Nummer 74. Zondag 18 September 1898. Tweede Blad. Staatkundig overzicht. BUITENLAND, Frankrijk. FEV1LLETOX. Engeland. Duitschland. Zwitserland. Italië. Oostenrijk-FIongarije. Vervolg Nieuwsberichten. ™rrlngen' dG, Wi0ke,s ware» gesloten. Hel dichtopeengepak'c publiek aan weers- rVu001 pLg W°rden bij8ezet naast he* V Er is climax in de verrassingen, welke der beschaafde wereld van I^rankrijks hoofdstad uit worden bereid Wat is er in de jongste veertien dagen al niet geschied Commandant Esterhay uit den dienst ont slagen op advies van den raad van onderzoek kolonel Henry in hechtenis genomen en dood generaal De Boisdeflfre afgetreden als chef van den generalen staf; Cavaignac afgetreden als minister van oorlog en kolonel Du Paty de Clam op non-activireit gesteld. En dan de voo!uitzichten voor de allernaaste toekomst Eeu kabinetscrisis is mogelijk, zij 't dan al niet onvermijdelijkeen minislerieele crisis door de aftreding van generaal Zurliuden als minister van oorlog is zoo goed als zeker en een presidentieele crisis is dreigende aan den horizont. Tegenover dezen chaos, tegenover dezen wilden stroom van opzien barend, wereldberoerend nieuws, vergeet men bijna de traditioneele vraag te stellen Woidt het Dreyfus-proces herzien Wel worden bij nota van Havas de mede- deelingen der bladen aangaande de voorvallen in den kabinetsraad van Maandag op het Elysée onjuist geheeten en wordt in deze nota in 't bijzonder gelogenstraft het bericht dat president Faure op eenigerlei wijs heeft ingegrepen in de D; eyfus-zaak, doch de Soir verzekert.dat de president der Republiek een herziening der Dreytus-zaak zal tegenhouden zoolang hij op het Elysée zetelt. Zoo wordt dan ook Faure's te kwader ure besloten inmenging in de Dreylus-zaak, tot punt van uitgang genomen voor allerlei be schouwingen en tot bazis voor een lange reeks mogelijkheden met n:et minder dan een presideutieele crisis in 't verschiet. Faure, zoo heet 't, zal de herziening van het Dreyfus-proces ook in de toekomst be st-rijden in verband met de beschuldigingen tegen generaal Mercier en tegen de leden van den krijgsraad 1894 ingebracht, heeft Fel:x Faure zich eensklaps herinnerd dat hij opperbevelhebber van 't leger ismocht het kabinet de herziening decreteereu (Brisson, de premier wordt telkens weer gezegd vast besloten te zijn de zaak door te zetten ondanks alles en allen) dan zou Faure bij gemotiveerde Boedschap aan het Parlement zijn ontslag nemen zich onverwijld opnieuw candiriaai stellen voor het presidentschap om aldus uit gemaakt te zien wat de Nationale vergadering wil wordt hij herkozen, dan is de meerder heid tegen herziening, valt hij, dan moet de herziening als gewenscht aangemerkt worden. De Kretaquestie verkeert opnieuw in een kritiek stadium in verband met den eisch, dat de I urksche ongeregelde troepen onver wijld zullen aftrekken en met het ten aanzien van de overgave van Canclia door de admiraals aan Edhem pacha gestelde uitimatura. Wel zijn ingevolge het nieuwe ultimatum van den Engelschen admiraal tot ontwapening der Muzelmannen en tot verwoesting der huizen, waaruit geschoten is op de Engelsche troepen, een veertigtal gebouwen met den grond gelijk gemaakt, doch van Turksche zijde bl jft men aandringen op uitstel en de admiraals hunner zijds hebben bij hun regeeringen opnieuw geageerd voor een spoedige en radicale op lossing der moeielijkheden. De mogendheden hebben weer eeu nieuwe oplossing voor de Kretenzer quaestie bedacht. De Agenzia Italiana deelt daaromtrent het volgende mede.