mözart Summer 30 Zondag 13 Mei 1906 29e Jaargang Tweede Blad. LANDBOUW bieten praatje. Het voorjaar van 1791. Schikaneder. De koude, harde winter spoedde ten einde. De lentezonne baadde in haar lieflijken glans de trotsche Keizerstad en tooverde uit millioenen boomknoppen het jeugdige, frissche groen, de bode van het nieuwe, lang verwachte getijde. Een paar harer purperen stralen drongen door de ruiten van het oude Keizershuis in de Rauhensteingasse No. 970, en ver lichtten het bleeke, ingevallen gelaat van den musicus, die, met zijne ziel zwevende in het rijk der tonen, geen oog scheen te hebben voor het heerlijk schoone schouwspel, dat de natuur thans te genieten gaf. De schelle jubeltoon van de kanarie in het kooitje op de commode ontrukte hem uit zijn gepeins. Hij sloeg den blik naar buiten, be schouwde met welgevallen den blauwen- den hemel, het fonkelende licht, het schuchter ontkiemende groen, en sprak, terwijl hij de menigte voor hem liggende partituren ter zijde schoof: »Mijn God, ik dank U, dat ook de Lente voor mij thans weer aanbreekt.4 En opstaande van zijne werktafel, richt hij de schreden naar net klavier, en weldra zingen de snaren het opgewekte lied »Kom lieve Mei, en toover »De boomen vol met groen. >Geef bloesem weer en loover »Aan veld- en hofplantsoen.4 Nog is het lied niet ten einde, of er wordt aan de deur geklopt, en vóór het gebruikelijke »Binnen4 gehoord is, staat Schikaneder onthutst, verlegen op den vloer. Aanstonds vliegt Mozart op, geeft zijn vriend beide handen en zegt op ver baasden toon »Maar, Schikaneder, hoe heb ik het nu met je Alles juicht en jubelt op dezen schoonen lentedag en gij schijnt de wanhoop nabij Kom, zeg mij, wat de reden uwer opgewon denheid is.4 Ach, mijn goede Mozart, ik ben ver loren, reddeloos verloren, gij alleen echter kunt mij nog van den afgrond redden. beschouwen, doch al mijn vertoogen dag kon bijstaan en zijn werk verlichten. Schikaneder die meermalen naar de hadden op u de uitwerking van hagel- Mijne bekendheid met alles, wat tot de muziek kwam kijken, was uiterst voldaan steenen op een olifantshuid. Doch kom, kerkmuziek behoort, doet mij hopen, en spoorde den meester aan op den laat mij het libretto eens zien - dat het Edelachtbaar Stadsbestuur mijn ingeslagen weg voort te gaan. Schikaneder overhandigde het hem verzoek gunstig zal ontvangen.» Er heerschte geen rust 111 te \\oning met een sierlijke bu.ging en een lach Eenige oogenblikken later was het van Mozart zoo min als .11 zijn dichter- om de lippen, want hij begreep, dat hij schrijven rcvJ» op de plaats zijner be- lijk brein. Onder het eten zelfs sprong zijn spel gewonnen had - stemming en zeide Mozart tot zijnehij meermalen op om eene nieuwe in- Mozart las, herlas, lachte, schaterde I vrouw »Constancia, uw huidige toestand spiratie, een nieuwe melodie in vliegen- vierd dan weer ernstig ingetogen, pein- cischt dringend, dat gij eenigen tijd rust den haast neer te schrijven, bevreesd als zend, opgewekt, verrukt, tot hij van zijn neemt en de baden gebruikt. Ik heb hij was dat zij hem ontsnappen zou-Ln stoel springend, uitriep: Aangenomen, dienaangaande reeds mijn vriend M. nooit of nimmer vervieij, ge:ij1. Schikaneder.4 Stoll geschreven, die voor u wel een andere, zelfs groote toondichters ge- En welk honorarium vraagt gij voor passend vertrek huren zal.4 beurt, tot oudere me.odieen.Steeswas de compositie? Ik dank u wel voor die teedere zor- alles nieuw en oorspronkelijk bij hem, Mozart schoot in den lach en zeigen, Mozart, maar wie zal dat alles be- zijn genie scheen Och, mijn waarde, hoe kunt Gij, die bijna talen? Wij zitten nu reeds tot over de wonder mag he heetenhoehetzwakke geen penning bezit, van honorarium ooren in de schuld, en de in December lichaam, dat alle symptomen van uit sprekenIk bepaal geen prijs. Valt