Zaterdag 2 Februari 1901.
brieven
VAN
binnenland.
UITVOERINGEN.
Den Eerw. Pater Andr. Zijlmans.
Tweede
Be Me van het Zuiden.
NIEUWKUIK.
Concert te geven door de Liedertafel
„Oefening baait Kunst", Onsenoord en
Nieuwkuik, op Maandag 4 Februari 1901,
ten huize van den heer O. de Bont.
(Zie Programma's.)
EETHEN.
Groot concert te geven door de Fanfare
„Kunst en Vriendschap", van Meeuwen,
bij gelegenheid van het Huwelijk van H. M.
Koningin Wilhelmina met Hertog Hendrik
van Mecklenburg, in de zaal van den heer
G. de Jong.
(Zie Programma's.)
WAALWIJK, 1 Februari 1901.
Aanbesteding Havenwerken.
Uitslag der door het Gemeentebestuur
van Waalwijk den 31 Jan. 1901 gehouden
aanbesteding van de verbeteringswerken aan
de haven.
C. Blijlevens te Made, le perceel f 3578
G. v. Dijck te Waalwijk, massa - 15900
Th. Blijlevens Az. te Made, le perceel - 3750
massa - 19990
C. Slagmolen te Wijk, massa -13400
A. G. Valken Pz., Sliedrccht 2e per
ceel - 7860
massa - 13400
H. Kanters, Raamsdonk, 2e perceel - 7794
C. Michaël te Capelle, massa -12913
J. Broekhuizen, Barendrecht massa - 13495
L. Brant, Giessendam, massa - 17450
A. Struij, Utrecht, le perceel - 7028
2e perceel - 12650
J. M Gruijters, Orthen, massa -11500
C. N. Smits, Sprang, massa - 12989
M. Visser, Druneu, massa - 1044-7"
J. Kamsteeg, Giessendam, massa - 15397
Th. Rovers te Made, le perceel - 4236
buitengewoon Concert.
Op Zondag 17 Februari a. s. zal de
operette-vereenigingT.A. V.E.N.U van Waal
wijk en Besoijen een buitengewoon concert
geven in de zaal Musis Sacrum.
Velen onzer ingezetenen zullen het op
treden dezer jeugdige vereeniging, die bij
verschillende concerten der Liedertafel,
reeds zoovele blijken heeft gegeven wat zij
vermag, met vreugde begroeten.
Gaan wij het programma na, dan zien
we dat het bij uitstek gekozen nummers
bevat o. a. „Incognito", dat geheel zal
worden uitgevoerd in costumes uit de 17e
eeuw, geleverd door de. bekende firma
Mulder te Utrechtverder „Bede voor
Transvaal", „De Visschersbruid", „Lohen-
grins Verklaring" enz. Het belooft dus
werkelijk een buitengewoon concert te zijn.
Het* entrée is niet te hoog genomen en
daarom verwachten wij een zeer druk be
zoek, tevens als een bewijs, dat men het
pogen dezer jeugdige operette-vereeniging,
die zulke krachten bevat, waardeert.
St. Paulusvereeniging.
De beide feestavonden, den leden der
St. Paulusvereeniging aangeboden, zijn uit-
van
Zoo had de kloeke Missionaris des Za
terdags 17 Sept. 1898 dan afsóheid ge
nomen van al wat hem het naaste aan het
hart lag, van alles wat hem dierbaar heette.
Het offer was den jeugdigen zoon zwaar
gevallen. Men begrijpt het, zulk oogenblik
is voor eene oprechte ziel dieppijnlijk. Maar
God wil het!.... Wij moeten ons hier te
binnen brengen de woorden van Christus
als gij vader of moeder meer bemint,
dan mij, zijt gij mijner niet waardig,", en
elders „ik kom geen vrede brengen maar
verdeeldheid, de vader zal tegen den zoon
verdeeld zijn enz."
