N immer 2.
Zondag 4 Januari 1903.
26e Jaargang,
Tweede Blad.
landbouw.
BV nm LAND.
felgië.
FEUILLETON.
Duitschland.
Marokka.
Engeland.
BINNENLAND.
I
EERSTE GEDEELTE.
UITVOERINGEN.
PERl/-GUANt>-FEITfiN.
Gede wijn behoeft geen krans.
De Peru-Cuano hejft den strijd aange
bonden niet tegen dt scheikundige mest
stoffen, zawb Chilisabeter, superpbosphaat
en de venchiliende kalizouten. Neen, zij
erkent het goed rccit dier verschillende
zouten, alhoewel zij net rechtmatige trots
de gewicitige plaats, die zij naast deze
scheikundige meststofen inneemt, wil be
houden.
Doch (b Peru-Guaao strijdt tegen alles,
wat ontbr haar naam verkocht wordt en
geen Peu-Guano is, evenveel op echte
Peru-Gumo gelijkt, als water op bouillon,
lichte Piru-Guano is een organische mest-
sof, dij van nature een zeker gehalte
stkstof, phosphorzuur en kali bevat.
\)och !§men mag niet den naam Peru-
Gu^io geven, aan de een of andere grond
stof, din soms nog geen Peru gezien heeft,
en \<jlke men slechts kunstmatig, op een
zekerpCt. stikstok enz. heeft gebracht.
In de maand November, 1902 is voor
rekeiiig van de de Anglo-Continentale
(voru. Óblendorlfsche) Guano-Werke gelost
te iottejdam het zeilschip Astoria van de
Balistaseiiuiden met 2150 tons, waarvan
een monster volgens scheikundig onderzoek
var liet pioefstition te Goes. (Directeur
De Swaving, teratte 11,5 pCt. totaal
stistof; 10,8 yCt phosphorzuur. 2,3 pCt.
in water oplosbatr Kali. Het monster was
vogens No. 3074 van genoemd station
ecile Peru-Guano.
In dezelfde maaid is te Antwerpen gelost
vior rekening vin dezelfde maatschappij
bt zeilschip de GJenfijne van de Ballestas
elanden met een lading van 1500 tons.
Het monster vai deze Peru Guanohe-
'atte volgens No. f120 van het Ilijksproefsta-
;iou te Goes, 11,4 pC. stikstof 10, 4-pC. in
raineraalzuur oploèaar phosphorzuur en 23,
pCt. in water ophsbaar Kali. Verder is daar
ook in Novemba gelost het zeilschip de
Annasena van de lacabi eilanden met 2400
tons Peru Gu.no. Volgens No 3121 van
genoemd station te toes bevatte deze Peru
Guano, il, 3 pC. stikstof, 11, 9pC. pho-
phorzuur on 2, 7 p(t. Kali. Zulke feiten spre
ken. Er bestaan dusruimschoots echte Peru
Guano met een toldoend gehalte aan alle
planten voedingsstoffen.
De Koning heeftlieuwjaarswenschen ont
vangen van het óffomatencorp, de Kamers
en verschillende illoriteiten. De toespraak
van den _Kamernorzitter beantwoordende,
maakte de Konig een toespelling op hot
initiatief dat hij mUgmaal genomeu had, in
't b'jzonder in zacn betreffende China de
Vrij naar het Diiteh bewerkt door J. M. S.
(8)
VIE1ÜE HOOFDSTUK.
Belangriie verklaringen.
Voor een oogen'lk verbleekt de gevraagde
dan glinstert er ets zeer boosaardigs in zijn
duisteren blik - en rustig zegt hij, doch op
eeuigszins vei basen toon: «De nicht mijns
broeders die jng dame laar!'
«Hml* ik iüe helaas een gerechtelijk on
derzoek aanvrago, zant naar mijn voorloopige
diagnose is uw bieder tengevolge van vergif
gestorven."
«Onmogelijk zeg de president.
vliet verdere odezoek zal het uit wijzer.," zegt
de arts, terwijl lijijjn schouders ophaalt.
Richsrd v. VVUigen keert zich om en zegt
«Niemand verlat kamer. Gij alleen, Frans,
gaat terstond nar én burgemeester en verzoekt
hem met een pargetuigen hier te komen, om
deze kamer geschelijk te sluiten. Voor dien
tijd verlaat niemnchet vertrek
,Dus ook ik net' klinkt er een stem en uit
een vensternis tredde vreemdeling te voorschijn,
dien de presidentonler al deze snel op elkander
volgende, schokken! gebeurtenissen vergeten had.
