Xurnnier 69.
Zondag 31 Augustus 1902.
25e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
WONINGWET.
ANTONIO EMIUNDO.
A NTOON TIELE
Uitgever:
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
Bekendmaking.
FEUILLETON
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f0.~5.
Franco per post door liet geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
WAALWIJK.
Advertentikn 17 regels f 0.60 daarboven'8 cent per regel, groots
letters naar plaatsruimte. Advertentiëu Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden ümaal berekend. Voor plaatsing van een groet aantal regel» »n
advertenties bij abonnement worden speciale zeer roordeelige contract»»
gesloten. Reclames 15 cent per regel,
OVERAL VERKRIJGBAAR
IV.
Onbewoonverklaring, ontruimingsluiting
en afbraak.
Artikel 18.
Indien eene woning ongeschikt is ter be
woning eu niet door het aanbrengen van
verbeteringen in bewoonbaren slaatkan
worden gebracht, wordt zij bij besluit van
den gemeenteraad, de gezondheidscommissie
gehoord, onbewoonbaar verklaard.
[Auteursrecht verzekerd volgens de toet.)
3. Het besluit tot onbewoonbaarverkla-
ring houdt tevens in den last tot ontruiming
binnen een daarbij bepaalden termijn, te
rekenen van den lag, waarop de tijd tot
voorziening is verstreken of bet besluit lot
onbewoonverklaring is gehandhaafd.
4. De termijn, in het voorgaand lid
bedoeld, wordt gesteld op ten hoogste zes
maanden, behoudens eenige uitzonderingen.
5. De termijn van ontruiming kan door
den gemeenteraad telkens voor ten hoogste
zes maanden worden verlengd onder goed
keuring van Gedeputeerde Staten, aan wie.
bet advies der gezondheidscommissie wo dt
overgelegd.
6. Het besluit tot onbewoonbaarverkla-
ring wordt onverwijld met overlegging van
een afschrift van bet advies der commissie
ter kennis gebracht aan den bewoner, hoofd
van bet gezin of afzonderlijk levend persoon
en van den eigenaar der woning of dengene,
die bevoegd is de woning alsnog in bewoon
baren staat te brengen.
7. Aan de onbewoonbaar verklaarde
woning wordt, binnen veertien dagen nadat
de termijn van voorziening is verstreken ot
bet besluit lot onbcwoonbaarverklariug is
gehandhaafd, door of van wege Burgemeester
en Wethouders, op de wijze, bij plaatselijke
verordening te bepalen, een kenteeken be
vestigd, waarop met duidelijke letters te
lezen is; onbewoonbaar verklaarde woning
Aitikel 20.
1. Bij besluit van Burgemeester en Wet-,
houders wordt onverwijlde ontruiming van
eene onbewoonbaar verklaarde woning ge
last, ingeval na verloop van den volgens
artikel 18 gestelden termijn de bewoning
voortduurt of, in strijd met bet bepaalde
bij bet achtste lid van dat artikel, opnieuw
aanvangt.
2. Tevens kan bij gebleken noodzakelijk
heid door hen tot sluiting, voor zoolang
noodig, worden overgegaan.
Artikel 21.
De ontruiming en sluiting geschieden op
vertoon van den daartoe strekkendeu last,
in tegenwoordigheid hetzij van den kanton
rechter, betzij van den burgemeester of
eenen wethouders der gemeente, betzij van
eenen commissaris van politie.
Artikel 22.
Artikel 23.
Van het bevel tot sluiting alsmede van
elk besluit, bedoeld in het voorgaande ar
tikel, wordt onverwijld kennis gegeven aan
den eigenaar der woning of aan dengene,
die bevoegd is de woning alsnog iti bewoon
baren staat te brengen.
Artikel 24.
In geval var. afbraak worden de bouw
materialen in het openbaar verkocht en
wordt de opbrengst na aftrek der kosten
van afbraak eu verkoop den rechthebbende
Ier hand gesteld.
Artikel 25.
