Nummer 31
Zondag 15 April 1906
290 Jaargang
Tweede Blad.
DE KUNSTRIJDER.
B
LANDBOUW
FEUILLETON.
BUITENLAND.
België.
Frankrijk
Duitschland.
Engeland.
BiNNENLAND.
van
WAALWIJK.
Matinée door de liedertafel Oefening
en Vermaak» van Waalwijk en Besoijen,
op Maandag 16 April (2e Paaschdag) in
de zaal »Musis Sacrum.4 Aanvang 12
(Zie programma's)
uur.
Volksmatinée op Maandag 16 April
te geven door dc Harmonie L'Esperance
in hare zaal bij den heer Chr. v. d. Werfif.
Aanvang half een.
Algemeene Vergadering der St- Paulus-
Vereeniging te Waalwijk, op Maandag
16 April in het lokaal der vereeniging,
daarna uitvoering der daaraan ver
bonden Tooneelclub. Aanvan 6Va uur.
(Zie programma's.)
BESOIJEN.
Matinée door de liedertafel »Oefening
baart Kunst,4 op Maandag 16 April (2e
Paaschdag) in de zaal bij den Heer
Brokken, Besoijen. Aanvang 12 uur.
(Zie programma's.)
SPRANG.
Uitvoering der Chr. Zangvereeniging
Excelsior4 te Sprang op Maandag 16
April, met hoogstvereerende medewer
king van Mej. Joh. de Roon en den Heer
Ant. Hurkmans, Besoijen. Aanvang
's namiddags 5Vs uur. (Zie programma's.)
onze woonkamer eerst waarde, als ze gefor
ceerd wordt, ook, omdat ze, uiet-getorreerd,
de bloemen spoediger verliest. Het forceeren
is geen kunst, als men n. 1. hiertoe neemt
de meest geschikte variëteiten Sigismund
(Iraai rose met lichten rand), Joseph Mart-
tier (oranjerood), Schiller (karmijnrood) of
Deutsche Perle (wit) en liefst geen Azalea's
gebruikt, welke in den voor.dgaanden herfst
zijn gepot (deze laten op een warme plaats het
blad vallen), doch oudere. Half December
haalt men de Azalea uit dc koele vorstvrije
plantenkamer voor den da? en plaatst ze
in dc warme kamer, op een lichte plaats,
tusschen den pot rand en de aarde, door het
indrogen van deze, ook een ruimte is geko-
waardoor het giet water haastig zou
Azalea Indiea.
Gaarne voldoen we aan het verlangen van
een onzer lezeressen om iets mede te deelen
aangaande de behandeling van bovengenoem
de plantwe doen dit hier, omdat onge
twijfeld meerderen hun voordeel met de
volgende wenken kunnen doen, wijl de
behandeling der Azalea's geen gemakkelijke
is. Velen brengen de plant dan ook, na
den bloei, naar den bloemist, die ze tot den
volgenden winter bewaart, daar ze anders
terecht vreezen, dat het bioeien 't volgend
voorjaar uitblijft. Hoeveel prettiger is het
echter de plant zelf te verzorgen en ter
voldoening haar ieder jaar te zien bloeien.
Dit is, hoewel moeilijk zeer goed mogelijk,
wanneer men weet wat de plant behoeft en
daaraan met nauwgezette zorg tegemoet
komt.
Deze sierlijke kroon boompjes, altijd groen,
(A. mollis en A. ponticat welke op gelijke
wijze behandeld worden, laten 's winters de
bladeren vallen) hebben hun natuurlijken
bloeitijd in deze maand (April) en le h«lft
van Alei, wanneer er dus reeds meer bloei
ende planten zijn. Daarom verkrijgt ze voor
CRIMINAAL—NOVELLE.
(1)
NAAR HET DUITSCH
DOOR
J. M. S.
I.
