Nummer 27. Zondag 2 April 1899. vveede Blad. PASCHEN. BUITENLAND. Frankrijk. Spanje. Duitschland. BINNENLAND. De Echo van het Zuiden. f s*yirrxri^*v&rrrTm;ii»i-jc^~arzs*jxf Op (le hofstede van Jozef van Arimathea rustte de dood in stilte op het graf waar hij zijn edel slachtoffer verborgen hield. Sinds den dag dat hij Abel verslond, heeft hij tallooze geslachten verzwolgen, nooit echfer hebben zijne klauwen verhevener prooi bemachtigd. Alles was dan ook in diepe droefheid en rouw. 't Scheen, dat met Hem alle leven uitgestorven was en alles in een kil graf lag begraven. De klok was stom, die an ders hare tonen over huizen en akkers zoo vreugdevol deed hooren. Het orgel scheen zijne zoete, streelende klanken te missen. Geene bel liet meer met vroolijkheid zijn schel geluid door de gewelven van den tem pel weerklinken. De altaren waren ontdaan van allen luister't was er rondom ons diep treurig, kil, doodsch. Doch de profeet had eens in Christus' naam gesproken Odood, Ik zal uw dood zijn O grafstede, Ik zal uw prooi zijn dat woord ging bewaarheid worden. Vrijdag, de dag der helsche machten, was bloedig ten onder gegaan. De Zaterdag zag kalmte en rust, als na storm en onweer. Zondag, de dag des lichts, ging aanbreken. Nog kampte de schemering van den mor genstond met de dikke duisternis en zie, de ziel des Verlossers vereenigt zich weer met het lichaam en door Zijne eigene Goddelijke almacht treedt de verrezene Christus te voor schijn uit het graf, als het licht door het kristal, zonder den verzegelden steen af te wentelen, die het lichaam besloten hield. O dood 1 waar is nu uwe heerschappij Voortaan zal ons graf de weg zijn van een eeuwig leven. Is het wonder, dat bij de Nachtgebeden van dit feest het eerste woord door den tempel klinkt vol opgewektheid en vreugdeDe Heer is waarlijk verrezen Alleluja HoortWeer dreunt de klok zijne jubel tonen vreugdevoller dan ooit weer ruischen de zieltreffende klanken van het orgel door de tempelbogen, weer juicht het alleluja uit het blijde klinken der altaarbellen. Weer straalt en schittert het altaar in licht en bloemen, die als den aangenamen geur van liet gebalsemd lichaam des Verrezenen ver spreiden. Alles barst uit in zegeklanken. En ja, wel mag het „Alleluja" zonder op houden in altoos heerlijkere tonen weerklin ken. De Heer is waarlijk verrezen Dus ons wacht ook de verrijzenis ten eeuwigen leven. Daarenboven op den aanblik van Zijn lij den en liefde zonder einde, zijn talloo/.en verrezen met Hem en ook dat is het wat aan onzen mond het vreugdevol „Alleluja" met recht ontlokt. Hoevelen lagen er, als weleer Maria Mag- dalena, aan de voeten van Jesus, verslonden in droefheid en smart, een nieuw leven ver beidend van Hem, die thans verrezen is Hoevelen zijn na heilige boete opgestaan met balsem en specerijen van allerlei deugden en met de vrouwen hun goeden Meester gaan zoeken en zij hebben Hem gevonden aan de Tafel der Engelen. Er waren er die zeiden: wie zal ons deu steen afwentelen van den toegang tot Jezus. Doch een rouwmoedigen blik ten hemel en zie, de steen was afgewenteld. En zij hoor den eene stem die sprak weest gij niet be vreesd, want ik weet, dat gij Jesus den gekruisten zoekt. Zijn er thans velen met Christus waarlijk verrezen, och, nog velen, nog on eindig velen moeten er uit het graf van dwaling en zonde opstaan. Er zijn er nog zoo talloos velen, die begraven liggen in duisternis en bederf! En zie, voor dier verrijzenis moeten wij allen arbeiden. Velen ontvlieden het licht des hemels en gaan met de wachters naar de opperpriesters der helsche duisternis en brengen daar hun offer Zij meenen zelf de groote vraagstukken des levens door kennis der verborgene na tuurkrachten te zullen oplossen en altoos bedrogen en altoos genoodzaakt te erken nen ignoramus et ignorabimus wij weten die dingen niet en wij zullen ze niet weten Velen ontvlieden met de wachters de om geving, waar alles in engelachtige deugd, reinheid ademt en knielen met hen voor den afgod des gelds en storten zich dan gedre ven door de macht der wereld in