Ophcffiug der onbewoonverklaring kan,
mits voldoende blijkt dat de woning alsnog
in bewoonbaren staat is gebracht, geschieden
bij besluit van den gemeenteraad, de gezond
heidscommissie gehoord iu geval de onbe
woonbaarverklaring niet is uitgesproken
door den gemeenteraad, bij besluit van
Gedeputeerde Staten, den inspecteur gehoord.
Deze paragraaf handelt over onbewoon-
baarverklaring, ontruiming, sluiting en af
braak. In de Memorie van Toelichting
wordt uiteengezet, dat het opschrift dezer
paragraaf eene reeks aanduidt van vier, in
klimmende mate ingrijpende maatregelen,
die achtereenvolgens tegenover woningen,
ter bewoning ongeschikt, kunnen worden
toegepast.
Aan onbewoonverklaring uit te spreken
met betrekking tot alle woningen, welke
hetzij niet meer in bewoonbaren staat kunnen
worden gebracht, hetzij na vergeefsche aan
schrijving tot verbetering in onbewoonbare»
toestand blijven ve.rkeeren worden twee
gevolgen verbonden. Aan de onbewoonbaar
verklaarde woning wordt een duidelijk waar
neembaar kenteeken bevestigd en nieuwe
bewoners met uitzondering van de leden
van een eenmaal in de woning gevestigd
gezin mogen haar niet betrekken.
Met onbewoonbaarverklaring gaat niet
aanstonds ontruiming gepaard. Het is uit
ceu praktisch oogpunt gewenscht, dat de
verwijdering van de bewoners uit de onbe-
woonbaarverklaartle woningen eene geleide
lijke zij, opdat zij zonder schokken zorg
gedragen kunne worden voor den overgang
en de bewoners een er behoorlijke andere
huisvesting kunnen bekomen. Het tijdsver
loop tusschen de onbewoonbaarverklaring
en de ontruiming is als regel ten hoogste
zes maanden en is vatbaar voor verlenging
Buitendien kan aanstonds bij het besluit
tot onbewoonbaarverklaring een langere
termijn voor dt ontruiming worden gesteld
Dit laatste geld in drie gevallen. In de
eerste plaats in gemeenten, waar het aantal
onbewoonbare woningen groot is en slechts
geleidelijke ontruiming, over eeu tijdvak van
ettelijke jaren verdeeld in gelijken tred
houdend met aanbouw van nieuwe goed-
koope woningen, uitvoerbaar moet worden
geacht. In die gemeente zal zoodanige ge
leidelijke ontruiming geoorloofd zijn, mits
uit een daartoe strekkend plan, goedge
keurd door Gedeputeerde Stalen, blijke, dat
het den gemeenteraad ernst is met de op
ruiming van krotten. Hef is zeer gewenscht,
dat in de gemeenten, waar onbewoonbare wo
ningen in grootaantal voorkomen,een dergelijk
plan van geleidelijke ontruiming worde
vervaardigd. Evenzoo kan, wanneer de woning
is opgenomen in een door den rand vast
gesteld onteigeningsplan, zoodat zij eerlang
zal moeten worden gesloopt eeu aanvang
worden gemaakt. In de derde plaats mag een
langere termijn dan de gewone voor ont
ruiming worden toegestaan, ingeval de wo
ning onbewoonbaar wordt verklaard zonder dat
de toestand der woning in strijd blijkt met
de voorschriften, krachtei s artikel 1 vastge
steld, aangezien in dit geval de belangheb
benden niet bij voorbaat konden weten, dat
onbewoonbaarverklaring hen boven het hoofd
hing.
Indien na het verstrijken van den daartoe
gegunde» tijd geen vrijwillige ontruiming
plaats vindt, of indien personen, die niet
gerekend kunnen worden tot het gezin te
behooren, in de woning hun intrek nemen,
wordt tot gerechtelijke ontruiming overge
gaan en desnoods tot sluiting der woning.
Deze sluiting draagt het karakter eener
straf; immers, zij maakt gebruik van de
woning als pakhuis of bergplaat» of voor
andere doeleinden onmogelijk.