Het is een heerlijke zomeravondeen
luw windje streelt zachtkens de boomen
struik, terwijl de maan als een groote vuur
bol boven den horizon rijst. De geuren
van velerlei bloemen stijgen onzichtbaar op,
als brachten zij hun cijns voor de millioenen
sterren, welke het blauwe firmament sieren.
In de schaduwrijke bladergangen vaneen
als park aangelegden tuin wandelt een jong
meisje op en neder. Van tijd tot tijd werpt
zij een blik vol verlangen naar een poort
in het ijzeren hek, als wachtte zij iemand.
Berta is eer. Brunettehaar mooi, kastanje
bruin haar heeft rij in een Griekschen
wrong opgestoken een eigenaardig dweepende
uitdrukking ligt in haar donker oog. De
slanke gestalte is in een eenvoudig kleed ge
huld. Niemand, die haar oppervlakkig
waarneemt ziet in haar de dochter van een
der rijkste kooplieden.
Een piepend geluid treft haar oor; het
poortje gaat open en een jonge man treedt
den tuin binnen. Een vreugdevolle uitdruk
king legt zich over het gelaat der wachtende.
Zij wacht met hoog-roode kleur den
aankomende af, die bij de begroeiing
teerder haar hand omvat en haar liefdevol
in de oogen ziet.
„Mijn lieve Berta*, zoo klinkt het met
zoo mogelijk vóór het raam in d« zon. Men
girte rijkelijk met verwarmd regenwater en
houdt men hierbij de plant vrij van insecten
en stof, dan ziet men weldra de knoppen
zwellen en openbreken. De kelkbladereu
val'en één voor één afwaar dit niet gere
geld geschiedt, verwijdere men ze zachtjes.
Dit doe men evemens met de bladscheuten
welke zich tusschen de zwellende bloem
knoppen ontwikkelen, omdat anders deze
door deu groei der eerste, worden benadeeld
en het geheel ook minder fraai zou lijken
Is de plant eenmaal grootendeels in bloei
en wil men dezen zoolang mogelijk doen
voortduren, dan geve men de Azalea een
koelere plaats, niet in de zon, ofschoon
wel licht. Is ze uitgebloeid, dan brengt men
haar voorloopig naar de plantenkamer terug,
om bij milder weer op een zonnige of ee-
nigszins beschaduwde plek buiten te worden
gebracht. De bloemsteeltjea, welke zijn
achtergebleven, alsmede de zwakke en te dicht
op elkaar staande twijgjes, wotden wegge
sneden.
Daarna, dus in het voorjaar, of later, in
den zomer, kan men ue Azalea verpotteB,
wat echter met jonge planten alleen, jaar
lijks, met oudere om de 2, 3 jaar dient te
gebeuren. Het verpotten moet met beleid
gedaan worden of men bederft de plant.
Men passé op de fijne wortels niet te be
schadigen, make daarom de kluit voorzichtig
los en snijde de wortels zoo min mogelijk
in. Zet de plant- vooral niet te diep in
lichte aarde hei- of boschgrotid met zand
vermengd de plant mag niet dieper komen
dan te voren de stam kome dus niet in de
aarde; deukt men hieraan niet, dan krijgt
men een zieke plant.
Het gieten is vooral bij de Azalea's een
zeer belangrijke zaak, welke met nauwlet
tendheid gebeuren moet. Men wake er voor
dat de plant niet te nat zij, maar ook dat
de kluit niet uitdroge. In het eerste geval
zouden de bladeren geel en slap worden en
de Azalea te gronde gaan het tweede kan
plaats hebben zonder dat men het direct
gewaar wordt, dewijl de kluit uitwendig nog
vochtig kan zijn.
