Notaris RANT
DE VOCHT,
DE VOCHT,
DE VOCHT,
Advertentiën.
übliel veileo en verkoopen i
Bericht van Inzet.
Bericht van Inzet.
S
Openbare Yerpachting
M18WKB1K.
verpachten
De Bouwlanden gelegen op de
Bubbeler, Starrenbosch en Ver
loren kost.
Op Woensdag 31 Augustus 1904, des
avonds te 7 uur, in het koffiehuis van
MERKX te Nieuwkuik.
De overige Bouwlanden op On-
senoort.
straatweg verdetld. v
Voor 't gemeentehuis hield het Koninic-
lijk rijtuig stil. Daar waren, tegen 't bordes,
de leden van den raad bijeen, met de no
tabelen en daar stonden 450 schoolkinderen.
Op 't bordes, in kleedjes van wit met
oranje, als ceu levende versienngsrand langs
de trap, een vijltlgtal bruidjes. En naar
de harmonie van 't dorp en zijn
de
opeens
oord
gerij
achteren
schuts.
De Koningin ontving er een bouquet van
een dochteitje van den gemeente-ontvanger
en Zij hoorde den burgemeester in volle
oprechtheid getuigen hoe gelukkig Vlijmen
was met de groote onderscheiding van den
Koninklijken doortocht.
Toen was 't even een aardig tafreel van
geestdrift. De kinderen en do autoriteiten
en heel die menigte van onze stoere Bra-
bantsche mannen en vrouwen, de meesten
ureu ver uit den omtrek aangeloopen om
Koningin en den Prins te zien, hieven
een geweldig hoezee aan, de har
monie schetterde er haar Wilhelmus door
heen en 't was daar een vervaarlijke massa-
hulde.
Maar we reden weer verder, t gojuieli
achter ons nog onverminderd klankstevig.
Langs de lage huisjes, waar over de on
derdeuren oude vrouwtjes uitkeken,
grootmoeders moesten op de kinderen pas
sen, vader en moeder waren naar 't dorp
gegaan 1 en de kerk voorbij, waar de
eerw. geestelijken buiten stonden en wuifden
gingen we iu tamelijken draf het dorp uit
en de vrije wegen op.
Na Vlijmen scheen het weer wat te willen
gaan bedaren. De lucht brak, de wind ging
liggen en eeu koesterend zonnetje kwam
zelfs even door. Maar het duurde slechts
een paar minuten, want weldra kletste de
regen weer neer en vlaagde de storm langs
steken pluimen, hooge hoeden en doorweekte
de regen galarokken en de lichte zomersche
toiletten van de dames in den stoet.
Maar voort trok de stoet, nu tot de grens
van Nieuwkuik, waar burgemeester P. J.
van den Broek zijn ambtgenoot van Vlijmen
af kwarn lossen. Aan 't landgoed Onzen-
bouquetten. en verder weer de bur-
vóór 't landelijk gemeentehuis saam-
gestroomd. Daar werd een korte welkomst
groet gebracht. Henriette Mostermans en
Christina van den Besselaar boden bloemen.
De schoolkinderen stonden er met vlag
gen te wuiven, de liedertafel zong er het
Salve Reginam Nostram, en met banieren en
medailles" stonden er de doelen opgesteld, de
schotsen en schutterijen van St- Joris en
St. Chrispijn, die hier in de Langstraat alle
schoenmakers beschermt, kaartgezelschappen
enzoovoort, en zij droegen de oude gansen
roeren, de hand— en kruisbogen bij zich^;
daar, in 't verschiet verrees de paal van 't
vogelschieten,
't Eigenlijke dorp Drunen werd met be
reikt maar toch bracht burgemeester van
Huiten er met zijn burgerij aan 't Vorsten
paar hun groet, juist waar de stoet rechts
om zou zwenken, 't land van Heusden en
Altena in, en bood een nichtje van den
minister van Justitie een bouquet aan.
Een eind verder bij den molen, kwam
de burgemeester van Elshout en Oud—
heusden, de heer Van Breugel, de Koningin
en den Prins complimenteeren om voor
te rijden, door zijn gemeente, waar overal
de vlaggen wapperden in 't groenen t
daverde er van juichen. Aan het kleine
plein, bij de hooge, vei sierde zuil werd
halt gehouden. De raadsleden stonden er
met de geestelijkheid van de parochie en de
schoolkinderen wuifden met hun vaantjes
boven de oranjepetten en hoeden uit, en
vooraan hielden de allerkleinste oranjewim
pels uit waar op ieder een woord stond
bemin—U—De jongelingen-con
gregatie blies er schallende fanfares.
