Tweede Blad. Bericht. Teun de Strooper. MESGEL WERK Duitschland. BUITENLAND. België. Engeland. Rusland. KERSTSCHETS. door J. M. S. Het is Kerstnacht. Bleek-geel staat de volle maan aan den donkerblauwen he mel, omstuwd van helder flonkerende sterren, die mede haar rein licht op het glinsterende sneeuwkleed uitgieten. Daar klept met zilveren klank het kerkklokje van het zeedorp. De ijle lucht draagt vér weg de roe pende geluidgolven van het vriendelijk lokkende klokje. De duinen, met lichtende pareltjes overzaaid, echoën de laatste klanken over het dorp terug, als wilden ze de geloovigen mede aansporen, om op te gaan naar het kleine bedehuis, pas voor eenige jaren daar opgebouwd. Reeds spoeden zich de kerkgangers tempelwaarts. De hard bevroren sneeuw piept pijnlijk onder hun haastige voet stappen. De mannen, met hun dikken, naar voren gestreken kinbaard en hunne verweerde visschersgezichten, zien ern stig voor zich heen. De korte jekkers, waaronder de blauwe trui, zit breeduit om hun forsch lichaam, terwijl de kleine, zwarte pet scheef op het vrij zware hoofd staat. De vrouwen gaan zedig-stil naast heur stoere echtgenooten of komen met de kinderen wat achteraan. De frissche blozende bolgezichten komen niet on knap uit onder een witte, strak om 't hoofd gespannen muts, waarboven losjes staat, een klein strooien hoedje met een naar voren omgeslagen rand, waaromheen geel of bruin zijden geplooid lint zit. Een blauw geruite jak omsluit eng het bovenlijf, zoodat de breedheupende rokkendracht nog meer tot haar recht komt. >Mooi weer om te stroopen,1 zegt een flinke, jonge borst, die naast zijn zwij genden vader loopt. »Ja, jongen, maar dezen nacht gaat het Kerstkindje voor.® »Kijk, daar schieten net twee konijnen 't duin in I Wat een mooi schot was dat geweest 1® >Kom« bromt de oude visscher denkt nou maar aan wat anders. Ge zult nog genoeg kunnen stroopen, de zen winter.® En beiden gaan de kerkdeur binnen, die bij haar opengaan een breede licht- kegel naar buiten uitgiet. >Och vader, ga mee naar de kerk. Toe, het is nou toch geen tijd van stroopen. Hoor, daar klept het all® »Schei toch uit met je gezeur. Ik doe wat ik verkies, versta je. Ga zelf naar de kerk, zooveel ge wilt, maar laat mij met vrede met je geteem.® En, terwijl hij nog wat in zijn baard bromt, werpt Teun de Strooper het geweer met den bandelier om zijn schou der en verlaat het kleine huisje, dat hij met zijn dochter Unier in een der ach terstraten van het zeedorp bewoont. Met tranen in de oogen verlaat ook Unier de woning en begeeft zich haastig naar Godshuis, om daar voor het naive, doch met volle piëteit opgestelde stal letje haar zieleleed uit te klagen. aangeschoten naar huis gekomen, en, daar hij van plan was te gaan stroopen niet naar bed gegaan. Zóó trekt hij dan de duinen in. Deze liggen daar, hoe ook dooreen gesmeten, als trouwe wakers voor de veiligheid van het achterland. De zee, die ze soms met reuzengeweld kan beuken en rammeien, is nu kalm. Een zacht, melo dieus bruislied stijgt uit haar peilloozen boezem op. En op de maat van dit rythmisch waterlied ziet men als zwarte stippen op de rein-witte sneeuw de ko nijnen over de duinruggen in de dalen huppelen, als vermaakten ze zich in den helderen maneschijn. Daar krijgt leun er een paar onder schot. Hij legt aan, mikt enschiet mis. Dat is hem bijna nog nooit over komen op zoo'n korten afstand. Al vloekende loopt hij verder. Ziet, al weer een paar achter-langbeenders. Weer legt Teun aan, doch weer is het mis. Nu begrijpt hij er niets meer van. De man vergeet echter, dat zijn hand