Allen zien verbad op. Ilichard van VVollin-
gen treedt verscifilt ecnige passen achteruit.
Sedert wannee ii deze man in de bibliotheek?
is hij onder de Iguneene verwarring hier bin
nengetreden O vas hij den president op den
voet gevolgd? Va' wil 'hij hier? Wat heeft hij
gezien? En waron heeft hij zich tot nu toe
verborgen gehoaen?
Koning verzocht de Kamer hem in de toe
komst blindelings vertrouwen te blijven
schenken, gelijk zij dat altijd gedaan heeft
Ik zal er geen misbruik van maken, zeide de
Koning dank zij de nauwe band tusschen
den Koning eu de wetgevende macht zullen
wij dingen tot stand kunnen brengen waar
over thans niet uitvoeiiger gesproken kan
worden, maar waarvan het volk eerst later
de strekking zal begrijpen.
Het herlevend Polen.
Het Poolsche „gevaar" schijnt wederom
toe te nemen. De eerste burgemeester van
de stad Kattowitz schetst den tegenwoordigen
stand van zaken iu de volgende woorden:
Wie den toestand gekend heeft, zooals die 20
jaar geleden nog was, en nu de tegenwoor
dige omstandigheden nagaat, zal schrikken
van de verandering die in zoo korten lijd
heeft plaats gehad.
Toen was voor de Opper Silezisch arbei
ders „Pollak" een scheldwoord, dal niet
kalm werd opgenomen. De bewoners van
Opper Silezie voelden zich iu alles Duitschers
n wilden geen Polen zijn; op straat hoorde
meu slechts weinige Slavische woorden zelfs
de :iuderen van Poolschsprekende lieden,
uit de dorpen kwamen, trachtten zoo goed
en zooveel mogelijk Duitsch te spreken
uithangborden met Poolsche opschriften
bestonden niet en aan de oprichting van
Poolsche vereenigingen dacht niemand,
Door den toevloed van agitators eu door
hun propaganda en agitatie zijn die toestanden
nu geheel veranderd. Vele kleine inlandsche
handwerkers voelen zich Polen eu zijn
beleedigd, als men hen als Duitscheis
aanspreekt; op straat hoort men zelfs goed
gekleede menscheu Poolsch spreken de
kinderen spreken thuis en onder het spelen
Poolsch de uithangborden hebben dikwijls
een tweetalig opschrift.
Door de gunstige ligging schijnt Kattowitz
het hoofdkwartier der Poolsche beweging te
zuilen worden. Zij heeft in de laatste jaren
twee couranten, vier vereenigingen en een
bank in het leven geroepen en wil nu een
Poolsche kiesvereeniging voor geheel Opper-
Silezië stichten.
Een telegram uit Melilla meldt dat daar
een Marokkaau uit Fes is aangekomen met
geruststellende tijdingen. De Kabylen in de
buurt vau Melilla hielden zich kalm, huu
sjeiks leggen een goede gezindheid jegens
Spanje aan den dag.
De Temps verneemt nog uit Tandzjer dat
de opstandelingen in het geheel 12 kanounen
hebben buitgemaakt en dat het gebied van
den opstand zich van Moeloeja tot 30 KM.
van Fes uitstrekt. De Sultan heeft bevolen
troepen samen le trekken om een nieuwen
opmarsch te beginnen. De ontevredenheid
tegen den Sultan zou nog toe zijn genomeD,
tengevolge van het heffen van nieuwe
belastingen. Deze laatste bewering lijkt in
strijd met de geruststellende berichten. Maar
misschien bedoelen de optimistische bericht
gevers, dat meu goede moed heeft, dat de
Sultan machtig genoeg zal zijn om den
opstand te dempen.
Al deze vragen doorkruisen het brein van den
ontstelden president. Intusschen is de vreemde
ling, die natuurlijk niemand anders is dan Ernst
Willburg, achter den zetel van den notaris ge
treden, waar hij zich snel bukt.
«Pardonneer me, mijnheer de notaris," zegt hij
koud, doch hoffelijk, «toen u het door den over
leden dicteerde testament tusschen de onbeschre
ven aktepapieren schoof, viel deze brief uit uw
tukken op den vloer. Veroorloof mij'hij
leest het opschrift: Aan vrouwe Alma van Wol-
lingen, echtgenoote van den jongen W. van
Wollingen," «Ah, deze brief kan voor het
verdere onderzoek zeker van groote waarde
zijn
Een luide gil weerklinkt.
