Nummer 87.
Zaterdag 1 November 1902.
25e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
Tentoonstelling
iNTONio nmm.
Aft TOON TIELEN,
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
FBV1LLSTOS.
ÜITGEV E II
Schoen- en Ledcrinduslrie en aanverwante artikelen.
De Echo van het Zuiden,
Waahvijkstlie an Laagstraatsete Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en
A bonnementsprijs per 3 maand
Franco per post door liet geheele rijk f
Brieveningezonden stukken gelden
Uitgever.
IS X3«WBBHWHBaBB32KMeï**HBK
Zaterdagavond,
en f0."5.
0.90.
enz., franco te zenden aan den
OVERAL VERKRIJGBAAR
VAN
Toen we in het nummer van 17 Augus
tus 1.1. van ons blad een verslag gaven van
de eerste vergadering van het comité voor
de tentoonstelling, beloofden we in een vol
gend nummer breedvoeriger op een en ander
terug le komen. Dat zulks zoolang achter-
wege bleef, vindt zijn grond in verschilende
1 oorzaken. Was toen eerst het comité gecon
stitueerd en was het zeer zeker met de
beste voornemens bezield om bet opgezette
plan tot een goed einde te brengen, toch
nog wist men niet, hoe dit plan vooral
in Waalwijk, maar ook in Nederland zou
worden begroet. Dat was een der hoofdoor
zaken, dat we eerst hebben toegezien, alvo
rens de aaak in ruimer zin tc bespreken.
Maar thans nu bet comité van alle zijden,
in Waalwijk, Noordbrabant, ja in geheel
Nedeiland en zelfs verre buiten de grenzen
van ons land de ondubbelziunigste blijken
sympathie en steun ontvangen heeft, nu
de hooggeplaatste personen, de grootste
nooit A. C. v. D. H.
37
jt Auteursrecht verzekerd volgens de wet.)
Helaas, heer, gij zult verstoord op mij
worden.
Volstrekt niet, spreek, gij maakt mij
nieuwsgierig.
Welnu, ze zeiden: De mufti deed beter met
zelf den Ramadan te houden. Hij, die dagelijks
zwelgpartijen aanricht, heeft geen recht het blijde
Bairamfeest mee te vieren. Meer kon ik niet hooren.
Hadji keek zijn vader veelbeteekenend aan. Het
was nu zonneklaar, dat een of meer slaven met
vijanden van den heerscher der hoofdstad Fez
gemeeue zaken maakten. Ook zou het naar zijne
meening niet moeilijk zijn te weten, wie die zoo
evengenoemde woorden geuit had. De raufli
gevoelde zich niets op zijn gemak. De verklaring
van Lucia stemde geheel overeen met het ver
moeden van den mufti.
Zeg mij eens, Lucia, ging hij voort, weet ge
nu heelemaal niets van eene samenzwering of
van eenig beraamd plan.
- Daar weet ik niets van, genadige heer.
Waarom dreigt ge mij dan zoo met de
woorden. Vandaag ik, morgen gij?
Dat is volstrekt geen bedreiging; ik wil
daarmede alleen zeggen, dat gij mij heden ter
dood kunt laten brengen, doch dat de almachtige
God morgen, overmorgen of wanneer dan ook u
eveneens voor zijnen rechterstoel kan roepen.
Gij gelooft dus, dat ik eene onvergeeflijke
misdaad zou begaan, zoo ik u wegens uwe
hardnekkigheid ter dood liet brengen
De genadige mufti geve zelf het antwoord
op deze vraag. Ik kan niet raden, wat zijn
geweten hem zegt.
