Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
Een ongewone huwelijksreis.
ASTOOI T IE L S If
HET OUBEEHUIS.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
FEUILLETON.
ülTGEVKlt:
Waalwyksclie en Langslraatsehe Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f0.~5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco zenden aan den
Uitgever.
WAALVIJK.
OVERAL VERKK IJ G D A A R.
Dat de invloed groot is, die door de her
inneringen uit de jeugd geoefend wordt op
het gemoedsleven, zal wel door niemand
worden ontkend. Om daarvan overtuigd te
zijn, behoeven we slechts onze eigen erva
ring te raadplegen.
Die herinneringen, zij nemfcn dikwijls den
vorm aan van een beeld of van een groep,
zij vereenigen zich om personen, die in
de geschiedenis onzer kinderjaren een plaats
innemen. Tijd noch afstand kunnen ons
scheiden van de gestalte des vriendelijken,
werkzamen vaders, wiens liefste verpoozing
was zich met ons bezig te houden, van
de teederrninnende moeder, wier zorg ons
steeds omzweefde met de waakzaamheid
eener klokhen, van de broeders en zus-
Mm ft
Op zekeren prachtigen Meimorgen begaven een
krachtige jongeman en ean zeer lieftalligo jonge
dame zich in groote haast naar de te Dover aaa
den 6teiger liggende boot voor Galais.
Waarheen, mijnheer? vroeg de portier,
toen zij hun bagage afgaven.
Brussel, zeide de jongeman en zich tot zijn
gezellin wendend Hoe zullen wij ons noemen,
liefste, Clark of Harris Ik stel voor het eerste.
De jongedame keek zenuwachtig rond, alsof
een Duitsche gouvernante haar op de hielen zat
wat in werkelijkheid het geval was).
O, Charlie, fluisterde zij, daar staat iemand
naar ons te kijken, bepaald een detective. Ik wil
direct aan boord gaan, geef raij dus mijn kaartje
dan kan jo mij volgen zoodra je met de bagage
klaar bant. Zij sloop heen, haar gelaat nog achter
haar parasol verbergend, terwijl de vermeende
detective den jongeman naderde.
Fleming I ben jij het, zeide deze met een
zucht van verlichting. Wat voert je hierheen
O, mr. Charles was het eerbiedige antwoord.
Ik vraag u wel pardon, maar men heeft u van
morgen vroeg met miss Laura Antrobus uit de
St. Glementskerk zien komen. U zal mij excu
seeren, maar ik raadde wat u gedaan hadt...
Juist, luidde het op hoogen toon gegeven
antwoord. Miss Laura Antrobus en ik zijn heden
morgen in het geheim getrouwd, wij hadden daar
onze redenen voer.
Ja, mijnheer, Fleming keek bedrukt. Hij
was een oud bediende van mr. Charles' familie
en zeer goed op de hoogte van de gespannen
verhouding tusschen mr. Charles en zijn groot
vader, sir Joseph Pardoe, bij wicn hij woonde.
Miss Laura's gouvernante weet zeker niet...
Neen, zei mr. Charles. Nog niet. Maar zij
zal het wel merken. Ah I daar gaat de stoomfluit.
Houd mij nu niet op. Wat voerde je hierheen?
Wel mijnheer ik hoorde vanmorgen, dat
sir Joseph vandaag naar Brussel vertrekt en ik
dacht, dat u dat misschien graag zou weten.
Brussel I En ik heb ook kaartjes naar
Brussel genomen. Muar dan moot ik ze direct
inruilen. Dan gaan wij naar Parijs.
Op hetzelfde oogenblik stak de Calais—Dover
langzaam van wal en ijlde de jonge bruid, een
kreet slakend, naar de verschansing.
Charlie, je bent te laat 1
Dat is niets lieveling, ga zonder mij.
Zal ik te Calais op je wachten
Neen. Ga door naar Parijs... Grand Hótel
ters, die met ons opgroeiden in gemeen
schap van lief en leed, van de bloed
verwanten en vrienden, die af en toe de
gezelligheid kwamen verhoogen, wier komst
in elk geval de beteekenis had van iets
buitengewoons.
