BINNENLAND.
geruststellend voor de trouwe onderdanen van
„Her most gracious queen») hetzij er aan
geDoemd departement al even groote vraag
is naar oorlogsuieuws als overal elders bij
even besliste alwezigheid het feit staat
vast, dat wat er ten aanzien van den huidigen
staat van zaken op het oorlogsterrein in het
noordelijk deel van Natal wordt bericht
officieel," officieus en uit particuliere bron,
uitmunt noch door frischheid, noch door
belangrijkheid, c
In elk geval zal aan den jammer van alle
nieuwsgierigen en belangstellenden aan deze
en aan gene zijde van het kanaal nu een einde
moeten komen, is het niet in de laatste dagen
van deze week, dan toch zeker in de eerste
van de volgende de Engelsche versterkingen
volgen elkaar nu vrij snel op zonder al te
lange tusschenpoozen en zelts al mocht het
de toeleg van den opperbevelhebber der
Engelsche strijdmacht in Afrika's zuidelijk
deel, sir Redvers Bulier, wezen niets te on
dernemen ter verlossing van den bevelhebber
der Britsche legermacht in Natal George
White of ter schoonveging van de geheele
Engelsche kolonie, voordat hij voor den dag
kan komen met een geheele divisie, dan nog
kan verwacht worden, dat het er over een
week of een dag of tien op losgaat.
En dan zal wellicht al heel spoedig blijken
wat den opperbevelhebber van de strijdmacht
der Boeren generaal Joubert belet heeft zijn
slag tegen de Engelschen te slaan, toen het
nog tijd was wat hem heeft bewogen zich
tusschen Ladysmith en het ten zuiden daarvan
gelegen Colenso te verschansen, ondertusschen
den belegerden allen lijd latend om zich in
een positie te brengen, zoo gunstig als onder
de gegeven omstandigheden mogelijk was.
'f Is waar, de Boeren houden generaal
White met zijn mannetjes in Ladysmith op
gesloten, zoo beslist mogelijk en het kan heel
wel wezen dat de belegerden gebrek hebben
of althans geleidelijk weg krijgen aan mond
behoeften en schietvoorraad, doch aangenomen
zelfs, dat de Boeren zeiven in dezen iu de
beste conditie zijn (te Estcourt meende men
Woensdag 1.1. dat de Borren de belegering
wel zouden moeten opbreken juist bij gebrek
aan levensmiddelen) vergete men niet, dat
de versterkingen uit Engeland een algeheelen
ommekeer zullen brengen in den toestand
en dat de wenschelijkheid om generaal
White met een flinke legermacht te hulp te
komen, generaal Redvers Buller niet behoeft
te weerhouden van den uitvoerlegging van
zijn oorspronkelijk »plau de campagne*
in het uiterste geval kan dit plan eenige
vertraging ondergaan, doch Pretoria is en
blijft het einddoel.
Dddr willen de Engelschen niet wat men
zoo noemt vrede sluiten (men weet dat de
burgers der Zuid-Afrikaansche Republiek voor
de Eage'.sche regeering niets meer zijn dan
oproerige rebellen doch den Boeren van
Transvaal en Oranje-Vrijstaat kenbaar maken
ouder welk régime zij zich iu de toekomst
zullen hebben te schikken, met het machtige
Engelsche rijk als suzerein.
Zoover is het nu nog wel niet, doch de
afwezigheid van nieuwsberichten, waaruit zou
kunnen worden afgeleid dat de Boeren er in
Natal in slagen zooveel mogelijk voordeel te
trekken uit de omstandigheden, die hun tot
dusver vrij gunstig zijn geweest, leidt toch
tot min verheugeude gevolgtrekkingen voor de
Boeren.
Het feit op zichzelf dat de de Boeren het
nog niet of althans niet vroeger tot een
aanval hebben doen komen op de stellingen
van generaal White iu de stad, die het ar
senaal van Natal wordt geheeten, geeft te
denken, leidt als vanzelf tot de vraag of de
Engelsche aanvoerder er soms in geslaagd is
zóó sterke posities in te nemen, dat de
Boeren hem niet aandurven of (bij gebrek
aan voldoende schietmaterieel van het ge
weuschte kaliber) misschien niet aan kunnen.
