Rummer 26.
Donderdag 30 Maart L905
28e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
TH V11II[I I TE ZMRD.
AN TOON TIELE
BEKENDMAKING.
De Oorlog.
BEDRIEGERS BEDROGEN
Winkeliers, die U andere zeepsoorten
Uitgever:
FBUILLBTOX.
IN DE HANDEN STOPPEN, ALS U SuNLIGHT=
=ZEEP VRAAGT, BEDRIEGEN ZICHZELF, WANT
ZIJ VERLIEZEN HUN DEBIET, U WENSCHT DE
ZOO GUNSTIG BEKENDE SUNLIGHT.
DE EENIGE BESTE ZEEP, GEEN ANDERE.
LET DUS OP HET WOORD ..SUNLIGHT"
OP IEDER STUK ZEEP.
Wel wat optimi&tisch.
voor Be Echo van het Zuidenvertaald
door H
TWEE JE BOEK.
Een indescretie.
De Echo van het Zuiden,
Waalwfjksclie en Langstraatselie Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden ena., franco te zenden aan den
Uitgever.
W AALWIJK.
Advertentisn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden specific zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk
maken bekend, dat de op heden vastgestelde
kiezerslijst met de alphabetische lijsten der namen
en voornamen van hen die met betrekking tot
eene of meer der verkiezingen zijn afgevoerd van
de kiezerslijst en daarop zijn gebracht vanaf 23
Meart tot en met 21 April 1905 op de secretarie
voor eenieder ter inzage is nedergelegd en tegen
betaling der kosten in afschrift verkrijgbaar zijn.
Tot en met 15 April 1905 is eenieder bevoegd
bij het gemeentebestuur verbetering van de door
dat bestuur vastgestelde kiezerslijst te vragen op
grond dat hij self of een ander in strijd met de
Wet, daarop voorkomt, niet voorkomt of niet
behoorlijk voorkomt.
Waalwijk, 22 Maart 1905.
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
Naar aanleiding van den juichkreet van
Het Handelsblad over de oprichting eener
vrijzinnige kiesvereniging in het kiesdistrict
Oosterhout, drijft Eet Huiegezin wel wat
den spot met de /yvermakelijke bonhomie*
van dit liberale hoofdorgaan. En aan 't
slot van de desbetreffende driestar zegt onze
collega: Vrijzinnig-democraten in Brabant
en Limburg, waar men nauwelijks weet, dat
er van die politici op de wereld bestaan
De redactie van Eet Huisgezin houde het
ons ten goede, maar hier zouden we van
haar bonhomie willen spreken. Immers,
dag in, dag uit bespreekt zij in haar ko
lommen den politieken toestand en de po
litieke verhoudingen in ons landje, ja, in
Heldenroman van HENRYK SIENKIEWICZ
48)
HOOFDSTUK VII.
Zijne kameraden dronken op den goeden
uitslag zijner nasporingen en op gelukkige
einde van zijn kommer. Zij stelden de gezond
heid in van Jan, van prinses Hélène, van hun
toekomstig nageslacht Zoo ging de nacht
voorbij. Bij het aanbreken van den dageraad
weerklonk het sein van vertrek. Het leger
rukte op in de richting van Lubnié.
Krétuski zou zeer gaarne met de Tartaren
de voorhoede gevormd hebben, maar zijne
krachten bleken niet toereikend. Bovendien
verlangde de hertog, dat hij hem verslag deed
van zijne wederwaardigheden en van zijne reis
naar de Sitch. Jan vertelde hem van het ge
vecht op het eiland, en hoe h'j was gezwicht
voor de overmacht. Hij verzweeg zijne lange
gesprekken met Chmielni^ki, uit vrees, dat hij
te zeer zijn eigen lof moest verkondigen. Doch
voornamelijk trof het den hertog, dat de com
mandant van Koudak het niet lang meer kon
uithouden zonder levensmiddelen, zonder kruit
en zonder munitie.
