No. 59.
Zondag: 26 Juli 1903.
26 Jaargang.
Tweede Blad.
Chronologisch Overzicht
MMIEMIGWIl.
FW/tMTOA'.
Tentoonstelling.
UITVOERINGEN.
WAALWIJK.
Door de liedertafel „Oefening en Vermaak/'
van Waalwijk en Besoijen zal op hare
zaal Musis Sacrum, Zondag 28 Juni des
middags ten 12 uur worden uitgevoerd
1. Het Lied van Nederland R* U°R
2. Ja, soliön ist mein Schatz nicht Schwartz.
3. Von der Spiel man nsfabrt
Schwartz.
van de voornaamste gebeurtenissen in
onze en omliggende gemeenten, gedurende
1 de- 25 jaren dat ons blad bestaat.
13 Sept. 1891- De landbouwtentoonstel
ling te Waalwijk wordt voor het pu-
bliek opengesteld.
De tentoonstelling werd gehoudeu
op het terrein achter het woonhuis van
wijlen den heer Not. Bink, groot circa
2 hectaren. Door een eerepoort trad
men het binnen. De overdekte ruim
ten aan de oost en westzijde van het
feestterrein bestemd voor de expositie
van pluimgedierte, bloemen, enz., had
den elk eene lengte van 200 M. bij
een breedte van 4 M. Verder bevon
den zich daar de prachtige restauratie
zaal van den heer Jordaéns uit V Bosch
lang 25 en breed 7 M. twee buffetten
ieder 15 M. lang en 4- M. breed. In
het midden van het terrein waren vijvers
voor watervogels gegraven. Daar om
heen stonden schoone collecties hout
gewas en sierplanten, terwijl men op
vele andere plaatsen fraaie bloemperken
aantrof. Het terrein voor de veeten
toonstelling, dat zeer groot was, lag
aan de noordzijde, afgescheiden van
het oveiige gedeelte der tentoonstelling.
Het aantal inzendingen bedroeg 87 7,
waaronder gerekend moeten worden 31
hengsten, 17U meniën en ruins en
172 stuks rundvee, welke echter eerst
Dinsdag d.a.v. werden aangevoerd.
In den namiddag gaven de harmo
nieën Crispijn en FEsperance een con
cert gedurende het welk de heer P.
W. II. Ver wiel, voorzitter van het
Uitv. Best. de aanwezigen van binnen
en buiten de gemeente hartelijk wel
kom heette. Tot laat in den avond
bewogen zich honderden uit alle ran
gen en standen in de meest opgewekte
stemming over de fantastisch verlichte,
met vlaggen en wimpels getooide ter
reinen.
14 Sept. Officieele opening der tentoon
stelling. Deze werd bijgewoond door
e, u zeer talrijk publiek, waaronder de
Voorzitter en de Secretaris der Noordbr.
Maatsch. van Landbouw, leden van
het uitvoerend en van bet eerebestuur,
juryleden, leden van den gemeenteraad,
der Kamer van Koophandel enz. De
openingsrede werd uitgesproken om 10
uur door den Eerevoorzitter Jhr. Aug.
E. M. B. van Grotenhuis, burgemees
ter van Waalwijk en beantwoord door
den voorzitter van genoemde Land-
bouwmaatschappij den heer A. M. J
F. van Rijckevorsel.
Onze beide harmonieën, benevens de
liedertafels Oefening en Vermaak en
Cecilia luisterden de plechtigheid op,
door op beurt eenige der schoonste
nummers van haar repertoire ten^ ge—
hoore te brengen, 's Avonds om 5 uur
gaf de harmonie L'Espérance een con
cert, aangeboden aan heeren jury-leden,
dat zeer druk bezocht werd. Daar in
middels het weder zeer ongunstig was
geworden, kon het aangekondigde
volksconcert door de harmonie St.
Crispijn op de markt niet plaats heb
ben, weshalve dit gegeven werd in de
zaal van den heer van Kregten. Ook
hier was de toeloop der bezoekers zeer
groot.
15 Sept. Ontvangst ten HP/j uur op het
Raadhuis van de leden van het hoofd
bestuur der N. B. M. v. L. De
geheele Raad en verschillende autori
teiten waren aanwezig. Onder een
hartelijke toespraak bood de burge
meester Jhr. A. v. Grotenhuis namens
het gemeentebestuur en de bevolking
van Waalwijk den eerewijn aan. De
heer van Rijckevorsel dankte voor de
eeï en het genoegen de Maatschappij
van landbouw aangedaan.