Berichten dat de groote stukken uit Pre
toria zijn gezonden en dat die machines een
zeven achtduizend meter dragen, zijn wel
verblijdend, doch nog immer ontbreekt het
onwederlegbare, aan feiten te toetsen bewijs,
dat die stukken goed en wel ter bestemde
plaatse zijn opgesteld en daar zich doen
gelden het nieuws uit Colenso, waar de
Engelsche generaal Wolf Murray vertoeft,
spreekt wel vau hevig vuren in de richting
▼an Ladysmith in den morgen van Donder
dag en van grooter kracht en langer duur
van geluid dan vóór dezen, zoodat men
meende ter plaatse te mogen veronderstellen
dat het groote marinegeschut der Engelschen
eindelijk dau toch aan 't woord was gekomen,
doch zoo heel afdoend is dit nieuws waarlijk
niet: het heet nl. dat men te Estcourt veel
meer uit Ladysmith weet dau men vertelt en
dat de generaal in quaesiie alleen in afwach
ting vei keert van de eerste versterkingen om
het verkeer met Ladysmith te herspellen.
Dit nu lijkt een heel mooi plan op het
papierin elk geval zullen de Boeren tusschen
Ladysmith en Colenso niet werkeloos ziju
gebleven met het oog op het te verwachten
hooge bezoek uit Zuidelijke richting 1
De Daily Mail erkent dat de Boeren niet
alleen het oog houden naar Ladysmith, maar
ook naar de andere zijden. Want het
was nog voor wij het bericht ontvingen, dat
Colenso «oor goed door de Boeren bezet was
er wordt tevens gemeld, dat er andere
zware kanonnen geplaatst zijn naar deu kant
van Colenso, om te voorkomen „dat onze
troepen naar Ladysmith oprukken."
Nu eenmaal de Boeren Colenso bezet
hebben, wordt dus de positie van Ladysmith
steeds ernstiger. En dat 't deu Boeren ein
delijk ernst begint te worden getuigt het
volgende bericht uit Louden aan den Ne.v
York Herald
„De Boeren trachten niet alleen de stad
te omsingelen op zulk een wijze, dat aan de
stad en het garnizoen elke uitgang wordt
afgesneden, maar ook om in staat te zijn het
hoofd te kunnen bieden aan de versterkin
gen, welke uit Durban mochten worden ge-
zouden. Er zijn kenteekenen, welke aandui
den, dat het grootste deel der Boeren zich
concentreert tusschen Ladysmith en Colenso.
In deze positie is Ladysmith feitelijk van
alle hulp afgesneden, terwijl de vijand tevens
in staat zal zijn het hoofd te bieden aan
eer.ige Britsche strijdmacht, welke van Est
court mocht aanrukken.*
Maar, voegt het blad er bij, mochten de
Boeren tot den terugtocht besluiten, dan ia
hun gevaar ook des te grooter, tenzij zi;
terugtrekken in de richting van den Tiutwa
Pas en Olivers Hoek. Doch dan zouden zij
ook verscheiden hunner kanonnen moeteu
achterlaten.
In elk geval zullen dus de Engelschen wel
zwaar geschut moeten meebrengen, als zij
voor den dag komen om generaal White uit
zijn benarde zij het al niet wanhopige positie
te verlossen en dan zou het heel wel kunnen
wezen, dat, in de nabijheid van Pieters
(tusschen Ladysmith en Colenso) het eerste
treffen plaats vond, tenzij men nog mocht
willen aannemeu, dat een grootere of kleinere
legermacht der Boeren, conform aan het
oorspronkelijke hun toegedichte plan, op het
oogenblik inderdaad op weg is naar Pieter-
maritzburg, welke stad 189 ir.ijl van Ladys
mith is verwijderd en een twintigduizend
inwoners telt, terwijl zij heel slecht verdedigd
is, wat evenwel de Engelsche bladen, die de
mogelijkheid van een aanval op de hoofdstad
vau Natal overwegen, niet belet te spreken
van de volkomen veiligheid der stad.
