:;i
r
v
Dè intocht in de hoofdstad.
BINNENLAND.
r
i i
r r
i
f-
d
i h
I
I
1,)
i
i i
i
I
t
i
r1
,i
I
y
3
I
3
1 0
i 1
I
I
I I
M i
n
o
si
D
i n
ei
1
s
i
i
e
'g
I).
I
k
t
)0
ID
en dat is voor hem de hoofdzaak.
Zoolang het De Wet niet aan volgelingen
ontbreekt, kan hij de guerilla voortzetten,
want voor proviandeering zorgen de Britten
die in een jaar van gevoelige ervaring nog
niet geleerd hebben den spoorwegdienst
zoodanig te verzekeren, dat de aanvallen op
de treinen ophouden.
De geruchten omtrent Botha's capitulatie
worden niet bevestigd. Men verzekert te
Londen dat lord Kitchener in dezen een
groote, diplomatieke nederlaag heeft geleden.
Het heet nl. dat Kitchener, eerst door be
middeling van mevrouw Botha en vervolgens
door een directen boodschapper, aan den
opperbevelhebber der Boeren had doen vra
gen, op welke voorwaarden deze er in toe
zou stemmen, de wapenen neer te leggen.
Botha zou daarop geantwoord hebben, dat
hij altijd gereed wa3 en zou zijn, om de
wapenen neer te leggen, mits de Engelsche
opperbevelhebber waarborgde... de volledige
onafhankelijkheid der Boerenrepublieken en
niet vroeger
Een officieel bericht uit Pretoria zegt de
Wet trok op Philippolis aan, maar werd door
oir ze troepen voorkomen. Hij rukt nu op
naar Fauresmith.
Te Landfontein heeft Babington eet) Krupp-
kanon en een pompon opgegraven.
Bij Zeekoe rivier zijn 33 Boeren gevangen
en 50 paarden buit gemaakt.
Generaal Dartuell heeft een Hotchkiss buit
gemaakt in de buurt van Piet Retief, waar
zfèh ruim 50 Boeren met hun commandant
overgaven.
In het Reuter-telegram uit Colesberg,
staan nog de volgende bizonder'neden over
dp ontkoming van de Wet:
Negen Engelsche ruiters, onder bevel van
een sergeant-majoor, zagen de Boeren (Don
derdag) ten getale van 1500 te Leliefontein,
bij de Colesbergbrug, de Oranje-rivier over
gaan. De stroom voerde de Boeren een
hèfel eind meemaar toch slaagden zij er
irï zes karren eD twee ambulances mee te
voeren. De Engelsche ruiters die zeer goed
beschut lagen, vuurden op de Boeren, terwijl
dezen in het water warert en joegen hun
gföoten schrik aan. Toen de Boeren allen
de' rivier over waren, kwamen de ruiters
voor den dag eu vonden vijf karren en
kteeren. De Boeren waren erg moe van
hón langen rit te paard. Drie Engelsche
gevangenen (de Wet heeft er dus waar
schijnlijk nog meer bij zich) slaagder» erin
te lontsnappen. Een kafferbediende verdronk
cm verscheidene Boeren bleven stokstijf
liggen op den anderen oever een hunner
was ongetwijfeld doodelijk gekwetst door
een schot. De Boeren beantwoordden het
vuür van de Engelsche ruiters niet, daar zij
de* plaats niet konden ontdekken waar zij
verborgen waren.
'De correspondent van de Daily Telegraph
seinde gisteren uit Colesberg
Ik ben hier gisteren uit Philipstown bin
nengereden. De Wet is er Donderdag in
geslaagd de Oranje-rivier weer over ie
trekken. (Een eerlijker manier van zeggen
dan de uitdrukking in Kitchener's telegram
dat de Engelschen er geslaagd waren, hein
over de rivier te »drijven«.) De Boeren
ontkleedden zich en zwommen de rivier
die erg hoog stond, 's avonds over. Zij
waren erg ontmoedigd en verstrooid.
