Nummer 77. Donderdag 29 September 1898. 21e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIELEN,
VERGELDING.
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
UITGEVER:
Waalwijk..
De Echo van het Zuiden,
Wultjjksrbf ra Lufslraatsrtr Courant
Di Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentiën 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamborg. Reclames 15 cent per regel.
Maandagavond luidde een telegram uit
Pariis
„Het Kabinet heeft besloten de revisie bij
het Hof van cassatie aanhangig te maken."
Dus de minister van justitie zal krachtens
besluit van deu kabinetsraad de aanvraag
om revisie, welke, (door mevrouw Dreyfus)
tot hem gericht werd, bij het Hof van Cassatie
aanhangig maken. De minister deelde teveos
mede, dat hij instructies aau de procureurs
generaal zal geven om de aanvallen tegen
het leger gerechtelijk te vervolgen. Alle
ministers sloten zich aan bij het besluit om
de revisie-procedure te openen en het dossier
naar het Hof van Cassatie over te brengen.
Bij het uitgaan van de ministers inzonderheid
van den minister-president Brisson had een
groote manifestatie plaats. Vijfhonderd perso
nen riepen Leve Picquartleve de revisie
leve Brisson!
Reeds logenstraft Esterhazy zijn zooge
naamde bekentenis in de Observer, ofschoon
hij erkent samenkomsten gehad te hebben
met de redactrice Rachel Beer, geboren
Sasson. Esterhazy beweert dat zij alsook de
Parijsche correspondent van de Observer
gepoogd hebben hem hinderlagen te leggen.
Maar toch gaat genoemd blad voort een
nieuw relaas te geven van een bekentenis
door Esterhazy te Londen afgelegd aan de
directrice van dat blad.
Hij, Esterhazy, zou het veelbesproken bor
derel, dat door de experts aan Dreyfus is
toegeschreven en waarop deze veroordeeld
is, vervaardigd hebben op aanstichting van
kolonel Sandherr, toen chef van den infor
matiedienst cn met medeweten van kolonel
Henry. Het borderel moest dienst doen om
de schuld van Dreyfus te bewijzen. Wel wist
men door den Franschen spionnagedienst te
Berlijn, dat de Duitsche generale staf in het
bezit was van documenten welke Dreyfus
alleen kon mededeelen, doch moreele bewijzen
voor Dreyfus' schuld had het bureau van den
informatiedienst niet kunnen leveren.Esterhazy
EERSTE DEEL.
3 LUITENANT FILIP.
Op hetzelfde oogenblik gaf Aurélien ter
sluiks een teeken aan oom Daniël, waarop deze
zeide
Niet veilig hier. Er te dicht bij. Ga wat ver
der op.
Tegelijk verliet hij de schuilplaats, waar
hij met Aurélien en het meisje stond en 'liep wat
hij loopen kon naar de rotskloof, waar de soldaten
waren.
Aurélien glimlachte spottend.
Die arme oom Daniël is ook al niet door
heldenmoed bezield, zeide hij.
Marguerite, die den vluchteling verwonderd
nastaarde, sprak
Inderderdaad, maar toch vind ik dat plot
seling vertrek al zeer zonderling.
Och neen, dat is het niet, zoolang wij hier
zijn, heeft hij al staan zeuren#Ik ga heen, ver
trouw 't hier niet, ga heen," totdat ik ten slotte
driftig werd en zeide: nu ga dan heen en laat
ons met rust, ep hij is heengegaan.
Ozoo.
Het meisje had slechts verstrooid naar hem ge
luisterd en al haar aandacht gewijd aan de mijn,
die weldra springen zou.
Filip stond nog altijd bij de lont en overtuigde
zich, dat alles naar wensch ging.
lntusschen klonk de angstige stem van mevrouw
De Prabert.
Luitenanti Mijnheer Dormelles 1 Filip! Kom
toch hier, wat ik u bidden mag. Ik besterf het
van angst u in zulk gevaar te zien. Groote God,
wees toch voorzichtig.
Om mevrouw De Prabert gerust te stellen,
keerde luitenant Filip met versnelden pas terug
en plaatste zich onder het afdak, waar de goede
dame stond te weeklagen. Zijn kennersblik had
zich reeds overtuigd, dat alles uitstekend werkte
en thans deed hij zijn uiterste best om de zenuw
achtige Félicienne tot bedaren te brengen.