Moet men nu de ontscheping van een
marine-brigade te Durban (de havenstad van
Natal) met eeu twintigtal kanonnen, in ver
band brengen met een zekere ongerustheid
aan de zijde der autoriteiten, of zou dat maar
zoo voor de aardigheid zijn geschied
Het bekende Engelsche blad de „Globe",
dat niet zoo heel goed te spreken is over de
Boeren, knoopt aan den staat van zaken
volgende beschouwingen vast
„De toestand wordt bij den dag belang
wekkender, en de lange pauze, welKe vooraf
gaat aan de voorbereidselen tot den werke-
lijken strijd, doet nog meer de onrust
toenemen, waarmede het nieuws wordt ver
wacht. Voor zoover bekend is, kan Ladysmith
het zoo lang uithouden als noodig is.
Er wordt verzekerd, dat daar voorraden
aanwezig zijn, waarover de Boeren verbaasd
zullen staan, als zij tot deu aanval overgaan,
indien zij daartoe ooit den moed hebben.
Maar intusschen blijven de kanonnen, welke
ter verdediging van de stad zijn gezonden,
zwijgen, hetzij omdat zij nog niet voldoende
gemonteerd zijn, of omdat de bevelvoerende
officier van oordeel is, dat hij ziju ammuni
tie beter kan bewaren voor hel oogenblik,
dat er eeD krachtige poging wordt gedaan
om de stad te bombardeeren.
Er wordeu bovendien pogingen gedaan,
om de communicatie door de heliograaf te
herstellen, en binnen enkele dagen kunnen
wij nauwkeuriger berichten omtreut den
juisten toestand verwachten. Eeu der meest
kenmerkende feiten in de houding der Boereu
is, dat zij de spoorwegbrug over de Tugela
nabij Colenso niet hebben vernietigd. Zij
hebben hun voornemen te kennen gegeven
om Ladysmith te nemen en dan naar de
hoofdstad van Natal te trekkeu en uit het
ongedeerd lateu der Bulwerbrug, kan de
gevolgtrekking worden gemaakt, dat zij vol
vertrouwen zijn in het succes van hun tegen
woordige operaties. Maar de tijd om die te
volvoeren, is kort.
De „Roslin Castle" moet reeds goed en
wel op weg zijn naar Durban misschien
is zij daar reeds aangekomen en het ont
breken van nieuws betreffende andere trans
portschepen duidt hoogst waarschijnlijk op
het feit, dat zij zijn opgevangen door kruisers
of torpedobooten en naar Durban zijn ge—
gaau.
In dat geval zou tegen het einde dezer
week in Natal een strijdmacht aanwezig zijn,
welke sterk genoeg is om haar tegen elk
gevaar te beschermen. De hoofdvraag zal
natuurlijk zijn, of er genoeg krijgsvoorraad
en ammunitie in Durban is aan land gebracht
en of deze uaar het front is getransporteerd.*
In werkelijkheid is alles wal er in Natal
tot dusverre geschied is, geschiedt en alsnog
geschieden zal, Diet meer dan het bloedige
voorspel van het afschuwwekkende drama,
dat door een der toongevende naties der
wereld is in scène gezet dank zij der begce-
righeid en der berekening van enkele weiui-
gen, onder het verdwaasde gejuich en gejubel
van de groote, meerendeels ontoerekenbare
massa der chauvinisten en de Boeren hebben
dit heel wel iugezien, zooals duidelijk en
klaar blijkt uit hun optreden met verdubbelde
kracht aan de noordelijke grens der Kaap
kolonie en aan de westelijke grens tegenover
Kimberley en Mafeking.