- De Turksche troepen zullen het eiland verlaten. Er zal een gouverneur worden benoemd onder bescherming der mo- genheden. Den Muzelmannen zal een termijn worden gesteld, binnen welken zij hun eigen dommen, van de hand kunnen doen en is deze termijn verloopen, dan wordt tot gedwon gen verkoop overgegaan. De Mohammedanen, die afstand doen van de Turksche nationaliteit en zich onderwerpen aan de nieuwe regeering, kunnen in het bezit van hun goederen blijven. Voorloopig schijnt de neiging om krach'ig op te treden nog wel voor ie zitten. Engeland en Frankrijk hebben reeds aanvullingstroepen naar Kreta gezonden uit Odessa zijn hondeid man infanterie en 25 bereden gendarmen naar Kreta vertrokken, terwijl nog meer trrepen zullen volgen en te Napels zijn 622 man infanterie met een batterij artillerie scheep gegaan. Bovendien hebben een bataljon iufan terie en honderd Alpenjagers bevel gekregen zich gereed te houden. Djewad Pasja heeft aan den Engelschen admiraal doen weten, dat er drie en veertig schuldigen zijn gevangen genomen. Op ver langen van den Sultan en onder toestemming van de gezanten te Konstantinopel zullen deze schuldigen voor de internationale commissie moeten terechtstaan. naar Fasjoda gestoomd is, om dit belangrijke verbindingspunt tusscheu Fransch Midden- Afrika en Abessinie voor Frankiijk in bezit te nemen. SINT-THOMAS, 15 September. Zaterdag heeft een wervelstorm de eilanden St. Vincent, St. Lucia, Guadeloupe en Barbados verwoest. Driehonderd menschen zijn omgekomen, 20000 zijn zonder dak op St. Vincent, welks hoofd plaats Kingstown geheel verwoest isop Barbados zijn 200 menschen gedood en 40,000 zonder dak. LONDEN, 15 September. De minister van koloniën heeft telegrammen omvangen, weike de schrikkelijke berichten over den wervel storm in West-Indië volkomen bevestigen. De storm heeft tien uren geduurd. Juis»e bijzon derheden zijn onmogelijk te krijgen, doordien de verkeersmiddelen overal verbroken zijn. Op St. Lucia is bijna geen enkel huis onbe schadigd geblevenvele zijn vernield. Op Barbados weet men tot nu dat 51 menschen gedood en 31 gekwetst zijn; 2000 woningen zijn er vernield. 46 19 Met zulke ernstige zaken schertst men nimmer, mijnheer de majoor. Ja, ik wil liet eerliik bekennen er is een oogenblik geweest, waaróp die gedachte mij dreigde te verpletteren, doch ik wilde niet laf en wreed zijn.... Mag men de kin deren laten boeten voor de afdwalingen hunner ouders, of omgekeerd? Is dat niet onrechtvaardig niet onmenschelijk. En ik, mijnheer Beran, ben' ikzelf niet de zoon van iemand, die zich door misdadige middelen heeft meester gemaakt van een erfenis En toch biedt gij, voormalig Prui sisch officier, mij de hand uwer dochter aan Ben ik dan beter dan Frans Arnold, wiens vader zich een luttel bedrag in geld toeeigende Integendeel Arnolds vader werd door den nood gedreven, hi handelde in een toestand van vertwijfeling Bil mijn vader was het slechts hebzucht, gouddorst verlangen naar onafhankelijkheidYVie van die belden verdient een strenger vonnis? Oordeel nu zelf I De majoor wist niets te antwoorden. Ora ziine verlegenheid te verbergen liep hij met groote schreden in het salon heen en weder. Op dit oogenblik trad er zacht een lakei binnen. Mijnheer de baron, de lieer Bniuning wenscht u te spreken. Ah het zal mij zeer aangenaam zijn Laat mijnheer dadelijk binnenkomen. En toen de advocaat binnentrad, zagen beide heeren hem in groole spanning aan. Zij vermoedden dat