Onwillekeurig brengen wij dan al die
meuschen, die in meerdere of mindere mate
op ons hebben ingewerkt, in de lijst van
..un tijd, in de omgeving waarin wij hen
zagen rit met hen meeleefden. Er zijn in
onze z;el afgeronde, onveranderlijke voor
stellingen ontstaan, tafereelen van groote
bekoorlijkheid, schilderijen, die in het hei
ligdom van ons verleden den wand bedek
ken en waarvan de lijnen en kleuren nim
mer verflauwen zullen. De voorwerpen
hebben daar evenzeer een vaste plaats als
de menschen, en wij kunnen ons dezen niet
meer denken buiten het kader, in hetwelk
zij door het geheugen zijn opgenomen.
Dat alles vat zich samen in het ééne
begrip Het ouderhuis.
W at eeu wereld van gedachten is niet
aan dat eenvoudig woord verhouden, en hoe
vaak worden wij daarheen teruggeleid. Zou
er wel een dag voorbijgaan, waarop wij er
uiet een oogenblik vertoeven, langs de
verbindingslijn tusschen hetgeen was en wat
nu is onwillekeurig afgedaald Dat komt
zoo vanzelf, zonder dat wij er ons toe zetten;
het schijnt wel, alsof daar altijd een ver
trekje is opengehouden, dat door niemand
anders wordt betrokken, en waarheen wij
te midden van het drukst gewoel, kunnen
wegvluchten om een enkele minuut op adem
te komen.
Dnar zien we het weer, de vroolijke ka
mer, waar 's avonds het gezin bijeen was
en overdag de eenvoudige disc'n ons aan
lokte de trappen en gangen, getuigen van
het luidruchtig spel, het verbanningsoord
van eiken dag, als het klokje van gehoor
zaamheid had geslagen, vader de meening
uitsprak dat het nu mooi genoeg was en
van de stereotiepe verzekering dat we nog
niks geen slaap hadden, niet do minste
notitie werd genomen. Daar komen ze ons
weer in de gedachte, zoo vaak we dat wil
len, de lollige plaatsjes, als hijzonder
Wat zeg je
Daar de afstand grooter werd, konden zij el
kander reeds minder goed verstaan:
Ga door naar Parijs... Grand Hótel.
Ah, ik begrijp je. Ik moet mij Harris noemen,
hé. Begrepen I
Parijs
Ja, ja, Harris.
En beiden, meenende elkander goed te hebben
verstaan, glimlachten en wuifden elkander toe.
Toen miss Harris dien avond ann de table
d'hóte van het Grand Hotel te Brussel verscheen
zag zij zich een plauts aangewezen naast een
deftig oud heer.
Engclscliraan dacht miss Harris.
Engelsche, dacht de oude heer.
lieeds voor het diner afgeloopen was, waren
zij met elkander op een goeden vo t en had zij
om raad gevraagd, hoe zich in het vreemde—
lingenboek te doen inschrijven, alvorens haar
echtgenoot, mr. Charles Harris, aankwam, hetgeen
bepaald den volgenden morgen zou gebeuren.
Den volgenden raorgon echter en den geheelen
dag, verkeerde Miss Hariis in do angstigste
spanning, want al wie er arriveerde, mr. Harris
niet.
De avond bracht haar nog een aadere ont
stelteni3.
Bladerend in het vrecmdelingenboek, lns zij
daar den naam van sir Joseph Pardoe en vernam
zij, dat deze heer en haar vriendelijke tafelbuur
man een er. dezelfde persoon waren.
Wat moet ik nu doen, snikte zij, toen zij
in haar kamer alleen was. Hij heeft zelfs den
klank van mijn naam nooit kuunen verdragen.
En nu... nu zal hij overal achter komen en nooii
vergeten, dat Charlie en ik elkander op onzen
trouwdag zijn kwijt geraakt en dat ik mij mr.
Harris heb genoemd. O, o I
Intus6chen was de gelukkige, beter gezegd on
gelukkige bruidegom te Parijs aangekomen eu
naar het Grand Hotel gereden, waar hij mrs.