Het totaal der Britsche verliezen aan
dooden, gewonden en vermisten bedraagt
thans volgens officiiele opgaven 2036, aldus
verdeeld: gesneuveld 182, gewond 822
(sedert 22 overleden), vermist 102L. Hier
onder zijn niet begrepen de yermisten van
het le regiment Royal Irish Fuseliers dat bij
Nicolsons Neck (ten westen van Ladysmith)
gevangen is genomen. De „Daily Chronicle"
schat het aantal dezer gevangenen op 800
tot 870 man, waardoor het totaal der
Britsche verliezen reeds bedenkelijk dicht tot
3000 nadert.
WAALWIJK, 15 Nov. 1899.
Raadsvergadering.
Openbare vergadering van den raad der
gemeente Waalwijk, op Donderdag 16 No
vember 1899, 's namiddags ten 63/4 uur.
Aan de orde
I. Ingekomen stukken.
II. Benoeming van een onderwijzer aan
de Openbare School.
III. Reclames tegen hoofdelijken omslag.
Uitvoering „Vrcugdendal".
Zondagav md 1.1, gaf de tooneelvereeniging
„Vreugdendal" alhier haar eerste winleruit-
voering iu de zaal van den heer J. Fransen,
welke eene bij uitstek geslaagde uitvoering
genoemd mag worden. De zaal was stampvol
en alle waren in de beste verwachtiugen van
wat komen zou en werkelijk werden deze
niet beschaamd, maar verre overtroffen. Alle
rollen werden goed vertolkt, alle waren in
goede handen en duidelijk werd 't bewijs
geleverd dat men geen moeite had gespaard
om de stukkeu flink in te studeeren, en 't
publiek iets goeds aan te bicdeu. De beide
stukken „Bernard de advocaat der armen*, en
„de Aanhouder wint* werden zeer goed ge-
gespeeld, terwijl hel laatste de toeschouwers
deed schudden van 't lachen.
Ook de muziek- eu zangnummers, zijn allen
lof waardig, zoodat 't dan ook werkelijk zoo
als wij hierboven schreven, eene zeer goed
geslaagde uilvoering was.
Wercldhulde.
Ten einde Nederland in de grootste We-
reldhulde aan O. H. J. Chr. en zijn Ver
heven Plaatsbekleeder waardig vertegewoor-
digd te zien, heeft de Commissie eene op
roeping gericht tot andere Heeren van be
kenden ijver en goedeu wil, om te samen
met hen te voldoen aan de uitnoodiging van
ZE. den Kard. Dom. Jacobini en de inter
nationale Hoofd—Commissie. Als zoodanig
namen dit mandaat aan en zullen dus met
hen als commissieleden optreden
1. Mr. J. H van Basten Batenburg, lid der
Prov. Staten; Kasteel Holtmühle, T^gelen.
2. A. F. van Beurden, le Secr. Prov. Gen.
enz. Roermond. 3. Jonkheer W. F. Bosch
van Oud-Ameliswaard, Notaris, Utrecht.
4. Jonkheer J. B. D. van den Berch van
Heemstede, Lid lie Kamer Stat. Gen. enz.
's Hage. 5. P. A. M. Cramer, Rentenier, ten
Huize Vechtvlief, Breukelen. 6. Mr. W. C.
J. J. Cremers, lid Ie Kamer Stat. Gen. enz.
Arnhem. 7. Mr. J. H. A. Essink, Lid der
Prov. Staten enz., Oldenzaal. 8. Craaf R. J.
M. A. de Geloes, Kamerheer v. H. M. de
Koningin, lid der Prov. Staten, Kasteel
Eijsden. 9. Mr. C. J. A. Heijdenrijck, lid
Raad v. State, Oud lid lie Kamer Stat. Gen.,
's Hage. 10. D. J. Mes, koopman, enz. Mid
delburg, 11. R. J. C. D. Kolfschoten, lid van
den Gemeenteraad enz. Arnhem. 12. Mr. M.