Thorneycrofts koloune heeft twee dagen
geyochtcn met de achterhoede van de Boeren
en hen telkens verdreven. Hij en kolonel
Henniker slaagden er in enkele gevangenen
te maken, Iu dit bergachtige afgelegen
district sluipen een aantal Boeren rond. Ik
heb verscheidene afdeelingen van hen gezitn
gedurende mijn rit van Philipstownde
sterkste troep was een dozijn man.
Thorneycrofts troep zag twee dagen gele
dép omstreeks 800 van Hertzogs mannen
epj galoppeerde door hen heen, waarop de
Bóeren in alle richtingen uiteenstoven,
geweren, wapens, paarden en veel kleederen
achterlatende. Hun bundels waren gevuld
met horloges, snuisterijen enz. die zij buit
gemaakt hadden. De meeste van deze
rpoyjers zitten in de bergen en het meeren-
deeivan hen zal door systemastische pa—
trpuilleering gevangen genomen worden.
Ónze talrijke kolonnes zetten de jacht
op de Wet voort. In Colesberg heerscht
een verwarde druktetroepen rukken van
hi# in verschillende richtingen op om de
veryplging door te zetten.
•"Jyia MAANDAG.
^jBeeds de geheele vorige week was men
dj-ujc bezig met de versiering in de Hoofd
stad. Amsterdam was Maandag reeds gc-
hfejél in feestdos.
ïlEr is in de Amsterdainsche versiering
vari nu, heel veel werk gemaakt van ge-
tiinmerte. Aan het Weesperpoort-station,
iu de. Sarphatistraat, op liet Erederikspleiu,
ih,!de Utrechtschestraat, zijn kleurige mas
ten schuin uit den grond gezet, met veel
oranje en blauw er op en overigens druk
oflgetnigd met uitgezaagde kronen eu heral-
dipkp figuren. Vooral op de Hoogesluis is
zeemanskunst gebruikt om deze masten be
hoorlijk te beladen. Maar 't doet als ge
héél, zeer aangenaam.
Men weet dat van gemeentewege een
uniforme versiering langs den intochtsweg,
mpt medewerking van de bewoners, is aan
gelegd.,;
Op de grachten staan masten met wim
pels, in de Leidschestraat is 't een heel
mastbosch met schilden, die een parapluie-
vorm hebben, (dit is wel origineel), op 't
Rokin nog eens masten en daarop kleine
getimmerten, die lijken op vlecimuisvleugels
en ook' weer met Oranje op getuigd j dan,
in de Raadhuisstraat masten.
Maandagmorgen werden de vlaggen en
vlaggetjes ai.ngespijkerd en aangeheschen, in
de middenstukken werden bloemen en groen
gezet, o, 'fc zal héél feestelijk ziju.
In de Kalvcrsiraat zag ik aan de hui
zen, wel wat hoog, heraldische dierkoppen
genageld, wit met een oranje randje-
Maar op den Dam, daar was 't een
juichende versiering! Al goud en glans
en groen, 't Monument staat in zijn etui
en dat is versierd. Hóe kan ik nog niet
met zekerheid zeggen, er was nog te veel
stellage en te druk gescharrel omheen,
Maandagmorgen.
Van gebouwen versiering is veel werk
gemaakt. De Nederlandsche Bank ziet er
van buiten even rijk uit als van binnen,
een beetje overladen, dunkt me, maar
het is nu ook eenmaal 't goudpaleis des
lands.
En wanneer de illuminaties zullen ge
schieden, zooals zich de voorbereider» die
denken, dan zal Arasterdam in de feestavon
den dén groote lichtgloed zijn. In de hoofd
straten staat huis aan huis Klaar om een
lichttooi te ontvangen.