beeft door 't vele drankgebruik. Maar dit geeft hij niet de schuld. >Dat vervloekte kruis daar,® zoo roept hij luid, »lapt het hem 1 Dat heeft mijn aandacht afgeleid Wacht jou, sta-in-den-weg 1 Ik zal je leeren, mijn anders vaste had te doen missen En waarachtighet houten kruis, eenmaal daar opgericht, om de plaats te kenmerken, waar lang geleden een vroegere burgemeester van het dorp door een strooper werd neergeschoten, valt, vlak bij den voet getroffen al kra kend omver, 't Lijkt wel dat de hand van den kruisschender nu door een duivelschen wil de noodige vastheid heeft verkregen. Met een grijnslach beschouwt Teun zijn werk. >Ha, ha, ha-a 1* lachstemt hij honend, tik kan het nog wel, als ik maar wil. Kom, nou nog eens voor goed op jacht. Haastig loopt hij een duinhelling op, met 't opnieuw geladen geweer losjes in de hand. Het is het in den volksmond genaamde »Unekelduin« waar Teun thans tegen opklautert. Telkens glijdt hij op de gladde sneeuw uit en telkens wordt het evenwicht onder en vloek hersteld. Deze duinhelling staat bij de bijgeloovige visschersbevolking in een kwaden reuk. Immers, na middernacht sluipen hier kollen en andere geheim zinnige wezens rond, die werkelijk niet te vertrouwen zijn 1 Voor den natuurbeminnaar is het echter een pittoresk plekje. Reusachtige boomen verheffen zich met grillige kruinvormen tot boven den duintop. Hunne zware stammen staan daar als zoovele forsche zuilen, onwrikbaar de woeste aanvallen van den stormwind trotseerend. De groene, nu witte duinhel ling vormt een treffenden achtergrond voor deze natuur-zuilen-galerij, wier reuzen wortels als grillig dooreengeworpen beenderen boven hun glooiend aarde- voetstuk uitsteken. Teun, die nu en dan een hartigen dronk genomen heeft uit een jenever- flesch, wier inhoud hem moet verwar men, zooals hij het noemt, geeft zijn klauterstrijd nog niet op. Bijna heeft hij den top bereikt. Daar struikelt hij over een der wortels een schot klinkt, dan een akeligen gil endes stroopers bloed kleurt 't reine sneeuwkleed- Dof kreunend blijft de man liggenhet schot is hem door zijn linker been gegaan. Na eenige oogenblikken tracht hij zich op te rich ten, doch met een luiden pijnschreeuw valt hij weer neer. onstuimig hart hoort ze kloppen een nerveuse trilling doet al haar leden beven. >Mijn God, wat mag dat toch zijn? Lieve Jezus, helpt mij I® zucht ze half luid. En, op de knieën vallende, zendt ze een innig gebed tot het Kerstkindje op, dat haar straks nog zoo getroost en gesterkt heeft. Maar nu wil die geheim zinnige angst niet wijken. Zóó kan ze het niet meer uithouden. Met een schok springt ze op, slaat een doek om en snelt het huis uit en de duinen in En daar daar vindt ze haar armen vader, in een gvooten plas geronnen bloed, ontzield neerliggen met het neergeschoten kruis in de verstijfde handen, terwijl zijn koude lippen het in zijn doodstrijd nog met een laatsten kus hebben vereerd. Met een wanhoopskreet, die niets menschelijks meer heeft werpt het on gelukkige kind zich op het lijk haars vaders. Hartstochtelijk snikkende tracht zij hem op te tillen, maar de hevige schrik-emotie heeft heur krachten ver lamd. Bewusteloos blijft ze op het lijk liggen Zóó worden beiden na eene korte poos door twee jachtopzieners gevonden. Het meisje komt, na dorpwaarts ver voerd te zijn, weer tot bewustzijn. Teun is echter aan bloedverlies hij had een slagader doorgeschoten gestor ven. Gelukkig schijnt hij nog op 't laat ste oogenblik, door Gods genade ge troffen te zijn. Immers, zijn laatste krachten heeft hij nog gebruikt, om het kruis te