J. C. Kolkman, lid lie Kamer Stat. Gen.
enz. 's Hage. 13. Graaf J. B. C. E M. de
Marchant D'Ansembourgh. lid der Prov, Sta
ten, enz, Kasteel Neuborg. 14. E. H. Meelis,
Journalist enz., Tilburg. 15. Rijksgraaf L.
G. M. H. Wolf Metternich, kasteel Arcen
bij Arcen. 16. H. J. A. Miuderop Jzn. koop
man. Rotterdam. 17. W. P. A, Mutsaerts,
lid He Kamer S. G. enz., Tilburg. 18. Mon
seigneur E. Menten, Pastoor, Geheim Ka
merheer enz., Maastricht, Voorzitter. 19.
Jacques Oor, Directeur Kunstatelier, Roer
mond. 20. W. C. J. Pastoors, Ccutraal-
Piesident R. K. V., enz. Amsterdam. 21.
Jacques Stallenberg, particulier, Maastricht.
22. Mr. J. M. Vos de Wael, advocaat, lid
van den Gemeentereraad, Zwolle. 23. L. J.
M. van Waesberghe-Janssens, lid der Gede
puteerde Staten, Hulst. 24. Mr. W. S. J.
van Waterschoot van der Gracht, lid der
Prov. Staten enz. Amsterdam. 25. H. M.
van Wijck, lid Ie Kamer Stat. Gen. enz.
Renkum terwijl nog vier toetredingen vol
gen. Hierdoor zal de samenwerking van
geheel Nederland met de millioenen katho
lieken, die zich voorbereiden tot een alge-
meene hulde aan O. H. J. Chr. en zijn
Plaatsbekleeder volgens den geest en wensch
des H. Vaders en der Internationale Com
missie verkregen worden. Moge Gods zegen
rusten op de verdere werkzaamheden der
Commissie.
Roode Kruis.
De 5e officieele opgave van de bij den
voorzitter-penningmeester van het Hoofdco
mité van het Nederl. Roode Kruis ontvan
gen bijdragen door algemeene kas vermeldt
een ontvangst van f 57,312.82, zoodat nu in
't geheel bij dat hooidcomité is ontvangen
f 101,3+3,295.
Verder wordt nog door den voorzitter na-
meus het hoofdcomité dank betuigd aan het
zeer aanzienlijk aantal mannen en vrouwen
die zich beschikbaar stelden voor de beide
ambulances.
De volgende ambulance vertrekt 25 Nov. as.
Gesneuvelden in Zuid Afrika.
Tot de mannen van het Nederlandsche
vrijwilligerskorps die in Natal gesneuveld
zijn behoort de 22 jarige J. A. Lepeltak
Kieftzoon van den heer Lepeltak Kieft te
Brummen. De Zulf. Ct. bevat omtrent dezen
jongeu man de volgende bijzonderheden
Ongeveer 4jaar geleden ging hij naar
Transvaal om daar de betrekking vau amb
tenaar bij de Z. A. Spoor te bekleeden.
Weinige maanden na zijn aankomst schaarde
hij zich onder de mannendie den inval
van Jameson gingen keeren. Zijn Oudejaars
nacht vierde hij toen staande voor de ge
vangenis waarin de Engelschen opgesloteu
waren.
Ook nu was hij onder degenen, die zich
aanmeldden en naar de grenzen trokken,
om te strijden voor het recht, hij gaf daarvoor
zijn positie op en nam ontslag uit zijn
betrekking.
In den brief, dien hij bij het uitbreken
van den oorlog aan zijn ouders te Brummen
zond, schreef hij, dat hij hunne raadgeving
om niet uit te trekken, niet had kunnen
opvolgen. Het onrecht, schreef hij was
hem te erg geworden, hij kon niet thuis
blijveu, waar hij zoovele anderen zag uittrek
ken voor een rechtvaardige zaak.
Uit dien brief blijkt dat hij uitgetrokken
was met een der Trausvaalsche commando's,
waarbij hij vele vrienden had niet met het
Nederlandsche vrijwilligerscorps.