hij belangrijk nieuws medebracht. Nauwelijks hadden zij elkander begroet, of de rechtsgeleerde zeide op bijna triomfantelijken toon Mijnheer Baran Frans Arnold, de verloofde van uwe dochter, is onschuldig aan den diefstal, le Paiijs hebben 18 a 20.C 00 aardwerkers, werkzaam aau den spoorweg Courcelles Ciiamp de Mars en op de terreinen der tentoonstelling, het werk gestaakt. Zij eischen een loonsverhooging van 50 tot 60 centimes per uur. Hoe onzeker de zaak dus nog is, bet mag wel de aandaci t trekken dat zoowel in En geland als in Frankrijk de onderstelling, dat Marchand's expeditie te Fasjoda aangekomen is, bijna algemeen geloot vindt. Dat de Belgen zich zoo ver ten noorden van Redzjaf zouden gewaagd hebben, is uiterst onwaar schijnlijk. Evenzoo kan men haast niet aan nemen dat Menelik, die nog pas een verdrag gesloten heeft met Rennell Rodd, zich in een openlijk conflict met Engeland zou begeven. En daarenboven komt zoowel met den tijd als met het doel van Marchand's expeditie de onderstelling volkomen overeen, dat deze inderdaad zijn stoomboot Faidherbe bij Mesjra-er-Rek te water heeft gelaten - en waarvan men hem had beticht men heeft den waren dief ontdekt. God zij gedanktriep Raming. Wat zal Magda gelukkig zijn Doch majoor Beran wendde zich, af, zon der iets te zeggen, en begon met groote heftig heid een marsch op de vensterruiten te trom melen. Om Braur.ings lippen speelde een glimlach hij vond het een goed teeken, dat de oude sol daat niet driftig was begonnen uit te varen. Men zal hem elke voldoening verschaffen die men iemand in zulk een ernstig geval met mogelijkheid kan geven. Men zal hem aan een bank te Weenen een schitterende positie aanbie den en de zwaar beproefde jonge man verdient dat ten volle. Hij is bekwaam, heeft karakter is eerlijk en onomkoopboar. Zijn toekomst is ver zekerd. Het tempo van den marsch werd steeds ge matigder en zachter, tot langzamerhand de me lodie geheel wegstierf. En nu keerde majoor Beran zich om, en voegde zich weder bij de andere heeren. Er lag een eigenaardige uitdrukking op dat oude kriigsmans- geiaat. Mijnheer de baron, zeide hij, gij kunt u verzekerd houden van mijne bijzondere hoogach tingVergeet mijne dwaze plannen van zoo even Maar ontlast mij van een ernstige zorg. Waar zijt gij voornemens heen te gaan? Ik zal hier in den omtrek een klein land goed koopen ik bezit nog een niet onaardig kapitaal, dat ik van mijne grootouders erfde. Daar zal ik met mijne Magda gelukkigen tevre den leven. En om het oordeel der wereld bekom mer ik mij niet de ondervinding heeft mij geleerd, dat de openie der menschen niet altijd de ware is. Nu dan zult gij ongetwijfeld gelukkig zijn, baron. En nu zag de majoor den advocaat aan en vervolgde: En gij, mijnheer Brauning, zult wel zoo goed willen zijn mij bij Frans te bren gen. Ik geloof, dat ik hem niet heel ver van u fe Spandau is een houten keet, waarin 50 Italiaansche arbeiders woonden, Woensdag nacht met petroleum begoten en in brand gestoken De Ita'ianen werden wakker, blusch- ten het vuur en schoten hun revolvers af op de vluchtende daders. Ook werd getracht een gemeenteschool in brand te steken. De daders zijn vermoedelijk stakende arbeiders. LAUSANNE, 15 September De politie heeft de anarchisten Gualducoi en Barbotti gevangen genomen, en onder beschuldiging van medeplichtigheid aan den moord op de Keizerin van Oostenrijk gepleegd, naar Genève overgebracht. In de laatste dageD zijn weder opruiende manifesten te Milaan verspreid, onderteekend