Meisje, uwe onbeschaamdheid gaat ver. Hadt
gij mij niet zoo openhartig geantwoord, ik zou u
industrieele en bekwaamste vakmannen bun
naam aan die tentoonstelling hebben ver
bonden, om deze met financieelen en
moreelen steun, met raad en daad bij te
staan, nu achten wij bet tijdstip daar om
onze meening over de plannen die beslaan
op deze plaats, in ons blad, dat steeds de
belangen der industrie zoo ernstig heeft
voorgestaan, uiteen te zetten. En dan zullen
we beginnen met te verklaren, dat de
tentoonstelling onze volste sympathie
bezit, dat wij hulde brengen aan diegenen,
die er het) initiatief toe namen, dat
Waalwijk grootsch moet zijn, dat die ten
toonstelling van schoen- en leder-industrie
in bare gemeente plaats beeft en dat dan
ook van alle zijden, de een meer, de ander
minder, ieder naar zijn vermogen moet mee
werken, oin deze tentoonstelling zoo schit
terend mogelijk te doen zijn, moet meewer
ken tot een succes, waarop geheel Waalwijk
tot in 't verste nageslacht, ja geheel Neder
land trotscb kan zijn.
Eu waarom hebben wij deze tentoonstel
ling zoo hoog en verwachten wij daarvan
zooveel
Ten eerste om 't doel.
Wij allen, zonder uitzondering, weten
dat de toestand van schoen- en lederindu
strie in 't geheel niet rooskleurig is. De
vroegere bloei van deze takken van nijver
heid, waarvan voor onze gemeente en voor
de geheele streek zooveel afhangt is sinds
lang voorbij. Wij behoeven 't niet te ver
bloemen, dat de toestand sedert jaren ongun
stig genoemd moet worden. Iedereen moet dit,
boe ongaarne ook, erkennen.
De Kamer van Koophandel nog stelt in
haar laatste verslag, de vraag „Is de toe
stand der lederindustrie w e r k e 1 ij k zoo
slecht dat er reden tot ernstige bezorgdheid
de toekomst bestaat en het antwoord
voor
daarop luidtHierop moeten wij tot onze
spijt bevestigend antwoorden. Ziedaar
nog eene bevestiging van een in deze zeker
tot oordeelen bevoegd lichaam.
Den laatsten tijd zien we gelukkig eenige
lichtpunten verrijzen; door energieke fabri
kanten is alles in 't werk gesteld, de nieuwste
uitvindingen zijn aangewend om met het
buitenland te kunnen concurreeren en zeer
zeker reeds met succes, 't Neemt echter niet
weg dat de toestand nog in vele zaken ver
betering eischt.
Als we daarvan overtuigd zijn, en ook
om de pogingen ten goede van flinke man
nen met alle kracht te steunen, is 't
voor ons allen in deze plaats en streek een
WAALWIJK.
dure plicht, alle doeltreffende middelen aan
te wenden om nog steeds meer en meer
verbetering te brengen in die takken
van nijverheid, die aan duizenden in onze
gemeente en daarbuiten brood verschaffen,
van welker bloei, veel, ja bijna alles afhangt.
En tot die middelen behoort zeer zeker
eene tentoonstelling van schoen- en leder
industrie en aanverwante artikelen, die in
Waalwijk, de laatste week van Augustus
1903 zal worden gehouden. De tentoon
stelling die zoo groot en grootsch mogelijk
wordt aangepakt, zal talrijke nieuwe vin
dingen op 't gebied van machine-wezen
geven, zoowel voor schoen- als lederfabri-
cage. De leclerhandelaren zullen u de fijnste
artikelen presenteeren, de schoenfabrikanten
zullen een-keur van fijn schoeisel exposeer en
en de schoenwinkeliers zullen hier de
ware adressen leeren kennen, in één woord,
de verschillende ingekomen aanvragen tot ex-
poseeren en de verdere toezeggingen daar
omtrent, zijn van dien aard, dat we ge
rust kunnen zeggen, dat de tentoonstelling
eene eerste plaats zal innemen de rij
der vaktentoonstellingen in den tegenwoordige
tijd, waar dan ook gehouden. Het zal dan
ook niet noodig zijn het groote, onwaar
deerbare nut van eene tentoonstelling; vooral
een als deze nog verder uiteen te zetten.
Ieder industrieel op elk gebied weet dit
bij ondervinding, maar hier neme men nog
bij in aanmerking dat het uitsluitend is
eene tentoonstelling van schoen- en leder
industrie en aanverwante artikelen.
