JSuinmer 27. Donderdag 2 April 1903. 26 Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. A N T 0 0 N TIELEM, Wijziging en aanvul ling Strafwetboek. E azas U i t gever: Bekendmaking. Biwfflffrgwfcgaowatf'm—nwmii Aüttóa De Echo van het Zuiden, Waalwüksclie en Langstraataeke Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. .V b o n n e in e 11 t s p r ij s per 3 maanden f 0."5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. WAALWIJK. Advkrtbntiën 17 regels t' 0.00 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel, Het Gemeentebestuur van Waalwijk maakt bekend, dat ter secretarie voor belanghebbenden ter inzage is nedcrgelcgd het besluit van Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant von 17 Maart j 1. waarbij is bepaald dat alhier op Dins dag 25 Augustus 1903 eene centrale provinciale remiekeuring zal worden gehouden tot het toe- „ennen van 5 bewaringsprijzen elk van f 300 en G bewaringfprijzen elk van t 250, voor merrien Tftn ten minste '3 en ten hoogste 6 jaar oud. Belanghebbenden, die hunne merriën naar de oedoelde prijzen wenschen te laten mededingen, behooren daarvan tijdig, uiterlijk vóór 17 Aug. e.k. bij den heer L. Max, secretaris der Provinciale keuriiigs-commissie te 's-Bosch schriftelijk nan- gifte to doen met opgaaf van le naam en woonplaats van den eigenaar, 2e naam, kleur, „„„(warmbloed kenteekenen, ouderdom, hoogte en Kas ^oudbloed der merrie. Waalwijk, 23 Maart 1903. Het gemeentebestuur voornoemd, K. DE VAN DER SCIIUEREN, De Secretaris, F. W. VAN LIEMPT. Het komt herhaaldelijk voor dat NederUndsche werklieden door berichten in de nieuwsbladen of door daartoe uitgezonden agenten, soms met verstrekking van reisgeld voor de heenreis naar Duitschland worden gelokt ten behoeve vbii industrieëele ondernemingen, terwijl bij aankomst ter plaatse blijkt, dat zij niet gebruikt kunnen worden. Het is daarom geraden, dat die werk lieden. alvorens op zulke berichten af te gaan, öf zelf of door tusschenko.nst van den Burge meester hur.ner woonplaats zich wenden tot den Nederlandschen consul in de streek waar die ondernemingen gevestigd zijn, om inlichtingen omtrent vooruitzichten tot het bekomen van werk. loonen en huurprijzen der woningen, aldaar. Op uitnoodiging van den Minister van Binnen- landsche Zaken wordt de aandacht van belang hebbenden hierop gevestigd. Waalwijk, den 23 Maart 1903. De Burgemeester. K. DE VAN DER SCHUEREN Vaststelling der Kiezerslijst. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Waalwijk maken bekend dat de op heden door hen vastgestelde kiezerslijst voor het dienstjaar 1903/1904, benevens de alphabetische lijsten der namen en voornamen van hen, die van de kie- zeislijst zijn afgevoerd en van hen, die daarop zijn gebracht, van af heden tot en metden21sten April a.8. op de Secretarie der Gemeente voor een ieder ter inzage worden nedergelegd en, tegen betaling der kosten, in afschrift of afdruk verkrijgbaar worden gesteld. Tot en met den I5den April a.s. is een ieder bevoegd bij het Gemeentebestuur verbetering van de bovengenoemde kiezerslijst te vragen, op grond dat hij zelf of een ander, in strijd met de wet, daarop voorkomt, niet voorkomt of niet behoorlijk voorkomt. Het verzoekschrift kan op ongczegeld papier worden gesteld. Waalwijk, den 23n. Maait 1903. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, De Burgemeestei. K. DE VAN DER SCHUEREN. De Secretaris, F. W. VAN LIEMPT. Het gemeentebestuur van Waalwijk maakt bekend, dat blijkens aanschrijving van Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant van 3 dezer te Waalwijk tu9schentijdsche keuringen van fokstieren zullen gehouden worden op Donderdag 14 Mei, Maandag 13 Juli, Maandag 14 September en Maandag 14 December aanstaande te beginnen des namiddags om 3 uur, ter plaatse door het gemeentebestuur aan te wijzen. Zij die tusschentijdsche keuring van hun stie ren verlangen, moeten daartoe 14 dagen voor den keurings-dng aanvraag