En alweer verder ging 't, door het vlak
ke land van haast louter velweiderijen, met
'n enkelen kamp vruchtboomen er tusschen
langs het doode fort van de historische ves
ting Heusden, waar nu de vredige water-
lekeadrijven op het singelswater. En in de
verte aag Hare Majesteit, hoog op de groene
wallen het oude stadje liggen met de lichte
grijze huizen onder breedroode daken, en
de kleiue ruiljesvensters.
Het volk had zich in grootan getale op
gesteld aan den Oud—Heusdensche poort
waar de Burgemeester H. M. zou compli
menteeren, maar wegens het vreeselijke weder
werd doorgereden en had zulks op het
stadhuis plaats.
't Traphuis in uit gebouw is de hoogere
kunst van metselwerkdie lenige bogen
met hier en daar een gebroken lijn, zijn
daariu Vlaamsch verband zoo neerge—
legd en geschift f door een eenvoudigen
Heusdens metselaar, een meester in zijn vak
waar dan ook door een der eerste Amster-
danische architecten de hand is opgelegd.
Hare Majesteit en de Prins, gevolgd dooi
den hofstoet, schreden er door de antichambre
de raadzaal binnen, zoo'n innig voornaam
vertrek dat elke groote stad het Heusden
zou benijdan. Mejuffrouw A. Hoaooop bood
er H. M. eene prachtige bouquet. Vervol
gens had de presentatie plaats van raads
leden, den kantonrechter en den griffier, en
toen sprak de burgemeester de hooge gasten
toe
Mevrouw,
Groot U de dag, verheven het oogenblik, waar-
onde ingezetenen deze-- gemeente het onuuspre-
kelük voorrecht mogen genieten Uwe Majesteit,
vergezeld van Hoogst derzelver Gemaal, Z. k.H
den Prins der Nederlanden, in hun midden te
tlMoBen de giootere gemeenten van ons vader
land m et meer grond verwachten, het mij vroeg
of laat met een bezoek van üv# ec
Uwe Kon. Hoogh. te worden vereerd eene kleine
plaats als de oDxehad nimmer op zoo hooge gunst
kunnen rekenen.
De omstandigheden zijn ons evenwel in bijzon
dere mste gunstig geweest. MriA--in«r
Het groote en grootsch# wark der verlegging
ran den Maasmond, dat heden door uwe Majes
teit plechtig zal worden geopend, is immers de
onmiSdelijke aanleiding tot dit Vorstelijk bezoek.
En met de geschiedenis van dat zoo nOOgst be
langrijk werk, een werk dat de van oude bekende
glorie van den Nederlandschen waterstaat in nog
helderder licht plaatst, met deze geschiedis is het
stedeke Heusden op eigenaardige wijze verbon-
^Tk ca hier in mijne gedachten tereg tot den
bange? winter van de jSren 1860 op 1861 toen
onze erfvijand, het water in machtige golven de
Waaldijken deed bezwijken en een noodlottige
doorbraak jammer on ellende bracht over den
Bommelerwaard. Htusden was in die dagen het
toevluchtsoord voor vele onge^kkïgeo. die
have en goed hadden verloren en in onze plaats
onderkomen, hulp en steun zochten en vond n
in hun droevig nijpend geh^k. Jeusden
genoot ook toen de eer van een kon™kllJk pe
zoek. zij het onder gansch andere omstandigheden
De traditie der Oranje'»'getrouw, stak Uwer
Majesteits Koninklijke Vader Z. M. Willem de
Derde aanstonds de reddende hand «oe aan den
door den ramp getroffen evenmenseh en wwt.door
H.ogsideitelfs persoonlijk» ^'nutrl
der waterenoodlijdenden alhier
1861, moed en troost in te boezemen.
De herinnering aan dit treurig feit van voor
40 jaren geleden knoopt zich onwillekeurig vast
aan de heugelijke gebeurtenis van den dag van
heDank zij de wet van 23 Januari 1883, tot ver
legging van den Maasmond, eene wet onder het
zegenrijk bestuur van Uwer Majesteits Konink
lijken Vader tot stand gekomen en onder U wer
Majesteits tegenwoordige regeering tot volledige
Uitvoering gebracht, zijn waterrampen »J\vroe
ger telken jare te duchten waren, niet meer te
™iInaCdU°gelUkk,g 'OoruU.icht dank.n^d.ltge-
setecen de,er gemeent, h.t on.cb««b.re ,.o™h.