Blijkt eindelijk, dat de veriaten of ge
sloten woning gevaar of overwegenden hinder
vei oorzaak t voor de bewoning van nabijge
legen panden, dan moet afbraak worden
bevolen, of, indien afbraak der woning op
zich zelve niet uitvoerbaar of niet uitvoer
baar of niet noodzakelijk i», tot andere
maatregelen ter wegneming van gevaar eu
hinder worden overgegaan.
Indien de gemeenteraad niet medegaat
met het voorstel der commissie tot onbe
woonbaarverklaring of wel nalaat onbewoon
baarverklaring uit te spreken, nadat pogin
gen tot verbetering door middel van aan
schrijving ijdel zijn gebleken, wordt een
gelijk recht om voorziening te vragen, als
iu de vorige paragraaf aan de gezondheids
commissie en aan requostranteu is verleend,
hun ook hier geschonken door hun bevoegd
heid te verleenen, zich te wenden tot Ge
deputeerde Staten. Eveneens kan de eigenaar
der woning of de bewoner bij Gedeputeerde
Staten voorziening tegen het besluit tot
onbewoonbaarverklaring vragen.
Het besluit tot onbewoonbaarverklaring
draagt geeu onherroepelijk karakter. Den
belanghebbenden eigenaar blijft de gelegen
heid opengelaten om de woning te her
stellen en opnieuw in bewoonbaren staat
te brengen. De onbewoonbaarverklaring kau
dan worden opgeheven.
In een volgend nummer een en ander
over //Onteigeuing.'
Tegenspraak gewenscht.
Met instemming nemen wij 't volgende
uit het f Centrum" over
Nauwere aansluiting van Nederland bij
Duitschland, of toetreding tot een der Eu-
ropeesche allianties, leverde den laatstea tijd
voortdurend stof tot bespreking in de bin-
nenlandsche en buitenlaudsche pers.
Werd aanvankelijk gesproken over een
verbond met Duitschland alleen, thans gaat
weer een gerucht, alsof het in de bedoeling
van de Nederlaudsche regeering tou liggen,
tot de Triple-alliantie toe te te treden.
Uit ltome kwam zelfs het bericht, dal
onze minister-president tot dit doel eerst
daags door den minister van buitenlandsche
zaken in Italië, Prinetti, zou worden ont
vangen en dat een eventueele toetreding van
Nederland tot de Triple-alliantie reeds bespro
ken zou zijn door de verantwoordelijke
staatslieden der betrokken mogendheden.
De sterke pro-Boer beweging hier l«'
lande, de luide en ondubbelzinnige syiu
pathie-betuigingen jegens de Boeren gc-
He Echo van het Zuiden,
Waalwjjksclic on Lan«;slraatsclio Courant,
De Burgemeester der Gerneenle Waalwijk, ter
afkondiging ontvangen hebbende het Kohier der
belasting op bedrijfs- en andere inkomsten over
het Diei)9tjnar 1902/3
MAAKT BEKEND
Dat genoemd Kohier door den Heer Directeur
van 's Rijks Directe belastingen dezer Provincie
op den 25sten dezer is executoir verklaard en op
heden nan den betrokken ontvanger der Directe
Belastingen ter invordering is toegezonden.
Waalwijk, een 27 Augustus 1902.
De Burgemeester voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
LMEfügLülg'.m!LL1 1 I
23
DOOR A. C. V. D. H.
O—
Carlo heeft echter door het groote rumoer in
de zaal den spreker niet kuunen volgen en zegt,
dat hij zich die gesproken woordeu niet meer
herinneren kan.
Hoe wist gij dan, dat het uw ezel was die
weggeloopen was
O, geachte heer kadi, ik kende hem aan de
kleur zijner huid, aan zijne poolen, aan alles durf
ik zeggen
Hoor eens, vriend, herneemt de kadi. uwe
uitvluchten en scherpzinnige gezegden bevallen
mij niet. gij tracht mij in verwarring te brengen,
ik wil vóór alles de zuivere waarheid. Provoost,
geel dezen babbelaar dertig slagen, op dat hij
zich voortaan wachte mij te misleiden. En wat
den ezel betreft, dien houd ik voor mij zeiven,
dan is de twist in eens gedaan.