De fabrikant, zoowel iu schoenen als leder
die op deze tentoonstelling een bekroning
verwerft, zal grooten naam en daardoor
goede zaken maken en daarbij bestaat bij
't comité der tentoonstelling o. i. een mooi
en doeltreffend idee, nl. het bekronen met
geldprijzen der werklieden b.v. voor de
fijnste coupe, beste stikwerk euz. terwijl ook
eene tentoonstelling van in den wedstrijd in
't patronen-maken bekroonde werken zal
plaats hebben.
Men ziet dus dat èn fabrikant, èn werk
man, èn afnemer en daardoor 't vak, de
industrie en verder allen, het grootste be
lang bij deze tentoonstelling zullen hebben,
want door deze tentoonstelling zullen hebben,
industrién in bloei toenemen, vakkennis
verrijkt worden.
Maar ook op landbouw-gebied zal tijdens
deze tentooustellingsdagen in Waalwijk voor
den landbouwer, paarden- en veehandelaar
Advertf.ntiEn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Adverteutiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden Umaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel,
nog heden-nacht ter dood hebben laten brengen.
Gij zijt echter nog niet van mij af. Ik zol u
voorloopig laten opsluiten en later beslissen, wat
ik met u doen zal, Wee denger.e, die iets tegen
mij durft ondernemen, en zoo er iets voorvalt
morgen of gedurende het Bairamfeest. zal ik u
voor de meest schuldige houdeD, wijl gij mij van
te voren had kunnen inlichten.
Fibo, breng haar weer naar de plaats, van waar
zij gekomen is.
Lucia boog en ging heen. Bij den uitgang der
deur gekomen, riep de mufti haar nog een
maal terug.
Zeg mij eens, welke tooverformulen gij
gesproken hebt, toen Fibo voor den tweeden
maal bij u kwam.
Tooverformulen, genadige heer vroeg
Lucia verwonderd.
Juist, tooverformulen, houdt je maar niet
zoo onnoozel. Fibo heeft het zelf gehoord; hij
kon echter uit uw geharrewar geen wijs worden.
Lucia had moeite zich goed te houden. Hoe
kon de opperste leeraar der hoogeschool lmar
zulke dwaze vragen doen
Genadige heer, sprak zij, ik weet niet eens
wat tooverij is. Hoe zal ik dus uwe vraag
beantwoorden
Altemaal uitvluchten, riep de mufti, wend
nu maar geeD onwetendheid voor ik wil weten,
wat gij gezegd hebt.
Alsnu sprak Lucia in het Spaansch rSchenk
mij de kracht, om tot het einde te volharden.*
Was het zoo, Fibo?
Ja, genadige heer, antwoordde Fibo, die
gaarne aan het onderhoud een einde had, wijl hij
gedurig de vlammende blikken van Hadji op
zich gevestigd zag.
Op een wenk van den mufti voerde Fibo de
jonge dochter weg.
Welnu, Hadji?
Welnu, vader, sprak deze, zijt ge nu gerust?.
Ziet gc nu niet zonneklaar, hoe onschuldig zij is
Stemden hare woorden niet geheel met de mijne
overeen Eu had ik ongelijk, toen ik zeide, dat
on«s eigen elaven u in een slecht daglicht
stellen Jammer dat ze niet heeft kunnen zien,
wie op dien avond met elkaar in een gesprek
gewikkeld waren; dan hadden wij opeens de
oplossing van het geheele geheim. Nu moeten
wij dubbel op onze hoede zijn, èn door de
en liefhebber op eene bijzondere wijza te
uitgestrooide praatjes door ons gedrag te logen-
d<
UWWI
profileren vallen. Zooals wij in ons vorig
nummer mededeelden, is eene commissie
gevormd uit leden van het tentoonstellings
comité en bestuursleden der afdeeiing „Lang
straat* der Noordbr. Mij. van Landbouw,
om eene groote paarden- eu veetentoon
stelling te organiseeren voor tentoonstelling
worden onderhandelingen gevoerd om ook
deze bijzonder belangrijk te makende
onderhandelingen zijn nog niet zoo ver dat
daaraan publiciteit kan gegeven worden, doch
dit kunnen wij er alvast van zeggen,^dat bet
daarmede zeer gunstig staat.