doen bij den voor zitter der keurings-commissie den heer Wijtvliet te Terheijden. Waalwijk 28 Maart 1903. Het Gemeentebestuur voornoemd, K. DE VAN DHR SCHUEREN. De Secretaris, F. W. VAN LIEMPT, De memorie van antwoord op liet voor- loopig verslag der afdeelingen is verschenen en hiermede een hoogst belangrijk stuk. Een stuk dat getuigenis aflegt van de vast beradenheid krachl,en de staatmanswijsheid, de ruime blik der huidige regeering. De katholieke, anti-revolutionnaire maar ook liberale bladen, die er tot dusverre beschouwingen aan wijdden, begroeten deze memorie met ingenomenheid. Zoo zegt o.m. L'trechtsch Dagblad De regeering doet, wat in de geschiedenis door bekwame staatslieden steeds iu dergelijke om standigheden werd gedaan: zij biedt,op de punt van het zwaard, een zegelbrief met rechten en vrijheden aan. Zij verzoent de orde lievender:, doch blijft onverbiddelijk jegens de ordeverstoorders. Zelfs moet erkend, dat de regeering ver, zeer ver in haar tegemoet koming gaat. Bij een bloemlezing uit de Memorie, zegt het blad verder, treft alweer, dat de regee ring er waarlijk in geslaagd is, over een zaak, zoozeer van alle kanten bekeken, nieuwe frischheid te brengen. Ouderzoek naar het auteurschap zou vervelend wordenmaar men herkent den geest van een uitnemend jurist, een diepen staatsrechtkcnner, een denkend staatsman, in deze van helderheid van dictie, zorgvul digheid in d?n vorm en doordachtheid in elke uiting bl.ukende]verhaiideling Waarlijk dit stuk, zal naar wij met reden gelooven, der regeeringsvoorstellen eene groote meerderheid bezorgen. Door de regeering is, een gewijzigd ont werp van wet ingediend tot aanvulling en wijziging van het Wetboek van Strafrecht. Zij stelt thans voor, art. 284 van voor meld Wetboek te lezen als volgt Met gevangenisstraf van ten hoogste ne gen maanden of geldboete van teu hoogste f 300, wordt gestraft le. Hij die een ieder door geweld of cenige feitelijkheid of door bedreiging uiet geweld, of eenige andere feitelijkheid ge- riciit, hetzij tegen dien ander, hetzij derden wederrechtelijk dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden 2e. Hij die een ander door bedreiging met smaad of smaadschrift dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden. In het geval onder 2 omschreven wordt het misdrijf niet vervolgd dan op klachle van hem, tegen wien het gepleegd is. Verder wordt voorgesteld na art. 426 van voormeld Wei boek een nieuw artikel in te voegen, luidende Art. 426 bis. Hij die wederrechtelijk op den openbaren weg een ander in zijn vrij heid van beweging belemmert, of met één of meer anderen zich aan een ander, tegen diens uitdrukkelijk verklaarden wil, blijft opdringen of hem op hinderlijke wijze blijft volgen, wordt g straft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van ten hoogt-te honderd gulden. Voorts wordt voorgesteld: 11a art. 358 van voormeld Wetboek worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende Art. 358bis. De ambtenaar of eenig in het openbaar spoorwegverkeer voortdurend of tijdelijk werkzaam gesteld persoon, niet behoorende tot het personeel van een spoor weg, waarop uitsluitend met beperkte snel heid wordt vervoerd, die. inet 't oogmerk om in de uitoefening van een openbaren dienst of in het openbaar spoorwegverkeer stremming te veroorzaken of te doen voort duren, nalaat of, wettig daartoe gelast, weigert werkzaamheden te verrichten, waar toe hij zich uitdrukkelijk of uit kracht van zijn dienstbetrekking heeft verbonden, wjrdt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste f 300. Art. 358 ter. Indien twee of meer per son' n tengevolge van samenspanning het misdrijf plegen, in het vorig artikel om schreven, worden de schuldigen, zoomede de leiders ot aanleggers der samenspanning, ge straft met gevan0enisstraf van ten hoogste twee jareu. Art. 358quater. Indien het oogmerk, bij art. 358bis omschreven, wordt bereikt, wordt gevangenisstraf opgelegd in het