bekruipen, dat hij kort te voren Dog met zoo'n duivelschen wellust had neergeschoten en waarop hij thans zeer zeker berouwvol den laatste adem heeft uitgeblazen. Ruim een jaar later gaan eenige zee dorpen, op hun paaschbest uitgedost, naar het nonnenklooster te B. Daar wordt eene jonge novice, eene oud-dorpelinge, geprofest Daar aangekomen, vinden zij ze reeds, diep gebogen, voor 't hoofd altaar van de Kloosterkapel geknield. En als ze even het hoofd opheft, zou den wij in de bleeke, doch rustige ge laatstrekken herkend hebben de ons bekende wees Unier, de dochter van Teun den Strooper. Hier wil zij een leven van boetvaar digheid leiden voor haar zoo tragisch gestorven vader- Teun had het met de voorspraak slechter kunnen treften. Hij zal wél in vrede rusten 1 'Het was een grondslag van de libe- komen, die de stad met voorbeeldige rale staatkunde, dat de inwendige zaken straffen bedreigt, wanneer de schuldigi n van Ierland, zoodra de gelegenheid zich hiertoe bood in handen der Ieren zeiven zouden moeten worden gelegd*. Maar 't is twijfelachtig of hij in het Lagerhuis veen meerderheid zal vinden, van het uitmoorden van het garnizoen niet uitgeleverd worden. Volgens berich ten van gisteren namen te Chat kof aan een betooging met roode vaandels ook 250 soldaten van de regimenten Starob- nu hij aldus een deel zijner liberale jelsk en Lebeinsk deel. vrienden, die niet meer voor Home Ru- Ie zijn, loslaten durft. Lord Kitchener zal uit Indië worden teruggehaald. De berichten van de reis van den prins en de prinses van Wales door Indië gewagen telkens van de buiten gewone pracht en rijkdom, die de Indische vorsten tentoon spreiden. Bij den intocht in Gwalior gingen er in den stoet zes- en-dertig weelderig opgetuigde olifanten. Op de eerste olifant reden de prins en de maharadja van Gwalior, de prinses en een Engelsch majoor op de tweede, het gevolg op de overige. De twee vorstelijke olifanten waren met goud opgetuigd en droegen zware gouden kettingen met luidende bellen om den nek. De maharadja droeg een rooskleu- rig gewaad met goud gestikt, en snoeren parelen als druiven zoo groot. De gouden kroon, schitterende van diamanten, werd in den stoet gedragen. Het huwelijk van prins Eitel Frederik dat eerst voltrokken zou worden op den dag dat Keizer en de Keizerin 25 jaar getrouwd zijn, is tot begin Maart uitge steld. Men weet dat het zilveren feest alleen in den naasten familiekring ge vierd wordt, en zoodoende kan de bruiloft van den prins daar moeilijk mee samen vallen. Inmiddels is Teun het duin ingegaan. Enkele kerkgangers, die hem, toen hij den straatweg overstak voorbij gingen, keken hem met niet al te vriendelijke blikken aan, ja een had hem zelfs nageroepen >Nou, Teun als dat maar goed afloopt van nacht l« En al wilde hij 't voor zich zeiven niet direct bekennen, dat gezegde had hem getroffen, 't Was dan ook na den dood zijner brave vrouw de eerste maal dat bij niet naar de Kerstmis ging. Wél was hij toen ook niet zoo heel erg kerksch, doch zijn plichten had hij steeds behoorlijk waargenomen. Maar na haar plotseling sterven was hij aan den drank geraakt, hoe langer hoe die per gezonken, totdat hij thans zoover gekomen is, dat hij om »God noch ge bod meer geeft. De nachtmis is uit. In vrome stemming gaan de kerkgangers naar huis Ook Unier begeeft zich derwaarts. Maar, hoe vredig gestemd zij andere jarm de Kerstmis ook verliet, nu voelt zij in zich een onverklaarbare onrust. Het is, alsof eene geheimzinnige stem haar in de ooren klinkt, dat er iets boven haar hoofd hangt. En nóg haastiger wordt heur tred. Zij