Mijn God, mijn God, herhaalde zij, terwijl
zou vei der hebben verteld, dat de gesluierde
dame niemand anders was dan de vrouw
van Du Paty de Clam, dat het geheime stuk,
dat den leden van deu krijgsraad werd voor
gelegd de brief was, bevattende de woorden
„Cette Canaille de D.," en dat met de letter
D. niet bedoeld wordt Dreyfus, maar een
zekere Dollfus, die voor den informatiedienst
papieren van ondergeschikt belang verza
melde.
Volgens het Engelsche blad Referee zou
Dreyfus in Nederland verblijf houden en zou
Zola's verblijfplaats zoo geheim worden ge
houden, omdat hij ook naar Nederland is
gereisd uitsluitend met het doel om Dreyfus
te inlervieuwen 1
De correspondent der Times te Sjanghai
heeft den verbannen Chineeschen hervormer
Koengjiwei gelntervieuwd aan boord van de
P. O. stoomboot Balaras, ter reede van
Woesoeng, waarheen zij van Tietsin gekomen
was. Koengjiwei deelde den correspondent
mee dat hij Peking Dinsdag heimelijk had
verlaten na ontvangst van een briefje van den
Keizer, waarin hij gewaarschuwd werd dat
er gevaar voor zijn leven bestond en erop
aangedrongen werd, dat hij de hulp van
China's vrienden zou gaan inroepen. Koeng
jiwei zeide dat de paleis-revolutie te Peking
geheel voortvloeide uit de kuiperijen der
Mantsjoepartij, aangevoerd door de Keizerin
moeder, den onderkoning Joengloe en andere
hooggeplaatste Mantsjoes, die ontevredeu
waren over de hervormingsgezindheid van den
Keizer en daarom besloten den Keizer af te
zetten. De partij der Keizerin gaat samen
met de Russen en belooft de Russische be
langen te zullen steunen, waartegenover de
belofte van Rusland moet staan om de
Mantsjoe-dynastie op den troon te handhaven.
In 1897 is de keizerin begonnen Mantsjoes
te plaatsen in alle hoogste ambten en als de
keizer zich daartegen verzette, werd hij her
haaldelijk me: afzetting gedreigd. De gezond
heid van den Keizer beschreef Koengjiwei
als even uitstekend als zijn streven naar her
rij zijn beide handen vasthield, is me dat een
angst, ik beef, ik sidder.
Kapitein Barillet leunde tegen de balustrade
van het afdak, en keek met zooveel belangstelling
naar de lont, die zoo aanstonds de ontploffing
zou voortbrengen, dat hij niet de minste acht
sloeg op hetgeen erin zijn onmiddellijke nabijheid
voorviel.
Daar had het vuur de eerste mijn bereikt, een
rookwolk steeg op en de zware knal van het me-
liniet deed het rotsgevaarte trillen.
Tegelijkertijd deed zich een kreet hooren,
een kreet van toorn, van verontwaardiging en
Filip onderscheidde, te midden van den rook
en het stof, dat de ontploffing door den hollen
vreg verspreidde, de gesialte van Marguérite,
die haastig voortsnelde naar de plaats der ont
ploffing.
De jonge dame had haar veilige slandplaats
verlaten.
Waarom
Zij moest wel verblind, zinneloos zijn, want zij
snelde den dood, een vreeselijken, onvermijdelijken
dood recht in de kaken nog maar eenige secon
den en de tweede, de zware mijn zou springen en
het meliniet, dat de rots moesi omverwerpen, zou
ook haar lichaam in stukken scheuren, de brokken
rots en graniet zouden het verpletteren tot een
vormelooze massa en van al die schoonheid en
bevalligheid zou niets, niets overblijven.
Fillip stootte mevrouw De Prabert bijna ruw
van zich af' en snelde naar buiten.
Geen menschelijke macht kon de verschrikke
lijke ontploffing keeren het vuur van de lont
zette langzaam en regelmatig zijn weg voort, nog
tien, hoogstens vijftien seconden en het zou zijn
einddoel hebben bereikt.
Bliksemsnel ging er een geduchte door het hoofd
van den jongen officierhij zou Marguérite redden,
of met haar sterven.
Angstig klonk zijn stem bovon de nog
weergalmende echo van de eerste ontploffing uit.
Marguérite! Margut;rj|r'
Bij het vernemen van die stem staakte het
meisje eensklaps haar dolle vaart, zij keerde zich
tot Fillip en zag hem onthutst aan.
