iNumraer 3
Zondag 30 April 1905
28e Jaargang
Tweede Blad.
TB VIM EKTB mm
Stofbindende middelen
op straten en wegen.
EVILLMIOX.
v.
en
wr- IJ... «lil II M» i«
Het zoogenaamde straatstot is niet
alleen een van de lastigste plagen, maar
levert ook veel hinder voor de gezond
heid op. Algemeen bekend is het
gevaar van ziekteaandoeningen dat
door het opwervelend stof ontstaat. Van
daar dat men ook terecht de aandacht
wijdt aan de verschillende proeven
verricht ter vermindering van de stof-
plaag.
Het gewone middel besproeien met
water is gebleken ondoelmatig te zijn.
Het stof met water vermengd, blijft op
de straat liggen en bedekt haar met
slijk om na eenige uren, na het verdam
pen van het water, weer door den wind
opgedreven te worden.
Sedert 1898 heeft men in Californië
van alles geprobeerd om van deze plaag,
ontzettend in de lange droge zomers,
te worden ontslagen. En men is er in
geslaagd. Het stof der voorbijgaande
voetgangers, rijtuigen en automobielen
vliegt niet meer binnen de huizen, noch
bederft de produkten van veld en
boomgaard langs de wegen. Het middel
dat men daar in toepassing brengt is
olie. In plaats van water wordt ruwe
aardolie gebezigd. Tevens vond men
dat de olie onmiddelijk alle losse deel
tjes op de oppervlakte van den weg
verbond tot een taaie laag. Wegen,
gemaakt op los zand of kleiachtige stof,
waar men niet met een rijtuig kan dra
ven en waar een span paarden met
moeite een ton gewicht kon trekken,
werden na een doelmatige behandeling
met olie hard, vast en veerkrachtig zoo
dat men er gemakkelijk over draafde
en een span paarden gemakkelijker 2Va
ton kon trekken dan vroeger 1 ton.
Om op harde wegen het stuiven
volkomen op te heffen, ging men als
volgt te werk de olie wordt heet ge
maakt en op een warmen dag, als de
grond zoo warm mogelijk is, moet die
heete olie worden toegepast. Over
deze olielaag werd, ter hoogte van een
halve centimeter, een zandbed uitge
strooid en met straatwalsen vastgedrukt,
waardoor de straten, blijkens de ervaring
gedurende een rij jaren, tegen vluchtig
stof werden gevrijwaard.
Volgens den ingenieur Terneden te Miil-
heim die in A. et. A. een interressante be
schrijving geeft van dit onderwerp zou
ook voor Europa deze methode aan
bevelenswaardig zijn, als de aankoop
van de ruwe aardolie niet zoo hoog
was. In Californië kost de ton aardolie
ongeveer f9, hier kost zij tienmaal meer
en voor één kilemeter straat zijn 20 tot
g
Heldeuroman van HENRYK SIENKIEWICZ
voor De Echo van het Zuidenvertaald
door H
TWEEJE BOEK.
HOOFDSTUK XI
30 tonnen noodig.
Hierdoor kwam de te Monte Carlo
gevestigde Zwitsersche arts Dr- Gug-
lielminette op het denkbeeld, in plaats
van aardolie, gewone steenkolenteer te
bezigen. Hij deed de allereerste proe
ven op verschillende wegen aan de
Riviera. Daar deden automobielen, equi
pages en voetgangers ondoorzichtige
wolken stof opdwarrelen die tuinen,
bloembedden en wandelaars in een
eentonig grauw hulden en het genot
dat deze heerlijke streek, zoo rijk aan
natuurschoon aanbood, ten eenenmale
bedierf.
Dr. Gugliminette had dus een middel
gevonden, dat aan dezen ondragelij
ken toestand een einde maakte. De
in enkele straten van Monte Carlo uit
gevoerde teerbedekking had gedurende
tien maanden, zonder verdere hernieu
wing aan het doel beantwoord. De
geteerde wegen bleven stofvrij, terwijl
in de aangrenzende straten zich stof
wolken vertoonden.
De Fransche regeering liet dit middel
in den loop van den verschenen zomer,
op de drukste straten, langs de geheele
Riviera tusschen Cannes en Mentone
eveneens toepassen en heeft, bij wijze
van onderzoek, in éen Departement
alleen 20 K- M. straten op die manier
behandeld. De kosten waren zoo gering,
dat zij, door besparing aan besproeien,
reiniging en slijtage, reeds binnen zes
maanden waren gedekt.