denkt aan haar armen vader, die helaas zoo ver is afgedwaald. Hoe warm heeft zij voor hem gebeden. En met welk een innig vertrouwen heeft zij zich, na aan 's Heeren tafel te heb ben aangezeten, gewend tot haar zalige moeder, opdat die daar boven voor haar ongelukkigen vader Gods genade wilde afsmeeken. Daar is zij thuis. Hfciaas. heur vader is nog niet terug. Zij legt vuur aan, zet de koffietafel klaar en tracht wat te eten. Het wil echter niet. Haar keel wordt als Naar Reuter meldt, heeft nu de Bel gische gezant te Konstantinopel bij de Porte een nota ingediend, waarbij de Belgische regeering de uitlevering ver langt van haren onderdaan Eduard Joris met een beroep op de bij verdrag vast gestelde bepalingen. De zaak schijnt duidelijk. De Belgische regeering is niet overtuigd van de deugdelijkheid van de Turksche recht spraak en zij eischt haar onderdaan op om hem voor den Belgischen rechter te brengen. De Belgische regeering meent recht te hebben de uitlevering te eischen van de Turksche regeering. 't Is begrijpelijk dat de Belgen de Turksche rechtspraak niet vertrouwen maar van den anderen kant is 't nog al erg dat een land een aanslag moet laten plegen op zijn vorst, zonder dat het den dader mag bestraffen. Wij zijn benieuwd naar den uitslag Zelfs dezen nacht is hij vrij sterk j't ware toegenepen van angst heur Campell Bennerman heeft in eene reusachtige meeting te Londen gespro ken, en heeft belangrijke verklaringen afgelegd. Zoo verklaarde hij, dat de regeering voornemens is den verderen invoer van Chineesche koelies in Zuid-Afrika te stakende noodige bevelen zijn hier voor gegeven. Dus eindelijk wordt aan de geldhon gerende mijneigenaars eens een band aangelegd, zoodat ze toch niet meer alles kunnen doen wat ze willen. Voor Ierland dorst hij het aan, het zelfde beginsel van rechtvaardig bestuur voorop te zetten De tegen dc manifestanden uitgezon den troepen lieten overeenkomstig het bevel de betoogeis voorbij trekken zon der te vuren. De Revolutionnairen leggen dat uit, als zouden de troepen op hun hand wezen. Wat er op het oogenblik in Charkof gebeurt is niet bekend Uit St. Petersburg is het bevel gekomen de strengste maatregelen tegen de revolu tionnairen beweging te nemen. De New-York World heeft een tele gram ontvangen uit St. Petersburg, mel ding makende van een vreeselijk bloedbad dat te Krasnojarsk in Siberië is aangej richt. In het raadhuis waren honderden inwoners samengekomen, om maatregelen te beramen tegen de bandieten, die in de stad plundertochten ondernamen. Op last der militaire overheid werd het raadhuis door troepen omsingeld en zon der waarschuwing vuurden daarop de soldatendoor de vensters naar binnen 120 personen werden gedood, 90 doo- delijk gewond en 500 licht gewond. Het voornaamste nieuws is, dat Woens dagmiddag weer eene nieuwe algemeene staking is uitgebroken. Liet zich dit eerst maar aanzien als van weinig beteekenis, later staakten alle fabrieken en werven, en ook de spoorbeambten en die der posterijën en telegrafie sluiten zich meer en meer. Overigens blijft de toe stand in het geheele land hetzelfde, nl. treurig en verschrikkelijk. Een telegram, dat over de overgave- van Toeckoem in Koerland handelt, spreekt alleen van vele dooden en ge wonden, zoowel aan de zijde der troe pen als aan die van de opstandelingen, die de stad volgens alle regelen der krijgskunde versterkt en met een gordel van verschansingen en loopgraven om geven hadden. Het aantal dooden en gewonden geeft de correspondent van de Daily News op Er werden, zegt hij, 580 menschen gedood en 800 gewond. De