door een revolutionair comité. Een zekere Siles die ze ronddeelde, is gearresteerd hij riep Leve de anaichie, dood aan den koning Bij het bureau waar hij werd binnengebracht, hoopte zich eenig volk op; er werden een paar steenen gegooid en de politie voerde een kleiue charge uit. Moord op de Keizerin van Oostenrijk. Woensdagmorgen om acht uur verliet de stoet die het stoffelijk overschot van keizerin Elizabeth naar het station van Genève zou begeleiden, hotel Beau-Rivage. Den vorigen dag was de kist geplombeerd en de akte opgesteld, waarin van den kant van Genève bevestigd werd dat het lijk in de kist was dat van de voor het Hotel de la Paix vermoorde persoon, dat de dokters geschouwd hadden en van den kant van de Oostenrijkers en Hongaren, dat het het lijk van de Keizerin en Koningin was. Later zal behoeven te zoeken. Ik moet met hem spreken. Kom maar met mij mede, majoor. En ik weel nog niet nog iemand, die ik van de onschuld van den jongen man zou willen in kennis stellen. Daarginder op de villa der Ilelldorfs. Mevrouw Lucienne moet het vooral ook weten. Een paar dagen later zat Paula Beran op hare kamer aan hare schrijftafel. Zij schreef een af scheidsbrief aan de eenige vriendin, die zij te Berlijn had, doch die thans met hare ouders uit de stad was. ik ben thans wat men noemt een rijke erfgename,-» schreef zij onder anderen. Maar dat maakt volstrekt niet gelukkig. Alleen verheugt het mij, ter wille van mijnen ouden vader. Gij weet, dat ik nooit heb opgehouden Frans Arnold lief te hebben. En nooit dit heb ik mijzelve en mijnen god gezworen zal ik de echtgenoote van een ander wordentot zoover was Paula met haren brief gevorderd. Doch op dit oogenblik hoorde zij voetstappen in de voorkamer. IJlings liep zij er heen de majoor stond vóór haar. Vader, eindelijk zijt gij dus weder hier! zeide zij half treurig, half verheugd. Ja eindelijk. En ik heb eenen bruidegom voor u medegebracht. Gij zult met den baron trouwen en alles is zoo goed mogelijk ge schikt Paula bleef volkomen bedaard. Bijna uitda gend wees zij naar den brief. Daar kunt gij lezen, wat ik zooeven heb geschreven. Ik schreef, dat ik nooit Och, wat laat uw bruidegom dat dan zelf maar lezen lachte de majoor. En wees r.u niet zoo onbeleefd, hem zoo lang te laten wach ten. Hij is vol verlargen, om zijne bruid te omhelzen. En nog voor Paula een woord kon spreken of haren vader kon afweren, had deze zijn arm om haar heen geslagen en marcheerde in den storm pas met haar naar de woonkamer. Zoo—neem ze nu ten tweede male, uwe bruid, die u absoluut niet wil liefhebben.... Maar het helpt niets, zij zagende de bisschop van Lausanne, door denkistgineSt Cn k00rknaPen omgeven, Op den weg dien de lijkstoet Woensdag volgde, hingen veel omfloerste vlaggen en nemendVan Wt?g WaS eerbiediê en deel* Aan het hoofd van den stoet kwam een i S S £endarmes, onmiddellijk daarop volgde de lijkwagen, bedolven onder kransen en bespannen met vier paarden met zwart- en-zilveren schabrakken en zwart-en-witte plmmen. Dan het gevolg van de Keizerin, in zes .