Uwe Majesteit en Hoogfltderielver Gemaal, Z. K
H. den Prins der Nederlanden, alhier tn mogen
begroeten. Ik maak mij dan ook ongetwijfeld
den tolk van alle inwoners, als ik van alle in
woners, als ik Uwe Majesteit en Uwe Kon. Hoog
heid mijn diepgevoelde erkentelijkheid betu g
voor de hooge eer aan onze gemBentc bcwcxoi».
eene onderscheiding, die met gulden letteren zal
worden geboekstaafd in de histonerijke annalen
onzer oude veste.
De spontane uitingen van net volk in onze
straten, de wel is bescheiden, maar met opge
wektheid aangebrachte versieringen, dit alles
moge getuigen van de innige gehechtheid, de
groote toewijding, de trouwe ■eMe vanonsaUen
voor het ons dierbaar Vorstenhuis, dat tot in
lengte van dagen den scepter moge voe-en over
het eveneeos ons zoo dierbaar Vaderland.
Lang leve Hare Majesteit de Koningin I
Lang leve 'Z. K. Hoogheid de Prins derNeder-
'^Geestdriftig stemden allen in met dit gejuich
""Daarop nam Hare Majesteit het woord en zeide
Mijnheer do Burgemeester.
Ik ben diep getroffen door de hartelijke ont
vangst, welke den Prins en mij yan de zijde
van Heusdens ingezetenen is te beurt geval
len en ik verzoek u der bevolking dezer ge
meente mijnen warmen dank te willen over
brengen voor de vele bewijzen van aanhanke
lijkheid en trouw, welke zij ons gedurende
ons korststondig bezoek gegeven heelt, waar
de geheele burgerij zich heeft opgemaakt, om
ons een hartelijk welkom toe te roepen en
door vlaggentooi en kwistige versiering harer
straten aan te toonen. dat deze dag een feest
dag voor haar is, heeft sij ons zoo ondubbel
zinnig bewezen hoe warm haar hart klopt voor
mij en mijn stamhuis
Zoo wordt heden den band, in benarde tijden
van dreigend gevaar tusschen mijnen dierbaren
vader en deze oude stad gevlochten, opnieuw
bevestigd, eu, zoo dit mogelijk ware, nog nau
wer aangehaald. Ik besluit met den wensch,
dat de thans uitgevoerde werken aan den Maas
mond zullen bijdragen tot vermeerdering van
den bloei dezer gemeente.
En nadat nogmaals blij gejuich ge
klonken had, schreed liet Vorstenpaar^ naar
buiten, waarop de salvo's van bravo s op
daverden uit de menigte. De stoet trok
stapvoets verder door de stad, waar vijf
fanfarekorpsen schalden door het feestge
druisch Over de oude Vischmarkt heen en
ouder 't aardig bruggetje door, dat vroeger
de hayen van Heusden overspannen
die in verband met de werken
Maas gedempt is, hield 't vorstelijk rijtuig
stil voor den vroolijk getooiden aanlegstei
ger aan de Maas. Daar stonden de kinde
reu van de scholen geschaard, en die zon
gen Hare Majesteit toe
„De Koningin Zij leve!
In Haar, nog d' eenige Koningsbloed,
Leeft heuglijk voort Oud-Hollands roem
De Koningin Zij leve!"
Mejuffrouw Colette Verhoeven bood weer
bloemen, en nu, na een hartelijk afscheid,
schreed het Vorstelijk paar door een dub
bele rij van raadsleden en leden van de
feestcommissie heen aan boord van het
koninklijk jacht de Krayenhoff,, dat va«t-
gemeeid lag tegenover de Rivier de Maas
en aan den ingang van de Nieuwe riveir.
Maar eerst nog bood een der oudste,
werklieden uit het volk van den aannemer
der werken tot opening van den Maasmond
de heer P. A. Bos, die daar ruim vier
honderd mannen sterk mede stonden ge
schaard aan de Vorstin de spade aan waar
de dam bij Heusden isdoorgestoken
naar de Nieuwe
van
beeft,
de
versierd met een incruste applicatie van
goud of wit.