Hoe drukker hem het leven was in de
laatste dagen en vooral nog zooeven in de
laatste oogenblikken, des te stiller is het
hem nu.
Hij hoort slechts het regelmatig ge
stommel van den trein, die met onweer
staanbare reuzenkracht voortbliksemtver
der alles stilte, 't Is die stilte, welke den
mensch geheel en al geheimzinnig aandoet
en hem in hoog ernstige spanning brengt
op verhevene en zieltreffende oogenblikken,
die ieder mensch tusschenbeide in zijn le
ven doorleeft.
Wat vele afwisselende gedachten door
woelen en vermoeien dat jeugdig hoofd,
hetwelk zich nauwelijks rekenschap kan
geven van het gebeurde. Is het dan wer
kelijkheid of een droom
De eenige lichtstraal in die akelig zwarte
cn rfomo^d'tomming is God, dien
uitstekend geslaagd. Naar men ons verder
mededeelt zal het huwelijk van II. M. de
Koningin met Hertog Hendrik door de
leden der St. Paulusvereeniging op den
dag zelf, op de zaal feestelijk worden her
dacht.
Huwelijksfeesten.
Nog hooren we niets van een of andere
feestelijkheid in Waalwijk op de a. s.
heugelijke, blijde dagen.
De tijd dringtWaalwijkers denkt
hierop
Huwelijk der Koningin.
De ontvangst van Hertog Hendrik
in Den Haag.
In Oldenzaal is Hertog Hendrik officieel
ontvangen door den commissaris der Ko
ningin, den generaal-commandant van de
afdeeling, den burgemeester, de leden vau
den gemeenteraad en andere autoriteiten.
Mevrouw Vos de Wael, echtgenoote van
den burgemeester, bood persoonlijk een
prachtig bloemstuk met linten in de nati
onale en oranjekleuren aan, dat de Hertog
minzaam aanvaardde. Z.H. inspecteerde de
op het station opgestelde eerewacht der
schutterij, terwijl een muziekkorps nationale
liederen liet hooren. Een bijzonder groote
menigte was op het perron tegenwoordig
die telkens een hartelijk gejuich aanhief.
Te Arnhem was het perron opgepropt met
menschen, die voortdurend luide juichten,
hoewel de Hertog daar niet uit den waggon
is gegaan, maar voor het raam van het
salonrijtuig salueerde.
Zijne Hoogheid is niet rechtstreeks uit
Schwerin gekomen, doch to Bremen in dezen
trein gestapt, komende van den groot-hertog
en de groot-hertogin van Oldenburg. De
Hertog was vergezeld door graaf Hahn,
hofmaarschalk van den hertog-regent van
Mecklenburg-Schwerin, en door den vleugel
adjudant van den hertog-regent von Behr,
voorts door den heer von Engel, benoemd
secretaris van Hertog Hendrik, en door
prof. dr. E. J. L. Kramer.
Te Osnnbrück is een uur vertoefd en
daar het diner gebruikt.
Te Oldenzaal is de benoemde adjudant,
de heer Zegers-Rijser, in den trein geko
men.
Op de meest offlcieele wijze is de brui-
d, gom van de Koningin, in de residentie
terugkeerende, aan het station van aankomst
ontvangen.
Het was in den koninklijken wachtsalon
van het Staatsspoorstation een geflonker van
goud op de vele ambtsgewaden en uniformen
der heeren van Hare Majesteits Hofhouding
en der autoriteiten, die Zijne Hoogheid
Hertog Hendrik kwamen begroeten.
In de eerste plaats zij uit dien kring
genoemd Harer Majesteit's grootmeester-ho
norair, baron du Tour van Bellinchave, die
van H M. de opdracht had bekomen den
Hertog, namens Haar, bij Zijn aankomst te
complimenteeren.