den on- reinen poel van onreine lusten. Zij meenen een 011 verzadigbaren dorst te zullen lesschen en altoos bedrogen en altoos genoodzaakt te erkennen op hun sterfbed alles is ijdel- heid, behalve God te dienen. Uch dat ook zij met Christus ver.ezen en zich zelf een eeuwige zegenkroon bereid den Maar ook velen der braven kunnen verrijzen. Wat zijn er niet velen, die hunne plichten goed volbrengen, doch die in zich machtige talenten verborgen en helaas! be graven hebben. Wat machtigen invloed zou den zij kunnen hebben op het goede, zoo de energie in hen ontwaakte, zoo die talen ten verrezen en straalden in hemelschen luister. En 't valt niet te ontkennen zulke man nen zijn er legio Zoo zij de kracht, die in hen is ontwikkelden, het vele goede, dat gedaan moet worden, zou spoedig te voor schijn treden. Dat zij niet te optimistisch zijn, niet te rustig, niet te bang van arbeid, 't geldt de goede zaak Gods eer, 't geluk onzer broe ders. Och dat het gedeelte, dat bij de verrij zenis aan de zijde der overwinnaars van dood en graf zal staan, verre dat der helsche macht overtreffe Een ieder kan daartoe arbeiden en ieders arbeid zal vruchtbaar zijn. Met den wensch, dat al onze lezers nu en later in 's Heeren Verrijzenis zullen dee- len een zalige Paschen A. S. PARIJS, 30 Maart. Uit welingelichte bron verluidt dat het geschil, dat het gevolg is geweest van den wensch van het Vatikaan om deel te nemen aan de Haagsche confe rentie, en van de weigering van de Italiaan- sche regecring om in die deelneming toe te stemmen, op deze wijze is geschikt Aangezien, de conferentie zich niet alleen met de beperking van de oorlogstoerustingen, maar ook met de scheidsrechterlijke uitspraak moet bezighouden zal een pauselijke nuntius het Vaticaan vertegenwoordigen in de be raadslagingen over de scheidsrechterlijke uitspraak, een zaak van niet-stoffelijken aard, waarover een geestelijke mogendheid mee kan praten maar de nuntius zal zich niet bernoeieu met de zuiver stoffelijke ontwape uingskwesties. De minister van financiën heeft verklaard, dat de ontvangsten der invoerrechten in den loop van deze maand met twee millioen pe seta's zijn gestegen. De minister gelooft evenwel niet, dat hij de oorlogsbelasting als nog kan doen vervallen wel heeft de vorige regeering de intrekking beloofd, doch alleen na afbetaling van de onkosten der repatriee- ring en zoover is men nog niet gekomen. De Hannov. Courier heeft, van een Duit- scher die onlangs uit Kameroen was gekomen, bericht ontvangen van een muiterij onder de negersoldaten op een grenspost, waarover in den laatsten tijd allerlei geruchten eu verhalen de ronde hadden gedaan. Een negerin had in een bron gebaad en was door de zwarte soldaten erg mishandeld, omdat zij beweerden, dat zij uit de bron steeds hun drinkwater hadden geschept en dit nu niet meer kouden doen. Voor die mishandeling waren zij door den chef van den post Leuschner naar be- booren gestraft. Kort daarna meldde een staljongen, die den heer Leuschner steeds zeer trouw had gediend, dat hij in een don keren nacht, in een schuilhoek waar men hem niet had kunnen zien, getuige was geweest van een samenzwering. De Wey-soldaten hadden, volgens hem, een eed gedaan, om alle blanken van den post te vermoorden, op mevrouw Leuschner na, die zij met zich mee zouden sleepen naar het bosch. Leuschner was zoodoende op zijn hoede, en vond, toen hij 's avonds ging slapen, twee van top tot teen gewapende soldaten onder zijn bed. lu alle stilte werden dezen ontwapend en opge sloten. De blanken hielden deu geheelen nacht de wacht, maar er gebeurde verder niets. Den anderen morgen gaf de chef van den post alle soldaten bevel om in een loods bijeeu te komen ouder voorwendsel, appèl te willen houden, terwijl alle blanken, zelfs de zendelingen, met hun geweren aan de deuren stonden. >Zet de geweren aan rotten com mandeerde Leuschner. Niemand' verroerde een vin. »Zet de geweren aan rotten com- man deerde Leuschner nog eens met forsche stem. Nog roerde zich niemand. Hij schold heu toen uit voor ondankbare schavuiten; op dit oogenblik kwam een reusaclr.ige zwarte korporaal uit de gelederen en ging toornig op zijn chef af.