ïjtuigen, weer een afdeeling gendarmes, de rijtuigen van den Bondsraad en de regeering van Geneve. Aan het station werd de kist door een rouwhaJen tusschen twee gelederen gendarmes die het geweer presenteerden, door, gevolgd door het gevolg, den Bondsraad en de le- geering vau het kanton, naar den trein gedragen en in den wagen gezet, met zeven kransen bedekt. Een geestelijke zegende het lijk nogmaals in, het gevolg nam in vier andere rijtuigen plaats, en langzaam, zonder gefluit, zette de trein zich in beweging In verschelden p]aaiSeu waar de trein voorbijkwam, luidden de klokken en kwamen de overheidspersonen aan den trein, in Bern ook de gezanten. Te middernacht verliet r fkcrhpnH r 6t k,okgdui van de Oosten- njkv-che d°rpen in den omtrek, het Zwitsersch grondgebied. Op alle stations van Buchs lot Weenen staat de vlag halfstok. Op verlangen van den Keizer zal de Kei- stoffelijk overschot van kroonprins Rudolf. Keizer Wilhelm zal hier Zaterdagmorgen Zew*n meD DCemt ziJn i^rek in den Hofburg, terwijl de kinderen en klein kinderen uit Oostenrijk en Beieren teSchön- brunn blijven. Uit Italië komt waarschijnlijk de prins Napels, uit Belgie de graaf van Vlaanderen en verder komen de koning van Saksen de prins-regent van Beieren, koning Alexander van Servie en koning Kaiel van Rumenie. Het lijk der keizerin wordt in de gesloten kist tentoongesteld en de eerste inzegening van het stoffelijk overschot vindt plaats in het salon van het Wester-station. De vorsten zullen den stoet Zaterdag niet volgen, doch na het gebruikelijke ceremonieel, incognito naar de kerk der Capucijners rijden Bij testament heeft keizerin Elisabeth het kasteel Eainz aan aartshertogin Marie Valerie vermaakt, het slot Achilleion op Korfu aan aartshertogin Gisela, haar kapitaal komt aan Rudolf Van 06 Weduwe van kroonprins De keizer zal met zijn dochter Marie Valerie eenigen tijd op het kasteel Wallsee gaan doorbrengen. H. M. de Koningin zond aan den keizer van Oostenrijk hei volgend telegram „Zooeven heb Ik het verschrikkelijke onge luk vernomen, dat Uwe Majesteit heeft ge troffen. Diep beproefd en bewogen zend Ik Uwe Majesteit uit de diepte van Mijn hart de betuiging van Mijn levendige en oprechte moet 5^ Geheel in verwarring gebracht sloeg Panla de oogen op en uitte eeu luiden jubelkreet. Frans—groote God—gij—gij i En nu lag zij in zijne armen aan zijn hart en hunne oogen ontmoetten elkander in een langen blik vol liefde en teederheid. Zij spraken niet veel want de hoogste vreugde is stom evenals de diepste smart. De majoor had intusschen on hoorbaar de kaïner verlaten. Herhaalde malen bracht hij zijn zakdoek aan de oogen. Ik be grijp niet wat ik daarin heb gekregen, bromde hij in zich zelven. Het zal rook of stof zijn van de lange reis. En terwijl zijn blik afdwaalde in de richting van de woonkamer vervolgde hijWat zullen zij ge lukkig zijn daar op dat prachtige handgoed, en welk een schoon leven gaan zij tegemoet. Die Raming en zijne bruid zijn lieve menschen. Ja werkelijk. En zoo was dus ook voor deze beide trouwe harten weder een zonnige lente ontwaakt. De liefde, de oprechte, trouwe liefde, had hier.' zoo wel als op het vorstelijke landgoed bij Weenen, de zege behaald over al de donkere wolken, die' den levensweg dezer jonge menschen dreigden te verduisteren, en over het blinde vooroordeel en de koude opvattingen der wereld. Een toekomst vol rein, stil geluk breidde zich voor hen uit. Geen schaduw zou meer de zon van hun geluk verduisteren. Op den dag, toen Raming met Magda in het huwelijk traa, wierp hij de aanteekeningen van Machaël Ritter in het vuur. Toen het laatste stukje papier tot stof en asch was verteerd, zeide Raming op ernstigen toon: Nu voorwaarts, een nieuw leven te gemoet met Gods hulp! En vergeten wij voor altijd de bittere uren, ons allen bereid door het Geheim van den Doode! EINDE.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1898 | | pagina 5