te verwachten blijde gebeurtenis zal op- putting vertoonde nog zoo lang tegen later de ontvangst mee, denk dan aan nieuw een bres in onze financien schieten, zulk een verbazend afmattende 1 mij en geef, wat gij missen kunt. In Wie dan 1 eft, dan zorgt, Constancia, en zenuwwerking bestand was. De ieder geval blijft aan mij en niemand die kosten zullen zoo groot niet zijn. waarheid is, dat in het brooze vat een anders het recht de copieën te verkoopen. Er behoeft niet vooruit betaald te wor- ijzeren wil huisde, de physieke Neemt Gij deze voorwaarden aan den en na tvvee maanden, langer zal de krachten door de moreele geschraagc Duizendmaal dank, maestio, ben ik kuur wel niet duren, hoop ik het noo- werden, thans - tevreden over later, hoop ik, dige te hebben, om alles in eens te Als in de landen nabij den Noord- zult gij het nog meer over mij zijn. kunnen afdoen. - Ipool de lentezonne zich einde ij o Doch nog één verzoek, één raad, zou ik Zoudt ij zelf echter niet eens wat ven de kim verheft dan haasten alle durven zeo-gen. rust nemen, mijn goede man. gij ziet in planten zich om in slechts enkele weken Laat hooren. den laatsten tijd er zoo bleek en afge- tot wasdom en bloei te komen en voor Om in Weenen succes te hebben moet mat uit, dat ik banger voor u dan voor de instandhouding der soort te zorgen, de muziek luchtig, vroolijk en opgewekt mij zeiven ben. - I |'en zclfcle baast toon e 1 ozar in zijn zijn, niet te mocielijk om begrepen en Och wat, Constancia, ik gevoel mij laatste levensjaar. Het was, als vreesde van buiten geleerd te worden- weer even opgewekt als voorheen. De I hij het monument van zijnen roemon- Dus zoo iets in den trant van Cost I winter is voorbij, mijne sombere gedach- voltooid te zullen achterlaten. Met k o - fan tutte4? ten zijn verdwenen, ik voel een nieuw sigen ijver voltooide hij zijne laatste Nog eenvoudiger, die prachtige mu- leven mijn boezem doorstroomen, ik zou groote werken, die als de kostbaarste ziek, hoe luimig, opgewekt en van hu- thans, in mijn geluk, de heele wereld, diamanten in zijn onsterfelijke roon mor tintelend, is nog te zware kost voor mijn grootsten vijand niet uitgezonderd, zouden schitteren. wufte Weener kind. Schrijf liever willen omhelzen. En om de daad bij I De natuur echter laat niet straffeloos het in den trant van het »Vivat Bachus, het woord te voegen, drukte hij Con- hare wetten overtreden en wreekt zich Bachus lebe4 uit de Entführung. Wees stancia in vervoering aan het harte en over ieder ongelijk haar aangedaan. He maar niet bevreesd, dat daardoor het zong daarna de eerste partij van het gebeurde in de laatste maanden zijns werk minder succes zal hebben. Daar vroolijke, voor eenige dagen gecompo- levens meermalen, dat Mozart na uren ik echter begreep, niet uitsluitend op neerde koor: Viviamo felici.4 I achtereen gewerkt en myriaden vanno en w ivinvart komisch gebied te moeten blijven, heb Constancia dorst niet langer tegen te neergeschreven te hebben, in zwijm viel dlgde jou overtreHem W=>""eer ^ozart il- u in de aria's zoo van de Koningin streven en vertrok in het begin der en geruimen tijd buiten kennis was. Die een Mis componeerde, was hij steeds der nacht, als ian Pamina en Tamino maand juni naar Baden, waar alles, dank herhadde ïfS 2^°T en in de gezangen van den hoogepnester zij de goede zorgen van Stoll, voor haar heid^ ten zeerste, beangstïgd< Met bevende hand werd de brief ge opend en met kloppend hart gelezen. Mozart werd daarin verzocht een doodenmis of Requiem te Componeeren de meester zou zelf den prijs er maar van bepalen, doch zorgen, dat het werk onder alle opzichten den beroemden Componist waardig was. De naam van den toondichter zou niet op de partituur geschreven mogen worden, en niemand er een afschrift van bekomen. De brief, en dit was het zonderlingste nog