Een breede Smyrna looper leidde langs
de trap naar dek, dat geheel vrij en open
was gehouden opdat de gasten er raar alle
kanten kondeu uitzien en zich gemakkelijk
bewegen.
Op de Krayenhoff waren ter ontvangst
van het Vorstenpaar aanwezig mr. J. C.
de Marez Oyens, minister van waterstaat,
handel en nijverheidF. Doffegnies, refe
rendaris, hoofd der afdeeiing waterstaat
W. F. Leemans, hoofdinspecteurs-generaal
van deD waterstaatC. F. M. H. Schneb»
belle, inspecteur-generaal in de 2de inspec
tie; B. Hoogenboom, hoofdingenieur-direc
teur der groote rifieren; E. van Konijnen
burg, arrondissements-ingenieur, den Bosch
(Nieuwe Maasmond): E. H. van Nes van
Meerkerk, hoofdingenieur-direct' ur in Noord-
Brabant, den Bosch J. P. Wijtenhorst,
arrondissements-ingenieur, den Bosch J.
C. Ramaer hoofdingenieur in de 7e directie
Breda en van Manen inspecteur-generaal van
de 7e inspectie.
Dwars door den regen en den wind ging
de Koningin opgewekt aan boord en wuif
de heel hartelijk de natte kindertjes,
de natte werklieden en de druipende no
tabelen toe. Meteen stoomde de Krayenhoff
op en de Vorstin bleef lacnende staan rond
zien over het woelige donker golfwater, nu
en dan de hand aan den hoed, in den
storm bespat van bet bruiswater, van het
water dat uoor de zeilen heenlekte en van
de woeste vlagen die striemend kwamen
aangejaagd. En waarbij alle genoodigden
de lust wel langzamerhand verging, bleven
Hare Majeitfit en de Prins wel onverstoor
baar opgewekt. De lunch werd echter be
neden gebruikt.
Het Koninklijk jacht stoomde intusschen
alleen de Nieuwe rivier een eiudweegs op
tot even beneden het Heusdensche Kanaal.
En met zijn steven voer de Krayenhoff de
ijzerdraadversperring door, die daar gespan
nen was tusschen twee bevlagde bagger
molens. Trompetten schalden, kanonscho
ten rolden van over het blijde land, want
Koningin Wilhelmina had de Nieuwe Ri
vier geopend. En van de booten met ge
noodigden van de regeering: de Leemans
Inspecteur Rose, President Kruger en
President Steijn, waar de aanzienlijkste
mannen van het land aan boord waren, die
't vreugdegeluid boorden galmen, terwijl
zij reeds naar Andel opstoomden, en tegen
over Heusden van de lange file overvolle
vaartuigen, alle kleurig gepavoiseerd, die
de nieuwsgierigen uit deu wijden omtrek
hadden aangevoerd, joelde 't blij gejuich 't
water over.
Om halftwee kwam de flotielje te
Andel.
Daar ligt in de rivier, dwars over een
breed glooienden dijk, de afsluitdijk,
met naar links een sluiswerk- Van een
kleine zandplaat naast die sluis was een
trap opgezet naar het dijktalud en een
platboomschuit vormde er een aanleg
steiger, waartegen de Krayenhoff*
aanlegde.
Thans noodigde de minister van wa
terstaat Hare Majesteit en den Prins uit
den dam te willen bestijgen en daar de
gedenkzuil te onthullen.
De regeeringsgenoodigden aan de
plechtigheid, aangebracht met >W. F*
Leemans4, >Inspecteur >Rose« »Presi-
dent Kruger* en >President Steyn* van
Gorinchem, hadden daar hun staan-
Mocht liet door Krayenhof aangegeven plan
tot scheiding van Maas en Waal aanvankelijk
een bijval vinden, in het rapport van 1861
„oor de Inspecteurs van den Waterstaat uit
gebracht, werd zijn denkbeeld warm aanbe
volen.
Een daarop van Regeeriugswege ïugesteld
onderzoek heeft ton slotte tot de uitvoering
eleid en zoo zal thans door Uwe Majesteit
e kroon gezet worden op den onder de lie
eering en met de krachtige medewerking van
Jwer Majesteits voorvaderen, ontworpen en
ter hand genomen arbeid.