Voorts waren aanwezig alle groot-officieren
van Harer Majesteit's Huis, alle ministers,
hoofden van de departementen van algemeen
bestuur, de Commissaris der Koningin in
Zuid-Holland, de burgemeester der residen
tie, de gouverneur der residentie, met den
kolonel plaatselijken commandant, de Duit-
sche gezant bij ons Hof, graaf de Pourtalès,
met den secretaris der legatie den heer von
Jagon en den militairen attaché en voorts
nog verschillende hofdignitarissen.
Ter eene zijde van den wachtsalon stond
opgesteld de eerewacht der jagers, met <leu
luitenant-kolonel jhr. Bloys van Treslong
en den le-luitenant-adjudant Hofdijk, terwijl
daarbij verder waren ingedeeld de kapitein
R. A. Jackson, en de le-luitenants Langlois
van den Bergh, Versfeit en jhr. van Spren-
gler.
Ter andere zijde stond de hoorn muziek.
Toen de extra-trein gesignaleerd werd,
hief het muziekkorps het Heil Dir im Sie-
geskrans aan. Zijne Hoogheid stapte uit
Hij droeg de Nederlandsohe generaals uui-
forin die hem uitstekend staat.. Voorts
droeg Hertog Hendrik het grootkruis der
Orde van den Nederlandschen Leeuw.
Het eerst trad baron du Tour op Zijne
Hoogheid toe, ten einde zich van de hem
door H. M. gegeven opdracht te kwijten.
Hartelijk reikte de Hertog hem de hand,
waarna de overige grootofficieren Z. H. com
plimenteerden.
Dadelijk daarop ging de Hertog, begeleid
door generaal-majoor Dumonceau, adjudant-
generaal en chef van Harer Majesteits mi
litaire huis, door generaal Verspvck, den
gouverneur der residentie, generaal v. Ermel
Scherer en door Ilr. Ms. adjudant Zegers
Rijser en jhr. Van Suchtelen, ordonnance-
officier der Koningin, de eerewacht inspec-
teeren, onder het Wilhelmus, door de hoorn-
muziek der jagers gespeeld.
Op dat oogenblik ging een groot gejuich
op uit een menigte, die aan het einde van
het stationsplankier stond, en thans Hertog
Hendrik kon zien
Z. H. schreed langs het voorste gelid en
beantwoordde met het militair saluut de hem
gebrachte eerbewijzen.
Na zijn terugkeer van de inspectie betrad
de Hertog den koninklijken salon, waar de
minister van financiën, de heer Pierson,
tijdelijk voorzitter van den ministerraad,
Hem begroette en de overige ministers
voorstelde, waarna ZExc., staande in den
kling van zijne ambtgenooten, tot zijne
Hoogheid het volgende sprak
„Namens den Raad van Ministers zij t
mij vergund Uwe Hoogheid een zeer har
telijk welkom toe te roepen.
Wij begroeten thans Uwe Hoogheid als
Bruidegom van Hare Majesteit onze ge
liefde en hoogvereerde Koningin en tevens
als Nederlander.
Zij de herinnering aan dezen dag steeds
vreugdevol voor Hare Majesteit onze Ko
ningin en voor Uw Hoogheid zelve.
Dan zal zij het ook zijn voor het Nc-
derlaodsche Volk dat, ik ben er zeker van,
zich bij dit welkom van ganscher harte
aansluit."
Na deze woorden boog Hertog Hendrik
en zeide„Ik dank u."
Daarna verliet hij met vriendelijke bui
gingen naar de overige autoriteiten de
wachtzaal.
Buiten stond een zes-dubbele haag van
menschen langs de geheele buiten-bekapping
van het reeds in feesttooi prijkende staats
spoorstation. En uit die honderden stegen
daverende hoera's op, toen de Hertog in
de gala-hofkoets steeg, waarvan de koetsier
bij deze officieele ontvangst het gala hoofd
deksel, de driekantige steek, op de gepea-
derde pruik droeg.
Eu toen de Hertog langs die menschen-
rijen reed werd hij op de mees hartelijke
wijze door het publiek toegejuicht.