Dat zou een onherstelbaar verlies zijn.
Als het fort den opstandelingen in handen
viel, zou hunne macht daardoor beduidend
toenemen. En wèi te zeggen van Grodek Een
krijgsman zonder vrees of blaam Waarom
heeft hij niet naar Lubnié gestuurd om kruit
Hij was van oordeel, dat op den groot-
hetman de zorg ruBtte, voorraad naar de cita
del to zenden.
Ongetwijfeld, antwoordde de hertog, als
in gedachten verzonken.
den laatsten ti.id heeft ze het zelis zeer
druk over de vrijzinnig-democraten. Eu nu
komt ze heel Beriens vertellen, dat Brabant
en Limburg, waar toch zeker Het Huisgezin
vrij goed wordt gelezen, die politici nauwe
lijks bij naam kennen I Wie reimt sich das
zusammen
Neen, wij gelooven dat men in onze pro
vincie en ook in Limburg heel goed die
politici kent, maar ze toch liever buiten
onze zaakjes houden, Dit neemt niet weg
dat de oprichting dier vrijzinnige kiesver-
eeniging een teekenend feit is. En al zal
zij in de verste verte van geen invloed zijn
op onze politieke verhoudingen, toch mag
men ze niet geheel en al ignoreeren. Men
begint bres te schieten. Laat ons oppassen,
dat wij op de wallen staan. Men zal be
ginnen met een tel-candidaat, ook de so
ciaal-democraten zullen tel-candidaten stel
len (adres de afd. der S. D. A. P. van
Waalwijk, die, naar verluidt, Bergmeijer wil
stellen). Welnu, hebben we dan al niet
den strijd, welken de Prov. Bond van Kies-
vereenigingen meende, niet te zullen krijgen.
En nu vragen we wederom voor de zooveelste
maal Is het geen groote politieke fout ge
weest, dat wij ons niet hebben aangesloten
bij de algemeene politieke organisatie, waar
wij ook, al is het dan niet in die mate,
kamp zullen hebben te voeren tegen dezelfde
vijanden als onze noordelijke broeders Wij
blijven het, èu in verband met bovenge
noemde verschijnselen èn om den indruk
naar buiten, ten zeerste betreuren, dat de
katholieken beneden den Moerdijk niet sa
men en in dezelfde marsch-eenheid op-
Maar eenige oogenblikken later ging hij
verder
De groot-hetman is een oud soldaat, een
ervaren aanvoerder, maar tè zeker vnn zich
zelf. Zijn trots heeft hem in het verderf ge
stort hij heeft met tè groote verachting op
zijne tegenstanders neergezien en mijne hulp
van de hand gewezen. Hij wilde aan niemand
iets verplicht zijn God heeft hem gestraft voor
zijn hoogmoed Onder dezen afkeurens-
waardigden, Gode onwelgevalligen hoogmoed,
lijdt de Republiek
Hij sprak de waarheid. Ook hij had gezon
digd door hoogmoed. Opgeroepen om voor den
Senaat den eed af te leggen in de zaak van
Hndziagh, was hij Warschau binnen getrokken
aan het hoofd van een waar leger, en had hij
gedreigd, het Hooge College te overrompelen,
als men hem durfde dwingen tot deze veror
dening zijn woord moest voldoende zijn
Eindelijk schitterden in de zon de koepels
der orthodoxe kerk van Lubnié en de klokke-
torens van H. Michaël- De hertog begnf zich
regelrecht naar het kasteel, waar, volgens de
gegeven bevelen, alles gereed moest zijn voor
een onmiddellijk vertrek. De regimenten sloe
gen hun nachtkwartier op in de stad, welke
reeds overbevolkt was. De edellieden van de
beide Dnieper oevers, met hun vrouwen en
kinderen, hun dienaren, hun paarden, hun
knmeelen,en vee, de commissarissen van den
hertog, de landvoogden, de rentmeesters, de
ambtenaren, de joden, al diegenen, welke door
de woede van den opstand werden bedreigd,
verdrongen zich te Lubnié en zelfs bevonden
zich daar kooplieden uit Moskou en Astrak
han, die op hunne reis door de Ukraine door
den oorlog waren overvallen.