Het zoo juist bevaren gedeelte van de Maas
is, allerminst in dezen zomer, in staat een
indruk te geven van wat deze rivier vermocht
toen hare wateren nog ongebreideld daarhenen
stroomden naar het_punt van samenkomst met
de Waal.
Maar, de geschiedenis der veelvuldige dijk
doorbraken en overstrooniingen in vorige
eeuwen heeft het geleerd, hoe deze thans zoo
kalme rivier zou aangroeien tot een wilden
stroom, die zijne oeverbewoners in breeden
omtrek met verlies van vee en have en zelis
van hun leven bedreigde.
Oorzaak daarvan was de samenvloeiing vau
Maas en Waal te Woudrichem en de gemeen-
schap tusschen deze rivieren ter plaatse van
de Heerenwaardensche overlaten bij hooge
waterstanden. Door die overlaten werd meer
malen een zoo aanzienlijke hoeveelheid water
van de rivier de Waal op de Maas gebracht,
dat dijkbreuken en overstroomingen ontston
den. Ook bleven ijsverstepping en de treurige
gevolgen van dien niet uit, zoo dikwijls met
het Waalwater drijfijs naar de Maas werd af
gevoerd.
Bovendien veroorzaakten de hooge water
standen op de Waal in voorjaar en zomer,
tengevolge van uit het Alpengebied afetroo
mend water, hooge standen op de Maas,
waardoor juist dan de afwatering der op de
Maas sneerende landen, werd belemmerd.
Was dit, gedurende een reeks van jaren
„„n bron van onheil voor Noord—Brabant,
ook Gelderland moest nu eu dan niet minder
door dezen ongewenschten toestand lijden.
Immers was de onttrekking van zooveel
water over de Heerewaardensche overlaten
aan de Waal, oorzaak dat de stroomsnelheid
van deze rivier belangrijk verminderde, zoodat
op het gedeelte beneden die overlaten ijsver-
stopping ontstond.
Er zijn er ongetwijfeld in dezen kring, die
zich nog don grooten watersnood van 1861
herinneren, toen de Waaldijken op meerdere
plaatsen doorbraken en o. a. de geheele Bom
melerwaard en het Laud van Maas en Waal
geïnundeerd werden.
Maar aan die droeve herinnering, paart
zich aanstonds de dankbare herdenking van
het bezoek door Uwer Majesteits beminden
vader, Z. M. Koning Willem Hl, aan de
geteisterde streken gebracht, waarbij de Koning
zich door vermoeienis noch gevaar liet weer
houden, zooveel mogelijk tot leniging van
dezen volksramp bij te dragen.
En het was Koning Willem III die, uit
eigen ervaring, doordrongen van het groote
gowicht van het werk, welks voltooiing wij
thans vieren, de wet vnn 26 Januari l88o
(Staatsblad No. 4) bekrachtigde, welke de
overweging inhoudt
„dat in het algemeen rivierbelaug en ter
verbetering van den waterstaatstoestaud van
NoordBrabant noodig is, tot volledige
afscheiding der rivieren de Maas en de Waal
over te gaan
Ter uitvoering van die, op het gebied van
den Nederlandschen Waterstaat, zoo gewich
tige wet, werd aan de Maas een nieuwe
uitmonding gegeven naar den {^normaliseer
den Amer, werd te dezer plaatse een af
sluitdijk gelegd, en werden de Heerewaar
densche overlaten geheel afgesloten.
Bovendien kwamen tot stand talrijke door
den nieuwen toestand gevorderde werken
ten behoeve van waterontlasting, waterin
lating eu woterkeeriug.
Mevrouw, niet allen behooren nog tot de
levenden, die tot het bevorderen, ontwerpen
of uitvoeren van dit werk of zelis in de
allerlaatste weken op deze zelfde plek tot
voorbereiding van deze plechtigheid hebben
medegewerkt. Een weemoedige gedachte aan
het snellijk afgesneden worden, maar tevens
een gedachte welke het besef verlevendigt
met den dag van heden.
Moge don volbrachten arbeid haar tot zegen
strekken I
Thans voldeed Hare Majesteit aan de
uitnoodiging van den minister en deed
met een druk van Haar hand het tapijt
vallen, dat vóór de zuil was aangebracht.
De gedenkzuil is een puntig toeloopen-
de naald, één stuk graniet, 4.25. hoog.