De lui, die op den intochtsweg wonen,
maken van de gelegenheid gebruik. Er zijn
weer stellages buiten de hwizen uitgebouwd,
enkele zéér fraai hekleed of beschilderd
Vergis ik me niet, dan werden de meeste
dezer uitbouwscis vddr drie jaar bij de
Inhuldiging gebruikt. Winkeliers hebben
hun etalagekasten leeggemaakt en daar
stoelen gezet. //Nog enkele plaatsen te
huur
Zóó in de stad die zich aan 't mooi-maken
was, met haar betimmerde huizen, drukte
van veel vreemdelingen op haar straten,
geroep van vensters met bibelots, was 't wel
om in de stemming te komen, al regende
het ook.
DINSDAG.
Droevig zagen de Amsterdammers de
droevige, vochtige lucht aan, die dreigde al
hunne versieringen te niet te doen. Maar
regende en stormde het, het hart was warm
en reeds vroeg zag men duizenden en dui
zenden heen en weer snellen.
De politie, huzaren en andere gewapende
macht begon reeds vroeg het stationsplein,
den Dam en den intochtsweg af te zetten
Alles spoedde zich naai het station om
de komst der dierbare Koningin met haar
Gemaal met spanning af te wachten.
Te bestemder tijd stoomde de koninkijke
trein binnen. Bij het verlaten van het
rijtuig trad H. M. de Koninin terstond op
den burgemeester toe, die Haar en Haar
Gemaal in naam der gansche burgerij ver
welkomde met de volgende woorden
//Mevrouw Het gemeentebestuur van
Amsterdam roept Uwe Majesteit een harte
lijk welkom toe. Met het Nederlandsche
volk, met de Amsterdarasche burgerij heeft
het zich innig verheugd in het huwelijk van
Uwe Majesteiten het waardeert ten hoogste
naast Uwe Majesteit thans den Echtgenoot
te mogen begroeten, die geroepen is met
Haar lief en leed te deelen en door bevor
dering van huwelijksgeluk aan Uwe Majes
teit de kracht te schenken de moeilijke re-
geeringstaak met opgewektheid en liefde te
blijven vervullen. De warme ontvangst
alhier aan Uwe Majesteit bereid, beschou-
we Zij als de uiting van den innigen wensch
der bevolkiug, dat de gewichtige gebeurte
nis, welke onlangs plaats vond, Uwe Ma
jesteit en Haar Huis ten zegen zij.
Koninklijke Hoogheid Een groot voor
recht is liet voor Uwe Hoogheid als ge
maal plaats te nemen naast eene Vorstin,
die gesproten is uit een Huis, dat door
de nauwste banden sedert eeuwen met Ne
derland is vereenigd eu die bovendien nu
reeds door Hare ernstige levenopvalting,
Haar plichtsbesef en Hare toewijding aller
liefde heeft veroverd. Uit den vreemde
komt Gij tot ons om U voortaan te bewe
gen te midden van een vrijheidlievend, maar
tevens oprecht en trouw volk. Door onze Ko
ningin uitverkoren, door Haar bij ons iugeleid
en door Haar voorgelicht, zal het U evenwel
niet moeilijk vallen spoedig onze harten te
winnen. Ook Uwe Hoogheid heet het
gemeentebestuur welkom in Nederland's
hoofdstad.
De Koningin, na deze toespraak op den
burgemeester toetredend, zeide dat het
Haar zeer verheugde, weder hier te zijn eu
zich recht dankbaar te gevoelen woor hot
welkomstwoord. De Prins voegde daaraan
toe, in het Nederlaudsch „Ook ik, mijn
heer de Burgemeester, dank u voor uwe
vriendelijke woorden. Ik beu zeer ver
heugd, de hoofdstad van het vaderland mij
ner geliefde Echtgenoote te mogen leeren
kennen.4
De dochter van den burgemeester, me
juffrouw Vening Meinesz bood II. M. een
heerlijke tuil orchideeën aan, met een
oranje zijden lint saamgebonden. Op het
perron werden aan het Hooge Paar reeds
eenige heeren voorgesteld, in de eerste
plaats de vier wethouders dezer stad, de
heeren van Hall, Blookor, Gerritsen en van
Leeuwen. Links en rechts groetend, de
Koningin nijgend, de prins op militare wijs
salueerend, schreden de echtgenooten naar
ds ontvangkamer. Prins Hendrik droeg de
uniform vaD schout-bij-nachtde Koningin
een mat-wit zijden kleed met licht bruin
bor.t omzoomd en een kleinen hoed even
eens met bont omzoomd en een aigrette
gegarneerd.