Nu wordt uog voorgelezen, welke personen
binnen een bepaalden tijd aan den kadi eene
boete tullen betalen eu de zitting is geëindigd.
De kadi stuat op, heft zijne oogeu hemelwaarts,
legt de banden op den koran en roept met
zalvende stem
O God van barmhartigheid, reebtvaardig-
hied en liefde, o Mahomed, beminnaar van het
recht, in uw naam en tot welzijn der menschheid,
hebben wij weder recht gesproken. Staat ons
immer met uw geest bij, opdat ODze uitspraken,
gelijk tot uu het geval is geweest, altijd op
rechtvaardigheid gegrond mogen zijn. Amen.
Hierna gaat ieder zijns weegs. Ook de kadi
vertrekt met Carlo.
Wat dunkt u, Carlo, sprak hij' toen ze
buiten waren, wordt hier niet billijk rechtges
proken
Ja, geachte heer, antwoordde Carlo, die
l. Gelijke verklaring wordt uitgesproken,
indien na het verstrijken van den ingevolge
artikel 14 gestelden termijn de geeiachte
verbeteringen niet zijn aangebracht en de
woning dientengevolge ongeschikt ter be
woning is.
zijn meester niet durfde tegenspreken.
Ik geloof, ging de kadi verder, dat men bij
u in Spanje niet zoo rechtvaardig uitspraak
doet als hier, is wel?
Ik heb nimmer in Spanje eene rechtszitting
bijgewoond, geachte heer, ik kan dus uwe vraag
niet met zekerheid beantwooidcn. Alleen weet
ik, dat bij ons niet, gelijk hier de schuldigen direct
lichamelijk gestraft wordt. Men geeft bij ons
een schuldige liever eeDigen tijd gevangenisstraf.
Een groote font i9 dat, Carlo. Ik voor mij
zou de bastonnade verre boven gevangenisstraf
verkiezen, en ik niet alleen, maar allen in den
lande met mij. De pijn wordt vergeten, niemand»
eer is gekrenkt en een ieder blijft iu het bezit
zijner vrijheid.
Al pratende waren zij het huis genaderd. De
kadi bracht Carlo in een vertrek en gelastte
hem nauwkeurig aanteekening te houden van de
personen, die bij hem aan huis nog eene geld
boete hadden te betalen. Carlo had nu dagen
achtereen werk, want legio was het aantal
personen, dat beboet was. Al dat geld kwam in
handen van den kadi, die er goede sier van
maakte en leefde als een vorst. Legio wasechter
ook het aantal vijanden, dat hij had. Van niets
toch scheiden Moor en Arabier met meer pijn
dan van hun geld. Een paar malen was er ook
reeds een opstand tegen den hebzuchtigen kadi
uitgebroken, doch op zoo'n bloedige wijze
onderdrukt, dat niemand meer lust had, zich
tegen hem te verzetten, nog minder anderen t"gen
hein op »e stoken. Maar de haat kan lang in hel
hart van den Arabier smeulen voor hij tot
uitbarsting komt Eenmaal, vroeg of laat zou
de kadi ondervinden, dat de hebzuchtige Arabier
wel iets kan vergeten, doch nimmer volkomen
vergeeft. Eenmaal zou de dag aanbreken, waaiop
de rechter als hun slachtoffer vallen moest, en
juist die dag zou ook voor Carlo het uur zijn,
waaiop hem het hoog9te werd geschonken, wat
een rnensch hier beneden genieten kan: ,de
vrijheid, de edele, on wuardeerbare vrijheid, die
zell's door de dieren zoo innig bemind wordt,
zonder welk niets kan fleuren, zonder welke de
aarde een woestenij en tranendal zou ziju. Jaren
echter scheiden ons nog van dieu voor Carlo zoo
gelukkigen dag.