Vervolgens werd te 11 uur in Musis
Sacrum de aigemeene landbouw-verga-
dering door den Voorzitter met eene
boeiende rede geopend. De meeste
afdeelingen waren officieel vertegen
woordigd.
Na afloop der vergadering spoedden
allen zich naar het feestterein, waar
een kolossale drukte heerschte. Ieder
een toch wilde de prachtige paarden
en runderen zien, die waren ingezonden
en het bewijs leverden in welken
bloëieuden staat de veestapel en de;
paardenfokkerij in Noord—Brabant eD
vooral in de Langstraat en het Land
van Heusden en Altena verkeert.
Ten 5 ure begon het feestdiner,
waaraan door een 120 tal leden en
andere heeren werd deelgenomen. Een
menigte toasten werden gedurende den
maaltijd uitgebracht o.a. door den
eere-voorzitter Jhr. van Grotenhuis op
HH.MM. de Koningin-Regentes, welke
toast direct naar het Loo geseind
werd door den voorzitter der N. B.
M. v. L. op ZEx. Jhr. Mr. P. J.
Bosch van Drakesteijn, beschermheer
der Tentoonstelling; door den heer
Bernard Timmermans, president der
Kamer van Koophandel en fabrieken
op de juryleden door den burgmeester
van Eethen den heer M. A. Boll op
de inzenders en bezoekers van buiten
de provincie, enz. enz.
Na afloop van den maaltijd begavem
allen zich weder naar buiten om op hef
helder verlichte terrein te genieten van
hel heerlijke feestconcert van het mu
ziekkorps der dd. schultevij van s-
Bosch, dat door een ontelbare menigte
werd bijgewoond.
16 Sept. Concours hippique op het ten
toonstellingsterrein.
Deze wedstrijd begunstigd door het
heerlijkste weder werd door een over-
groote menigte bijgewoond. In het
geheel namen er aan deel 47 spannen.
De feestelijkheid werd opgeluisterd door
de Dongeusche harmonie Musis Sacrum
en L'Espérance. Des avonds om 7
uur gaf de Dongeusche harmonie, on
der leiding der heeren J. Kessels en
W. de Jong eene schitterende uitvoe
ring. De menigte was thans zoo groot
geworden, dat honderden zich met een
staauplaatsje moesten behelpen. Stoelen
deden 50 centen en meer nog. Men
schatte het aantal bezoekers tusschen
de vijf en zesduizend, zoodat het ge
heele terrein gevuld was en het rond
wandelen niel dan hoogst moeielijk en
uiterst langzaam ging. Tot slot van
den dag en der tentoonstelling werd
een prachtig vuurwerk afgestoken,
waarvan alle nummers, doch vooral het
laatste de hulde aan deu beschermheer
der tentoonstelling, Jhr. Mr. P. J-
Bosch van Drakensteijn, uitstekend
voldeed.
Hiermede eindigde deze tentoonstel
ling, welke een enorm succes gehac
heeft en verdient met gouden letters
in de annalen van Wealwijks geschie
denis te worden opgefeekend.
17 Sept. De gemeenteraad verzendt een
breedvoerig gemotiveerd adres aan
E. den Minister van W. II. en N
om te verkrijgen, dat de brug over
den Nieuwen Maasmond gebouwd za
worder. zoo dicht mogelijk bij Waal
wijk, liefst bij Drongelen, en zoo dit
onverhoopt niet zou kunnen geschieden,
dan aan de Oostzijde onzer gemeente
bij Doeveren.
19 Sept. Met aigemeene steramen wordt
benoemd tot gemeente-geneesheer op
een jaarwedde van f 1600, de heer P.
J. M. Sweens, arts te Vucht.
27 Sept. Trekking der tentoonstellings
loterij op de zaal Musis Sacrum. Zij
geschiedde ten overstaan van het uit
voerend bestuur terwijl de wethouder
lioffmans als vertegenwoordiger van het
gemeentebestuur optrad als getuige.
De hoofdprijs, een j.aard, getrokken op
No. 508, serie F viel ten deel aan
den heer J. Meesterman alhier. In
het geheel werdeu verloot 215 prijzen,
alle aangekocht op de tentoonstelling.