Bij het verlaten van den salon deed de
Koningin zich een mantel omhangen. Ter
wijl het Koninklijke paar in de koets plaats
nam, klonken luide hoera's, ofschoon het
nu harder regende dan ooit. Ook de Prins
was in een wijden mantel gehuld. Maar
de kap van het rijtuig bleef omhoog, zoodat
men uiet verstoken zou worden van het
gezicht op het jonge paar, gezeten zij aan
zij en zich voor zichzelven blijkbaar niet
veel storend aan weer en wind.
En nu ving de zegetocht door de stad
aan. Een krachtige, lange juichtoon gol'de
voort van het plein af, den ganschen, vrij
langen weg langs tot op den Dam. De
regen viel gestaag, de weg, 's rnorgeii9 met
fijn kiezel bestrooid, was in een modderpoel
verkeerd. De raenschen stonden opgepakt
en opgedrongen vnn alle kanten, met de
koude voeten in het slijk, al sedert uren.
Maar op de verschijning van het Koninklijke
Paar was de juichtoon even kiachtig eu
vreugdevol, als ware de intocht door het
fraaiste zomerweder begunstigd geweest
Waren de voeten koud geworden, het hart
was warm gebleven. Op het Weesperplein
zwaaiden de jongens van de Wassenaar met
hunne vlaggen en joelden ditmaal niet in
het want, maar op de treden der Japansche
trappen. Langs den ganschen weg waren
alle vensteropeningen bezet met lachende,
door opwiuding schreeuwende menschen van
wie meest het hoofd alleen zichtbaar was.
En huis aan huis wuifden tusschen hef
wapperend vlaggedoek duizenden zakdoeken
H. M. en den Prins het hartelijk welkom
der burgerij tegen. Voortdurend groetten
de Prins en Zijne Gemalin naar alle zijden,
men zag dat Prins Hendrik nu en dan de
opmerkzaamheid der Koningin vestigde op
een of ander onderdeel der versiering, en
soms expresselijk, soms bij toeval, werd
enkele malen een oogenblik halt gehouden,
zoodat er nu en dan een bijzondere gele
heid was voor een geestdriftige huldebetoon1.
Naar de gewoonte in zijn vroeger vad'ërland
brachten jongelui, zwaaiende ro'ët'hn'flhe
hoeden, een „Dreifaches Hoch" uit! óp jléti
Prins.
Langs den weg vernam men uit! de dichte
rijen natuurlijk menige opmerking over het
voorkomen van den Prins-Gemaal, die, blo
zend en welgemaakt, buitendien gestoken
in het zoo wel-kleedend uniform onzer
zeemacht, wel geen onwillig oog zal hebben
ontmoet.
Zonder ophouden krachtiger, hartelijker
toegejuicht dan wij ooit hoorden, en rus
teloos groetend en buigend naar alle zijden,
reden H. M. en de Prins-Gemaal omstreeks
kwart voor één door de Paleisatraat den
Dam op.