van alles, droeg geen handteekening. Maar, mijn waarde vriend, zei Mozart mag ik ook weten voor wien het werk bestemd is Dat blijft een eeuwig geheim, dat gij noch iemand anders, ooit zult ontsluieren, sprak de bezoeker; ik vraag u alleen maar of Gij op de in het schrijven ver melde voorwaarden geneigd zijt, de op dracht te aanvaarden. Na eenig beden ken stemde Mozart toe, en niet zoefdra had de boodschapper, dit vernomen, of jiij stond op en verdween in weerwil van het nog altijd woedend noodweer, even geheimzinnig als hij gekomen was. Toen Constancia een uur later van het bezoek aan hare Moeder terugge keerd was, vond zij haar echtgenoot met betraande oogen aan tafel gezeten. Zij begreep, dat er iets heel bijzonders ge beurd was en vroeg om ophelderingen. Ook zij ontroerde bij het verhaal van dat geheimzinnig tooneel en trachtte te vergeefs dien avond haar man in opge ruimde stemming te brengen. Deze zag in den vreemdeling een bode van den dood, een waarschuwing, om zich voor de groote reis naar het onbekende ge west voor te bereiden. Die gedachte werd weldra zijn idéé fixewat echter niet belette, dat hij zijn belofte gestand wou blijven en een werk componeeren, dat, zoo mogelijk, al het reeds vervaar digde zou overtreffen. Wanneer Mozart Sarastro en de tempelkoren, volkomen reeds in orde was gebracht. Mozart, die brachten nu en dan de woorden op gelegenheid gelaten allen mogelijken het minste, dat men voor hem deed op zijne lippen Ach 1 ik gevoel, dat ik niet ernst en de weelderigste muzikale be- hoogen prijs stelde, stuurde den 18 Juni lang meer leven zal Som ere voorge- werking ten toon te spreiden. Hierin aan zijn bezorgden vriend het prachtige voelens begonnen hem te kwellen en som- kunt rij het u zoo geliefde contra- Ave Verum", waaruit al de vroom- tijds, als hij zijne vrouw en zoontje aan punt naar hartelust aanwenden, als gij heid van zijn godsdienstig gemoed zag, schoten hem de tranen in de oogen maar zorgt, dat ook r'aarin de melodie spreekt. In dit kleine klassieke koorwerk, bij de gedachte, dat hij hen misschien vooral tot het gehoor spreekt en niet dat spoedig wereldberoemd werd, en reeds spoedig voor goed zou moeten Niets deed ik liever, mijn beste, ant- door al te rijke harmonische ornamentiek, thans nog geregeld op het programma verlaten. woordt Mozart, doch ik heb op dit oogenblik geen geld in kas, gij zult dus geduld moeten hebben tot Ik vraag om geen geld. Luister slechts even. Mijne sinds vier jaren aan de Wien4 geëxploiteerde schouwburg mar cheert zeer slecht. Tot heden heb ik mijne talrijke schuldeischers met fraaie beloften gepaaid, doch nu beginnen zij hun geduld te verliezen en dreigen mij achter slot en grendel te zetten, zoo ik niet binnen een paar maanden geheel en al met hen afreken. Och vriend, dat zal zoo'n vaart niet nemen. Ook ik weet Bij ondervinding, hoe zulke bedreigingen op niets uit- loopen. Voor U, die hier talrijke vermogende vrienden bezit, kan dat waar zijn, maar voor mij, die als een avonturier bekend sta, gevoelt men heel weinig of geen medelijden- Vraag om een jaar uitstel van betaling. Dit middel heb ik al een paar maal met succes beproefd, doch thans helpt het niet. Wat dan Ja, maestro, toen ik ten einde raad was, heb ik van uwe reputatie gebruik gemaakt en mijne schuldeischers gezegd, dat Gij voor mij een nieuwe opera zoudt componeeren, waarvan het succes on metelijk en de opbrengst ruim voldoende zou zijn om alle schulden, zelfs met den interest, af te lossen. En wat zei men daarvan Aanvankelijk geloofde men mij niet en vroeg of het libretto al gekozen en gereed was. Ik haalde daarop de *Zauberfiote4 voor den dag, las hun de voornaamste deelen er uit voor en vroeg of zij met deze nieuwe opera, welke zoo geheel van de oude afwijkt, zich konden vereenigen. Zij betuigden mij hunne