't Is Hilda, die dezen slaakt. Zij was, doof
voor alles, wat er in de kamer voorviel, neerge
knield, naast hel lijk van haar oom, dien men
zacht op het tapijt had nedergelegd.
Nog eens stoot ze eeu gil uit, terwijl ze ze
nuwschokkend roept «Dokter, dokter, kom
toch vlug hier I Mijn oom is nog niet dood
hij beweegt nog zijn oogen hij kijkt mij aan 1
O, mijn God I hij kan zich niet bewogen.
het was zeker een beroerte, die h^m met alge-
heele lamheid heeft geslagen
De geneesheer buigt zich over den herleefden
doode
«Het is, zooals de dame zegt," bevestigt hij
na eenige oogenblikken.
Hij gelast nu den verlamde op te heffen en in
zijn stoel te plaatsen.
Daar zit dan de arme man, totaal met lamheid
geslagen, hij is als 't ware levend-doodalleen
zijn oogen verraden, dat er leven in hem is. En
of die verlamming nog gedeeltelijk genezen zal,
kan de arts dezelfde, die voor weiüige minu
ten den ouden heer nog voor dood hield niet
zeggen. Alle aanwezigen moeten de kamer
verlaten, want de zieke moet ontkleed worden,
opdat de dokter hem onderzoeken kan.
Weenend staat Hilda aan de zijde van haar
ongelukkigen oom. Zij kust hem de levenlooze
handenzij kust zijn koude, stramme wangen,
waarlangs de tranen om harentwille vloeien.
Dan rukt zij zich lo9 van dit «levende lijk,'
zuouls het Ge dokter noemde. Ook Ernst Will
burg verwijdert zich. Niemand, zelfs niet de
president, let op hem. En na eenige oogenblikken
De Engelsche bladen hebben lange tele^
grammen over de plechtige proclamatie op
de Durbar te Dehli.
De afkondiging der kroning vau den Ko
ning en Keizer had plaats op dezelfde plek
waar Lord Lyttelton indertijd het Indische
Keizerrijk proclameerde. Uren achtereen had
een stroom van toeschouwers zich daarheen
gericht. In de onmiddellijke nabijheid der
estrade bevonden zich, toen de plechtigheid
een aanvang nam, de Indische vorsten eD
de voornaamste leden der Britsch—Indische
ambtenaarswereld. De kleurrijke kleedij en
schitterende ju.veelen der Indiërs vormden
met de Europeesche uniformen en toiletten
een luistterrijk geheel. Onder de kroningsvlag
die midden op het veld geheschen was, was
de eerewacht100 man van Gordon's hoog
landers, opgesteld daarbij de muziekcorpsen
der Engelsche en Indische regimenten wel
2000 instrumenten. Buiten het plein, zoo ver
als het oog reikte troepen en nog eens
troepen, 40,000 soldaten infanterie, cavalerie
en artillerie, onder bevel van lord Kitchener
die de komst afwachtten van den stoet van
den onderkoning. Toen alle aanzienlijke
gasten reeds bijeen waren, verscheen ook
nog een kleine groep grijsaards, Europeanen
en Indiërs, van wie er soms met moeite
voortstrompelden het waren de oudgedien
den uit de Indische oorlogen, nu bijna een
halve eeuw geleden. Alle aanwezigen begroet
ten hen door op, te staan.
Ont kwart over twaalven verscheen de
hertog van Connaught in een open rijtuig,
met een escorte van lancters. Nauwelijks had
de hertog de estrade beklommen of men
zag den stoet van Lord Curzon naderen
eerst een regiment dragonders, vervolgens
de Indische lijfwacht van den onderkoning
waarvan alle leden tot Indische vorstenge
slachten behooren, dan het rijks-cadettencorps,
jongere zoons uit prinselijke families, in hun
schitterende uniform vaa blauw, wit en goud.
Naast het rijtuig van den onderkon ug reed
maharadja Pertab Sing Eidar, op een prach
tigen zwarten strijdhengst, De galakoets van
den onderko iug, rnet vier prachtige paarden
bespannen, werd voorafgegaan door pikeurs
in uniformen van scharlaken met goud,
Op het oogenblik dal de onderkoning de
trappen der estrade beklom, weerklonk het
eerste kanonschot vau het koninklijke salvo
terwijl de standaard van den ouderkoning
boven den middelsten koepel geheschen werd.