Te half elf een hoornsignaal, ten teeken,
dat ieder zich in postuur had te zetten en
even daarna kondigde een langzaam cres-
cendeerend gejuich van den kant van het
Damrak, da komst aan van de Koningin-Moe
der, die volgens programma het hooge echt
paar één uur véér zou zijn. Het was zeer
treffend op te merken, met welk een har
telijkheid H. M. door de menigte verwel
komd werd. De jubel overstemde haa.ff
het tromgeroffel en liet Wilhelmusmotief dat
naar gewoonte de muziek (vau de
Koninklijke Nederlandsche Marine) in ein-
delooze herhaling aanhief. De menschen
zwaaiden met hoeden, wuifden met zak
doeken, zoowel zij, die beneden stonden,
als de hooger gezetenen op de balkons.
Kortom, het moet voor de Koningin-Moeder
aangenaam zijn geweest te ervaren, dat de
veranderde verhouding, waarin zij thans tot
ons volk staat, in geen enkel opzicht de
gevoelens van sympathie en dankbaarheid
heeft veranderd, die men haar toedraagt.
De koninklijke stoet reed in dichte koetsen,
de Koningin-Moeder in een landauer, waar
van de kap was overtrokken en it la deau-
mont bespannen. De Hertog Regent van
Mecklenburg, die II. M. vergezelde, in
specteerde, alvorens het paleis binnen te
treden, de eerewacht van mariniers en zee
matrozen. De muziek speelde toen het //Heil
dir im Siegerkranz". De Hertog en zijn
beide adjudanten waren in lange grijze
mantels gehuld en droegen de Pickelhaube.
si-
Eindelijk tegen half twaalf kwam er wat
beweging onder de menigte. Scherpe luis
teraars hadden een kanonschot gehoord of
meeneD te hooren, de aankomst aankondi
gende van het Echtpaar aan het station
Weesperpoort. En de mare plantte zich
dan voort, van mond tot mond. En nog
altoos regende het. In het tooneel kwam
geen verandering, totdat, bij half een, een
gemeenteraadslid in druipend galakostuum
door de politie door de menigte op den
Dam heen geloodst werd. Ieder ging toen
begrijpen dat hij, die bij de ontvangst aan
het station tegenwoordig moest zijn geweest,
de voorbode was van den naderenden Ko
ninklijken stoet-. De eerewachten voor het
Paleis sloten weer de gelederen, de muziek
korpsen namen hun standplaatsen in. Van
den ingang van het Paleis formeerden zich
iu de richting van de Nieuwe Kerk een
dubbel gelid officieren van het garnizoen
en van de oorlogsschepen, waaronder ook
een aantal adelborsten, waarlangs de Ko
ninklijke stoet te schrijden had. De hot-
dignitarissen, die reeds ten paleize waren
afgestapt, verschenen onder den baldakijn,
en weer klonk een hoornsignaal. Het
rijtuig van den hoofd-commissaris reed uit
de Paleisstraat den Dam op, spoedig gevolgd
door een detachement huzaren met de mu
ziek, die zich rechts voor het monument
posteerden.
Niet lang daarna kondigde een aanzwel
lend gejoel de nadering van het door ieder
met zooveel spanning verbeide oogenblik,
dat Koningin Wilhelmina, gezeten naast
haar uitverkorene, den volke met haar aan
schijn zou verblijden.
Stil zag het volk het eerste gedeelte van
den stoet langs zich heenrijden, blijkbaar
aangenaam verrast, dat de hofrijtuigen met
den kamerheer-ceremoniemeester en die,
waarin de kamerheeren en hofdame» en de
groot-officieren enz. enz., geheel open waren.
Met groote cordaatheid trotseerden zij den
regen, die van geen ophouden wist. Va»
de paarden, glimmend van het nat, stegen
de dampen in wolken op. De heeren waren
als trempé, alleen de dames in haar lichte
toiletten zochten eenige beschutting onder
de opgestoken parapluies. Vooral de eere
wacht, gevormd uit een aantal aanzienlijken
uit den lande, had het hard te verantwoor
den gehad. Het dons der steken kleefde
als natte watten aan de steken maar
de heeren reden kranig, op hun door het
tromgeroffel verschrikt steigerende paarden.