240 M. breed en 1 M. dik, 29.000 R.G.
Het opschrift in vergulde letters luidt
>Op den 18den Augustus 1904 werd
deze steen onthuld door Hare Majes
teit de Koningin, in tegenwoordigheid
van Zijne Koninklijke Hoogheid Prins
Hendrik der Nederlanden, ter herden-
ding van de scheiding van de Maas
en Waal*.
Een geweldig >Leve de Koningin*
dreunde van alle zijden op en ver
over de vlakke landen wist men dat nu
de symbolische scheiding van Maas en
Waal voltrokken was.
Zie vervolg tweede blad.
te Waalwijk,
zal op Woensdagen 31 Augustu® en
14 September 1904, telkens des avonds
ten 7 ure en ten herberge van Corns. Ver
hagen op de Hoogestraat te Capelle,
ONDER CAPELLE:
Een uitmuntend perceel hooiland aan de
ileiiie Oude Straat bij de kromme Steeg
Sectie C No. 142 groot 1.9620 hectaren.
Belend oost den Heer D. M. de Bruijn,
west den Heer Jan Pruisseu».
Te aanvaarden
in eigen gebruik einde saisoen van dat jaar.
in lasten 1 Januari 1905.
plaatsen al ingenomen op twee tribunes, yan jie^ gr00te yóorrecht, hun te beurt
T 1 1U /i/tL'/J rtn I ii y .11 lii/1 rvf n
mee,
en het eerste Maaswater
rivier gebracht.
Maar de Krayenhoff had nu, als konink
lijk jacht, haar werkpakje voor een weel
derig gala omgewisseld. Zij was geheel
wit geverfd, afgezet met goud. De rader-
kasten prijkten met de koninklijke Kroon
en op de het achterschip was het wapen
van Nederland aangebracht. De kajuit
was gestoffeerd tot een echt vorstelijk salon
Een lambriseering van crème zijde, in Louis
XVI—stijl gedecoreerd, waarboven zeegroene
voille-stof gespannen was. Op de damas
ten gordijnen voor de raampjes waren het
wapens van de Koningin,Jde Oranje-boom
en het wapen van den Prins gechabloneerd
en een rood Smyrna tapijt met een goud
geel motiefje dekte deu vloer. De ingangen
waren gemaskeerd door portieres van
zeegroen fluweel, terwijl het plafond was
vallen, die gedurende geruimen tijd of zelfs
van den aanvang af tot nu toe hunne gaven
en krachten aan dit werk mochten wijden en
het nu niet slechts voltooid, maar ook in deze
onvergetelijke ure met hare Koninklijke goed
keuring bekroond zien.
1U1CU Moge het door Gods gunste strekken
leden der hooge staatscolleges het vermeerdering van den welvaart dezer lauden
oer bestiiVen en alzoo - want Oranje en Nederland zijn een
Paar den dam Destijgen en j yerhooging yan den roem van Uwer
Majesteits gezegende Regeering.
Uwe Majesteit heeft kunnen goedkeuren
dat ter plaatse zelve vnn de scheiding Wan
Maas en Waal naar oude zede een gedenktee—
ken zou worden gesticht, waardoor voor den
nazaat de herinnering zou worden bewaard
van hetgeen als vrucht van diepgaande studie
volhardenden arbeid en aanzienlijke otterB
uit de schatkist ten bate van het gemeente
bestuur door dit geslacht werd tot stand
gebracht.
Moge het Uwe Majesteit thans behagen
ver te gaan tot onthulling
van dit opgericht teeken der Bcheidmg van
Maas en Waal.
H. M. autwoorde met heldere stem
Ik voldoe gaarneaan Uwe uitnoodiging dezen
gedenksteen te onthullen, welke aan het na.
re slacht kond zal doen van het reuzenwerk dat
lier gewrocht is en het bewijs zal leveren van
de offervaardigheid van het Nederlandsche
volk, waar het geldt zulk eene uitgestrekte
landstreek te verlossen van het element dat
haar gedurende lange jaren zoo zeer geplaagd
heeft. De vruchten van den bodem, door eene
nijvere bevolking gekweekt, werden vaak ver
nietigd door een ongunstigen waterstand, welk
door d-ze werken verb terd is.
O us volk mag met trots zien op den zoo
dikwijls met goeden uitslag gevoerden strijd
tegen zijn ouden vijand, wien het op zoo ver
nuttige wijze zijn prooi weet te ontwoekeren.