In de stad was 't nu weer de echte feest-
drukte, die aan de kroningsdagen herinnerde.
Er hangen al veel vlaggen, en in de ge
zellige llaagsche winkelstraten scheen 't nog
lichter door den weerschijn van al dat
oranje in de uitstalkasten. Eu niet eens
erg unheimisch waren in dit warme liclit
de mooio sneeuwvlokken, die echter punc
tueel op 't moment van 's Hertogs aankomst
boven bleven. Langs den weg van 't station
naar het paleis was het enorm volwel
tien, vijftien man dik stond de menigte, en
in 't Noordeinde en de Oranjestraat was
het een gedrang van duizenden, die de
politie met de grootst mogelijke inspanning
nog niet geheel in bedwang kon houden,
want telkens braken de dijken van menschen
door, vullend de rijgeul, waarlangs de stoet
moest komen.
Het publiek was wederom tot aan het
ruiterstandbeeld voor het paleis toegelaten
en ieder drong daarheen om het groote
moment van de aankomst te zien. 't Was
er een angstige volte, op één lijn geduwd,
en telkens klonk uit dien klomp van men
schen gegil van wie in verkuelling raakten.
Maar zij genoten dan ook een zeer fan-
tatisch gezicht op het paleis met zijn weel-
derigen lichtschijn uit alle vensters, de
vestibule, waar de kroon de bloemen met
licht overgoot en voor de deuren van het
bordes de portier met zijn zeer decoratieve,
reusachtige lieren muts. Op het voorplein
staat aan weerszijden voor de arcaden de
eerewacht der grenadiers opgesteld, met het
vaandel en de stafinuziek, geschitter van
koper, gewuif van witte pluimen.
Daar komt voor een der ramen van de
antichambre, links van de witte zaal, de
koninklijke Bruid, uiterst gracieuse ver-
schijning in haar wit zijden kleed, met
bloemen in het corsage. Zij staat in 't hoog
gele schijnsel als van kaarsen, waar huoge
palmen zich welven. En achter Haar ziet
men, in lichte avondtoilletten de hofdames
Zoodra de massa, die staart naar de ramen,
de Koningin ziet, dondert het hoera los,
en uit de knelling weten de menschen hun
armen nog op te heffen om te zwaaien met
de hoeden. Dan ziet men ook langzaam
heen en weer schrijden de Koningin-Moeder
zeer statig, het weduwkapje op de haren.
En Zij komt naast Haar Dochter staan, die
au^stig uit ziet op die steeds vooruit
openbrekende rijen, teruggedreven door de
politie. En de Koningin-Moeder schijnt
Haar Dochter te raden dat maar niet langer
aan te zienbeide Vorstinnen verdwijnen
achter in de zaal. Doch dan komt de
Koningin weer terug, uitziend met de hand
boven de oogenen al maar juicht de
menigte. Totdat een trompetsein ineens
stilte brengtDaar komt Hij Dan hooren
ze den donder van hoera's aanrollen, reeds
klinkt het paardengetrappel De Ko
ninginnen begeven zich naar de vestibule
voor den halven cirkel van Haar hofhou
dingen. En dan rijdt de galakoets met den
Bruigom het voorplein op, in schemerschijn
de koetsier met den driekanten steek op de
poederpruik, gezeten op den rooden bok.
Maar door het glimmeren van de portieren
onderscheidt men geen gezichten, ziet men
alleen wat wit van pluimen en goudge-
flonker. En de rijtuigenstoet houdt stil
voor het bordes. Zoodra de Hertog uitstapt,
verwelkomd door baron Clifford, wordt het
Heil dir im Siegeskranz aangeheven, opge
stuwd door gejuich, van de aanzwellende
massa. Generaal Hertog Hendrik, de witte
pluimen wapperend, sterk afstekend op de
uniform het grootkruislint, salueert voor
den commandant van het regiment grena
diers Buys en voor het vaandel. Dan gaat
hij in fiere houding de eerewacht inspecteeren,
gevolgd door den commandant, den kapitein
adjudant Froger, en den adjudant der hof
houding, steeds de militaire eerbewijzen
beantwoordend. En nu dadelijk wordt het
Duitsche Volkslied afgebroken voor het
Wilhelmus.