Maar toen was het uit met de stilte
onder de menschen. Het vuur dat onder
al den regen smeulende was gebleven,
vlamde plotseling bij het zien der konink
lijke echtgenooten op en het was één uit
barsting van geestdrift, die de lucht een
oogenblik als deed opklaren, die het konink
lijk rijtuig omgalmde gedurende den rit om
het monument naar den ingang van het
Paleis.
De Koningin in het open rijtuig, met
groote opgewektheid het publiek begroetende,
het met den kleinen zakdoek toewuivende,
Haar Gemaal, de hand aan den steek, steeds
buigende.
Mocht de hemelkoningin zelve zich al
achter het grijze floers verscholen houden,
het was nu, als scheen de zon uit de har
ten der raenschen, als straalde zij van het
liozegelaat der Koningin, wier oogen blon
ken faï0&e glorie van dit oogenblik, waarop
zij'aHh&r Gemaal mocht doen deelen in de
Huldiging, die ieder die er van getuige was,
met ontzag heeft moeten vervullen.
De indruk va» den rondrit op den Dam
is niet in woorden weer te geven. Het
was als een grootsch polyphonis klankenspel,
dat de lucht vervulde vier muziekkorpsen
die de vaderlaiulsche hymnen speelden, het
plechtig Wilhelmus gecontrapunteerd door
het aloude Prinsenlied en doorvlochten door
den parademarch der Marine en daarboven
het jubelend koor der burgerij.
Nadat de Koningin het Paleis betreden
had, inspecteerde de Prins-Gemaal de eere
wacht der marine en iets wat de Her
tog-Regent niet had gedaan ook de
eerewacht der Studenten weerbaarheid-ver-
eetiigingen, waarbij, naar wij vernamen,
alleen de Groningsche universiteit, zich niet
had doen vertegenwoordigen, fferwijl dc
soldaten en matrozen de geweren presen
teerden, zwaaiden de oflicieren met de ste
ken en begroetten Prins Hendrik met een
driewerf hoera.
Toen kwam de moeielijke taak voor de
poiitie om de dicht opeengepakte menigte
achter hel cordon gelijdelijk tot voor het
paleis toe te laten. Maar hoewel hier en
daar een oogenblik van te sterk dringen
niet te verhoeden was, de manoeuvre slaagde
weder uitnemend, dank zij de tactvolle
wijze, waarop de politie, door de schutterij
en eenige huzaren gesteund, terugweek,
dank zij ook de menigte zelve, die het nut
van den maatregel i i haar eigen belang
erkennende, meehielp oin de manoeuvre te
laten slagen. Toen ten leste het voor het
Paleis geschaarde gelid agenten de borden
met het waarschuwend halt, opstak, was de
menigte reeds tot staan gekomen, in span
ning wachtende dat de deuren van het.
paleisbalkon zich zouden openen.
Een paar seconden nog en de Koningin
verscheen, de Prins aan hare zijde. Nog
hooger jubel dan daar straks althans
zoo scheen het want nu zwegen trom
men eu trompetten en alleen aan het volk
was het nu ora uiting te geven aan wat
opwelde uit den diepsten hartegrond. Na
eenige oogenblikken toevens op het balkon
keerde het Echtpaar terug in het paleis,
maar de menigte bleef nog eenigen tijd
naar de hooge vensters opzien, de vader-
landscbe liederen aanheffende, die door an
dere groepen overgenomen werden, voort
gedragen langs de straten, waarlangs de
menigte zich verspreidde, na dezen langen
ochtend van spanning, kou en geestdrift.
WAALWIJK, 6 Maart 1901.
Kamers van Arbeid.
Zooals onze lezers zich nog wel zullen
herinneren werd in April 1900 door de
Schoenmakersvereeniging te Waalwijk een
adres gezonden aan den Minister van Wa
terstaat, Handel en Nijverheid, om de op
richting te verkrijgen van Kamers van ar
beid te Waalwijk en naburige gemeenten
Thans is daarop bij den Voorzitter van
bovengenoemde Vereeniging den heer A. H
yan Schijndel alhier het volgende antwoord
van den Minister ontvangen.