Met genoegen gedenk ik de belangstelling,
door mijne voorzaten in de plannen tot ver
legging van den Maasmond betoond en even
zeer verheug ik mij in het feit dat de naam
van mijnen onvergetelijken Vader op zoo bij
zondere wijze is zaamgevlochteu met de jongste
geschiedenis dezer geteisterde landauwen.
Zoo herhaling der rampen van het jaar
1861 met Gods hulp door deze werken voor
komen worden, zul dit iu de eerste plaats te
danken zijn aan de bekwaamheid van onze
ambtenaren vau den Waterstaat, wien ik, even;
als de bdTolking dezer «treken geluk wemch
elk van vier treden, die schuin bezijden
de gedenknaald stonden, waarvan het
omhulsel door den storm was wegge
sleurd, door den regen tot modder ge
slagen.
Eerbiedig blootshoofds zagen de hee-
ren
Koninklijk
plaats nemen in het vóór de zaal uitge
zette Koninklijk palviljoen.
Het was daarboven een wel armelijk
gezicht, de zoo feestelijke bijeenkomst
op den zanddijk en rondom de Maas,
met een massa schepen, waarvan de
vlaggentooi mede zeer geleden had,
Dichtbij, rechts, schilderachtig bijeen
een groot aantal visschersschuiten onder
vlaggen en wimpels-
Plots werd het stil, de hoera's en
de muziekgalmen uit de verte vergooi
den die stilte niet te zeer en de
minister van waterstaat sprak Hare
Majesteit toe met heldere wijdklinkend
stem.
Mevrouw.
Nu Uwe Majesteit zich bereid heeft willen
ve rklaren om, vergezeld van Zijne Koninklijke
Hoogheid den Prins der Nederlanden, de ope-
uing van den Nieuwen Maasmond door Hare
hooge tegenwoordigheid op den afsluitdijk te
Andel in deze plechtige ure tot een geschied
kundig feit te stempelen, zij het mij vergund
uls hoofd van het Departement van Water
staat, Uwe Majesteit en Haren Koninklijken
Gemaal eerbiedigen dank te betuigen voor de
hierdoor betoonde groote belangstelling in dit
waterstaatswerk dat in den loop der vorige
eeuw voorbereid en aangevangen, in het begin
der nieuwe eeuw tot een goed einde mocht
worden gebracht.
Getrouw aan de traditiën van Haar Door
luchtig Vorstenhuis, bewijst Uwe Majesteit
thans opnieuw, hoezeer Haar de verbetering
van voor de Volkswelvaart schadelijke toe
standen in ons dierbaar Vaderland ter harte
g*Het was Uwer Majesteits overgrootvader,
Z. M Koning Willem I, die door benoeming,
in 1821 en daarna in 1828 van riviercommis.
siën den eersten stoot gat aan de zoo noodige
verbetering der hoofdrivieren de« Rijks.
NOTARIS
te Waalwijk,
maakt bekend, dat de perceelen WEI- eu
GRIENDLAND onder Oudheusden, met
de verhoogingen staan als volgt
KOOP I op f 5400.
KOOP II op f 1200
KOOP III, zijnde de massa van
koopen I en II op f 7000.
De toeslag blijft bepaald op Woensdag
24 Augustus 1904, ten koffiehuize van
HENDRIK BROK te Oudheusden, 's avond»
7 ure.
Gelegenheid tot hoogen dagelijks
kantore van voornoemden Notaris.
ten
NOTARIS
te
maakt bekend dat de boerderij in de Moer
onder Loonopzand met de verhoogingen in
bod staat op f600.en de perceelen in
het land van Kleef op f140.
NOTARIS
te Waalwijk,
maakt bekend, dat bet perceel BOUW- 6n
HOOILAND onder Waspik, met de ver
hoogingen in bod staat op f2000.
De toeslag blijft bepaald op Donderdag
25 Augustus 1904, in het Hotel //de
Ploeg" van den Heer J. T E U N E N te
Waspik, 's avonds le 7 ure.
Gelegenheid tot hoogen dagelijks ten kan
tore van voornoemden Notaris.
VAN
OP ONSENOORT
NOTARIS
te Waalwijk, zal ten verzoeke van de heeren
TIMMERMANS q. q. te Waalwijk,
Op Dinsdag 30 Augustus 1904, dei
avonds te 7 uur, in het koffiehuis van H.
VUGTS te Haarsteeg (Hedikhuizen).
Alles breeder bij billetten omschreven.