30 Sept. De Kamer van Koophandel ze udt
een adres aan de Regeering om te ver
krijgen, dat de overbrugging van den
Maasmond zal geschieden in de nabij
heid van Drongelen, of, zoo hiertegen
bedenkingen bestaan, te Gansoyen of
te Doeveren.
16 Nov. De harmonie St. Crispijn van
Waalwijk en Besoijen viert haar gouden
jubilé.
TWEEDE GEDEELTE.
i
De harmoniezaal bij den heer li. J.
v. Krechten was voor deze gelegen
heid netje9 versierd.
Toen des avonds het scherm, dat
het orohest verbergt, werd opgehaald,
zag men op het tooneel een drietal
portre'.ten, omlijst inct groen, en een
zeer nette vlaggen-tropée met het
opschrift
Hulde aan den oprichter.
Te linkerzijde werd dit opgeluisterd
door het oude eerste vaandel der har
monie, aange-ocht in 1841 te rechter
zijde door het nieuwe banier met de
bekroningsraedailles in top. In het
midden der zoo even genoemde por
tretten prijkte de beeltenis van den
heer Willem Timmermans als grond
vester der harmonie, als oprichter van
St. Crispijn. Te rechter en te linker
zijde het portret van den heer xVdr. v
Lieshout, gedurende 15 jaren voorzitter
en van den heer J. Schambergen, den
vroegeren directeur. Na het tweede
nummer van het concert nam de heer
Charles Ficq, president der Vereeni-
ging, het woord om de aanwezigen
hartelijk welkom te heeten, waarna hij
den heer Rubbens verzocht voorlezing
te doen van het: Vervolg der Notulen
der Vergadering van de Gilde St. Cris
pijn op 3 November 1840 ten huize
van den heer P. Verwiel.
Uit deze lezing stippen wij het vol
gende aan
„Het voorstel van den heer W
Timmermans om onder het gild een
hoornmuziek op te richten werd door
de meerderheid aangenomen en op
eene latere vergadering nogmaals goed
gekeurd met bijna aigemeene stemmen
Tot eommissaris voor het muziekge
zelschap werd door de gilde met aige
meene stemmen benoemd de heer W.
Timmermans, die op zich zou nemen
het regelen der muzikanten, het aan-
koopen der instrumenten en andere
benoodigdheden, een en ander met
voorkennis der directie. Dank zij den
loffelijken ijver en de onvermoeide in
spanningen van den heer W. dimmer*
mans was de harmonie reeds het vol
gende jaar geconstitueerd en beschikte
zij over een 25tal muzikanten. In het
jaar 1842, bij gelegenheid der Waal-'
wijksche kermis trok zij, uitgedost in
een uniform, haar gratis door genoemden
heer Timmermans geschonken, voor
het eerst door de straten der gemeente.
In dien tijd werden ook ingesteld de
muzikale tochten in St. Jansnacht
welke zijn voortgezet tot het jaar 1888.
Als directeuren traden achtereenvolgens
op de heeren Adriauus van Drunen,
Piqué, Gerrit v'. d. Ven, Wijnpers van
's Bosch, Botté, (deze laatste verbond
aan het gezelschap een strijkorchest,
dat spoedig echter te niet ging), Jos.
Kleijberg, A. J. Hesselberth, L. J.
Schambergen, H. Wijkmans en Th.
Schambergen. Behalve aan hareu op
richter en genoemde directeuren had
de harmonie ook veel te danken aan
de heeren Dr. Drossaers van Drongelen
1841 beschermheer tot aan zijn
van
Willburg treedt op het lieve meisje toe en
dood, aan den Oud-burgemeester van
der Klokken van af 1841 honorair lid,
aan den grooten teekenaar A. B. v.
Lieshout, president van 18601875
aan de hoofdmannen der gilde de hee
ren Laurens Tabbers, E. Kleijbeig en
Jac. Tabbers. De heer Willem Tim
mermans bleef aan het hoofd der har
monie tot 1850. Bij zijn aftreden
werd hem het, eere-lidmaatschap aan
geboden. Toen volgden de heeren Jos.
Kleijberg tot 1855, Antoon Pulles tot
1860, A. B. v. Lieshout 1875, A. C.
Zijlmans tof 1880, J. de Visscher en
L. W. Schambergen tot 1887 in welk
jaar een volledig bestuur optrad met
den heer Ch. Ficq als president.
De harmonieën, welke achtereenvol
gens tegen St. Crispijn concurreerden,
waren: De harmonie der gilde St. Jan
opgericht in 1840, de harmonie St.