Clark vroeg.
Niet bekend zei de portier.
Er is wel een miss Clark, die heb ik nog
geen tien minuten geleden zien uitgaan, raaur
geen mrs. Clark.
O, don is het in orde, luidde het antwoord
en verheugd glimlachend, ging mr. Clark uit,
om inmiddels wot roud te wandelen.
Niet onaardig, dat zij zich miss noemt,
dacht hij.
Een poosje later keerde hij naar het hotel
terug.
Miss Clark thuis
Ja, mijnheer, in de dames-salon.
Ja, daar zat zij, zijn lieveling. Op zijn tecncn
naderde hij haar, want zij zat met haar rug naar
hem gewend en ziju hand onder haar kin brengend
Advertentiën 17 regels f 0.60 j daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden ^maal berekend. Voor plaatsing van een groet aantal regels «n
advertenties hij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten, lieclamcs 15 cent per regel,
geëigend voor het vermaak en die nu eens
een niet gebruikte kast, dan weer een hoek
van de vliering beteekenden. Tegelijk ook
de tooneelen van vreugd en van droefheid,
waarbij we een rol te vervullen hadden, en
onuitwischbaar staan opgeschreven in het
journaal van ons leven gebeurtenissen
met welke een blijvende indruk is gegrift
iu de ziel, onvergetelijke passages in de
symphonie van juichtonen en van smart -
kreten, die naklinkt in ieder menscheuhart.
Het huis is verlaten, het heeft andere
bewoners gekregen, misschien ook is er
geen steen meer van aan te. wijzen, want in
onze dagen maakt men met de bescheiden
producten der bouwkunst niet veel omslag.
Maar iets is er toch van overgebleven, en
dat gaat niet verloren, zoolang er gedacht
en gevoeld wordt door één, die binnen de
muren de eerste schreden op den levensweg
heeft gezet.
Toch is voor niet weinigen liet begrip
//ouderhuis" niet zoo scherp afgebakend als
hier geschetst werd. Daarvoor zijn wj te
beweeglijk geworden, in navolging van het
voorafgaand geslacht, dat liet ook reeds was.
De tijden zijn er niet meer naar om ons
ergens te laten vastgroeien, cti de rollende
sleenen, die volgens het oude spreekwoord
geen mos verzamelen, moeten maar trachten
het zonder deze bedekking te redden. Moe-
veel menschen zoudert er wel zijn, die
binnen dezelfde wanden hun jeugd lot hij
het aanbreken van den volwassen leeftijd,
hebben doorgebracht, en voor wie dus de
uitdrukking „ouderhuis# geen tweeërlei
voorstelling toelaat
Over de vraag, of wij deze wijziging in
onze zeden en gewooulen moeten betreuren,
kan verschil bestaan, en dat hangt misschien
samen met persoonlijke neigingen. Er zijn
lieden, die moeielijk van iets ouds kunnen
scheiden, als had al hetgeen met hen iu
aanraking geweest is, een buitengewone
waardeanderen, wien het gevoel van
piëteit teu aanzien vnn stoffelijke dingen
tolaal vreemd is. Wij kennen er, die de
trok hij haar hoofd naar zich toe.
Mijn lieve schat zeide hij, en toenO
Want de lieve schat was opgestaan, een knappe
dame, van ongeveer vijftig jaor.
Muis, monsieur I riep zij verontwaardigd,
doch zijn verwarring bemerkend, noodigde zij
hem uit bij haar plaatste nemen. Monsieur zocht
zeker een vriendin.
Geen vriendin, mevrouw, stotterde monsieur.
Tiensc'est intéresant 9a I
Kijk I zei hij. Ik dacht mijn vrouw te vinden
mrs. Claik. Ik ben mr. Clark.
Ja.
En hier is haar portret. Zie eens, of er
iemand in het hotel is, die op haar lijkt.
Hij hield haar een medaillon voor, waarin een
portret van Laura.
Tiens! zeide de dame met een lichten schrik.