Ook in ons vaderland houdt men zich
met de zaak bezig en reeds werden op
verschillende plaatsen proeven genomen.
De behandeling is zeer eenvoudig en
eischt slechts goed aangelegde straat
wegen, met zoo hard mogelijke bedding
en een glad oppervlak- Als 't eenige
dagen niet heeft geregend, zoodat de
straatbodem tot eenige centimeters
diepte geen vocht bevat, wordt het
straatvlak door besproeien, afkrassen en
vegen van stof en vuil gereinigd en
moet weer een of twee dagen drogen.
Dan wordt tot c.a. 60° C. verhitte
steenkolenteer wat schrapijzers tot 1 a 2
millimeter dikte opgedragen. Eenige
uren later wordt de geteerde straat met
een laag droog zand bestrooid, en dit
zoo mogelijk licht ingewalst. Bij droog
zonnig weer kan de straat reeds des
avonds van denzeltden dag voor het
verkeer opengesteld worden, in het
andere geval moet zij nog een tweeden
dag blijven drogen.
Al naar de grootte van het verkeer
weerstaat de teerlaag een tijdsduur van
6 tot 12 maanden
Per vierk- Meter straatweg is 1 K. G-
teer toereikend, de kosten van het
teeren voor een 5 M. breede landstraat
komen met inbegrip van arbeidsloon op
f180 tot f210 per K. M. te staan. Deze
methode echter is slechts geschikt voor
horizontale straten daar eenige stijging
moeilijkheden oplevert,
Daarom stelde Dr- Gugliclminette, in
opdracht van de Fransche Regeering,
onderzoekingen in meteen andere vloei
stof, die door den Hollandschen inge
nieur Westrum voor de eerste maal
voor straatbesproeiing werd aangewend
en naar hem Westrumite wordt ge
noemd. Het gelukte n 1. teer of mine
rale olie met ammoniak en andere toe
zetting in water oplosbaar te maken.
Westrum verdunde deze oplossing met
90 pCt water en begoot daarmee de
straten, zonder eenige voorbereiding, op
dezelfde wijze als bij de gewone water
besproeiing. Het gevolg was zoo gun
stig, dat de bestuurders van verschil
lende groote auto-wedrennen in Enge
land Westrumite aanwenden voor het
stofvrij maken der wegen. Sedert dien
hebben ook de proelnemingen van Dr.
Guglielminette op de wegen tusschen
Nizza en Nonaco even bevredigende
uitkomsten opgeleverd, zoodat West
rumite wel den voorrang boven teer
bezit.
De behandeling is als volgtHet
water wordt in de gebruikelijke sproei
wagens met 10 pCt. Westrumiet ver
mengd - het vertoont dan een choco
ladekleur, is reukloos en droogt bij
het besprenkelen spoedig op. Met deze
vloeistof wordt de straat, bij welk weer
ook en zonder het verkeer te onder
breken, tweemaal binnen acht dagen
rijkelijk begotenhet straatstof is dan
voor meerdere weken vastgelegd. Later
is het voldoende de straat, al naar het
weei en het verkeer, eens of tweemaal
per maand met een 2 tot 5 pCt. hou
dende oplossing te besproeien. De kos
ten zouden bij een 5 M. breede straat
en over een K M. lengte f 300 a f 350
per jaar vorderen.
Aangezien het in hygeenisch opzicht
(om dit slechts te noemen) van groot
belang is de straten vooral in onze
middelpunten van bevolking stofvrij te
maken, zij hiermede de aandacht ge
vestigd op de middelen die daartoe
thans toegepast worden.
Voor onze gemeente is op dit gebied
nog veel te verrichten en zou om te
beginnen, het nemen van een proef b.v.
op de Markt aller waardeering verdienen.
SMEELE.
**mmm n, -
Ter voldoening aan onze belofte kun
nen we thans het volledige reglement
der kiesvereeniging geven, zooals het
officieel is vastgesteld. Wij raden een
ieder aan het goed te bewaren, daar
niet ieder lid natuurlijk een gedrukt
exemplaar ontvangt en 't kan wel eens
te pas komen.