geval van artikel 358bis van ten hoogste één jaar in geval vau artikel 358ter van ten hoogste vier jaren. Art. 380 van voormeld Wetboek wordt voorgesteld te lezen Bij veroordeeling wegens een der in de art. 350, 363, 366, 373 laatste lid en 379 eerste lid omschreven misdrijven, kan out zetting van de in art. 28, 110s. 3 en 4 bij Ycrooideeling wegens een der in de artt. 858bis, 358ter en 358quater omschreven misdrijven, ontzetting van de in dat art. 28, nos. 13, vermelde rechten worden uit gesproken. De slotbepaling luidt Deze wet treedt in werking op den dag barer afkondiging. Aan de Memorie van Antwoord op hel Voorloopig Verslag, betrelfeiide het oor spronkelijk ontwerp, is het volgende ont leend Dat do Regeering de uitgebroken spoor wegstaking had kunnen en moeien voor komen, door haar bemiddeling aan te bit den, in het geschil tusschen de werkgevers en werklieden bij liet havenbedrijf te /Vinster dam, valt, voor wie de gebeurtennsen van achteren beziet gemakkelijk te beweren. Nu staat echter vast, dat stakingen iu hel havenbedrijf in bijna alle groote Europeesche havens zijn voorgekomen, zonder dat daarbij een valsch begrepen solidariteit tot gelijk tijdige spoorwegstaking geleid Leeft. Welke aanleiding kon de Regeering dan hebben, om ook maar van verre te vermoeden, dat ditmaal de staking in een havenbedrijf tol de toepassing vau zoo valsch begrip leiden zou E11 voorzoover er op gewezen werd, dat allerlei grieven toch het bestaan van een onrnstigen geest onder het spoorweg personeel konden doen veimocden, sta hier tegenover de pertinente verklaring van den heer Oudegeest, in de op 11 Jan. jl. ge houden vergadering van de leden der Ne- derl. Vereeniging van Spoor- en Tramweg personeel, dat in de eerste 25 jaren aan geen verkrijging van betere dienstvoorwaarden door middel van staking te denken viel. De Regeering heeft zich in Januari geen oogenblik op het standpunt geplaatst, dal het voorgevallene enkel de maatschappijen aanging, blijkens haar besh'stf weigering harerzijds om de Hollandsche Spoor van de krachtens art. 31 der Spoorwegwet op haar rustende verplichting te ontslaan en de maatregelen, door haar genomen of beraamd ter verzekering van de rust en orde, van het verkeer en ter bescherming van Staat cn Maatschappij en tegen herhaling van zoo misdadig een bedrijf. Alleen heeft zij aan de verantwoordelijk heid dt-r spoorwegmaatschappijen overgelaten de houding, die deze achtten te moeten aannemen tegenover het door huarzelve in dienst genomen personeel. De Regeering zet verder \iiteen, dat h. i. het eerste manifest van het hoofdbestuur der Ned. Vereeniging van Spoor- en Tram wegpersoneel (waarin wordt gezegd dat dc meest nauwgezette voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen, om iu staat te zijn oogeublikkelijk het werk neerteleggen, zoodra er bericht komt van het hoofd bestuur, wat in de allereerste plaats geldt voor het personeel te Den Haag, terwijl de personeelen van de l'jn HaarlemRotterdam en GoudaDen Haag zich gereed moeten houden op de eerste aanmaning naar Den Haag te vertrekkeneen en ander om te. voorkomen, dat de volksvertegenwoordiger een wet aanneemt, waarbij het recht tot staking wordt ontnomen) allern.inst het kenmerk draagt van een in overhaasting of overspanning gestelde publicatie en dat er wel degelijk beteekenis aan is te hechten De. leien, die dit bestreden, zouden hun standpunt bondiger verdedigd hebben, door aan te toouen, dat men bij het gebeurde uilslui:end stond voor een uit het rechte spoor geraakte werkliedenbeweging en niet tegelijkertijd te doen had gehad met een politieke maciitsproeve, waarbij men zich ter bevordering van revolutionnaire bedoe lingen van de werkliedenbeweging poogde meester te maken. Ongetwijfeld zou de ergerlijke gebeurte- n s onder Durgerdam, indien er iets van wa re uitgelekt, door tijdig optreden der politie, voorkomen zijn; maar men vergete niet, dat de politiemacht aldaar nauwelijks