Het duurt dan dikwijls uren eer het vocht
goed doorgetrokken is, ook al plaatst men
de plant in een emmer met water. Gieten
baat dan niet, daar het water van ondei
even gauw wegvloeit als men het van boven
ingiet. Bij het gieten lette men er op, of
sonore stem van zijn lippen, «-mag ik je
dan voor mijn afreizen nog eenmaal weer
zien
Ja, Theodoor, pa heeft dit afscheid willen
toestaan, maar het moet kort zijn trouwens
onze oude dienstbode, die daar op en neer
wandelt, zal er ons wel aan herinneren/'
Het zij dan zoo.*
Theodoor Berndt is stuurman. Hij heeft
een mannelijk, knap uiterlijk en een open
blik in ziju diep blauwe oogen. Op een
soirée, door haar vader aan de officieren van
zijn koopvaardijschepen gegeven, heeft Berta
hem leeren kennen en.... na eenige verdere
ontmoetingen hadden de jongrlui elkaar
lief gekregen doch haar vader wenschte
nog van geen verloving te hooren. Eerst
moest Theodoor zich maar opgewerkt hebben
tot kapitein eu dan zou hij nog eens zien.
Nu Berndt voor eenige jaren naar Oost-
Indië ging had de koopman ecne weigering
voor een afscheid niet willen geven vandaar
deze ontmoeting ouder toezicht van de oude
di nstbode de drukke zakenman meende
hiervoor geen tijd disponibel te hebben
bovendien hij was van oordeel, dat de liefde
tot deu zeeman bij zijn dochter wel zou
uitsterven bij de zoolange afwezigheid van
den gelietde.
„Dit is dan voor langen tijd voor 't
laatst* zei eindelijk Theodoor na een poos
stilte.
„En dan zoo ver voert het wreede lot
je van mij weg!*
„Noem het lot niet wreed. Bij je blijven
kan ik toch niet, ook al gaf je pa zijn toe
stemming. Mijn beroep is nu eenmaal den
Oceaan te door kruisen.*
„O, dat ik aan je zijde mocht zijn
De zee is een gevaarlijke verblijfplaats,
lief kind, weinig geschikt voor een teer
wezen als gij.*
men,
wegvloeien men drukke die ruimte dan
eerst dicht.
Wie al het bovenstaande trouw in acht
neemt, kan van zijn Azalea groot genoegen
beleven en ieder voorjaar, van Januari tot
Maart, in zijn huiskamer de. plant, in ge
zonden staat, overdekt m<t fraaie bloemen,
zien prijken. Maar dan, zoo we zeiden, in
den zomer naar buiten. Kan dit niet, dan
moet de plant des zomers vóór het geopen
de venster staan. Kan ook dit niet, dan
mag men op een jaarlijkschen bloei niet
rekenen er> doet men ind rdaad heter ze aan
den bloemir t ter bi waring te geven.
Nu en dan, des zomers, een weinig gie
ten, is «eer nuttig. Wijl de Azalea zeer
gevoelig is voor vorst, moet men ze half
September of op het einde dier maand weer
naar binnen brengen. De, plantenkamer zij
koel, doch vorstvrij is de temperatuur te
hoog, dan loopt de plant te vroeg uit, laat
haar bladeren vallen en gaat kwijnen. In
dat koele vertrek blijft ze tot ongeveer
Nieuwjaar; einde Janutri kan zij dan in
de huiskamer reeds blc^eien.
Melkciwlt en „Korrelvoer met mclkeiwit
Zoo luidt de titel vau een zeer lezenswaard
brocburetje, dat benevens een praclische
Eierlijst, welke de kippenhouder gelegenheid
biedt nauwkeurig boek te houden, op aan
vrage gratis te bekomen is bij de Holland-
sche Melksuikerfabriek te Uitgeest. De
genoemde fabrikaten worden aanbevolen als
het beste voedsel voor pluimvee en voor
jong vee
Wat is Melkeiwit Het is een bijproduct
van de melksuikertabricage, wordt verkregen
uit de weide vloeistof, welke na de kaas
bereiding rest en bestaat uit een meng
sel van Albumine, botervet, kalkphosphaat,
en bovendien uit Melksuiker en voedings-
jouten uit de melk. Albumine, het hoofd
bestanddeel, is een eiwitstot welke het
organisme heel gemakkelijk opneemt en veel
overeenkomst heeft met het verteerbare eiwit
der eieren. Ook botervet verteert gemak
kelijk en snel, en ongetwijfeld is het hieraan
voornamelijk toe te schrijven, dat deze fabri
katen zoo doeltreffend zijn gebleken, o a
uit proeven in 1902 onder toezicht van
bestuur der Atd. Groningen van de V. P
N., op uitgebreide schaal genomen. Deze
uil komsten bewijzen opnieuw, dat niet het
gehalte alleen, maar ook de aard van het
eiwit eu 't vet, in een voederartikel aanwezig
de uitkomsten, in dit geval de eierproductie
bepalen.
