heeft de minister van binnenl. zaken, naar
aanleiding der weigering van den burgemee
ster van Heusden om uitvoering te geven aan
het besluit van den raad dier gemeente van
7 April, waarbij J. H. Verhoeven te Breda
benoemd is tot hoofd der openbare lagere
school aldaar, aan den burgemeester mede
gedeeld, dat er geen termen bestaan voor
vernietiging.
Na gezette overweging, zoo schrijft de
minister, komt het mij toch voor, dat de
gemeenteraad, ook na afloop van den termijn
van zes maanden, genoemd in het 2e lid van
art. 32 der wet op het lager onderwijs, be
voegd blijft het hoofd der school te benoemen.
In overeenstemming met het gevoelen van
gedepute rde staten van Noord Brabant, ben
ik van meening, dat de in die wetsbepaling
aan gedep. staten toegekende bevoegdheid
tot benoeming geene andere bedoeling heeft,
dan om dat college in staat te stellen, han
delend op te treden in geval van onwil van
den gemeenteraad om tot benoeming over te
gaan. En van zoodanigen onwil is in casu
geen sprake.
Bc Sultan van Siak en de Koninginnen.
Omtrent de ontvangst van den Sultan van
Siak door HH. MM. de koninginnen op het
lustslot te Soestdijk deelt de Prov. Geld. en
Nijm. Ct. het volgende mede
De Sultan was voor deze gelegenheid ge
kleed in een schitterend gala-kostuum, in het
snit eenigszins gelijkend op het groot tenue
van de marine-officieren. Z. H. droeg een
geheel met goud geborduurde gesloten jas,
mei opstaanden gouden kraag en gouden
epauletten, waarvan de bladen geheel met
diamanteu waren bezet. Daarover en éc'narpe
een breeden massief gouden band met dia
manten, alsmede een gouden buikgordel met
schitterend diamanten slot, waaraan een kost
bare gouden sleepsabel met diamanten heft
bevestigd was. De pantalon was van dezelfde
stof als de gala-rok en van een gouden galon
voorzien. Het hoofddeksel bestond uit een
zwarte muts met gele staande pluim, omgeven
door diamanten figuur. Om den hals, aan
den boord bevestigd, droeg de Sultan verder
nog een kostbaar diamanten versiersel. Het
geheel maakte een zeer rijken doch tevens
zeer gedistingeerden iudruk, waartoe ook het
sympathieke uiterlijk van den Indischen vorst,
die zich met veel gemak in dit gala-gewaad
bewoog, meewerkte.
Aan het station Baarn, waar de trein om
2 uur 14 min. arriveerde, werd de Vorst
ontvangen door den adjudant v.an dienst en
den eersten stalmeester van HH. MM., die
Z. H. namens de Koninginnen complimen
teerden. Iu twee gereed staande hofrijtuigen
het eerste met vier paarden -- werden
de Sultan en zijn gevolg naar het lustslot
Soestdijk gereden en aldaar aan den ingang
ontvangen door den Hofmaarschalk, die Z.
H. geleidde naar de voor hem bestemde
appartementen, alwaai den Sultan gelegenheid
werd geboden zich te veifrisschen. Kort
daarna werd de Sultan bij de Koninginnen
aangediend en na de voorstelling en eerste
begroeting uitgenoodigd naast H. M. de ko
ningin op een fauteuil plaats te nemen. De
heer Schouten fungeerde als tolk bij het on
derhoud, dat ruim een kwartier duurde. Tijdens
de audienne bood de Sultan aan H. M. de
Koningin het hieronder beschreven geschenk
aan, H. M. aanvaardde dit prachtige geschenk,
dal door dc beide in livrei gekleede bedienden
van den Sultan binnengedragen werd, met
Hare bekende minzaamheid.
Na afloop der audiëntie werd de Sultan op
dezelfde wijze naar zijne appartementei te
ruggeleid en kort daarna met hetzelfde
ceremonieel, na een rijtoer door de omstreken
naar het station Baarn gereden, van waar de
terugtocht naar Nijmegen werd aanvaard.
Het geschenk bestaat uit een fraaien 'oli
fantstand, die omsjingerd en gevuld met
Indische bloemen en vruchten, zich als een
indrukwekkende hoorn van overvloed uiteen
rotsaentigea grond verheft en aan zijn voet
is omgeven van Indische herten. Rotsgrond
en versieringen zijn smaakvol gegroepeerd
eu kunstig in zwaar zilver gemodelleerd eu
gedreven, op levendige wijze met vermeil
afgezet.
Een en ander rust op een voetstuk van
goudgeel fluweel, waarop aan de voorzijde
in een zilver schild de opdracht prijkt„Aan
hare Majesteit Koningin Wilhelmina. Hulde
blijk van Jang die Pertoean Cesar Sharif
Hasjim Abdul Djalil Sjaifoedin, sulthan van
Siak Sri Indrapoera 25 Juni 1898".
Na de audiëntie maakte de sultan, die
opgetogen was over de ontvangst ten Hove,
een rijtoer door Baarn in de Koninklijke
rijtuigen.
De Sultan van Siak vertrekt Maandag
middag te 12 u. 12 naar Antwerpen,
waar hij zijn intrek zal nemen in het hótel
St. Antoine en eukele dagen denkt door te
brengen. Vervolgens gaat hij naar Brussel eu
keert waarschijnlijk vandaar naar hier terug
om vervolgens de reis te maken naar Londen
en Parijs.
De Sultan is opgetogen over zijne ontvangst
bij H.H, M.M. de KoDingiunen te Soetstdijk.
Hagelslag.
Uit Dinxperlo wordt van 23 Juni aan de
Arnh. Ct. gemeld
Gisterenmiddag is ons dorp op treurige
wijze door een hevigen hagelslag geteisterd.
Nadat de temperatuur den geheelen dag
benauwend warm was, kregen we tegen 4
uur een verfrisschenden regenstroom, die de
goten deed overloopen. De regen hield op,
en een elk deed moeite om het overvloedige
water te do-:n wegstroomen, in de meening,
dat we het er best mede konden doeu. Om
halfzes reeds werd het donker. Voorzichtige
moeders zagen hierin een voorteeken dat >r
nog een pak aan de lucht zat, dat voorde
ruiten wel schade kon doeu. En wer^Iijk,
een hevige storm, gepaard met een hagel
jacht, kwam neer, en richtte zulke örwoes-
tingen aan, dat menig landbou^r er het
heele jaar over kan treuren. De waar
over zoo geroemd werd, boone en aardap
pelen, ze zijn geheel vernield ^an verschil
lende huizen werden de rui'n vcrbryzeld, eu