Duizenden voertuigen van verschillende
vormen bedekten het plein.
Personen van gewicht verbleven in het kas
teel of in de herbergende kleine adel en het
dienstpersoneel zochten een onderkomen, waar
zij maar konden onder teuten, langs de kerk.
Groote vuren branden op de pleinen en in de
straten daarop werd het eten klaar gemaakt.
Overal woelige drukte en rumoer. Solaaten der
verschillende banieren, heiduken, boeren, ar-
meniers, Joden en Tartaren, allen met vreemde
tongvallen en in bonte kleederdracht, meng-
trekken met onze noordelijke broeders be
noorden den Moerdijk. Te meer, wijl al
meer en meer de meening veld wint, dat
het in sommige opzichten dienstig kan zijn
ook andere dan een districts- of provincie
bewoner candulaat te stellen. Hoe gemak
kelijk zdu dit dan niet door de algemeene
politieke organisatie zijn beslag kunnen
krijgen Waarlijk, men denke in dezen tijd
van voorbereiding nog eens ernstig over
deze dingen na
Daar heeft me wiaracli'ig liet Volk reeds
inzage gehad van eene vertrouwelijke cir
culaire, waarbij eene algemeene vergadering
van den Bond van R. K. Kiesvereenigingen
wordt bijeengeroepen op Maandag 8 April
te Utrecht in «-Het kasteel van Antwerpen*,
ter behandeling van het /ykort program van
actie/ zooals dat in de „statuten* bedoeld
wordt.
Een opvallend en zeer teekenend ver
schijnsel, dat, zooals het daar vermeld staat,
pijnlijk aandoet. Immers, het was eene
vertrouwelijke circulaire, zoodat er hier een
groote indiscretie, om geen erger woord te
gebruiken, door een der onzen moet gepleegd
zijn. Aan Het Volk is de circulaire uit
Den Haag toegezonden, zoodat daar dus de
onvertrouwbare partijgenoot of, wie 't dan
ook zij, moet gezocht worden.
Het doet ons waarlijk innig leed, dat
dezulken onder onze gelederen gevonden
worden.
Wal nu deze circulaire inhoudt?
Hoewel Hel Volk en ook Het Ho.d. 1).
ze reeds afdrukte, meenen wij nog niet de
vrijheid te hebben ze te publiceeren. Wij
wenschen aan dergelijke practijken niet mede
te doen. Zoolang van het Hoofdbestuur
van den Bond nog geen wachtwoord daar
voor uitgegeven is, plaatsen wij dit concept
program van actie niet. De eenige bedoe
ling met deze driestar is èn om te wijzen
op de min edele manier van handelen van
Het Volkdat gebruik maakt van „ver
klikkerspraktijken* èn op het betreurigens-
waardige feit, dat er ook in ons midden een
individu of individuen zitteD, die niet schro
men het vertrouwen eeuer geheele partij te
schande te maken, 't Is treurig
den zich dooreen. Deze menigten begroetten
de regimenten met vreugde, want zij zagen in
hen de waarborg van hun veiligheid. Onder
de muren van het kasteel klonken vivats ter
eere van den hertog en de hertogin. De meest
onsamenhangende geruchten deden de rondte
de hertog zou Lubnié niet meer verlaten
de hertog zou zich naar Lithuania begeven...
de hertog had Chmielui^ki reeds verpletterd.