De inenschenmassa dreigt telkens door te
breken tot op het pleinieder wil den
Bruigom zrn, en ook de eerste begroeting
van Hem en Zijn Bruid, in de vestibule
Met. ingehouden adem volgt de massa di
treffend tooneeltje, roep u weer uit d
blijdschap De Hertog geeft de Koningin
Moeder den handkus, reikt de dames en
heeren do hand, en enkele seconden later
ziet men het koninklijk Bruidspaar voor
het venster, do Koningin, 't gezicht zoo
heel gelukkig, dankt niet Haar elegante
reverences, de Hertog staart voor zich heen,
met den blik van ingehouden aandoening.
Doch spoedig verlaat het jonge Paar gearmd
het venster.
Maar dé massa bleef, de grenadiers
moesten de politie te hulp komen om de
menigte tegen te houden Eerst na
eenige minuten, toen de eerewacht inrukte,
kwam er in de volte weer beweging. Maar
den heelen avond bleef er in de Residentie
blijdschap over de samenkomst van Bruid
en Bruigom. En de sneeuw, die dadelijk
weer was gaan vallen, verkoelde de stem
ming niet.
Het wordt thans bevestigd, dat de troe
pen van het garnizoen te 's Gravenhage er
uit andere garnizoensplaatsen op den da§
van het huwelijk van H. M. de Koningii
en haie zullen zijn opgesteld langs dei
door den stoet te volgen weg van het Paleis
naar de Groote Kerk en wel als volgt
het regiment Grenadiers en Jagers van hè
Koninklijk Paleis af, langs Paleisstraat,
Oranjestraat tot aan de katholieke kerk in
de Parkstraat, dan sluit zich aan het korp:
mariniers langs de Parkstraat tot det
Kneuterdijk, vervolgens de troepen uit he
garnizoen Utrecht, waarna een gedeelt»
vesting- en pantserfortartillerie uit de resi
dentie tot aan de Gevangenpoort, dan he
personeel det Normaal Schietschool c
daarnaast hot 3e regiment huzaren met eei
gedeelte veldartillerie, vanaf de Gevangen
poort langs den weg dien de stoet volg
over het Buitenhof tot de Graveustraat
voorts in de Gravenstraat detachemente
van het 4e reg. inf. uit Leiden en Dell
en eindelijk de koloniale Reserve op d
groenina;kt, langs het stadhuis tot aan de
ingang der Groote Kerk, alwaar de Eere
wacht der dienstdoende schuiterij is opge
steld.
De Hertogin van Albany zal, wegens de
rouw in haar familie, de huwelijksplechtig
heid in Den Haag niet bijwonen.
Bij aankomst der Vorstelijke genoodigde
bij llr. Ms. huwelijk aanstaanden Maandag
avond zullen aan het station der Staats
spoor te 's Gravenhage en aan de llote
„des Indes," „den Ouden Doelen" en „<i
Twee Stedeneercwachten met muziek zij
opgesteld van de Grenadiers en Jagers, va
de Koloniale Reserve en van de ïluzarei
elke eerewacht 1ÜÜ man sterk.
Op den huwelijksdag zullen zich eere
wachten bevinden aan het Kon. Pale
(Grenadiers) en aan de Groote Kerk (schu
te rij).
liet vergnan der Holland.
hij lief heeft. Maar God is hem ook vol
doende. Op Hem alleen bouwt hij, en wie
ondervindt het niet, hoe meer men op God
alleen vertrouwt en zich zelve mistrouwt,
hoe meer God zich de almachtige en de
al goede weet te toonen. Hij herinnerde
zich° nu zoo gaarne de woorden in zijne
studiejaren zoo vaak met voorkeur in de
H. schrift gelezen: „die mijn vader en moe
der enom mijnentwil vaarwel zegt zal
hier reeds hondervoudig beloond worden
en later h^t eeuwig leven bezitten Dat
waren toch geen ijdele klanken.