„Naar aanleiding van Uw nevengemeld
adres (zie hierboven, Redwerd door mij
een onderzoek ingesteld naar de behoefte
aan vertegenwoordiging van het schoenma
kers- en leerlooiersbedrijf te Waalwijk en
naburige gemeenten in eene of meer Ka
mers van arbeid. Daarbij bleek de wensche-
lijkheid om de oprichting te bevorderen
le. van eene Kamer van arbeid voorliet
leerlooiersbedrijf voor de gemeenten Waal
wijk, Baardwijk, Loonopzand, Besoijen, Ca-
pelle en Waspik.
2e. van eene Kamer van arbeid voor het
schoenmakersbedrijf voor de gemeenten
Waalwijk, Baardwijk, Drunen, Loonopzand,
Sprang, Besoijen, Vrij hoe veu-Cappel, Capelle
en Waspik.
3e. van eene Kamer van arbeid voor liet
leerlooiers en schoenmakersbedrijf voor de
gemeenten Dongen, 's-Gravemoer, Ooster
hout en Gilze en Rijen."
Bij dit schrijven voegt de Minister een
drietal ontwerp besluiten tot oprichting van
bovenstaande Kamers Hierover zoude hij
gaarne het oordeel der Schoenmakersveree
niging alhier vernemen, alvorens eene voor
dracht tot oprichting aan H. M. de Ko
ningin te doen.
Uit d ze ontwerp-besluiten halen we nog
enkele punten aan.
De Kamer van arbeid voor het leerlooi
ersbedrijf voor de onder sub 1 genoemde
gemeenten zal gevestigd zijn te Waalwijk,
uit 10 leden bestaan en den naam dragen
van Kamer van arbeid voor het leerlooiers
bedrijf te Waalwijk.
De Kamer van arbeid voor het schoen
makersbedrijf voor de onder sub 2 genoem
de gemeenten zal gevestigd zijn te Waal
wijk, uit 10 leden bestaan en den naam
dragen van „Kamer van arbeid voor het
schoenmakersbedrijf te Waalwijk.
De Kamer van arbeid voor het leerlooiers-
en schoenmakersbedrijf voor de onder sub
3 genoemde gemeenten zal gevestigd zijn
te Dongen uit 10 leden bestaan en den
naam dragen van „Kamer van arbeid voor
lederindustrie fe Dongen."
Zoo dus het oordeel van onze Schoen
makersvereeniging over deze ontwerp-be
sluiten iu hoofdzaak gunstig zal luiden en
dit mogen wij met recht verwachten, kun
nen we binnen een niet te ver verwijderd
tijdstip de oprichting tegemoet zien van
Twee Kamers van arbeid, een Yoor 't
leerlooiers- eu een voor 't schoenmakers
bedrijf in onze gemeente.
Een Kamer van arbeid voor de leder
industrie te Dongen.
Een woord vau lof en dank komt zeer
zeker toe aan onze Schoenmakersvereeniging,
voor het initiatief tot aanvraag dat zij heeft
genomen aan haar zullen we yoor 't grootste
deel te danken hebben, dat dergelijke goede,
zegenrijke instellingen als Kamers van arbeid
ook in onze gemeente en de gemeente Dongen
zullen worden opgericht. Zij heeft hiermede
een zeer goed werk gedaan eu verdient dat
haar streven worde gewaardeerd.
Waterleiding.
In aansluiting aan ons bericht van ver
leden Woensdag omtrent de ophanden zijnde
werkzaamheden voor de waterleiding in onze
gemeente kunnen we thans mededeelen, dat
het materieel druk wordt aangevoerd en met
den bouw zoo spoedig mogelijk zal worden
begonnen.