Een bloemententoonstelling, eveneens door
een daarvoor gekozen commissie daargesteld,
zal op het tentoonstellingsterrein worden
gehouden.
Ziedaar, wat ons te wachten staat, bet
succes schijnt verzekerd.
ltesumeerende komen we tot de slotsom,
dat ten eerste op 't gebied van schoen- en
lederindustrie, deze tentoonstelling van on
berekenbare waarde, zal zijn voor den fabri
kant, den handelsman, den werkman, den
leerling-teekenaar in één woord voor alle be
langhebbenden bij deze industrie. Verder voor
den landbouwer, den bloemen-liefhcbber zal
hier gegeveu worden, wat zeldzaam te ge
nieten valt; om deze alle redenen durven
we zeggen dat 't succes verzekerd is van
deze tentoonstelling; we zullen later kunnen
zeggen, dal iets is ondernemen dat veel geld
en moeite beeft gekost, maar waardoor twee
industriëo, die hartaders van het bestaan in
ODze gemeente vooral, maar ook voor de ge
heele streek, zijn verbeven, werkelijk voor
de toekomst in bloei zijn toegenomen en
dat zal niet alleen voor 't comité, maar
voor allen die daaraan naar hunne krachten
meewerkten eene groote voldoening zijn,
die gevoeld zal worden door den fabrikant
in zijne zaken en daardoor ook door den
werkmandie zal er wel bijvaren. Eenieder
begrijpe dus zijn belang en vericene met
volle kracht steun.
Thans nog een kort woord over Waalwijk
in 't bijzonder.
Waalwijk, dat van oudsher werd genoemd
en wasbet centrum van Schoen- en
Leder-industrie Waalwijk met zijn talrijke
fabrieken, bandelaren, schoen- en lederin
dustrie betreffende, dat steeds aan 't hoofd
der industrie-plaatsen op dit gebied beeft
gestaan, begint dien naam te verliezen en
daarvoor dient gewaakteene tentoonstelling
als deze zal aan dien naam een nieuwen en
helderen goeden klank geven, die voort
duurt nog tientallen vau jaren in den loop
straffen, èn door uit te vorechen, wie onze
belagers zijn
En ook, Hadji, door te weten, wie zich te
mijnen koste zoeken te verheffen. Leggen wij
daarom morgen niet de minste vrees of ongerust
heid aan den dag. Laat ons vroolijker feestvieren,
dan ooit te voren.
Daar geen enkele gast kwam opdagen en de
nacht reeds ver gevorderd was, ging op voorstel
van den mufti ieder ter ruste. Niemand toog naar
de moskee, waar volgens het geDruik de geheele
koran dien nacht werd voorgelezen.
Den volgenden dag heerschte cr in den omtrek
der stad Fez eene buitengewone drukte. Meer
dan drie honderd duizend menschen, met den
sultan in hun midden, hielden in de vrije lucht
hun godsdienstoefeningen. Wanneer de iinan of
priester hei Alaboe Akbar riep, knielde de geheele
menigte neder en herhaalde luide de gesproken
woorden. Dit duurde tot de avond begon te
vallen, het gebed gestaakt werd en de onafzien
bare 'menigte zich in tallooze groepen door de
rijk versierde en hel verlichte straten der stad
verspreidde. Hoe gelukkig gevoelde de mufti
zich in de tegenwoordighied van den sultan
Hoe had de groote heer hem met eene in 't oog
loopende vriendelijkheid en hoogachtingmeermalen
toegesproker, en zich met hem onderhouden. Hoe
scheen hij met het bestuur van den mufti tevreden.
En wanneer daar buiten uit duizende kelen de
kreet ,Leve de koning! God zegene hem 1'
weerklonk, wees de mufti met innig zelf behagen
op die ontelbare begeesterden, alsof hij zeggen
wilde ,Zie, doorluchtige vorst, hoe ik vader
landslievende gevoelens in het hart mijner
onderdanen weet te storten, hoe het miju eenig
streven is, hun hart te doen kloppen voor hunDe
rechtmatige en van Allah gezondene bestuurders.