Gazon Maaimaehines.
de eerste »Ik aarzel niet te verklaren, dat bestellers, maar hun collega's van het
ik het w«rk „Easy* als het h>*?te van alle drukwerk, hoewel naar het schijnt ook
mij bekende grasperkscheerders beschouw, onder de »brievendragers4 al sporen
terwijl de heer P. WestSnek, idem ir van solidariteit zich vertoonen.
's Gravenhage, van de tweede verklaart: En dat is lastig.
„De machine voldoet uitstekend, loopt lich- Het gaat in hoofdzaak om de vraag,
ter en maait netter dan eenig ander merk." die naar het schijnt, overal tegelijk de
Voor kleine tuinen en voor het maaien aandacht verzoektof staatsambtenaren
van grasbanden en o 'gelijk terrein is de geheel dezelfde vrijheid van vereeniging
„Easy*, voor groote terreinen de „Stearns*
het meest geëigend
Volledige beschrijving wordt door genoem
de firma gaarne toegezonden.
De Belgische Kamer heeft gisteren
met 51 stemmen tegen 20 en 14 ont
houdingen, de wet aangenomen, waarbij
het onderzoek naar het vaderschap wordt
toegestaan.
Dit was de tweede lezing, dus het
ontwerp is nu, behoudens aanneming
door den Senaat, wet geworden.
Uit Brussel wordt aan Het Vader
land gemeld, dat de sultan van Turkije
op zijn aanstaanden verjaardag aan den
3elg Joris amnestie zal verleenen.
In verschillende districten hebben
socialisten, liberalen en Christen-de
mocraten een verbond gesloten, om ge-
zamelijk tegen de katholieken op te tre
den. Het zal een warme strijd worden.
Door herhaald maaien verkrijgt rarn eei
mooi en dicht gazon, vrij van onkruid. Als
le klasse-maaimachines zijn te beschouwen
„Easij" en „Stearns" der firma Blass en
Groenewegen te De Bilt bij Utrecht. De
heer H. C. Zwart, hoofdopzichter bij de be
plantingen, gein. Amsterdam getuigt van
„En toch zou ik alle gevaren willen
trotseeren, de angst verteert mij; het is
juist alsof ik eeu voorgevoel vau een ouheil
heb."
„Waarom dan toch? Ik heb toch meer
reizen gemaakt en beu altijd behouden in de
haven teruggekeerd.*
„Ja, tot nu, maar hoe zal het thans gaan
En je afwezigheid duurt zoolang! Pa meent
wel, dat deze juiat de oorzaak zal worden
van mijn bekoeling, maar hij vergist zich
O, Theodjor, wees toch voorzichtigJe
bent altijd zoo vurig, zoo doortastend I"
„Lief kind, iedere stand heeft zijn lief
n leed Als ik na twee jaren terugkeer
ben ik hoogstwaarschijnlijk kapitein en dan
meg ik immers bij uw vader om uw hand
vragtn?"
„Ach, was dat gelukkige oogeublik maar
aangebroken*
„Gij zult het beleven mijn liefste En-
ziet, Kaatje wenkt. We moeten dus scheiden
Vaarwel, Berta, tot over twee jaren 1'
De jonge man buigt zich over haar heen
om niet de tranen te laten zien, die in
zijn oogen opwellen.