mee telt, dat die te Amsterdam haar omvang rijke taak binnen de stad nauwelijks af kou, dat 't krijgsvolk er niet noemens waard in aantal was, dat men op tal van toegangswegen naar Amsterdam wachtdienst had moeten organiser ren, en dat ir.e.i hei «roeger naet voor mogelijk had gehouden, dat zulk eeu breede schare werklieden ter volvoering van zulk misdadig bedrijf bij nacht zou hebben gecomplotteerd. Dat na 31 Januari geen spoorwegstaking te (luchten zou zijn, is een bewering, in lijn rechten strijd met hetgeen in de bladen, die de eerste staking uitbundig loofden, te le zen stond. Afleiding van de onbevoegdheid der Ka mer om tot het voorgestelde haar medewer king te verleenen uit het feit, dat het alge meen stemrecht ten onzent niet is inge voerd, is rechtstreeks in strijd met de Grond wet en mag uit dien hoofde door welke re geering ook zelf niet iu overweging wor den genomen. Voor hen, die op dit stuk van wetgeving willen wachten, met ingrijpen, tot zij een in elk opzicht bevredigende regeling voor zich zien, zal de wachttijd wel blijv?.n voort duren „ad kalendas graecas". Het argument, dat het slrafijaarstellen van dienstweigering van ambtenaren geheel onnoodig is, omdat daarop tot dusverre door niemand is aangedrongen, miskent het gou- vemer c'est prévoir" dat bij de vaststelling van het strafwetboek een bepaling van gelijken aard door den Minister van Justi tie. is teruggenomen, is een argument, waar bij de redeu waarom hij dit deed, over het hoofd wordt gezien het argument, dat voor- althans gepaard dient te gaan aan straf bepalingen, regeling der rechtspositie der ambtenaren, miskent zoowel het karakter van Staat en Overheid als van de betrek king, waarin de ambtenaar tot die Over heid is geplaatst. De achterlijkheid van het burgerlijk recht in de regeling van het arbeidscontract mag nut als voorwendsel dienen om den eisch tot rervulling van onbetwistbare wettelijke, en moreelc verplichtingen van de noodzake lijke bescherming der strafwet te versteken. Dc regeering verklaart uitdrukkelijk het gevaar voor een spoorwegstaking niet tot de kleinst mogelijke afmetingen te kunnen terugbrengen zonder strafbepaling. Ook tot het tegengaan vau intimidatie van arbeidswilligen acht zij een strafbepa ling volstrekt noodig. Terugneming van de strafrechtsvoorstel- len zou geen uitzicht openen op een op den duur vreedzame, voor de regeering aanne melijke beslechting der ontstane maatschap pelijke geschillen, maar slechts bevordelijk kunnen zijn aan het begonnen openbaie proces van uaoreele verwording. Hare strafrechtsnovelie terugnemen is voor de Regeering uit dien hoofde volstrekt onmogelijk. Voor alles moet op dit oogenblik de su prematie van hst Staatsgezag boven alle. maatschappelijke woelingen wettelijk worden verzekerd. De spoorwegbrigade zal de rechtmatige macht, de strafrecht novelle het machtige reeht van den Staat stellen tegenover de macht van het onrecht. Terwijl van uitslel van behandeling geen oogenblik sprake kan zijn, is daarentegen de regeering, wat den tekst van het wet sontwerp betreft, zoover dit eenigszins zonder prijsgeving van beginsel en doel mogelijk was, aan de leden, die opbouwende critiek leverden, tegemoet gekomen. Naar aanleiding van de verklaring der regeering op 11 Maart j.l., dat door haar reeds sinds eenigen tijd overwogen wordt in hoeverre art. 27 der spoorwegwet haar mi staat kon stellen, om reeds nu, in afwachting van de uitkomsten van het door een Staatscommissie in te stellen onderzoek, le voorzien in nadere rechtsbescherming die ook h. i. voor het spoorwegpersoneel gewenscht is te achten, wordt medegedeeld, dat een concept-algcmeene maatregel van bestuur van bedoelde strekking reeds van den Raad van State terug werd ontvangen en vermoedelijk biunen zeer korten tijd zal worden uitgevaardigd. De Regeering zal doen wat in h iar verinogen is om dien algemeeneu maatregel, althans nog eer de beslissing der Kamer over het wetsontwerp