Zonder een woord te spreken gieep hij haar om
haar middel, drukte haar tegen zich aan. nam
haar op en droeg haar in duizelingwekkende vaart
weg van deze gevaarlijke plaats.
vorming, maar de Keizer was overtuigd van
zijn machteloosheid tegenover de Keizerin
zonder den bijstand van Engeland. Koengjiwei
geloolt dat Engeland tusschenbeide moet
komen ten einde den Keizer op den troon
te herstellenanders zal geen Chineesche
egeeringsman Eogeland's belangen in China
kunnen voorstaan. Volgens Koengjiwei is de
invloed van Lihoengsliang thans kleiner dan
die van den onderkoning Joengloe.
Het Engelsche oorlogsschip Centurion is
plotseling van Wei-hai-Wei vertrokken met
verzegelde orders, naar men vermoedt naar
Takoe. De Centurion zal van Tsjifoe vergezeld
worden door de oorlogsschepen Victorious,
Narcissus, Hermione, Fame-Hart en Alacrity.
De toestand wordt als zeer ernstig beschouwd.
De Chineesche gezant te Washington Woe-
ting-fang, heeft aan een dagbladschrijver zijn
oordeel (geheel verschillend aau het boven
staande) ten beste gegeven over de hervatting
van het regentschap door de Keizerin-Weduwe.
„Hoewel de verandering van belang is,"
sprak hij, „is ze niet van zooveel beteekenis
als de dagbladen het laten voorkomen. Er
is geen reden om te meenen dat eenige
vreemde mogendheid erbij zal winnen dat de
Keizerin is uitgenoodigd om den Keizer hulp
te verleenen. Integendeel, het is zeker dat zij
volstrekt onpartijdig zal wezen. De oorzaken
van de verandering zijn van zuiver dynastie
ken aard. Ongetwijfeld staat die verandering
in verband met de nieuwe, hervormingen
aankondigende besluiten, maar geen vreemde
mogendheid heeft in zoo iets eenigen invloed
kunnen oefenen. Het is ook onzinnig, te
beweren dat de verandering in strijd is met
de belangen van Groot-Britannie of eenige
andere natie. De Keizerin-Weduwe is Engeland
altoos welgezind geweest, gelijk tijdens haar
vorig regentschap is gebleken."
De Chinees voegde erbij dat, als Li-
hoeng-tsjang de leiding van de buitenlandsche
zaken weer in handen kreeg, voor voortrek
ken van Rusland boven Engeland of andere
Europeesche staten, wat aanwas van grond
gebied betreft, geen gevaar bestond. Hij
Zij liet hem begaan, al9 in een droom,
klemde zij zich om zijn hals vast, sloot de oogen
en gaf zich in het volste vertrouwen aan hem
over.
Nog slechts eenige seconden en zij zouden de
veilige schuilplaats hebben bereikt, maar eens
klaps begon de grond onder hen te trillen, een
rookwolk, nog veel dichler dan de eerste maal,
omhulde hen, de rotswand spleet vaneen meteen
dof, somber geluid, zoo machtig als een tienvou
dige donderslag.
Mer. zag monsterachtig groote, grijze rotsblok
ken hoog opstijgen in de blauwe lucht en ver
volgens neerploffen op den grond, waarin zij diepe
gaten sloegende schok was zoo geweldig, dat
van de kruinen der omliggende bergen lawines
met onweerstaanbaar geweld neerstortten in de
peillooze afgronden. Geheel het gebergte hulde
zich in een wolk van stof en kruitdamp, alles
rilde en trilde, vuurstralen schoten uit alle naden
en kloven van de rots en scherpe splinters graniet
9patten in het rond.
Het was een aangrijpend schouwspel, grootsch
in zijn vernielende kracht.
Nog stond de ondermijnde rots onwrikbaar vast,
maar slechts een oogenblik, toen wankelde zij,
een nieuwe schok deed haar het evenwicht ver
liezen, langzaam helde zij over, een geweldig ge
kraak deert zich hooren en toen stortte zich het
geheele gevaarte in den tweehonderd voet lager
vlietenden bergstroom.
Het water spatte hemelhoog op, verduisterde
het licht der zon en een slagregen van schuimend
klei en geelachtige modder daalde in den hollen
weg neer.
Daarop volgde een plechtige, aangrijpende stilte,
alleen hoorde men nog ver in het gebergte het
overweldigend geraas wegsterven, de rook trok
op, het rotsgevaarte was van zijn standpunt afge
rukt en lag daarbeneden ir. hel bruisende water,
dat zich met geweld langs een andere zijde zocht
baan te breken.
Toen Filip onder zijn voeten de eerste trillin
gen van den grond waarnam, was hij nog een
dertiglal meters van de schuilplaats verwijderd.