Kcglcment der Centrale K. K Kiesvereeniging,
voor de Tweede Kamer der Sinten Gene
raal in het district Waal»ijk en de
Provincule Staten in het
district llcii.->dcn
Art. I. De Centrale R- K Kiesver
eeniging stelt zich ten doel in R. K.
geest het algemeen welzijn op godsdiens
tig, zedelijk en stoffelijk gebied te be
vorderen
lo. door de kiezers te ontwikkelen en
voor te lichten omtrent politieke en maat
schappelijke vraagstukken.
2o. door bij verkiezingen voor het
lidmaatschap van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal en de Provinciale
Staten een goede keuze van candidaten
te bevorderen.
Art. II. Om lid der Kiesvereeniging
te kunnen zijn moet men behooren tot
de R. K. Kiezers voor deTweede Kamer
in het district Waalwijk of voor de Pro
vinciale Staten in het district Heusden.
Hij, die lid wenscht te worden, wendt
zich tot een der leden van het Bestuur
zijner afdeeling.
Indien het bestuur meent om gegronde
redenen niet te kunnen voldoen aan dit
verzoek, geeft het daarvan kennis aan
den betrokken persoon, hem de keuze
latende zich terug te trekken of zich te
onderwerpen aan eene ballotage op de
eerstvolgende vergadering der afdeeling.
Leden kunnen door de algemeene
vergadering der afdeeling op voordracht
van het Bestuur of van vijf leden van hun
lidmaatschap vervallen worden verklaard.
Art. III. De R. K. Kiesvereeniging
strekt zich uit over de gemeenten be-
hoorende tot het kiesdistrict Waalwijk
voor de Tweede Kamer der Staten-
Generaal en het kiesdistrict Heusden
voor de Provinciale Staten.
In iedere gemeente of Parochie kan
eene afdeeling worden opgericht. Meer
dere afdeelingen kunnen, met goedvinden
van het Hoofdbestuur, in eene gemeente
of Parochie bestaan, wanneer het wegens
de uitgestrektheid wenschelijk wordt
geacht. Elke afdeeling moet minstens 15
leden tellen. Wanneer in eene gemeente
oi Parochie oprichting eener afdeeling niet
mogelijk of wenschelijk blijkt, kunnen de
R. K. Kiezers dier gemeente of Parochie
als leden worden aangenomen in de af
deeling eener naburige gemeente of
Parochie.
Art. IV. Elke afdeeling kiest uit
haar midden een bestuur, bestaande uit
minstens vijf leden, onder welke een
Voorzitter, een Onder-voorzitter en
Secretaris-Penningmeester.
De wijze van aftreding, de herkies
baarheid en duur der zitting wordt bij
huishoudelijk reglement geregeld.
Van de samenstelling en elke ver
andering in het bestuur wordt kennis
gegeven aan het hoofdbestuur.
Art. V. In de afdeelingen wordt
Het paard van Bardabut beet André, den
jongsteu, in het volle gezicht en vermorzelde
hem het hoofd. Raphaël, de oudste, bracht het
beest een geweldige slag toe en zijn zwaard
vloog in stukken, op een der koperen knopen
van den teugel. Bardabut stak hem zijn mes
tot aan het handvat in de keel. Zoo stierven
de gebroeders Sieniut met de schittereude
harnassen. Toen wierp Bardabut zich op prins
Polubiuski, een knaap van zestien jaar, en
hieuw hem den arm af aan den schouder.
Urbanski wilde den prins, zijn neef, wreken
hij schoot het monster zijn pistool af vlak in
hei gezicht, maar raakte hem slechts aan het
oor. Vreeselijk waren toen Bardabut en zijn
strijders beiden zwart als de nacht en met
bloed overdekt. Urbanski kon niet aan den
dood ontsnappende Kozak sloeg hem het
hoofd af. Allen weken terug.
Doch de woedende watacha had den palatijn
bemerkt Met een rauwen gil vloog hij op hem
aan, ruiters en paarden omverwerpend. De
palatijn hief zijn zwaar slagzwaard op en
maakte zich gereed tot den aanval. Ongetwij
feld had hij den dood gevonden, wauueer niet
een der soldaten Bardabut om het middel had
gegrepen. Terwijl de centaur zich losmaakte
uit zijne armen, schoten talrijke ruiters d^n
palatijn ter hulp. Weldra hadden zij hem van
zijn tegenstander gescheiden Doch een
hardnekkig gevecht hield aan langs de geheele
linie. Reeds begon het regiment van Tyczkiewicz
terug te trekken, toen nieuwe troepen ter hulp
kwamen de dragonders en de huzaren, die
tot op dat oogenblik in reserve waren gehouden.