Inmiddels was Carlo door zijne bescheidenheid
en gedienstigheid de lieveling in het huis zijns
Indien eene onbewoonbaar verklaarde
woning na verloop van den voor ontruiming
gestelden termijn blijkt gevaar of overwe
genden hinder te veroorzaken voor de be
woning van andere woningen, besluiten
Burgemeester en Wethouders, de gezond
heidscommissie gehoord, tot afbraak van het
gr.bouw, waarin zich die woning bevindt,
of wel tot andere maatregelen, waardoor het
gevaar of de hinder worden weggenomen.
meesters geworden. Hij genoot eene bijna
Yolkomen vrijheid, kon gaan waar en doen wat
hij wilde, iuit9 hij binnen de perken bleef, die
zijn meester hem had gesteld Dikwijls bracht hij
uren door in het gezin van den kadi, wiens
vrouw, doch vooral wiens dochter Oliva. al wist
zij dit te verbergen, niet de grootste ingenomen
heid naar de verhalen van den jonkman luisterde.
Hoe wist hij aller geest te vervoeren, wanneer
hij die riddersagen en den vroegeren luister en
Srootheid van zijn bemind Spanje verhaalde*
.oe klopte het hart zijns meesters, als hij hoorde
gewagrn van do wonderen van bouwkunst,
eenmaal door Mooren en Arabieren in Gordova,
Granada, Balsora, Sevilla en zooveel andere
steden gewrocht. Dan streek hij met de vinger»
zijne zwarte haren en langen bsard glad, dan
vouwde hij de handen en hief het fraai gesneden
gezicht hemelwaarts, uitroepende
Ja, Allah gij zijt groot is ook uw profeet I
Dikwijls ook verwijldq Carlo in den fraaien
tuin zijns meesters. Daar zocht hij dan bloemen
en kruiden, die hij in zijn vertrek met de
grootste nauwkeurigheid onderzocht.
Eens, tegen het vallen van den avond, wa9 hij
weer 'bezig eenige hem onbekende planten te
zoeken, toen hij op een9 door niemand minder
dan Oliva werd aangesproken. Zij droeg een eel
kleed, dat in breede plooien langs het lichaam
nedei viel. Om haar hals had zij een zijden doek
haar gelaat was ongesluierd. Zooals zij daar
stond, de achtienjarige schoon», was zij een
beeld, den beitel van Phidias of het penseel van
een Apelles waardig. Lange, zwarte haarlokken
golfdeo haar over de schouders, en men wist
niet wat meer in haar te bewonderen wa9, het
breede, blanke voorhoofd, de smachtende oogen,
den lijn gevormden neus of de harmonie van
heel het aungezieht. Ondanks zich zelf ontroerde
Carlo en trad uit bedeesdheid eenige schreden
ter zijde.
Neem mij niet kwalijk, geachte jonkvrouw,
zoo ik mij op uwen weg bevind, ik was zoo
verdiept in mijne lievelingsstudie, dat ik u niet
bemerkt had.
Hij wilde heengaan, doch zij wenkte hom met
hare fijne hand te blijven. Angstig zag Carlo om
zich heen, als vreesde hij de komst zijns mees
ters, die misschien verstoord zou zijn, zoo hij
hem in tegenwoordigheid zijner dochter vond.
Vrees niets, Carlo, sprak zij, vader is,
zooals u weet, voor eenige dagen naar Algiers
Moeder zal over ons samenzijn geen bezwaar
maken, daar mag zij u te goed voor lijden.
Vertel mij een9, gevoelt gij u hier gelukkig
Naar omstandigheden vrij wel, jonkvrouw.
Waarom »naar omstandigheden ?y
Ach, ik was ook eenmaal vrij, zooals gij
nu zijt.