staat te vallen, in het Staatsblad te brengen. Het ligt in de oedoeling aan de Directiëu verplichting op te leggen lo. dat al hetgee.11 op de rechtspositie en de dienstvoorwaarden van liet personeel betrekking heeft, het loon inbegrepen, behoorlijk worde, gereglementeerd, en als reglement aan de goedkeuring der Regeering zal worden onderworpen, 2o. dat in dit reglement een geordende weg tot indienen van grieven en wenschen zal worden geopend 4o. dat gewaakt zal worden tegen te langen termijn van opzegging van dienst; 5o. dat voor diciplinaire geschillen, behoudens de veiligheid van dienst, scheidsrechterlijke uitspraak zal worden ingevoerd 60. dat deze scheidsrechterlijke uitspraak op korten termijn in werking zal moeten treden 7o. dal voor de geschillen van diciplinairen aard, die van 1 Mei 19U3 af mochten voorko men, alsnog op dit scheidsgerecht, zoodra dit werken kan, beroep zal openstaan. De Regeering laat hierbij de ambtenaren geheel buiten bespreking. Dat ook rechts positie spoedige regeling vereischt, is van de zijde der Regeering onbewimpeld erkend naar deze eventueele regeling staat met dit wetsontwerp in generlei verband. Volstrekt onafdoende zijn de argumenten waarmede de leer wordt aangedrongen van hen, die principeel bezwaar hadden tegen artikel 214 bis, op grond dat aan de vak verenigingen het recht tot verkorting der burgervrijheid zou toekomen, welk recht in een beschaafde maatschappij slechts kon worden aangemerkt als uitsluitend attribuut van den Staat. Het doel, door de uitbcreiding van art. 184 beoogd, kan niet behoorlijk worden bereikt langs den weg van toepassing van art 138 en door uitoefening van politiezorg. De bedoeling van het voorstel was vol strekt niet om het uitzetten van posten als zoodanig strafbaar te stellen en evenmin het gebruiken van middelen van vreedzame overreding om iemand te bewegen iets te doen of iets te laten. Daaromtrent zal door de gewijzigde redactie alle twijfel worden opgeheven. „Dwingt in een artikel is synoniem met „er toe brengt", 11.1. tegen zijn wil. De uit drukking „wederrechtelijk" heeft in de thans voorgestelde uitbreiding geen andere betee kenis dan zij heeft in het bestaande art. 284. De vraag, of de dwang door geweld of be dreiging met geweld wederrechtelijk is, is een quaestio facti. Mede op grond, dat het niet weuschelijk is, den schijn to doen ontstaan alsof men door toepassing van de strafwet, zonder hooge noodzakelijkheid, op de kiezerslijst invloed zou willen oefenen, wordt de voor gestelde wijziging in art. 286 teruggenomen. Ait. 358 bis is geheel in overeenstemming met liet recht, gelijk dit nog steeds door de volksovertuiging gedragen wordt. De leer, dat zoowel mcu ambtenaar als den ar beider het recht zou toekomen, zoolang hun dienstbetrekking duurt, het aiubt of den arbeid neder te leggen zonder vooraf- gaaud ontslag aan te vragen, is volkomen valsch en voor wat den ambtenaar betreft bovendien zuiver revolutionnair. De Regeering wil allerminst iubreuk ma ken op het vereenigingsrecht voor de ar beiders mits liet zich blijve bewegen bin nen de grenzen, door grondwet eu wetten des Rijks daaromheen getrokken. Dat de bepaling niet toepasselijk is ge maakt op dienstweigering van arbeiders in bakkerijen, kolenhandel en alle transport bedrijven is hieraan toe te schrijven, dat de Regeering alleen strafbaar heeft willen sLellen wat de gemeenschap zelve recht streeks aanrandt. De straffen in art. 358 Ier <au quater wor den tot een lager maximum teruggebracht. Strafbaarstelling van dc leiders of aanleg gers der samenspanning tot dienstweigeiing kan niet worden gemist. In Duitschland gaat in dit opzicht het strafwetboek zeer veel verder dan het onze. Spoorwegbrigade. De R-'geering deelt mede, dat onmiddel lijk nadat het wetsontwerp tot verhooging var. het Vllle hoofdstuk Staatsbegroting 1903 aanhangig was gemaakt aan een coui-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1903 | | pagina 1