En dan voelde hij de blijde hemeldrop-
pen van Gods liefderijke genade neêrdau-
wen op zijne vermoede, afgematte ziel.
Wat kwamen zij verkwikken en verfrisschen
die jeugdige ziel, waarlangs een lieete gloed
was gegaan bij het brengen van het offer,
dat God van hem had gevraagd.
De trein, die geen mededoogen kende
met de tranen van hem nastarende vrienden,
voerde hem met onverpoosde snelheid voort
en des avonds hield hij te Scheut stil.
Hier stapte de Missionaris af, om naar het
Missiehuis te gaan, waar hij zich tot zijne
groote zending had voorbereid. Vandaar
zou hij na vijf dagen des Donderdags met
twaalf zijner collega's vertrekken naar Parijs
en verder naar Marseille, waar hij aan boord
zou gaan vau den Oceanien.
Een verkwikkende slaap deden zijne
vermoeide leden goed, en wie weet wat
zoete droom zijne Missionarisziel reeds bezig
hielden, wie weet hoevele kleine Chineesjes
hij dien nacht reeds in zijne jeugdige ver
beelding met eigen hand doopte, en tot en
gelen maakte voor den allen geopenden
eeuwig schoonen hemel.
Des morgens moet hij wel blijmoedig zijn
opgestaan, als iemand die met innige vol-
doeniug herdenkt en voelt, dat hij eene
groote goede daad heeft verricht.
Na zijn gebed grijpt hij onmiddelijk naar
de pen.
Even tot hen, die hij gisteren voor goed
de hand drukte, in een brief zijn hart uit
spreken. 't Was Zondag morgen.
Scheut, 18 Sept '98.
Dierbare Ouders.
Hier zit ik dan weer rustig op mijn
kamerke te Scheut.
Ik heb om 8 uur de II. Mis gelezen
en zoo vind ik nu juist den tijd om
gauw een briefje te schrijven.
Goddank De gevreesde dag is achter
den rug
Het offer is vreeselijk geweest voor weers
zijden, maar de goede God heeft ons allen
geholpen.
Moederke vooral heeft zich flink gehou
den. Ik ben er trotsch op zulk eene moe
der te bezitten
Mij zeiven is het ten slotte ook nog mee
gevallen toen ik maar eenmaal thuis weg
was, ging alles voortaan goedik ben
toch blij, dat oom zoover is meegegaan,
dan was het afscheid wat geleidelijker en
zag ik mij niet op eens al mijne dierbaren
verwijderd. Nu, verder maar goeden moed
Ik stel het al bijzonder wel en heb te
veel drukte en afleiding, om lang over die
dingen te mijmeren.
Ik heb u allen aan het H. Hart van
Jezu9 aanbevolen, aan O. L. Vrouw en
aan den H. Jozef, die moeten nu maar de
onmiddelijke zorg over U op zich nemen....
Ik zal uit de verie op u zien en voor U
bidden en arbeiden. En ik ben overtuigd,
dat dit voor U niet minder voordeelig zal
zijn, dan wanneer ik bij U bleef. Nieuws
heb ik nog weinig vernomen, omdat ik nog
bijna niemand gesproken heb.
Vaartwel, vele groeten aan allen.
Uw liefh. Zoon.
André.
Dienzelfden Zondag des avonds schreef
hij nog een tweeden brief aan zijne dier
baren. Het is te begrijpen, dat hij er be
hoefte aan had, zijne ziel zoo eens uit te
storten. Men voelt het bij het lezen, dat
hij weer in dienzelfden liefdevolle en blij-
raoedigeu geest leeft als anders.