- „You are the first schreeuwde hij, zijn vuist dreigend ballende. „O no, Sir I am not the first, but you Toen haalde Leuschner zijn revolver uit en schoot den korporaal neer. Dadelijk rende de heele laffe bende naar de uitgangen. Van deze vluchtelingen werden er vier doodgeschoten; de overigen, waaronder vele gewonden, na men de wijk naar de bosschen. Zij kwamen echter na een paar dagen uitgehongerd terug, want de inboorlingen hadden hun zelfs geen hand rijst willen geven. Middelerwijl was de plaatsvervangende gouverneur uit Kameroen met een regeeringsboot ontboden, om krijgs raad te houden. De raddraaiers werden door dezen ter dood veroordeeld. Hoewel de wet, waarbij de Goede Vrij dag door het geheele land tot een feestdag wordt verklaard, nog niet is aangenomen, heeft keizer Wilhelm bepaald, dat alle mili taire posten en wachten op dien dag in groot tenue moeten gekleed zijn. WAALWIJK. Maandag 3 dezer, 's middags 12 uur, zal door de harmonie „l'Espérance», op de zaal van de erven Van Riel worden uitgevoerd: Overture de l'opéra Zampa. Herold. Grande fantasie sur l'opéra Tan— hauser. Wagner. Grand potpourri. Le Tribut de Za- mora. Gounod. Men verzoekt ons de aandacht te vestigen op deze drie prachtige nummers, waarvan vooral de twee laatste door heerlijke muziek uitmunten. WAALWIJK, 29 Maart 1899. Vergadering der Kamer van Koophandel en Fabrieken, te Waalwijk gehouden op 29 Maart 1899. Tegenwoordig alle leden behalve de voor zitter die wegens ongesteldheid verhinderd is de vergadering bij te wonen. Voorzitter de heer S. Fano. De Voorzitter opent de vergadering, waarna de notulen der vorige zitting worden voorge lezen en goedgekeurd. De voorzitter herinnert met een kort woord aan de werkzaamheden der Kamer in het afgeloopen jaar, die strekten iu het belang van handel en nijverheid dezer gemeente en omstreken. Hij vertrouwt, dat de Kamer op dien weg zal voortgaan en uit den wensch, dat het den leden iu 't bijzonder en den handelaars en industrieelen in 't algemeen opzichtens hunne zaken, moge goed gaan. Aan de orde Benoeming van een voorzitter en een onder voorzitter in plaats van de Heeren J. B. Timmermans (Wz.) en S. Fano, aan de beurt van aftreding. Gekozen tot voorzitter de heer Timmer mans Wz. en tot ondervoorzitter de heer S. Fano. Het lid Timmermans van Turenhout brengt verslag uit over het onderhoud, dat de com missie uit de Kamer gehad heeft met den betrokken Inspecteur der maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen ovei de dezerzijdsche aanvrage tot overkapping van het zuider emplacement van het station alhier. Üe uilslag is, dat met het oog op de groote kosten ons verzoek vooreerst nog niet wordt ingewilligd; er zal echter aan de directie een voorstel worden gedaan tot het daarstellen van een ruim gebouw aan de Oostzijde van het station, waarin de stuk-goederen kunnen wor den aangevoerd, zoodat ze niet meer zooals nu, op het perron in de open lucht behoeven te worden neergelegd, om in de waggons te worden geladen, hetgeen bij regenachtig weder zeer nadeelig is, vooral voor papieren doozen waarin de schoenen worden verzonden, die al zeer spoedig het nadeel van het vochtige weer ondervinden. Aangenomen voor kennisgeving. Besloten werd te steunen het adres der Kamer te Winschoten betreffende het verzoek aan den heer Minister van Financiën om vrijstelling van port voor de brieven en andere offlcieele stukken, die van eenige autoriteit of ambtenaar in de uitoefening van zijn ambt aan een particulier worden verzonden. Nog werd besloten om. naar aanleiding van het aan den gemeenteraad ingediende adres door de r.aamlooze vennootschap Vicinaux Hollandais. tot concessie voor den aanleg van een stoomtramweg door de Groote straat ter verbinding barer lijnen Waalwijk—'s Herto genbosch en WaalwijkTilburg krachtdadig bij gemotiveerd adres te ondersteunen, daar de Kamer het in 't belang acht van onze markten, dc winkelnering en het algemeen