En is u mr. Clark. Is u werkelijk haar echtge
noot
Dan zou ik weldenken. Wij zijn vanmorgen
getrouwd.
C'est drole I Zij nam een armband van haar
pols, drukte op eeu veer en toonde hem het
zelfde portret. Regardez, monsieur I
Dat is Laura I stamelde hij verbluft.
En u is mr. Clark, monsieur
Natuurlijk.
Dan. mijnheer, zult u het mij ten goedo
houden, dat ik u een indringer noem. Miss
Laura Antrobus is mijn stiefdochter. Ik ontving
vanmorgen een brief van haar, wnarin zij mij
schreef, dat zij vandaag zou trouwen met mr.
Harris.
Harris I Is u er zeker van, dat zij Harris
schreef?
Zeg eens, mijnheer, hoe is uw ware naam,
Clark of Harris
Geen van beide. Laat ik u uitleggen...
Neen! ik zal direct aan Laura's gouvernante
schrijven.
Maarmaar mademoiselle, ik zweer u
dat wij vanmorgen getrouwd zijn, zoo waar als
mijn naam, Charles Pardoe is.
Pardoe I en onderzoekend keek zij hem aan,
wel, u heeft tal van namen. Toen verliet zij het
vertrek.
Den geheelen volgenden dag liep het slach-
offer te Parijs rond, aan alle mogelijke hotels
vragend naar Miss Clark, miss Harris of mrs.
Harris, doch overal zonder eenig resultaat. Des
avonds schoot hem plotseling :ets te binr.en en
onmiddellijk zond hij het volgende telegram aan
miss Clark, Grand Hotel, Brussel.
„Ben je in Brussel? Ik ben in Parijs. Verlang
je te ontmoeten. Charles.*
Hij wilde daar „Pardoe* aan toevoegen, toen
hij zich plotseling herinnerde, dat zijn groot
vader sir Joseph Parcoe, ook in Brussel was.
Zoude hij eu Laura elkander reeds ontmoet
wereld nog altijd schijnen te beschouwen als
de rots, waarop zij zich laten nederzakkeu
oin een vaste plaats te krijgen, die zij zoo
goed mogelijk zoeken in te richten, en van
waar niemand moet beproeven hen te ver
drijven doch wij kennen er ook, dit haar
opvatten als een toeristengebied, waar ieder
een herberg tracht te vinden om zich er
voor één nacht te installecren. Dezen, laten
we dit tegelijk opmerken, dwepen vaak met
den vooruitgang en achten het een onrecht
vaardigheid, dat de mensch, om te kunnen
vliegen, nog eerst daarvoor een machine
moet uitvinden.
Doch al zijn in het zielebeeld, in de
schildering, die de jeugd aan den manne
lijke» leeftijd overbrengt, de bijkomstige
vormen wat onbestemd, wat verscheiden
geworden, wij kunnen er vrede mee hebben,
als de voorname figuren, die den geest van
het tafereel uitdrukken, maar ongerept zijn
gebleven. Wie hij het uitspreken van het
woord „ouderhuis# met kaleidoscopische
snelheid en onvastheid niet meer dan een
bont tafereel langs zijn inwendig gezichts
orgaan ziet voorbijtrekken, is nog geenszins
verstoken van de bescherming, die het
biedt tegen de verleidingen der wereld en
van de beschutting, die het geeft bij het
stormgeloei der hartstochten.
Want meest komt het aan op de stem
ming, op het licht, dat het verleden werpt
op de toekomst. De afwezigheid van dat
licht is een groot gemis en een onherstel
baar verlies. Menschen die een droevige
jeugd achter zich hebben en zulken zijn
er velen kunnen zich herstellenals
het geluk hun toelacht, als zij slagen in
hun arbeid, een eervolle bestemming be
reiken, met vriendschap bejegend en met
achting bekroond worden, zal het zonlicht
der vreugde hen niet minder bestralen,
doordien de blijde dag, zooals vaak in de
natuur plaats vindt, volgt op een somberen
morgen. Maar de gedachte aan dien mor
gen woidt toch nooit uitgewischt; er blijft
iets over, als een wèl gesloten, niet ver
dwenen litteeken eener vroeger pijnlijke
wonde.