Hij drukte den teederen last tegen zijn borst en
trachtte het meisje zooveel mogelijk met zijn ei
gen lichaam te beschutten tegen de neervallende
steenen.
Eensklaps voelde hij een vinnige pijn aan den
geloofde dat China's grondgebied ongerept
zou blijven, en dat het rijk onder het nieuwe
bewind sterk genoeg zou worden om alle
vreemde aanvallen af te slaan. De regeering
zou vergunning blijven geven voor het aan
leggen van spoorwegen en andere handels
ondernemingen. De Keizerin-Weduwe zou de
geheele wereld toestaan, in den wedijver om
die vergunningen mee te dingeu.
In het begin van deze week zullen de Vier
den Sultan hun ultimatum zenden. Zij zullen
hem aanmanen, hun plan tot herstel van de
rust op Kreta in zijn geheel aan te nemen,
en hem met dwangmaatregelen bedreigen,
indien hij dat niet doet. De mogendheden
zijn vastbesloten om het Kreta-vraagstuk nu
ineens uit te maken en geen uitstel te dulden
zij zullen niet aai zelen vloteu te sturen naar
de Dardanellen en verder.
De christelijke Kretenzen houden zich in-
tusschen, in hun eigen belang, rustig. De
voorzitter van de zoogenaamde Nationale
Vergadering heeft trouwens een bekendmaking
verspreid, waarin hij de christenen meedeelt
dat de mogendheden nu definitieve maatre
gelen nemen, en hun op het hart drukt, zich
ordelijk te gedrageD.
De toestand in Chanid. en Retimo is be
vredigend, maar voor alle voorzichtigheid
zulleu de gezinnen van de vreemde officieren
die steden toch verlaten. De Russische ge
zinnen te Retimo beginnen zich al in te
schepen. De mohammedanen vertrekken even
eens nit de stad.
De Kief, een stoomschip van de Russi
sche vrijwillige vloot, is met 657 man en
15 officieren uit Odessa naar Kreta ver
trokken.
Naar het heet, zal de Porte bezwaar maken
tegen het passeeren van dat schip door den
Bosporus en de Dardenelleu, maar men gelooft
niet dat ze zich ernstig zal verzetten.
Sir Herbert Kitchener is in Fasjoda ge
weest en heeft er werkelijk den Franschman
Marchand gevonden. De Sirdar deelde den
linkerkant van zijn hoofd, zijn slapen begonnen
geweldig te kloppen, het bloed vloeide langs zijn
gelaat en tot zijn schrik bemerkte hij, dat zijn
beenen eensklaps krachteloos dreigden te worden.
Zijn moed en wilskracht hielden hem echter
staande en dreven hem met onverflauwden spoed
voort, zoodat hij het aldak nog kon bereiken.
Mijn God, stamelde hij, terwijl hij Marguérite
op den grond neerzette en tegen de uit boom
stammen gemaakte balustrade leunde, zijt gij niet
gewond, juffrouw Marguérite?
Het meisje kon zich nog niet volkomen reken
schap geven van hetgeen er was voorgevallen,
maar wel begreep zij, dat Filip haar aan een ze
keren dood ontrukt had, hetgeen haar oogen deed
schitteren van oneindige vreugde.
Neen, antwoordde zij, terwijl zij nog steeds
de armen om zijn hals gestrengeld hield en met
haar lieftallig gelaat, waarvan de schoonheid
door een hoogen blos nog des te meer uitkwam,
bijna het zijne aanraakte, neen, gij hebt mij
gered.
Goddank.
Maar gij, Fillip, gij hebt uw leven gewaagd
om mii te redden, hoe zal ik u dat ooit kunnen
vergelden
Met een enkel woord kunt ge mij duizend
maal voor dien dienst beloonen.
Hebben mijn woorden dan zooveel waarde?
Ja, want zij kunnen mij tot den gelukkigste
der stervelingen maken.
Mijn hemel, stamelde zij, terwijl zii het
blonde kopje voorover boog en een glimlach van
geluk haar lippen plooide.
Ik bemin u, fluisterde Filip haar in het
oor.
En even zacht als hij, herhaalde Marguérite
Ik bemin u.
Zoo bleven zij in eikaars armen rusten, vergaten
alles om hen heen, zelfs de geweldige ontploffing,
die geheel het gebergte op zijn grondvesten deed
trillen.
Mevrouw De Prabert daarentegen was door al
die aandoeningen geweldig geschokt.
Toen Fillip er niet meer was, moest die arme ka
pitein Barillet haar ontroeringen en haar zenuw
achtigheid ontgelden.
Wordt vervolgd.