Was het wonder, dat de mufti, nadat de sultan
zijn zomerverblijf was binnengctr.den, om zich
voor eenige uren aan het gewoel te onttrekken,
zich met opgeheven hoofde en een van vreugde
overstelpt gemoed huiswaarts spoedde Dat hij
met Hadji en de overige huisgenooten zich te
goed deed aan aan een overheerlijk maal Dat,
in strijd met den koraD, er na den disch menige
der tijden; ja daarvoor dient gewaakt, bet
ons allen zoo dierbare Waalwijk moet voor
aan, de industrie en bandel in deze plaats
uit den droeven toestand worden verbeven;
daartoe allen meegewerkt, deze tentoonstel
ling is, zooals we bereids zeiden, daartoe een
machtig middel. En wat zal daarenboven
onze gemeente niet profiteeren in die ten
tooustellingsdagen duizenden en duizenden
bezoekers, talrijke, winkeliers uit Holland,
vakmannen uit binnen- en buitenland,
vele belanghebbenden en belangstellenden,
feestelingen enz. zullen naar Waalwijk op
trekken, en daar eenigen tijd vertoeven.
Welk een massa gelds zal in die dagen iu
Waalwijk worden binnengebracht.
Waalwijk moet wederom aan den spits van
schoen en ledcrindustriën; daarommoeten allen
meewerken om de tentoonstelling, die dit alles
hierboven uiteengezet, tracht te bereiken, zoo
groot, grootsch en belangrijk mogelijk te maken.
Daarvoor is geld en zeer veel geld noodig.
De plannen, (waarover we iu een volgend
tio. spreken,) zijn magnifique, maar kosten
een massa gelds.
Daarom verleene eenieder behalve zijn
moreelen vooral! Hinken financieelen steun,
zoo talrijken zijn er in onze gemeente, die
de zaak ter dege kunnen steunen en wij
twijfelen geenszins of zulks zal geschieden.
En dan de gemeente. Het is duidelijk,
dat bet comité zich op de eerste plaats zal
wenden tot de gemeente. De raad die de
belangen der ingezetenen behartigt zal zeer
zeker in deze toonen, dat zij de ware
belangen weet te behartigen, dat zij weet te
steunen waar hulp noodig isde boven aan
gehaalde redenen achten wij duidelijk ge
noeg om de hoop en bet vaste vertrouwen
uit te spreken, dat de raad op de aanvrage
eene zeer belangrijke som ter beschikking
van bet comité zal stellen, opdat dit in
staat zal zijn, eene tentoonstelling te orga
niseeren, die bereikeu zal, wat beoogd wordt
en wat wij hierboven breedvoerig hebben
besproken
De ingezetenen van Waalwijk en ook bet
nageslacht zullen de goede gevolgen van
dien wijzen steun, door de zoo uitstekend
bestede som, voortdurend ondervinden en
dien raad, door ben voor hunne belangen
afgevaardigd, daarvoor dank weten.
beker edelen wijn gedronken werd? De muftie
en zijn gezin lagen reeds in diepe rust, toen buiten
op de straten en pleinen nog honderden monden
jubelkreten weerklonken doch ook die kreten
verstomden allengs e i na een paar uren heerschte
er eene doodelijke stilte, slechts afgerroken door
het blazen van den wind, die tegen middernacht
met hevigheid was opgestoken. Lagen allen in
de armen van Morpheus, eene sliep er niet, een e
liep onophoudelijk naar net kleine raam, dat op
eene binnenplaats uitzag. Het was Lucia, die in
den loop van der. dag twee slaven afgeluisterd
had. Duidelijk had zij verstaan, hoe deze onge
lukkige wezens, door wraakzucht vervoerd, besloten
hadden nog dienzellden nacht hun slag te slaan.