hebben? Maar dat zou immers niet hinderen,
want sir Joseph kende haar toch uiet. Enfin, hij
zou het telegram toch maar verzenden. Maar er
kwam geen antwoord. Vervolgens varzond hij
een ander telegram, nu aan den directeur van
het hotel.' »Is dame genaamd Clark of Harris in
uw hotel? Charles, Clark Harris.*
Die dubbele ondertcekening rond hij zeer ge
lukkig gevonden.
Eindelijk antwoord.
„Madume Harris een uur geleden vertrokken.'
Weer verzond hij een telegram
„Waarheen is madame Harris gegaan? Sein
adres», waarop het autwoord luidde:
„Madame Harris is met een oud heer vertrokken.
Adres niet bekend.
Nu was hij totaal van de wijs gebracht en
nauwelijks wetend wat hij deed, nam hij een
rijtuig en liet zich naar het station rijden, waar
hij in den trein voor Brussel stapte.
Intusschen was sir Joseph Pardoe op alllerlei
wijzen verrast.
Vooreerst door het niet weder aan tafel ver
schijnen van mrs. Harris, vervolgens door het
niet nakomen van haar echtgenoot, maar het
meest, toen hij in de gaug van het hotel een
blad papier vond, door Laura verloren en waar
zij, zooals meer jonge vrouwen doen op ver
schillende manieren haar naam geschreven had,
om te zien, hoe die er nu wel uitzag.
Sir Joseph was een en al verbazing, toen hij
las: Laura Harris, mr. Harris, miss Laura Ar
trobus, Laura Pardoe, mrs. Charles Pardoe en
verder allerlei monogrammen, waarin de letters
L. P. Sir Joseph was zelfs zoo gebelgd, dat hij
een verschrikkelijk wraakplan uitdacht.
Laura was dus hier, dat wa9 in zijn voordeel.
Maar hoe langer hij over zijn wraakplan na
dacht, hoe meer hij het feitelijk toch jammer
vond, zulk een lief vrouwtje verdriet aan le
doen.
Een poosje later stond hij op, belde e 1 liet
mrs. Harris verzoeken hem eeu kort onderhoud
toe te staaD.
Ik ben weduwe, snikte mrs. Harris, ik ben
weduwe.
Sir Joseph keek haar stom van verbazing
aon, iraar behield zijn tegenwoordigheid vnn
geest.
Is u'weduwe? vroeg hij.
Ja. Twee dagen geleden ben ik getrouwd
en nu ben ik weduwe.
Vertel mij nu eens de geheele geschiedenis,
zei hij vriendelijk. Doe aleof ik uw grootvader
was.
Welnu? vroeg sir Joseph.
Toen, in een opwelling om iemand haar ver
trouwen te schenken, vertelde zij hom bijna
alles. En sir Joseph knikte en wist er alles van.
Misschien heeft het leed uit de kinderja
ren een reactie te voorschijn geroepen, die
de krachten staalde en den weerstand leven
dig hield. Er zijn planten die groeien tegea
de verdrukking in en later dubbel inhalen.
Echter niet alle uienschenkindereti behooren
tot die uitverkorenen, wien het niet deert
aan moeilijke omstandigheden het hoofd te
bieden, en niet le schatten is het kapitaal
aan verstandelijken en zedelijken aanleg,
dat is te niet gegaan, omdat er geen zorg
voor gedragen kon worden. Uit een vrien
delijk ouderhuis de levensreis te aanvaarden,
geeft een waarborg van blijmoedigheid, die
de meosten onzer, vooral in tijden van zwak-
heid cn ontmoediging, niet missen kunnen.
Spreidt toch uw kinderen het leger zacht
roepen wij allen ouders toe. Of het bestaat
uit dons of uit stroo, spreidt het zacht
Laat er vreugde zijn in uw huis, al zij
het slechts een hut. Want het geluk ia
bescheiden in zijn eischcn, het vraagt niet
een paleis ter bewoning. Het ouderhuis kan
altijd een tempel zijn, waaruit een gewijde
stemming wordt medegenomen op de gansche
levensreis.