Berta laat de hare echter vrij vloeien.
Nog een laatste handdruk, een zacht ge
snikte afscheidsgroet en... de beide geliefdei
die elkaar nog uiet bezitten mogen, zijn
gescheiden.
II
De groot-koopman Frederik Heinecke zat
in zijn kantoor en rekende. Hij scheen
met de resultaten niet tevreden te zijn, want
zijn voorhoofd fronste, zich en de hand ging
van tijd tot tijd door het haar.
Heinecke was alleen. De klok sloeg
juist zes uur. De zon was reeds opgekomen,
doch de straten der stad lagen daar nog
en actie hebben als aan arbeiders in
particuliere bedrijven toekomt.
Met de verslapping van het gezags
begrip zijn ook in dit stuk de ideeën
verduisterd en wordt het onderscheid
niet meer gezien.
Over deze staking nu is in de Kamer
geïnterpelleerd door Sembat, die volle
dige vrijheid van actie4 eischte. Maar
minister Barthou verklaarde, 't bestaande
syndicaat niet te zullen erkennen en
tevens, dat hij morgen de stakers zoude
ontslaan en zelf ontslag nemen, indien
de Kamer het voorstel Sembat zou
aannemen.
En de Kamer gaf den minister met
overgroote meerderheid gelijk.
Ook de radicalen waren 't met hem eens.
Een lang telegram wordt door Reuter
voorgelegd omtrent hetgeen gisteren in
de Fransche Kamer is gedaan of liever
gepraat.
Bourgeois zette uiteen, wat hij in
zake Marokko had verricht, de weinige
dagen die hij nog gelegenheid had,
daarin zijn staatmanskunst te toonen.
Frankrijk, zoo zeide hij, wilde oprecht
den gelukkigen afloop der conferentie
en trachtte daarbij zijn eigen politiek te
dienen, maar vooral de hoogste belangen
van beschaving en vrede-
En zoo werden er nog tal van frases
de Kamerzaal in gezegd, werd gecon
stateerd dat Frankrijk zich geen enkele
opoffering behoefde te getroosten en
dank gebracht aan allen die tot het
welslagen hadden bijgedragen.
Een goed voorzitter voor «en feest-
vergadering, de heer Bourgeois.
Het eind was dat de kamer de reke
ningen der heeren die op staatskostert
te Algeciras zijn geweest, zonder mop
peren betaalde.
Toen kwam een andere zaak aan de
orde, een van kleineren omvang maar
die toch ook de regeering veel zorg
kan geven
Eene staking der postloopers te Parijs.
Deze postloopers zijn niet de brieven-
Van een reis van keizer Wilhelm in
dit voorjaar schynt niets meer te zullen
komen.
De Börsen-Courier meldt dat er van een
tocht naar de Middelandsche Zee voor
eerst geen sprake is. De Keizer gaat
heelemaal niet naar het buitenland. Het
tegenbezoek aan den Koning van Spanje
zal pas later aan de orde komen.
De opstand in Duitsch Zuidwest-
Afrika heeft, volgens een ambtelijke op
gaaf, tot dusver aan Duitschen kant aan
2179 menschen, met inbegrip van de
vermoorde kolonisten, het leven gekost.
Servië, dat zoo graag weer als fatsoen
lijke mogendheid wou worden beschouwd
heeft Engeland de hand toegestoken,
maar die is geweigerd.
In het Lageihuis verklaarde sir Edward
Grey, dat de hernieuwing der diploma
tieke betrekkingen tusschen Groot-Bri-
tannië en Servië niet kan besproken
worden tusschen de beide regeeringen
zoolang de koningsmoordenaars officieele
posities bekleeden onder deze Servische
regeering.
Hofberichten
Tijdens het bezoek van H. M. de
Koningin en Z. K, H. den Prins aan
Amsterdam, hetwelk in de week van 1
tot 7 Mei gebracht wordt, zal H. M. de
Koningin-Moeder van Vrijdag 4 op Za
terdag 5 Mei te Amsterdam verblijven.