De brief eindigt met de nu zoo roerende
belofte, dat hij zich ter wille zijner ouders
niet aau noodeloos gevaar zou blootstellen,
en met de hoop dat zij niet het verdriet
zouden mogen hebben, dat hij kwam te vallen.
De voorspelde ontmoeting van de Aarde
met de komeet van Tempel.
Nu de kritieke datum er is willen wij
hier nog eens, kort samengevat, mededeelen
wat op weteuschappeljke gronden omtrent
liet „vergaan der wereld" gezegd kan worden.
Hoe groot is de kans dat de ontmoeting
met de komeet plaats heeft en welke gevol
gen kunnen zulk een botsing hebben
Het tijdstipwaarop de ontmoeting moge
lijk iswordt geacht te zijn Woensdag 15
November, dus hedenavond ongeveer half
tien. Dan toch gaat de aarde door de snij
lijn van de beide loopbaanvlakken en alleen
iu die suijlijn is een botsing mogelijk.
De kometen bestaan uit een fijne gasvor
mige stof; deze stof is zelfs lichter dan de
sterk verdunde dampkringslucht die altijd
iu de klok eeuer luchtpomp overblijftwan
neer wij die zoo goed mogelijk luchtledig
hebben gemaakt.
Verder hebben vele kometen een verba
zende afmeting van vele is het hoofd alleen
eenige duizenden malen grooter dan onze
aarde en voor sommige staarten heeft men
een lengte gevonden overeenkomende met
den afstand van de aarde tot de zon.
Bij dien verbazenden omvang bezitten de
kometen een ongeloofelijk kleine stofhoeveel-
heid of massa. Deze massa is zelfs zóó ge
ring dat men haar niet eens heeft kunnen
bepalen. Zelfs de grootste komeet heeft zoo
weinig gewicht dat hare aantrekking op
andere hemellichamen volstrekt onmerkbaar
is Het is niet zeker, dat zich in de kernen
der kometen geen vaste deelen kunnen be
vinden maar wanneer die aanwezig zijn
moet het in geringe hoeveelheid zijn.
Dat de kometen althans in de nabijheid
van het perihelium een hooge temperatuur
hebben kan niet betwijfeld worden want
de strepen van natrium magnesium en zelfs
van ijzer die in de spectra van verschillen
de kometen zijn waargenomenwijzen op
een temperatuur van eeuige duizenden gra
den Celsius.
Vragen wij dus wat er zal kunnen gebeuren,
indien de ontmoeting plaats heeftdan kun
nen wij de mogelijke gevolgen aldus samen
vatten
lo. de groote hitte kan wanneer zij zich
meêdeelt aan de aarde eeu voor ieder nood
lottige uitwerking hebbeu
2o. onze dampkring kan vergiftigd worden
door blauwzuur-gas (hydrocyanide)
3o. ingeval de aarde met de kern in aan
raking komtis een regen van vuurkogels
(luchtsteenen) zeer waarschijnlijk.
De kans evenweldat de botsing plaats
heeftis uiterst geriug.
Doch ook ingeval een ontmoeting met de
kern werkelijk plaats heeftzijn de bovenge
noemde ernstige gevolgen niet meet dan
mogelijkheden.
Uit verscheidene gegevens meent de heer
A. M. Du Celliée Muller (in de Nijm. C t)
te mogen afleiden dat zich in den staart
dezelfde scheikundige verbindingen bevinden
als in de kern. Toen de aarde in Juni 1861
door den staart eener komeet gingheeft
men niet den minsten invloed op onzen
dampkring kunnen waarnemen. Het schijnt
dus dat de stof van een komeet (misschien
door de geringe dichtheid) zich niet licht
vermengt met de gassen van onzen atmosfeer
en de mogelijkheid is dus niet uitgesloten
dat zelfs een centrale botsing onschadelijk
zou zijn.
Schitterende Sterrenregen.
De aarde moet deze maand zooals gemeld
is den grooten meteoreustroora der Leoniden
weer ontmoeten.
Dit geschiedt slechts éénmaal in de 33
jaren.