„Wees maar niet ongerust over mij, zoo
„schrijft hij, ik maak het hier alweer
„zoo goed, alsof het afscheid als 14 dagen
„voorbij was."
Over één ding slechts geeft hij zijn leed
gevoel te kennen. Daaraan kan men hem
zoo kennen. Hij had n 1. de knechts ver
geten de hand te drukken.
„Vele groeten aan allen. In 't bijzon
der aan B. en K. In de drukte van het
„afscheid had ik nog vergeten hun de
„hand te geven, dat spijt mij."
„Houdt maar goede moed en schrijft mij
eens, hoe het gaat.
Uw liefh. Zoon.
André.
Woensdagavond zou hij voor zijn vertrek
nog een laatsten brief schrijven, dat op Don
derdag was bepaald.
(Wordt veivolgd.)!
Wij lezeu in de N. R. Ct.
Woensdag was de gezagvoerder vart d
Hollan l zoo vriendelijk ons een onderhou
toe te staan. Bij het binnenkomen in d
kamer, die vol van zonlicht stond, was ht
wel heel treffend dien kloeken, jongen kap
tein van d-r Poll daar te zien zitten iu de
kring van zijne familie, terwijl zijn jeugdig
echtgenoote rnet innige liefde hun kind
verzorgde, dat op het ku-sen met de ros
armpjes en beertjes te spartelen lag.
De kapitein ziet er weer flink uit, ma.
het loopen valt hem nog zeer moeilijk, e
de vingertoppen zijn nog s'eeds dood. Zij
ijzersterk zenuwgestel is echter door de ge
weldige aandoeningen van dien wreedt
stormdag niet geschokt. En ook gedurenc
de ramp heeft hij volkomen zijn kalmte bt
waard, want al wat er gebeurd is staat he
nug voorde kleinste detail?, zoowel als c
vreeselijkste omstandigheden.
Wat de heer Van der Poll ons verteld
komt in hoofdzaak hier op neer
Omdat de zee dien nacht bij het gewe!
dig stormweer zoo verbazend hoog ston
was hij van plan met de Holland niet bic
nen te loopen. Maar toen er een luik w
weggeslagen durlde hij niet op zee te blijve
ook met het oog op de vrij gevaarlijke ladin
achter op dek stonden een vijftigtal van
benzine, en eenige vaten carbol onverwrik
baar vastgesjord. Zoo kwam de Holland d;
ook midden voor het gat, toen zij door e
zee uit het roer om de. Noord werd geslage
Bij het terugdraaien luisterde het roer n:
meer, de stuurreep was klaarblijkelijk a;
deu anderen kant gebroken. En nu wierp
zee en stroom en wind de dwars liggen-
boot dadelijk op hel noorderhootd. I
gasboei was uit, maar de kapitein had he
duidelijk zien liggen en hooren bromm
Het schip ging over het waar.ichuwingsto
netje heen. Op het hoofd maakte de Holla
drie vervaarlijke stooten. De seinvur
waren reeds uitgeslagen door het water, 1
toplicht kwam nu ook neer. En daar
den eersten s«oot schotten en de deuren v
rookkamer en kajuit waren losgesprong
was de toegang tot de vuurpijlen en and
noodsignalen, hoe dicht ze ook bij de' ha
lagen, afgesneden, zoodat er geen middel
waren om het onheil kenbaar te maken,
den tweeden stoot bonkte de boot tegen
ijzeren vuurtoren aan, dien zij in drie stul
ken brak. En juist waren vijf man in di
toren geklommen om zich te redden
eerste stuurman Gorlach, de matrozen V
der Steen, Noordzij en Van Buuren en
stoker Bezooijen. Vier hunner vielen met
ijzeren stellage in zee en verdronken,
Buuren sprong nog aan boord. Het scl
werd nog 2 3 meter voorbij den tot
voortgestuwd; bij den dei den stoot bi
het achterschip af, waar de üitoemende r
dingbooteo en een vlet slocden. Twee d
booteu zijn reeds aangedreven. De geza