De avond was gevallen en de gloed van den
brand verlichtte de strijders. Wierchul, Poni-
atowski en Kuchel bevonden zich nu in het
dichtste strijdgewoel, want, na de ordelooze me
nigte te hebben uiteeugeslaan, hadden zij zich
op de beide vleugels van het Zaporogenleger
geworpen en drongen deze langzaam naar den
heuvel terug. Op de beide uiteinden verplaatste
zich de gev» chtslinie al meer en meer naar de
stad, terwijl in het centrum de Polen, zwich
tend voor de overmacht, voet voor voet terug
trokken. De hertog had de dragonders laten
uitrukken. Hij had nog slechts de huzaren tot
zjjne beschikking, een onbewegelijk woud
van lansen, waarvan de wimpels in den
avondwind wapperden. Geduldig en zwijgend
wachtten zij het teeken tot den aanval af: in
hun midden stond de hertog, getooid met een
zilveren harnas en met den commando-staf in
de hand aandachtig sloeg hij de kansen van
den srijd gade. Links van hem, een weinig
naar achteren, stond Jan met getrokken
nabel.
De hertog wendde geen oog van het slag
veld af Langzaam trok het middengedeelte der
halve maan, die zijn leger vormde, naar hem
terug. Nu eens flikkerden de zwaarden als
bliksems boven de donkere lijn der hoofden,
dan weer sloegen zij neder om te treffen.
Paarden vluchtten uit do rangen en holden in
wilde vaart over de vlakte. Soms golfde een
vaandel boven het strijdgewoel om er spoedig
in te verdwijnen. Over de rijen der strijdenden
heen hield de prins zijn blik gevestigd op de
kruin van den heuvel Daar wachtte dejouge
Krywonos met zijne laatste escadrons het
gunstige oogenblik af, om zich op de rangen
der Polen te werpen
Eensklaps stormden de Kozakken met luid
geschreeuw ten aanval.
Chargeer riep de hertog Kretoski toe.
Jan hief zijn sabel op en stormde vooruit.
De Dragonders van Barauowski maakten
plaats om de huzaren door te laten
en deze laatsten storten zich op de sot-
nien van Krywanos, die reeds zéker waren
van de overwinning.
YarémaYaréma riepen de huzaren.
Yaréma herhaalde het geheele leger als
uit een mond.
Op het hooren van dien geduchten naam,
deinsden de Zaporogen terug zij hadden dus
niet alleen den palatijn van Kieuw, maar her
tog Wisniowi§ki in persoon voor zich. Boven
dien konden zij niet voldoende weerstand
bieden aan de huzaren, die hen ouder hun
gewicht zouden verpletteren. Een middel bleef
er over zich langs twee kanten scharen, de
geduchte macht voorbij laten trekken en ze
dan in de flanken aanvallen. Maar die flanken
werden beschermd door de lichte cavullerie
van Poniatowski en Wierchul, welke de beide
vleugels der tegenstanders uiteeugeslaan en
naar het centrum terug geworpen hadden. De
kansen van den strijd veranderden ziender
oogen. De ruiters van Poniatowski eu Wierchul
vormden als het ware een afgebakenden weg,
waarlangs de huznren in woeste vaart de Ko
zakken terugdreven naar de stad. Indien
Wierchul eu Poniatowski elkaar de hand
hadden kunnen rijken en de vluchtelingen met
een ijzeren ring kunnen omsingelen, dan zou
geen huuner zijn ontsnapt. Doch het te groote
aantal vijanden, dat achtervolgd moest worden
maakte deze beweging onmogelijk.
De jonge Krywonos, hoe groot overigens
zijn moed, zijn macht, vluchtte aan het hoofd
der zijnen. Kuchel, die hem bemerkte bracht
hem een sabelhouw toe dwarB over het gelaat
Maar op 't zelfde oogenblik schoot Bardabut
toe, de overblijfsels van zijn regiment om zich
verzamelend. Tot twee malen toe had hij ge-
tiacht, de huzaren in hun vaart te stuiten,
eu tot twee malen toe was hij teruggedrongen
als door de blinde kracht van een element.