getallen lijken fabelachtig hoog, maar worden minder onwaarschijnlijk, wanneer men bedenkt, dat van beide zijden met machinekanonnen is geschoten. Het gevecht begon met het neermaaien van een patrouille dragonders. Als berichten van vorige dagen het ons nog niet dui delijk had doen worden zou hieruit kunnen blijken, hoe ernstig de toestand in de Oostzee Provinciën is. Dat ziet trouwens de Engelsche regeering ook in de kruiser >Saphire*. die te Kiel is aangekomen, schijnt op weg te wezen naar het bedreigde gebied om de En gelsche onderdanen af te halen. Van Duitsche zijde dringt men er krachtig op aan, dat ook schepen gezonden zullen worden ter verdediging van de talrijke Duitschers in dit gedeelte van het cza- renrijk. De correspondent van de Eclair weet mee te deelen, dat de Kabinetten van Berlijn en Londen over het zenden van oorlogsschepee gesproken hebben, ook ter bescherming van de koopvaar dijschepen, die de in gevaar verkeeren- de vreemdelingen gaan afhalen. Besloten zou zijn niet onmiddelijk te handelen, daar Rusland liet weten, dat het met geen goed oog het zenden van Duitsche oorlogsschepen zou zien. Aan het Nowoje Wremja wordt ge meld, uit Riga, dat de opstandelingen des nachts door het opbreken van de rails een trein deden ontsporen, die mi litairen, sappeurs, naar Riga bracht. Vijf personen werden daarbij gedood en twintig verwond. De sappeurs moesten naar Dünaburg terugtrekken. In de na bijheid van het station Kochenhusen zijn de ondergeschikten van den districtschef Peterson en zijn directeuren voor een volksrechtbank gebracht en op gruwelijke wijze gedood. Te Toekoem is een ster ke troepenafdeeling met artillerie aange- Met het oog op de drie feestdagen in de aanstaande week en de enorme drukte, zal ons blad de volgende week slechts éénmaal verschijnen, dus a. s. Woensdag niet; het eerstvolgend nummer komt Zaterdag 30 December en 't daaropvolgend Nieuwjaarsdag 1 Januari, waarvoor wede Nieuw- jaarswenschen tot a. s. Zaterdag inwachten de post-abonnó's ont vangen deze twee r ummers te gelijkertijd. De Redactie. WAALWIJK. Zondagmorgen ten 12 uur zal door de Liedeitafel Oefening en Vermaak® op hare zaal Musis Sacrum worden uit gevoerd De Storm en de Eijk De Jong. Avondlied, dubbelkwartet. Breijs. Grusse an die Heimath. Cromer. Avondlied, dubbelkwartetBreijs. Looft den Heer De Vliegh. o Matinée te geven door de Harmonie »l'Espérance* op Zondag 24 December des middags ten half een uur op hare zaal bij den heer Chr. van de Werff. 1. Monte Carlo, marsch. Kaps. 2. Flore belle, ouverture. Langlois. 3. Fête dans la Montagne. Ed- Kiesler. fantaisie caprice. 4. Parade de la garde- Eilenberg. idillé. —o Grande Soirée Amusante onder lei ding en medewerking van den heer Henry Strous op Dinsdag 26 December a. s. zaal Musis Sacrum. Aanvang 8 uur. Entrée 50 cent. BESOIJEN. Uitvoeriug te geven door Chr. Zang- vereeniging >Halléluja* op Maandag 25 December, in de Hervormde Kerk te Besoijen. Aanvang 5 uur precies. Entrée 15 ct. CAPELLE. Uitvoering te geven door de Rede rijkerskamer »Vriendentrouw« op Don derdag 28 December in de zaal van den heer L. F. van Dongen 's-Grevel- duin-Capelle. Aanvang V!% uur precies. Vreemdelingen hebben toegang tegen betaling van 50 cent. LOONSCHENDIJK. Uitvoering te geven door de Chr. Zangvereeniging >De Lcfstem* van den Loonschendijk op Dinsdag 26 Dec. in het Kerkgebouw der Ned. Herv. Gem. aldaar. Aanvang 's avonds 6 uur pre cies. Entrée 15 cent. rn n I /\a-l n M I A ha I «-» m a 1 a m 1- 1 1 - 1 1 m

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1905 | | pagina 5