Lord Curzon nam plaats op een verzilverden
met goud belegden troon. De zetel van den
hertog van Connaught stond iets lager dan
die van 's Keiz rs vertegenwoordiger.
De mise—en—scène was daarmede afgc—
loopen. Het moei een schouwspel van onver
gelijkelijke pracht geweest ziju.
Nn kwam de secretaris van buitenlandsche
zaken den onderkoning verlof vragen om de
durbar geopend te verklaren. Het teeken
werd gegeven tromgeroffel en trompetge
schal vei kondigde de komst van den heraut,
majoor Maxwell, die met een stentoistem de
proclamatie vooTas, De heraut, opeen gitzwart
paard gezeten en in een schitterende uniform
droeg een ebbeuhouten staf met zilveren
kroon in de hand. Een trommelslager en
twaalf trompetters volgden hem.
Na de lezing van de proclamatie speelden
de kapellen het volkslied, alle aanwezigen
stonden op.
Het salvo van 101 kauonschoten weerklonk
is het stil doodstil in de ziekenkamer, waar
de kunst wellicht niets meer vermag dan een
ongelukkig leven te rekken.
VIJFDE HOOFDSTUK.
Oude Herinneringen.
Hilda is naar haar kamer gegaan. Stil, ineen
edoken van droefheid en smart zit ze daar.
Zuchtend drukt zij de handen op haar bang
kloppend hart.
Als een snel opkomend onweer in de lente
is het over huar gekomen, dit ongeluk. Nog
vóór eenige uren had het leven haar zoo schoon
toegeschenen wel dreigde haar des presidents
huwelijksaauvrage maar och de jeugd weet
spoedig te vergeten en bovendien, haar oom er.
voogd was dan toch altijd nog daar, om dit
uiterste te verhinderen maar nu
En dan die onthullingen van den heer Will
burg! die ontzettende scène in de ziekenka
mer een huivering overvalt haar bij de ge
dachte er aan.
Wat moet er van haar worden, nu de eenige,
die haar liefheeft en steeds over haar als een
vader heeft gewaakt, van haar is weggenomen I
't Is waar, hij leeft nog wel, doch is dit leven
niet zoo goed als de dood de arme ver
lamde
Alleeu, geheel alleen staat ze nu op een vul
kaan echter, de laat9te groeten hare moeder
klinken vertroostend tusschen deze weemoedige
stemming door.
Zij treedt met loome schreden aan het
venster, schuift het raam op en ademt defrisscha
avondlucht in, die bezwangend is met den geur
van resida's en andere welriekende bloemen.
Haar dweeperige oogeu glijden vol weemoed
over het park en den eenzamen landweg in de
verte.
De maan schudt aarzelend haar wolkermas
ker of als durfde ze geen blik te werpen op dat
droeve schepseltje aan het venster.
Stil, weldadig stil is het, nu de avond zich
over de aarde heeft uitgestrekt de koele
en langs de gelederen der infanteristen koer
ierde het geweervuur. De muziek speelden
marschen en daarna weder het volkslied.
Toen kwam er stilte, de trompetters bliezen
een fanfare en de onderkoning stond op om
een toespraak voor te lezen. Daarop gaf de
heraut, door het oplichten van zijn helmhoed,
het sein tot een gejuich, waarbij zich de don
derende hoera's voegden van de tienduizenden
buiten het plein. Het eerste gedeelte der
plechtigheid was daarmede afgeloopen.
Vervolgens delifieerden negentig Inlandsche
vorsten voor den onderkoning en den hertog
van Connaught en met hetzelfde ceremonieel
als bij de opening werd dc durbar gesloten
verklaard, waarop Lord en Lady Curzon
het eerst vertrokken.
WAALWIJK.
Concert te geven door de Harmonie /,1'Es-
pérance* op Maandag 5 Januari 1903, iu
de zaal van den lieer C. Van der Werff,
met optreding van de Heeren Solser en
Hesae de zoo gunstig bekende Humoristen.
Aanvang ten half acht ure.
Zie Programma's.
KAATSHEUVEL.