En vanuit de vensters van zijn paleis sloeg de
hertog met grooten onrust van deze duizenden
menschen en voertuigen gade, welke hem
volgen en zijn tocht vertragen zouden. De
hertogin zelf en haar hof moesten zich naar
Wisniowies begeven, opdat Yaréma, vrij van
alle persoonlijke zorgen, met geheel ziin leger
tegen den vijand zou kunnen oprukken. Allen
wisten, dat de opstandelingen Lubnié niet zou
den sparen, als de geduchte hertog verre was.
HOOFDSTUK VIII.
Nadat hertog Yaréma Wisniowiegki den
volgenden morgen de mis had bijgewoond in
de kerk van den Heiligen Michaël, begaf hij
zich nog een laatste maal naar het paleis, om
daar eene deputatie van de Grieksch-orthodoxe
geestelijkheid en van de burgers der stad te
ontvangen. Omgeven door zijne kolonels, nam
hij plaats op den troon.
De burgemeester Hruby zeide hen vaarwel
in naam van de goede stad Lubnié en van de
Dniepr-gewesten. Eerst verzocht hij hem, de
stad niet te verlaten. Bij deze woorde her
haalde de burgers van zijn gevolg met gevouwen
handen en gebogen hoofd in koor: «Vertrek
niet, vertrek nietEn toen de hertog had
verklaard, dat hij hun verzoek niet kon in
willigen, vielen zij op hun knieën en begonnen
hot vertrek van hun grootmoedigen heer te
betreuren, de eenen operecht, de anderen
minder, want men beweerde, dat in de grond
van hun hart velen overhelden naar Chniiel-
nigki en zijne Kozakken, alleen de rijken
vreesden de buitensporigheden der menigte
De hertog antwoordde hun, dat hij er steeds
naar gestreefd had, hen te behandelen als
vader, meer dan als een meester, hij bezwoer
hen, trouw te blijven aan den koning en aan
de Republiek, die hen onder hare vleugels
Stilstand in de krijgsverrichtingen die
verwacht werd is er, maar stilstand in de
tegenstrijdige berichten is er nog niet.
Van den eenen kant komen tijdingen
van 't voortzetten van den oorlog met alle
kracht, van de andere zijde komen vredes-
berichten.
Terwijl tot dusver de opvatting vrij alge
meen deze was, dat het Russische leger
zich na den terugtocht uit Tieliug in veilig
heid bevond, beginnen velen na de jongste
berichten uit Mantsjoerije weer te twijfelen,
sommigen gaan zelfs zoo ver, dat zij Line—
witsj' toestand hachelijk noemen. Zoo schrijft
een groot Duitsch blad;
De voorstelling, dat Linewitsj' leger thans
in veiligheid zou zijn, nadat het een flinken
voorsprong gekregen heeft op het Japansc'ne
en de vervolgers hun krachten schijnen
uitgeput te hebben, blijkt alweer onjuist te
zijn. Het is een feil dat de voorhoede der
Japansche troepen voortdurend voeling blijft
houden met het terugtrekkende Russische
leger, en de toestand schijnt thans deze te
zijn, dat maarschalk Ojama in staat is, op
een hem gunstig lijkend oogenblik opnieuw
aan te vallen. Dat tijdstip zal gekomen
zijn als de Japansche vleugels onder Nogi
en Koeroki hun omtrekkende bewegingen
hebben voltooid, en tegelijk het Russische
leger teruggedrongen zal zijn op een terrein,
geschikt voor een aanval der Japanners. „In
elk geval blijft de toestand van Linewitsj'
leger wanhopig, er is weinig kans dat hij
Charbin of Kiriu bereiken zal."
Het gros van het Russische leger schijnt
zich tusschen Synpingai en Goensjoeling te
bevinden. Voorshands is aan het front alles
nog rustig, maar Liuewitsj meldt dat Japan
sche patrouilles het station Tsjoeammianka
naderen, en daaruit blijkt dat de Japansche
voorhoede niet verder dan een dagmarsch
bij de Russen ten achter is.