Toen trachtte hij, de dragonders van Kuchel
ter zijde aan te vallen en daarna den weg te
bereiken, die naar de stad leidde tn nog vrij
was. Maar voordat hij zich een doortocht ba
nen kan, was de weg bezaaid met vluchtelin
gen, soldaten, paarden en wagens. De huzaren
bestookten hen met lansen en sabels het was
een wild strijdrumoer zonder genade. De hoeven
klotsten in het bloed. Hier en daar was de
mengeling zoo dicht, dat de zwaarden geen
dienst meer konden doenmen maakten el
kander af met dolken en met vuistslagen.
«Genade heeren Laks Genade I« Maar de
minstens eens per jaar vergadering ge
houden en voorts zoo dikwijls de Voor
zitter, die ze oproept en leidt, het noodig
ooi deelt, of het door een bij huishoude
lijk reglement bepaald aan'al leden schrif
telijk verzocht wordt met opgave van de
te behandelen onderwerpen.
In het laatste geval is de Voorzitter
verplicht de vergadering te beleggen
binnen 14 dagen na ontvangst van het
verzoekschrift.
Art. VI. Het Hoofdbestuur bestaat
uit de afgevaardigden der afdeelingen.
Afgevaardigde is de Voorzitter, bij ont
stentenis van dezen de Onder-voorzitter,
of bij ontstentenis van beiden een door
den Voorzitter of bij ontstentenis van
dezen door den Onder-voorzitter aan te
wijzen lid van het bestuur.
Ieder lid van het Hoofdbestuur brengt
ééne stem uit als zijne afdeeling niet
meer dan 50 leden telt; twee stemmen
als zij 51 tot 100 leden telt; drie als zij
101 tot 150 leden telt, en voorts voor
iedere 50 leden of gedeelte daarvan
boven de 150 eene stem meer.
Art. VII. Het Hoofdbestuur kiest
uit zijn midden een Voorzitter en een
Onder-voorzitter, die met den Secretaris-
Penningmeester het Dagelijksch Bestuur
uitmaken.
De Voorzitter van het Dagelijksch
Bestuur is tevens Voorzitter der Vereeni-
ging. Hij roept op en leidt de vergade
ringen van het Hoofdbestuur en van het
Dagelijksch Bestuur. Bij zijn ontstentenis
treedt de Onder-voorzitter in zijne plaats.
De Secretaris-Penningmeester, aan wien
door het Hoofdbestuur eene belooning
kan worden toegekend, mag gekozen
worden buiten het Hoofdbestuur.
Art. VIII. Aan het Dagelijksch Be
stuur is opgedragen de uitvoering der
besluiten van het Hoofdbestuur. Stukken,
uitgaande van het Hoofdbestuur en van
het Dagelijksch Bestuur, worden onder
teekend door den Voorzitter en den
Secretaris.
Art. IX. Het Dagelijksch Bestuur
treedt tegelijk af de eerste maal in Mei 1907
en daarna telkens om de vier jaren.
Art. X. Het Hoofdbestuur houdt
jaarlijks minstens ééne vergadering in de
eerste helft van Mei. In deze vergade
ring wordt
lo. door het Dagelijksch Bestuur ver
slag uitgebracht en rekening en verant
woording gedaan over het afgeloopen
jaar.
2o. door de afgevaardigden der af
deelingen opgegeven het getal leden
hunner afdeeling en de contributie afge
dragen.
Bovendien zal de Voorzitter der Ver-
eeniging eene vergadering beleggen voor
aleer overeenkomstig het 1 e lid van artikel
XII door de afdeelingen tot het stellen
van candidaten wordt overgegaan
overwinnaars waren onverbiddelijk.
Alleen Bnrdabnt vroeg geen genade. Als hij
in het nauw gebracht was, maakte hij plaats
met messteken. Het eerst stiet hij op Dzik en
boorde hem het mes in den buik. Dzik viel
»0, God riep hij uitdit waren zijn laatste
woorden eu lang vertrapten de paarden zijn
lijk.