verkeer, dat de verbinding aldus tot stand komt. Onderwijs. Nog twee onderwijzers bij de Normaallea sen te Waalwijk zijn tot deskundigen bij de aanstaande akte-exameos voor onderwijzer te 's Bosch benoemd, n. 1. de heeren G. Goos- sens te Vlijmen en Kooiman te 's Bosch. Neemt men nu in aanmerking, dat de heeren Van Woerkom, De Noo en Clerkx bedankt hebben om zich voor eene benoemipg beschikbaar te stellen, dan ziet men in, dat de miskenning, die vroeger het deel der Waalwijksche Normaalschool was, niet langer bestaat. „Dc Soldatenkrant." Wij ontvingen eenige exemplaren van „De Soldatenkrant", die te Breda onder redactie van verschilleude officieren verschijnt, en met genoegen hebben wij van den inhoud kennis genomen. Uit den naam ziet men dadelijk, dat het is een blad voor onze militairen. Het bevat artikels over groote mannen van Nederland, wetenschappelijke,voorden soldaat zeer nuttige stukken, slagwoorden, anecdoten verder mededeelingen uit het militair leven etc., in korte woorden het beoogde doel is het verschaffen van goedkoope lectuur (f 1 per jaar) aan den soldaat, waarbij het aan- kweeken van liefde voor Vorstenhuis en Vaderland en de ontwikkeling der militaire deugden op den voorgrond treden. Wij vestigen daarom de aandacht van alle aan staande militairen, belanghebbenden en allen die belangstellen in het leger en in den soldaat, op deze zoo nuttige uitgave, die aan eene groote behoefte heeft voorzien, daar zij zich ook voornamelijk toelegt op het behar tigen der belangen fan den minderen soldaat. Noordbrabiintsche Handboogseliutterijen. Op Maandag 3 April, tweeden Paaschdag, zullen de afgevaardigden der Noord-Brabant- sche Handboogschutterijen eene groote ver gadering houden in de ruime zaal van de Koninklijke Fanfare „Asterius" te Oisterwijk, om daar tot de definitieve oprichting van den Bond van „Noord-Brabantsche Handboog schutters Gezelschappeu" over te gaan. De vergadering zal om half vier aanvangen en na afloop daarvan wordt door „Asterius" den schutters welwillend een groot concert aan geboden, terwijl twee leden eene korte leesbeurt zullen vervullen over onderwerpen, getrokken uit het wezen en de geschiedenis der handboogschutterij. Op deze vergadering wordt een afgevaardigde uitgenoodigd van elke handboogschutterij uit deze provincie, 't zij deze deelgenomen heeft aan het huldeblijk door de Nbr. Handboogschutterijen Hare Majesteit aangeboden, zij dit niet het geval is. Alle afgevaardigden van toetredende gezelschappen zijn stemgerechtigd bij de keuze van het Bestuur. De vergadering vangt aan om 3A/j uur. Deze bekendmaking kan door alle Hand boogschutterijen als een bijzondere uituoodi- ging beschouwd worden. Ernstige mishandeling te 's Bosch. Weer een ernstige mishandeling wordt uit 's Hertogenbosch gemeld. Daar heeft zekere Enoch Hartmans de vrouw van Van Ooyen zoodanig met een mes gestoken, dat zij in hopeloozeu toestand naar het gasthuis moest vervoerd worden. Omtrent de toedracht dezer zaak vernam de berichtgever der R. Nbl. ten huize van Van Ooyen de volgende inlichtingen „Hoe 't gekommen is Dat zel'k je zeggen, meneer. Ik zit hier te schrijven aan m'n bukkemkoopman, heel pacefiek te schrijven. Ik hoor en zie wel dat Enoch voor de deur staat te schelden en te razen hij had 'm driekwart om en 't met m'n wijf te kwaad had, maar zie je, dat gebeurt zoo vaak, dat je d'r geen asem meer opgeett, want och, die bukkemnegotie, die brengt altijd herrie as je 's morgens om vijf uur op de markt komt, dan is de broodnijd d'r al om half vijf. Nou ik zie wel dat m'n wijf Enoch op de wagen gooit, want zoo as mijnheer ook wel weet, de mijne laat zich niet lompe, maar is had er toch waarachtig as God geen erg in, dat 't zóó meenens was, en in eenen komt ze m'n wijf wel tè verstaan T huis inloopen; en bloeien meneer, bloeien, dat ze deed, as 'n varken. „Hij het me gestoken," zegt ze, en nu ja, dat zag ik wel, want ze had 'n gat in d'r hals van wel twee vingers breed. Toen ik dit zag, wier

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1899 | | pagina 7