Officieus werd gisteren uit Petersburg
gemeld, dat het Russische leger, door een
sterke achterhoede gedekt, naar bevestigde
stellingen terugtrekt. GUterenochtend vroeg
had de opperbevelhebber de troepen geïn
specteerd de geest onder de manschappen
was zeer goed.
Hierboven schreven wij dat volgens berichten
men vast besloten was in Rusland om den
oorlog voort te zetten dit mag dan ook
blijken uit 't volgende
De mobilisatieplannen zullen aldus worden
uitgevoerd, dat dadelijk 70,000 man reser
visten bij het leger te velde zullen worden
gevoegd. Verder zullen zeven legerkorpsen
gemobiliseerd worden, die in de garnizoenen
had beschermd. Ook van de Grieksche geeste
lijk heid nam hij afscheid met dezelfde woor
den vol welwillendheid en gaf vervolgens het
teeken tot vertrek. Toen klonken door het
paleis jammerkreeten de hofdames vielen in
zwijm, het koste heel wat moeite Anna Kra-
sienska bij te brengen. Maar de hertogin steeg
in haar karos met opgeheven hoofde en droge
oogen, daar zij vreesde een voorbeeld van
zwakheid te geven aan de menigte, die den
blik op haar hield gericht.
De vaandbls werden gezwaaid voor den
hertog op de wallen donderden de kanonnen.
Gejammer, gehuil, angst- en wanhoopskreten
smolten samen met het gelui der klokken, het
tromgeroffel en trompetgeschal. Het leger trok
voorbij de voorhoede werd gevormd door
twee banieren, onder bevel van Rostworowski
en Wierchul. Daarna volgde de karos der her
togin, waarbij een eindelooze rij van wagens
en voertuigen zich aansloot. Zij werden
geëscorteerd door de huurlingen van kolonel
Makhni^ki en het Walachijsche regiment van
Bychowic. Eindelijk kwam het gros van het
leger, regimenten zware cavalerie en escadrons
gepantserde huzaren. Dragonders en Kozakken
sloten den stoet.
En achter de troepen aan, volgden in bonte
mengeling de edellieden met hunne families, al
diegenen, welke zich niet meer veilig waanden
langs den Dniepr, als de hertog weg was.
De krijgstrompetten schetterden, maar de
harten klopten niet van vreugde. Aller oogen
wendden zich een laatste maal naar de
indrukwekkende zware muren van het kasteel
en naar de klokketoren, de koepels, de daken.
En met treurig klokgeklep smeekte de stad
hare kinderen, haar niet over te leveren aan
den willlekeur der vijanden.
Helaas van geheel dit leger, van deze dui
zenden mannen, van deze menigte, welke nu
prins Wisniowiegki volgde, zou niemand, ook
hijzelf niet, ooit zijn stad en zijn geboorte
grond weerzien.
De krijgstrompetten schetterden. Langzaam
maar zonder oponthoud verwijderde zich het
leger. Weldra vertoonden huizen en daken
zich nog slechts in onbestemde vormen. Toen
dreef de hertog zijn paard een dier geheim
zinnige heuvels vande Steppen op, welke
vervangen zullen worden door reservisten. De
10de divisie en gedeelten van de 22ste, 23ste
eu 23ste artilleriebrigades zullen dadelijk
vertrekken. Bovendien beschikt de geuerale
staf over een 100 bataljons infanterie, samen
gesteld uit reservisten van de laatste mobili
satie in Rusland blijven dan de kaders voor
100 andere bata'jons, die later opgeroepen
zullen worden. Dit zal te zamen maken
350,000 man, die met de 250,000 man, die
nog in Mautsjoerije zijn, het effectief van het
leger te velde op 600,000 mau zullen brengen.
Vier legers zullen wordeu samengesteld.
Linewitsj zou er twee commandeeren en
Koeropatkin de twee andere.