Het zal voor het publiek, dat lot nog
toe zoo weinig van de waterleiding heeft
gehoord, niet onaardig zijn eenige bijzon
derheden hieromtrent te vernemen
De gebouwen worden gevestigd 1200 M.
ten zuiden der Spoorlijn, ter plaatse in dan
volksmond genaamd „het oude kerkhof."
De prise d'eau komt vlak tegenover dit
terrein in den berm van den weg, zoodanig
dat de prise d'eau ten allen tijde, indien
de exploitatie dit vordert, kaï^ worden ver
lengd.
De watertoren .wordt hoog 35 Meter,
zoodat altijd 31/a atmosfeer druk op de
leiding staat het aan te brengen reservoir
zal een inhoud hebben van 200 Ms de
pompwerktuigen bestaan uit een dubbel
stel machines, waarvan de ruwwalerporapen
85 Ms per uur en de perspompen 75 M®.
per uur verwerken. Er wordt 150 M8 per uur
naar de gemeente vervoerd.
Uit een en ander blijkt dat de inrichting
flink wordt aangepakt en door velen zal
deze nieuwigheid voor onze gemeente, vooral
om het groote gemak, met blijdschap worden
tegemoelgezien.
Wij hopen onze lezers geregeld met den
voortgang van 't werk en andere bijzonder
heden op de hoogte te houden.
Uitslag Biljartcoueours
In het café van den Heer van Paasschens
had Zondag 1.1. de uitslag van het Biljart-
Concours plaats.
Reeds vroegtijdig was de zaal met deel
nemers en belangstellenden gevuld, aange
zien men voorzag dat de strijd hevig zoude
zijn.
De 1ste prijs een zilveren remontoir werd
bij kamping van 26 punten behaald door
den Heer Slaats uit Baardwijk.
2e prijs een prachtige Standaard-Wekker,
door den Heer M. de Munnik uit Drunen,
met 26 punten.
3e prijs een mooie horlogeketting voor
de meeste roode stopballen bij kam ping met
4 roode ballen door den Heer H. Ileijmans
uit Waalwijk.
4e prijs 1 kistje fijne sigaren bij kam
ping met 15 punten in eene partij door
den Heer Tb. Verhoeven uit Waalwijk met
19 punten.
Een woord van lof aan deu Heer C.
Paasschens voor de goede orde en regeling
is voorzeker hier niet misplaatst.
Ontheffing ran werkelijkeu dienst.
Bij Kon. besluit is o. m. aan den loteling
Martinus Span, uit Waalwijk, ontheffing van
den werkelijken dienst verleend lot 1 Maart
1903.
Lotery.
Bij de onlangs gehouden verloting der
Vereeniging voor Land- en Tuinbouw te
Watergraafsmeer, viel op het no. vau den
heer C. J. Paasschens alhier een prijs, nl.
een prachtig, waardevol hoofdstel, dat dezer
dagen aan den winner werd toegezonden.
ld
H.
cUgrr
Noor
verbl
woor
wisse
De I
het
woor
uit 1
de
zette
over'
die
hoek
vuldf
H,
bloei
weg
koim
de 1
en h
van
van
van
jaren
ware
Zc
werd
die i
Ms.
dubt
Ond
voor
aang
zwaï
klijk
verli
's
van
gebr
M
hert
ledei
Staa
Z.
koni
Kon
tend
V
rege
hof,
gom
N
heer
hout
de
palei
Voo:
B
derd
wacl
hoer
E
land
in e
blijk
wan
v
eerd
maa
geze
ondi
dim
eere
schi
Var
gen
Var
ven
Var
Aer
Var
Lui
Var
Var
I
wor
arm
den
mei
dan
l
trei
30 C
bov
tin;
tot
hor
bij\
fi
gis<
pre
27,
Wa
de
pat
teu
1
als
1
dai
mij
ik
het
het
Ka
all.
we
hai
hu!
als