Crispijn van Bezooien in 1846, de
harmonie der Congregatie te Waalwijk
opgericht in 1854, dezelfde opnieuw
opgericht in 1856, de harmonie der
Congregatie te Bezooien in 1857, Vlijt
en volharding opgericht 1860 en ont
bonden in 1880, en eindelijk l'Espé-
rance opgelicht in 1880. De harmo
nie was achtereenvolgens gehuisvest
bij de Heeren P. Verwiel, Adr. Ver-
wiel, J. v. d. Mosselaar aan de haven,
N. A. van Riel eu van Kregten.
Hierna werd den heer J. Bernard
Timmermans Wz door den heer Ficq
het diploma aangeboden als bescherm
heer van St. Crispijn spreker noemde
dat beschermheerschap een erfenis door
's heeren Timmermans onvergetelijken
vader nagelaten, een zaak door den
edelen man met zooveel liefde voor
gestaan, met zooveel kracht gesteund
en voortgeholpen.
Nadat de nieuwe beschermheer be
dankt en zijn steun aan het gezelschap
toegezegd had, werden door den heer
Jac. v. Riel aan de feestvierende har
monie 4 nieuwe instrumenten aange
boden, gekocht uit vrijwillige bijdragen
van belangstellende ingezetenen. Ver
scheidene sprekers als de heeren L.
Schambergen, Ant; Elshout en E. Kleij
berg namen in de loop van den avond
nog het woord, terwijl de heeren E.
Kleijberg en Henri Witlox, daartoe
uitgenoodigd door den heer L. Scham
bergen en den beschermheer zich be
reid verklaarden als commissaris der
harmonie op te treden. Het prachtige
feestconcert, dat laat in den nacht
eindigde, liet bij allen een onvergete
lijken indruk achter.
i.
Met rassche schreden nadert de gewichtige
gebeurtenis, die in onze gemeente gaat plaats
grijpen, nog nauwelijks eene maand en de
groote internationale tentoonstelling van
1
Vrij naar het Duitsch bewerkt door J. M. S.
in i.iiii. n~
(58)
NEGENTIENDE HOOFDSTUK.
Verklaringen
Do dochter van den opzichter heeft zich daar
door in hem een vriend voor altijd verworven I
„Mijn lieve, goede mevrouw!" Hij neemt de
handen der oude dame in de zijne, doch deze
ontrukt zc hem wederom onmiddellijk.
„Ik ben niet goed, mijnheer, volstrekt niet!
Integendeel, ik ben zeer boos op u. Overgens
leb', u ons nog nietjeens uw naam genot md. Zoo
kon wel iedereen konten en zeggen, dat hij de
vader van zulk een lief kind i?«eri dit, God weet
op welke gronden, onmiddellijk mede wille
ncmlu
Willburg lacht. Deze vrouw bevalt hem hoe
lairgtr hoe beter. Haar teedere bezorgdheid is
hem oen nieuw bewijs, dat Editha nergen9 beter
een onderkomen had kunnen vinden dan in den
kring van deze familie, onder de zorgvuldige
hoede van zulk een moeder.
..Z'iudt u zoo goed willen zijn, mevrouw, mij
eindbt'ijk eèns rustig aan te hoeren'?v
Hij 'laat, terwijl hij dit zegt, zijn kind 1 s en
dit treedt met Emmy beide meisjes hoiden
elkander vast omstrengeld in een vei ster-
bank.
„Ik bid li., mijnheer, spreek dan. Verstai dige
redenen zal ik werkelijk kalm aanhooren.
Welnu dan. üm vóór alles een verzuim goed
te maken, verneem dan eerst mijn naam en
mijn adres!'
Ilij neemt een kaartje uit zijn portefeuille cd
reikt dit haar over.
Ernst Willburg, Petersburg, Odessa, Berlijn",
leest mevrouw langzaam en aandachtig.
.Zoo woont u dan op deze drie plaatsen tege
lijk Zij ziet den huttendirecteur wederom wan
trouwend aan.
„Op 't oogenblik woon ik id uw buurt en
wenschl u over mijn persoon inlichtingen te
ontvangen zoo wend u tot mijnheer uw buur
man, den Graaf van Mansfeid-Herehestorf. Deze
kan u volkomen op de hoogte stellen.
„Ach, bij Ottilia's papa!" zegt Emmy van uit
het venster. »Ik was heden r.og op het slot. Ik
heb uw naam daar hooren noemen."