Groot Concert ten voordeele der Armen,
te geven door het muziekgezelschap yEupho-
nia", Kaatsheuvel, op Zondag 4 en Dins
dag 6 Januari 1993, in de zaal der ver-
eeniging. Aanvang 's avonds 6 uur.
(Zie programma's.)
WAALWIJK 3 Jan 1903
Benoeming.
De heer A. J. Gerris te Waalwijk is bp-
r.oernd tot deurwaarder bij 't kantongerecht
alhier.
Ons jubilé.
Wij voelen ons gedrongen een hartelijk
woord "an dank te richten aan de talrijken,
die ons bij bet 25jarig bestaan van ons
blad, zulke hartelijke blijken van belang
stelling gaven. De verzekering hunnerzijds
dat zij bij voortduring ons blad met raad
«n daad zullen blijven bijstaan, voortdurend
hunnen machtigen steun en medewerking
zullen blijven verleenen, zal ons aanzetten
om te doen wat wij kunnen, ons blad zoo
belangrijk mogelijk te doen zijn.
Ook aan hen, die ons hun dank deden
toekomen voor onze feestuitgave, die naar
't geen wij daarvan van verschillende zijden
mochten vernemen, zeer in den smaak viel,
onzen dank, alsook aan onze pers-col
lega's voor hunne hartelijke felicitaties bij
deze heugelijke gebeurtenis.
Blijft allen ons steunen, dan beloven wij
alles in 't werk te zullen stellen, dat èu
voor abonné's, èn voor adverteerders yDe
Echo" blijft het blad, de Waalwijksehe en
Langstraatsche Courant.
lucht, die Hilda's verhit aangezicht verfrischt en
haar weelderige lokken spelend op haar voor
hoofd beweegt, doet goed na al deze schokkende
beroeringen.
Nu eens zacht klagend, dan luid jubelend
klikt der nachtegaleulied en de boomen strekken
als zoovele schimmen hun takken naar den he
mel nit, waar de trooster woont van alle onge
lukkigen.
Hilda ziet op naar den sterrenhemel, vanwaar
pu de maau vrij haar zilveren licht ver
spreidt. Zacht fluistert de verlatene voor zich
heen. «Gij oude menschenbespieder daar boven 1
Met uw eeuwig bleek, koud en toch lachend
aangezicht 1 - Gij ziet al de dwaasheden der
menschen, ook hun verlangens en lacht. O,
maan, wat is reeds in uw zacht, doch soms'
verraderlijk licht ufgespeeld.
Daar hoort zij in de verte stemmen op den
landweg do tonen komen nader en nader.
Het is een lied, tweestemmig gezongen, door
ougcschoolde kelen, doch uit volle borst en met
natuurlijk gevoel:
«Komt gij in het verre vaderland weer,
Dun groet u liefde keer op keer;
Zegt, 'k heb vaak in stillen nacht
Lang en innig aan u gedacht.
Daarom hei' sa sa I met lu9t
En spoed naar vaderlandsche kust!'
Thans ziju de zangers bijna onder liet venster
van Hilda gekomen, zij gaan den landweg langs
naar de dorpsherberg «In de roode ster.' Het
zijn handwerkslieden. Voorzeker vermoeden zij
niet, dat hun eenvoudig gezang een stillen traan
van weemoed heeft ontlokt aan het oog van een
hooggeboren jonkvrouw.
Gedragen door een zachte, de ziel behecr-
schende stemming is Hilda ontvankelijk voor
elke aandoening; vandaar haar ontroering door
dit eenvoudig lied. Haar geest is los vaD 't
concrete en zweeft op der lente aroma over het
schoone avondlandschap
Daar wordt zij plotseling onaangenaam tot zich
zelve teruggebracht door de tonen van den post
hoorn.
«Ah extrapost I' zegt ze onwillekeurig en....
nieuwsgierig als alle hvadochtera buigt ze zich
een weinig voorover naar buiten.
Tentoonstelling.
Het programma voor den wedstrijd in het
vervaardigen van schoenwerk, waaraan alle
schoenmakersknechts kunnen deelnemen en
welke wedstrijd verbonden is en gehouden
wordt gedurende de a.s. tentoonstelling is
vastgesteld.
Ook de bepalingen voor de leerlingen van
teek en scholen die meedingen in den voor
hen uitgeschreven wedstrijd ziju iu bewerking
Een en ander zal met de algemeene be
palingen binnen een veertiental dagen bekend
gemaakt en verzonden worden
Genoegzaam blijkt dus dat ijverig wordt voort
gewerkt op verschillend gebied en dut vooral
vakkennis, vak- onderwijs en ambitie bij
leerlingen werkman niet uit 't oog worden
verloren.