H. M. de Koningin-Moeder vertrekt
eenzaam en stil.
De koopman trad aan het venster, als
wilde hij zich voor een oogenblik verpoozen
hij was dan ook al twee uren aan den arbeid.
Plotseling verbleekt hij.
Een man naderde het kantoor, wiens ver
schijning hij allerminst verwacht had.
Zenuwachtig wandelde de koopman open
neer. Waarschijnlijk overlegde hij bij zich
zeiven hoe hij den onverwachten gast ont
vangen zou.
Spoedig werd er op de deur geklopt en
na een bedwongen binnengeroep trad de
vreemdeling in het kantoor.
„God zij dank 1* zei hij, eindelijk heb ik
miju doel bereikt l"
Hij stak Heinecke zijne beide handen toe
en ging voort: „Goedeu morgen, oude triend.
Niet waar, mij had ge niet verwacht
„Ronduit gezegd, neen", terwijl hij zich
geweld aandeed vriendelijk te schijnen. Hij
noodigde zijn gast met een handbeweging
uit plaats te nemen.
„Waar komt ge toch zoo in eens vandaan
Sedert vijf jaren hebt ge niets van je
la'en hooren, zoodat ik wel moest veronder
stellen, dat ge gestorven waart
De vreemdeling wierp zijn hoed op ren
stoel, streek sich door het reeds sterk ge
dunde haar en over zijn eenigszins verwil
derden baard.
„Zoo gemakkelijk sterft men niet. Ik
heb in Brazilië wel de gele koorts gehad,
maar ben hiervan gelukkig weder genezen."
„Onkruid vergaat niet*, schertste H»inecke
„mijn voormaligen kompagnon, Peter Hok-
mann, werd immers altijd tot het onkruid
gerekend."
„Ja ja, des tijds toen we twintig jaren
jonger waren, was velerlei anders. We
zagen toen rroolijk en blij het leven in, en
het geluk was ons genegen. Had ik toen
de wereld zoo goed gekend als nu ik was
s'.ellig hier gableven en had me kalmpjes goed
gedaan, zooals gij I Het gaat je immers
uitstekend niet waarIk vernam tenminste,
dat ge tot de meest bekende kooplieden
behoort.*
„Ja, dat is ook zoo en onze firma is een
der geachtste."
„Dat verheugt mij ten zeerste, te meer,
wijl ik je mijn vermogen toevertrouwde."
Heinecke wreef zich aan de kin en zweeg,
Peter Hohmann lette echter hier niet op,
hij zei"Gelijk ge weet, trok ik na de
dood van mijne vrouw..,.
Hier viel hij zich zeiven in de rede:
„Hoe gaat het mijn lief kind?"
„Je Berta is zoo goed als mijn kind.
Iedereen houdt haar voor mijn dochter, van
jou weet ze zoo goed als niets."
„Waar is zij Ik brand vau ongeduld
haar aan mijn hart te drukken."
„Geduld, geduld mijn waarde. Zoo trachtte
Heiunecke hem te kalmeeren, „Berta is nog
niet eens op."
„Jullie groote-stad--bewoners zijt lang
slapers*, bromde. Peter Hohmunn.
„Ik heb er mij zeer over verwonderd, dat
gij reeds zoo vroeg op waart.*
„Ik hang te veel aan de zaken, maar
ge zoudt me immers vertellen, hoe het je
in den vreemden gegaan is?
„In 't begin heel goed. Van tijd tot lijd
heb ik je, zooals ge weel, geld toegezonden,
dat ge voor mij rentegevend zoudt maken."
Dat is ook nauwgezet geschied autwoordde
Heinecke; zijn stem beefde echter wel etn
weinig bij deze woorden.
„Daarop rekende ik dan ook. Het totaal
bedraagt zek« f'ongeveer 150000 gs.
„Zrsr zeker," stemde de koop:ran met
zachte stem toe.
(Wordt vervolgd.)