„Dus ben ik nu genoegzaam gelegitimeerd?"
vraagt Willburg lachend.
„Doch hier staat toch ook Petersburg en
Odessa P"
„Daar heb ik groote bezittingen, mevrouw
Editha zal eens een rijke dame zijn 1'
Bij deze opmerking kleurt de dappere verde
digster hnrer rechten.
„Gij stelt mij in een slecht daglicht. Hoe zeer
ik ook het kind bemin, ik ben toch niet zoo
egoïstisch, om een vader, die zijn kind oprecht
liefheeft en met smart er naar verlangt, zijn
lieveling te willen on'.buuden."
,En als ik u nu eens verzocht, u bij uw woord
te houden zegt YVillburg lachend.
Het weerbare vrouwtje wordt zeer verlegen,
toch is ze nog niet uit het veld geslagen.
„O, thans is dat wat anders; ik sprak van
vroeger. Nu is Editha al groot genoeg, om zelve
te besluiten, bij wie ze blijven wil."
„Ze heeft reeds een besluit genomen', roept
Emmy juichend, »ze blijft bij ons 1»
„Dan blijft mij niets ander over dan mij terug
te trekken Een smartelijke trek legtj zich om
Willburg's mondhoeken en een zucht ontsnapt
ziin getroffen vaderhart.
'„O, zóó was het niet gemeend!» zegt Emmy,
in hare goedheid onmiddellijk haar als zoodanig
onbedoelden scherpen uitroep weer trachtende
goed te maken. „Wij zouden Editha o zoo
ongaarne geheel willen verliezenwij hopen
haar als vóór deze bij ons te houden. Doch on
danks dit vurig verlangen zullen wij u de liefde
van uw kind niet onttrekken, integendeel, wij
zullen trachten in haar kinderlijk hart genegen
heid voor u op te wekken.'
reikt haar de hand.
„Dank voor deze woorden, mejuffrouw 1 ik
kan mijn dochter en mij van harte geluk wen-
schen, dat de Voorzienigheid haar zulke ouders
en zulk een zuster heeft geschonken. Wat ik
ook voor de toekomst moge besluiteD, ik zal
nimmer een beslissing omtrent mijn kind nemen,
zonder u allen te raadplegen. V behoudt voor-
loopig Editha bij u.»
Mevrouw lacht vergenoegd
Als u niet de bedoeling hebt, ons Editha te
on'tnemen, om haar over eenigen tijd naar Rus
land te voeren, dan is u ons als gast steeds
welkom.'
Met een zalig gevoel in het hart verlaat eeni
gen tijd daarna onze held de woning van den
hoofdopzichter. Bij het heengaan Editha's hoofdje
tusschen zijn handen nemende, terwijl hij haar
liefdevol in dc bruine kijkers zag, sloeg het lieve
kind plotseling, uit eigen beweging, haar armen
om zijn hals en vrijwillig gaf ze hem een kus.
Toen ja toen kon hij het toch niet verhinderen,
dat 'hem de tranen in de oogen kwamen. Hij
de sterke, krachtige, door de stormen des levens
verharde man, hij voelde nu o zoo diep, wat het
zeggen wil, een geliefd wezen, zijn eigen vleesch
en bloed, te hebben gevonden en te bezitten Hij
schaamde zich dan ook niet over die weekheid.
Voor alle schatten uit het Oosten stond hij die
zaligheid, welke zijn hurt in een zee van ethisch
genot doet baden, niet af. Ilij is gelukkig en
maakt het heilige voornemen nog meer dan
vroeger te trachten, geluk rondom hem te ver
spreiden. Een hart 1 - Een nartlHij voelt uu o
zoo intens duidelijk, dat alle schatten der aarde
een liefde-leeg menechenhart niet kan vullen.
„Editha eu Ottilia, gij beiden hebt mijn ziel
met den zonnegloed de. liefde vei warmd en
begeesterd! En. een in gelukkige I ach verhel
dert het schoone gelaat van den man. wiens
bestaan nog kort te voren in een zwarten nacht
van verlatenheid gedompeld lag.
„Egon, mijn jongeu', de toon is niet meei
zoo vriendelijk als vroeger ik heb een ernstig
woordje met je te spreken.'
rik ben geheel oor, oompje I Als u toaar niet
zoo'n ernstigen toon aansloeg, ik word bang, als
ik in yw strak gelaat zie'.