4 Leobond.
Verleden week had de voorgeschreven
Bestuurs-vergadering plaats van den Leobond.
l)e kas werd nagezien en in orde bevonden
wat meer zegt, ondanks de vele zieken, die
in dit jaargetijde zich aanmelden, was de
toestand der kas bevredigend te noemen.
De gewone uitkeeringen der laatste drie
maanden bereikten de som van f 350, waar
van voor de maand December alléén bet
grootste gedeelte werd uitgekeerd. Het
grootste bewijs dat het groote nut dezer
Vereeniging door het werkvolk meer en meer
wordt begrepen is wel hierin gelegen dat de
laatste drie maanden zich wederom ongeveer
100 leden hebben aangemeld.
l'ausfccstcn.
Dc Noordbrabautsche l'o^t van l dezs
is reeds in staat gesteld 't volgende te
melden
Naar ons wordt medegedeeld is do
ffZ.Kerw. Heer Pastoor Sprangers
„Bestuur van //Geloof en „Wetensol'
verzoek gericht op te treden als voi'
//Comité voor de te vieren Pausfeeste
Iu hoeverre dit bericht de juiste wa
weergeeft, kunnen we niet zeggen m
weten we dat bij het grootste gedèelu; der
leden van 't bestuur van genoemde vereeni
ging van een dusdanig verzoek aan hen
gericht tot dusver absoluut niets bekend is,
thans, nu genoemd blad reeds in staat was
zulks aan 't publiek mee te deelen.
Gezondheidscommissie.
Naar wij vernemen is benoemd tot se
cretaris der gezondheidscommissie alhier op
eene jaarwedde van f790, de heet Smeele
architect te Kaatsheuvel.
Jaarmarkten te Waalwijk.
In 1903 zullen te Waalwijk de volgende
Jaarmarkten worden gehouden
Den len Vrijdag in Januari 2 Januari
Den len Donderdag iu Februari 5 Februari
Den len Donderdag in Maart 5 Maart
Den len Donderdag in April 2 April
Den 3en Donderdag in April 16 April
Den len Donderdag in Mei 7 Mei
Den len Donderdag in JuDi 4 Juni
Den len Donderdag in Juli 2 Juli
Een zilveren straal der maan beschijnt juist
haar lief gelaat, als de postkoets, een soort van
victoria-rijtuig, over de straat komt aangereden.
Met een zachten uitroep van verrassing trekt
ze zich iu het volgende oogenblik snel terug
achter de overgordijnen voor het raam «Wilhelm
Kaiser Emmy's neef,» zegt ze verbaasd.
Intusschen is liet rijtuig naderbij gekomen
er zitten twee heeren in, frissche jeugdige gestal
ten het gelaat van den eeDe teekent eeoige
bloedige duels. Zijn studenlenmuts staat
nonchalant op zijn zwierbol, terwijl hij trotsch
de kleuren zijner academie draagt. z,ij spreken
eenige woorden met den postillon. Deze doet
zijn paard stappen en brengt wederom de«i post
hoorn aan de lippen, om met een schalL nden
toon een liedje te begeleiden, dat beide h peren
vroolijk en lustig aanheffen:
«In 't hotel «De Groene Krans,'
Daar moet een dorstige zijn,
Er zat een wandelaar in
Al bij den koelen, koelen wijn
Hilda buigt zich onwillekeurig wederom een
weinig naar voren.
«Ahl' roept de eene student -lt, koet-
;r I'
Lied en begeleiding zwijgen.
«Een ontmoeting met Prinses Maneschijn
Wilhelm deze streek schijnt toch romantisch^
te zijn dan ik dacht." - r
„Stil Otto 1' De andere legt snel zijn ha
op den arm des sprekers. «Dat is Hilda frei
van Wollingen, wil ik zeggen." ZijD jeugd,
schoon gelaat is hoog gekleurd. «Baron .vat
Wollingen is mijnbezitter, evenals je papa, ei
mijn oom een zijnor hoofdopzichters. Gij be
grijpt dus, dat ook freule van Wollingen aan
spraak maakt op mijn achting en eerbied.'
«Pardon volkumen begrepen ook nog
heel wut anders, mijn arme jongen I
(Wordt vervolgd.)