De bevelhebbers zullen zijn generaal Zoe-
robajef, generaal Kaulbars, generaal baron
Meyendorf, wanneer hij voldoende zal her
steld zijn, en als commaudant van het vierde
leger generaal Skoegarefsky, die nu het zesde
legerkorps aanvoert, Generalissimus zou zijn
grootvorst Nikolaas NikoLjewiis. Als chef
van den staf wordt genoemd generaal S)ek-
horalirjof.
30 Maart wordt genoemd als de da um,
dat de nieuwe mobilisaties zullen beginnen.
Doch men mag wel rekenen, dat er vier
maanden zullen verloopen eer de nieuwe
350,000 man in Mantsjoerije zullen zijn aan
gekomen.
Van den anderen kau moet wordeu erkend,
is Ruslauds hoofdstad vol van vredesge—
ruchten, maar het bericht vin Reuter over
het Vrijdag 1.1. door de meerderheid van het
minister—comité uitgesproken oordeel, dat
thans net oogenblik gunstig is voor het aau
kuoopen van onderhandelingen, wordt door
het Pelersburgsche Telegram—agentschap
pertinent tegengesproken en wel op grond
daarvan dat Vrijdag geen bijeenkomst van
het ministercomité plaats had.
Niettemin zijn er verschijuselen, die erop
wijzen dat de wensch naar vrede meer en
meer ingang vind Nu de regeering aan de
natie de midde en heeft gevraagd om de
worsteling vol te houden, had de pers, zoo
ze er zich toe geroepen had gevoeld, een
pleidooi kunnen voeren in het belang van
een voortzetting van den krijg. Maar niets
daarvan is geschied.
Bij de voortdurende tegenslagen in Mants
joerije en den ongunstigen uitslag van de
onderhandelingen over de buitenlandsche
leening had men toch niets anders kunnen
verwachten. In den eersten tijd is er geen
denkeu aan den toestand te wijzigen; niet
dan Da maanden en mogelijk jaren met ont
zaglijke offers aan menschenlevens en geld,
boven graven waren opgeworpen. Gerni
men tijd blesf hij daar onbeweeglijk
staan. De stad en het geheele land
dat men vanaf die hoogte kon overzien, was
het werk van zijne voorouders en van hem
zelf. De Wisuiowiegki's hadden deze wildernis
tot het leven geroepen zij hadden, om zoo ta
zeggen, deze gewesten geschapen. En hij had
dit werk voltooid. Hij had die kerktorens
gebouwd, welke daarginds zich tegea den hel
deren hemel afteekendeuhij had de stad
uitgebreid en haar met breede wegen aan de
Ukraine verbonden hij had de bosscheu ge
veld, de moerassen drooggelegd, versterkingen
gebouwd en burchten opgerichthij had de
pachters een rustig bestaan geschonken, de
stroopers uitgeroeid, het land verdedigd tegen
de invallen der tartaren, de veiligheid gehand
haafd, den landbouwer en den koopman
aangemoedigd, eu de wet en het gezag inge
voerd. Aan hem was het te danken, dat er
welvaart heerschte in deze streken. Hij wist,
dat na zijn vertrek het werk van zooveel
jaren met één Blag zou vernietigd worden, dat
de vroegere barbaarschheid weder wortel zou
schieten in deu grond, dat die steden en dorpen
in a8ch zouden gelegd worden dat de Tartaren
hun paarden zouden dreukon nan deze stroomen
en dat eindelijk, als God hem lief iorngkeeren
hij opnieuw zou moeten beginnen met gebro
ken kracht en eene ziel waarin het oude ver
trouwen dood was. Daar waren zijne schoon
ste jaren voorbijgegnau, jaren van roem voor
de menschen, van verdienste voor God. Roem
en verdiensten zouden in rook vervliegen.
Twee tranen liepen langzaam over zijne
wangen de laatste en na deze bleven
in zijn oogen slechts bliksems over.
(Wordt vervolgd.)