Ik had eene lieihebbende moeder, die helaas
niet meer van deze werel I is; een vader, dia
mij beminde als den appel van zijn oog en eene
zuster, die thans evenals ik, het eigendom van
een ander is en die misschien niet zoo'n barm
hartig heer heeft getroffeD. U begrijpt dat de
herinnering aan al dat vervlogen geluk eu die
grootheid mij dikwijls pijnigt. Menigmaal in den
slaap doerat Almeria vooi mijn geest op: dan.
bevind ik mij weer met Lucia iu onzen tuin, ik
hoor de lieflijke stem mijner ouders, doch bij
het ontwaken i9 alles slechts een droom geweeni
Dan vergelijk ik mijn vroeger lot bij dat van
thans en u begrijpt, dat ik dikwijls trauen stort.
De godsdienst alleen is in zulke oogenblikken
mijn troost, hij behoedt mij voor wanhoop en
het is als hoor ik in mijn binnenste eene stem,
die mij toeroept:
^Vertrouw op mij, eenmaal slaat ook voor u
de ure der verlossing.'
Gij noemt mij vrij, Carlo, doch wat is mijne
vrijheid, vergeleken bij die, welke gij eenmaal
genoten hebt. De zeden van het lund en de wet
ten van deu koran verbieden ons bijna in het
openbaar te verschijnen. Ik zou mij hierover
niet beklagen, ware de begeerte naar meerdere
vrijheid, door uwe verhalen en door eenige
vertaalde werken, welke ik in het geheim gelezen
heb, niet iu mij ontwaakt.
Met allen eerbied voor uw profeet, Oliva,
kan ik toch niet nalaten te verklaren, dat hij
onrechtvaardig jegens het schoone geslacht ge
weest is. Aan drie vrouwen kent hij de vermo
gens van slechts één man toe; drie vrouwen
worden voor het gerecht slechts als één getuige
gerekend. In het paradijs zalf» vervullen zij
volgens den koran, een ondergerchikten rol en
dienen zij alleen om de zaligheid der geloovigen
te verhoogen. Wat is hiervan het gevolg? Dat
nw gansche leven lot aardsche genietingen beperkt
blijft en elke verheffing boveu hel aardsche u
vreerad is. Bijna drie jaren verkeer ik nu rerd»
in uws vader9 huis en geloof me vrij, dat
vele handelingen van aanzienlijke vrouwen, wel
ke hier dagelijks op kerkhoven en in badhaicen
auugevnngen en voortgezet worden, handelingen,
die mijn oog aiet ontgaan zijn, al verfoei ik z.-
in mijn hart, allen zijn toe te schrijven aan dm
weinigen eerbied, die hier de man aan zijn U-
vensgezellin verschuldigd is.
In uw land is dat anders niet waar?
Voorzeker, Oliva, daar beschouwt de niun
zijne vrouw als zijns gelijke, als zijne meesten-»
zou ik haast durven zeggen. Daar rekent hij h. i
zich tot eene eer, als haar helper, steun en b -
schermer te mogen optreden, deelen zij saium
alle lief eu leed, daar eindelijk leven zij, zoo.l»
liet past aan christenen, die eenmaal, volgei
hunne leer, rekenschap moeten geven over tlu
wijze, waarop zij de vrouw behandeld liebbei
O, haddet gij eens mijn vader en mosder gekend,
liaddet gij de reine liefde eens gevoeld, waa -
mede zij elkander beminden, eene liefd», die bj
deu dood zelfs nog niet uitsterft.
Oliva zuchtte. Die joukmau, ondanks al den
rampspoed, droeg zijn lol met gelatenheid. IIi
werd in zijn lijden gesterkt door d» n godsdieun
zijner vaderen, dien hij hier zelfs nog niet een»
belijden mocht; en zij, zij was ontevreden, ge
voelde zich met deu dag ul ongelukkiger en k. n
zich geen rekenschap geven van het gevoel vui.
verlatenheid en eenzaamheid, dat al sterker
haar optrad. O, hoe gaarne liaJ zij dien jonk
man om troost verzocht, hem gesmeekt huur ei n
een kort begrip te geven van de 1»0*, waarin h
zooveel berusting en geUteuliein vond Mn
zij durfde niet. Wat hield haar tegen? Gehech
heid aan den koran of aan de aartsvadrrlijk
gebruiken? Maagdelijke schuchterheid? Zij wist
het niet.
(Wordt vervolgd.)