Egon, die geen flauw vermoeden heeft van
hetgeen zijn ooin hem zal mededeelen, spreekt
als altijd lichtzinnig en zorgeloos. Hij legt zich
behagelijk in een tauteuil en steekt met de ge
wone rcharme' eeo sigaar aan, welke hij uit
zijn oom's kistje heeft genomen.
De graaf ergert zich over de onverschilligheid
van zijn neef.
„Ik heb u immers reeds gezegd, dat ik een
zeer ernstige zaak met je te bespreken heb. Gij
suit dus zoo goed moeten zijn, voor een oogen
blik daarvoor in de noodige stemming te komen.
Met een salonpraatje kan thans de zaak niet
afgemaakt worden."
Eeon's gelaat wordt wat langer. Hij ia toch
al een beeije zenuwachtig, daar hij dezen nacht
pas te drie uren uit zijn club is thuis gekomen,
nadat hij door het spel wederom beduidende
somuien verspeeld heeft. Een nerveuze spanning
maakt sich van hem meester.
„U neemt bijna een tragischen aanloop aan!
Als het soms in uwe bedoeling ligt, mij een
vernietigende tijding mede te deelen, zoo, bid ik
u, wees kort; ik ben geen vriend van lange
verhooren*.
„Daaraan zult ge ook met onderworpen worden
Kort en goed wil ik je zeggen, dat je verkwis
tende levenswijze nu toch el te erg wQidiendat
ge in 't vervolg daarmee moet uitscheiden. Ver
der moet ge uit uw functiën treden, daar Will
burg anders weigert, zich verder met de nieuwe
onderneming te beu.oeieD. Ik zal je daarom in
eens een belangrijke som uitbetalen.»
Egon legt verbleekend zijn sigaar neer, dan
kruist hij zijn armen over de borst en ziet zijn
oom vol spanning aan, als verwacht hij nog
meer te hooren.
De graaf zwijgt echter en ziet droevig voor
zich neer.
„Is dat alles, wat u mij te zeggen hebt oom r'
De stem van den jongen baron kliDkt ingehouden
tC>Eenggevoel van medelijden overvalt den zwak
ken, ouden man. Hij heeft bijna spijt van zijn
ha„riietlddoet mij leed, Egon, dat ik gedwongen
ben op deze wijze tegen je te moeten optreden
doch het gaat niet'anders, ge zult het zeil'inzien'
Op Fgon's gelaat teekent zich ingehouden
W°,lhe Willburg schijnt zijn vollen invloed
die mii op zich zelve al onverklaarbaar is
aan te wenden, om bij u alle teerdere gevoelens
voor de uwen te dooden, wearde oom.'
Doch nu wordt de graal warm.
„Handelt soms gij als een bloedverwantdoor
v oom op de meest gewetenlooze m®D,eJ
ruïneeren Ie het als een bloedverwant gehandeld
als eii een onbeschaamd spel speelt met mijn
eer, door picante avontuurtjes met mijn gemalin
op touw te zetten
Egon wordt nu nog bleeker.
„Dank ik ook dit wellicht aan dien Willburg,
oom In dat geval zal ik wel gelegenheid hebben
met dien heer eens een krachtig woordje te
^Laat dat blijven, als ge niet alle voordeden
verfpelen wilt. Mijn bestaan en dat der ruijnen
hangt er van al, dat Willburg voor mij behou
den' blijft, omdat ik ten eerste een tachtigen
der zakenkundigen personen Doodig heb, om
de nieuwe berg- en huttenwerken te leiden
tweede bezit Willburg de noodige fond
sen wïlken"voor"mij, die voor een ernstige crisis
K' onvoorwaardelijk
eèrg^hét geringste Len'dïzen man onderneem»?'
Egon bijt zich op de lippen en draait nerveus
wanneer wenscht gij u van mij te ontdoen,
„En wanneer
dan
"baat toch dezen onbehoorlijke toon varen I
Ze?Gije hebt' feitelijke niets te vorderen, daar gij
r«d. sommen uU de kaj fiet^ hebt^i
zoo verkwistend
geleefd Zeker, omdat het toen van uw'eigen
ging Hier gaat het van uw rijken oom, niet
waar? En nu kan het er maar met genoeg op
los gaan?'
achÏÏge"" hoogte; Waarom Hebt gij vroeger, toen
ge nog niet bij mij waart, niet zoo ver*
(Wordt vervolgd.)