Welken slag? Dit had zij niet gehoord. Over
tuigd echter, dat de slaven tot alles in staat zijn
zoo het verkropte gemoed eenmaal in opstand
komt, eu bevreesd, dat zij zelve, zoo er iets ge
beurde, de schuld van alles zou krijgen, (duidelijk
had de muitie haar dit den vorigen avond te
kennen gegeven) was zij vast besloten, den slaap
uit de oogen te bannen en scherp toe te zien, wat
het bedoelde tweetal in hun schild voerde. Lang
wachtte zij tc vergeefs. Niets of niemand kwam
opdagen. Geen enkel menschelijk geluid drong
tot haar door. Eensklaps echter wordt haar
venster door een licht beschen. Behoedzaam treedt
zij nader en ziet nu duidelijk dezelfde slaven die
zij in den loop van den dag .net elkander in
gesprek had gezien, met brandende fakkels over
de binnenplaats beneden haar heensnellen. Wat
mag hunne bedoeling zijn Zij behoeven toch
hun meester of een der huisgenooten thans niet
voor te lichten. Waarom gelijken zij wel furiën,
uit de hel ontsnapt Lucia staat als genageld
aan den vloer. In een oogwenk echter heeft zij
hare zelfbeheersching herkregen. Zij ziet, hoe
de slavenachter elkander den hollen gacg, die
toegang tot het huis van den mufti verleend,
binnentreden. Wie weet, spreekt zij in zichzelve
of men de ijzeren deur bij al die drukte en dat
onmatig feestgenot niet vergeten heeft te3luiten:
of de slaven niet het middel bezitten, om, in ge
val ze gesloten mocht zijn, haar te openen. Het
leed nu geen twijfel meer da ellendelingen waren
voornemens het huis van den mufti in brand te
steken. Arme bewoners, kreet Lucia, arme kin-
deren, die mij zoo innig aanhangen en in jeugdige
ounoozellieid mij de tranen zoo dikwijls van het
gezicht geveegd hebben. Hoe treurig is uw lot?
Hadji, gij zult het u toevertrouwde kleinood niet
langer voor mij behoeven tc bewaren.
Plotseling echter hoeft zij een besluit genomen.
Ze slaat het raam stuk, bindt een touw aan eeo
in den muur bevestigden ring, kruipt met
moeite door de nauwe opening, daalt langs de
touw naar beueden en valt, zonder zich erg te
bezecren, op de binnenplaats. Zij ijlt den donke
ren gang in, duwt de deur voor haar open,
springt, een panther gelijk op een slaaf toe,
wieo zij den brandenden fakkel ontneemt en
roept uit alle macht: „Wordt wakker, staat op!
Verraad I verraad 1*
De verraste slaven keeren op dit geroep om
en kiezen, na Luèia een slag op het hoofd to
hebben gegeven, in uilen haast de vlucht. Be
wusteloos stortte het kordate meisje op den
steenen vloer
Toen zij de oogen heropende, bevond zij zich
tn een ondcraardsch, nauw eu vunzig hol,
waarin slechts enkele lichtstralen doordrongen,
zij streek met hare klamme handen over het
voorhoofd, als wilde zij hare gedachte ordenen.
Hemel 1 riep zij eensklaps luid cn snikkend
ik ben toch onschuldig! Ik heb zelfs getracht
de misdaad te voorkomen. Hoe kan ik uu hier
zijn Hoe lang vertoef ik al op deze plek? Het
licht aan den hemel is sinds gcruimen tijd op
gegaan. Zou werkelijk het huis door het vuur
verteerd ziju
Zij zag rondom zich cn bemerkte op den
grond eenig afgeknaagd of vergaan strooeen
vierkant, houten blok moest zeker den dienst
van een sloel of zetel verrichten. Na eenige mi
nuten hooide zij de deur harer gevangenis op de
hengen knarsen, een slaat trad binnen, zette een
kruik water op den grond en wierp een stuk
zwart brood op het vuile stroo.
Bij Allah, mijn vriend, sprak Lucia hem
toe, zeg mij toch eens, wat is hier van nacht
gebeurd? Waarom zou men mij hier van nacht
hebben opgesloten, mij, die
Zij behoefde haar zin Diet te voleinden de
glaafc was reeds verdwenen, zooals hij gekomen
was.
(Wordt vervolgd.)