Toen trok Bardabut, nu vrijer in zijne
bewt gingen, het zwaard, met één slag kliefde
hij den helm eu het hoofd van den huzaar
Sokolski daarna, den kring verwijdend, sloeg
hij Prijam en Certowicz neer met hun paarden
Met opgeheven sabel vloog de jonge Zenobius
Skalski op hem aan doch Bardabut gaf hem
een vuistslag in het volle gezicht eu hij storte
dood neer.
Eindelijk kreeg hij Krétuski in het oog
Krétuski, begeerig zooveel dapperheid te wre
ken, naderde den woesteling. Rondom hen
beiden werd de strijd gestaakt, allen volgden
in angstige spanning het gevecht, dat de beide
kampioenen gingen loveren. Zij vielen elkaar
zoo onstuimig aan, dat hun paarden recht
overeind op hun achterpooteu stonden. De sa
bel van Bardabutvloogin stukken op het stevige
zwaard van den Pool. Doch Bardabut greep
zijn tegenstander om het middel en op de
stijgerende paarden wrongen zij zich ann een
Krétuski voelde op zijne keel het koude lem
met van een mes hij liet zijn zwaard, dat
geen dienst meer doen kou, los en vatte Bar
dabut bij den pols. Een oogenblik zag men,
hoe hun handen zich krampachtig wrongen
Maar het was een ijzeren greepwaarmee
Krétuski den arm van den Kozak omknelde
Bardabut stiet een gebrul uit als een gewon
de wolfhet mes ontglipte aan zijne vingers
als een graankorrel uit een korenaar. Toen
liet Jan de verbrijzelde hand los, greep ziin
tegenstander bij den nek, borg zijn hoofd
voorover op den zadelknop en bracht hem
met zijn strijdhamer meerdere slagen toe. De
watacha liet een akeligen doodskreet hooren
en zeeg ineen.
Aan het andere einde der gevechtslinie
duurde de strijd voort. Getooid met den sjerp
van Annette KrasienBka. streed daar Longiuus
Podbipieta. Het beroemde zwaard zijner voor
ouders kwam als een bliksem op de hoofden
der vijanden neer... «Dü&r heeft Podbipieta
gevochten 1 «zeiden den volgenden morgen de
Poolache krijgers, toen zij met ontzettiug dien
bloedigeu oogst gadesloegen
De strijd liep ten einde. De zware cavalerie
zette de regimenten der Kozakken welkeuaarde
stad vluchtten, weder na. De escadrons van
Kuchel en Poniatowski versperden hun den
weg. Van alle kauteuj omsingeld, kwamen zij
tot den laatsten mau om muur hun heldhaf
tige dood spaarde ten minste hun broeders.
Toen Wierchul en zijne Tartan u de Btad
binueurukten, was er geen enkele Kozak ai li
ter gebleven. Een stortregen had den brand
gebluscht begunstigd door de duisternis had
de vijand zich meester gemankt van de wagens
met die snelheid van beweging, welke de
Zaporogen eigen is daarna was hij uit de
stad gevlucht en deze stroom overgetrokken.
De edellieden, die in den toren belegerd
werden, waren eindelijk bevrijd. De hertog
g.dastte Wierchul, de burgers, welke gemeeue
zaak met den opstand hadden gemaakt, te
kastijden. Hij zelf zotte den vijand na. Maar
de Kozakken hadden de bruggen vernield,
waardoor zij een beduidenden voorsprong had
den. Toen eindelijk de audere oever was be
reikt, spanden ruiters en paarden al hun
krachten in eu het gelukte hun de vluchtelin
gen in te halen De tegenwoordigheid van
den geduchten hertog verlamde hen van schrik.
Zonder twijfel was hun laatste uur gekomen
weldra bezweek hun verschansing van wagens
onder den aanval en reeds waren zes kanonnen
in handen gevallen van de vervolgers en
maakte deze zich gereed, hen daarmeê te be
schieten, toen de palatijn van Kiew het teeken
faf tot den terugtocht, daar hij zich tegen het
loedbad verzette.
Bittere woorden werden gewisseld tusschen
de l eide aanvoerders in tegenwoordigheid
hunner kolonels.
Waarom wilt gij den vijand sparen,
Hoogheid, terwijl gij toch gedurende het ge
vecht blijken gaaft van onverzoenlijke strijd
lust
(Wordt vervolgd.)