Meer dan vroeger worden de banden, die
het gezin bijeenhouden, spoedig verbroken.
De plichten beginnen reeds voor het intre
den van den volwassen leeftijd, als de voor
bereidingtot een maatschappelijken werkkring
de leden van dat gezin uiteendrijft. Meer
dan Jooit hebben' de jonge menschen dan
een talisman noodig die hen beveiligt tegen
gevaren en welke 13 minder feilbaar dan
de gedachte aan een vriendelijk thuis
Een der vele redenen, waarom wij het
woningvraagstuk van zoo ontzaglijk hoog
belang achten voor de toekomst van ons
volk, is hier. Wanneer het met den hesten
wil niet mogelijk is, van de ongeving waar
het kind opgroeit iets te maken dat bij de
herinnering een aangename» indruk geeft,
ontbreekt een onmisbaar element in de op
voeding en op ons allen rust de plicht om
voor zooveel mogelijk mede te werken, om
betere toestanden in het aanzijn te roepen.
Den volgenden dng kwamen sir Joseph en
tur9. Harris behouden te Cotswold Hall aan en
toen eerst begon de groote grap van sir Joseph.
De ongelukkige bruigom was te Brussel gear
riveerd, om daar tot de ontdekking te komen,
dat zijn Laura zonder een spoor achter te laten,
was vertrokken en hij besloot om, wat hij
noemde een diplomatischen brief aan sir Joseph
te schrijven.
In de eerste plaats informeerde hij naar sir
Josephs gezondheid en waagde het eindelijk de
hoop uit te spreken, dat sir Joseph, zoowel te
Brussel als elders, aangename kennismakingen
onder de EDgelsche reizigers had aangeknoopt.
Sir Joseph was ietwat verbaasd, toen hij dat
schrijven ontving. Hij las het luid mrs. Harris
voor, die vroeg uit welke plaats de brief kwam
maar op haar vraag geen antwoord kreeg. Daarop
schreef hij zijn kleinzoon het volgende:
„Waarde Charles,
Ik ben veel beter. Een lieve dame, een soort
weduwe logeert bij mij en trekt raij bijzonder
aan. Wat jou betreft, ik geloof, dat reizen bat
best voor je is. Heb je er wel eens over gedacht
naar Joppa of naar Jericho te gaan? Het zal je
daar wel bevallen.
Je toegenegen grootvader,
Sir Joseph.
Toen Charles dit las, stampvoette hij van
kwaadheid. Een soort weduwe, mompelde hij.
O, die oude is slim. maar ik zal hern toch do
baas blijvrn, cn hij verzond onmiddellijk het
volgerido telegram: „Bedaukt voor uw goeden
raad. Vertrek onmiddellijk naar Jericho. Doet
me pleizier, dat u zoo wel is.
Hé? riep sir Joseph, toen zijn bediende
hem dit telegram bracht. Vervolgens bega! hij
zich naar Laura.
Ziie me eens aan Laura, zeide hij, zou je
uiet deuken, dat jij cn Charles ecu dwaas paartje
zijn.
Laura begon te huilen.
O, sir Joseph, beste sir Joseph. Ik verlang zoo
Charlie weer te zien.
Zeg nu eens, wie je veiling te zien, Charles
Harris of Charles Pardoe
Laura verborg haar hoofdje aan tijn schouder.
Welnu, wie is het? 'Zal ik dit verzenden
en hij toonde lmar een telegram, dat hij had
gereed gemaakt en dat luidde:
„Koru direct thuis, Laura is hier.»
Zal ik het verzenden, vroeg hij nogmaali.
Laura sloeg haar arm om zijn hals.
Welnu, voor de derde maal Aan wien zal
ik het adresseeren? Aan Charles Harris of..
Aan uw en mijn Charles, fl"isterde Laura.
En zoo geschiedde het, dat Charles Pardoe
weer thuiskwam.