tevredenheid, en daar zij toch ook wisten, dat, waar niets te halen is, de keizer zijn recht verliest, kreeg ik een halfjaar uitstel. Alles hangt dus van u af, mijn waarde Mozart. Mozart glimlachte en zeide op guiti- gen toon: >Schikaneder, gij zijt en blijtt altijd dezelfde zonderling. Reeds meer malen heb ik u aangeraden het leven zooals dat bij Bach vaak geschiedt, aan prijkt, merkt men in de modulatien het £)e geheimzinnige Boodschapper, het oor ontsnaüt. streven van den meester om nieuwe Wel, wel, Schikaneder, wie zou achter banen te bewandelen. Jammer, dat eenige Na een gloeien ee en Ju 1 ag za u nog zulke philosofische beschouwingen maanden later reeds zijn kostbaar leven Mozart tegen e gezocht hebben. Laat ons echter aan ten einde spoedde en hij niet in de ge- hijgend naar den legenheid was te toonen, welke nieuwe geopende venster zijner werkkamer Met gezocht dat muzikaal gesnap een einde maken. Ik begin misschien reeds morgen aan de compositie en geef u volkomen vrij heid nu en dan de reeds afgewerkte stukken te komen inzien en beoordeelen. Schikaneder, begrijpende dat zijn tijd om te vertrekken gekomen was, daar de muzenzoon nu eens begon te neuriën, dan weer een accoord op de piano aan sloeg, of met de hand eenige gestes in de lucht maakte, groette allerhartelijkst en vertrok. Nauwelijks was Mozart weer aan zich zeiven overgelaten, of hij zette zich aan tafel, rangschikte in goede volgorde de partituren van het groot aantal dansen, die hij gedurende de wintermaanden gecomponeerd had, om vervolgens de laatste hand te leggen aan het kwintet in mi-bè-mol voor strijkinstrumenten. Nog was hij hiermede niet klaar, toen Constancia, die er lijdende en zwak uit zag, binnentrad en hem vroeg of hij nu zijn sollicitatie naar de betrekking van kapelmeester aan de Sint Stephanuskerk al in zee had gestuurd. Nog niet, Constancia, riep hij eenigs- zins verlegen, doch thans zal van uitstel geen afstel komen. Hij nam pen en papier en richtte aan het stadsbestuur van Weenen, waaraan deze benoeming behoorde, den volgenden brief: Weenen, 5 Mei 1791. Aan de Magistraten van Weenen. >Reeds gedurende de ziekte van M. Hoffmann, kapelmeester der Sint Ste phanuskerk, was ik zoo vrij naar die betrekking te solliciteeren. Mijn talent, miine compositiën, die in het buitenland zelfs bekend zijn, gaven mij daartoe, meende ik, het recht. Wijl ik daaren boven als kamercomponist aan het Kei zerlijke Hof verbonden ben, hoopte ik van U die betrekking te krijgen. Nu echter M. Hoffmann weder gezond is geworden, moet hij natuurlijk dien post blijven behouden, maar toch zou het plannen in zijn brein tot rijpheid kwamen, 'klamme hand streek hij over het bran- Als men dit bedenkt, ligt er geen over- dende voorhoofd en wachtte tevergeefs drijving in de bewering, dat de vroeg- op een koelen luchtstroom, die zijn be- tndige dood van Mozart het grootste klemden boezem zou kunnen verfris- verlies is, dat de muzikale wereld ooit schen. De hemel, die al geruimen tijd geleden heeft. Even schoon en diep ge- van onweer zwanger was, werd steeds voeld, doch grooter van omvang dan het dreigender, terwijl, ondanks het reeds »Ave Verum" was de cantate: >Die ihr gevorderde uur, de hitte en de stilte nog das Unermesslichen", die hij kort daarop toenamen. Een oogverblmdende bliksem- schreef. Wat toch kan vergeleken wor- straal, onmiddellijk gevolgd door een den bij het prachtige recitative in den ratelenden donderslagH ln/ht m aanvang van dat werk, waarin alle men- deed rinkelen, doorkl^f^ ^e u schen, welken naam zij aan hun God weldra raakten de elementen »nberoe ook geven, opgewekt worden te luisteren ring. Mozart haastte zich het raam necr naar de Menschen van den Eeuwigen", te schuiven keek even naar beneden ook eens van den ernstigen kant te goed zijn, zoo iemand hem op zijn ouden Het daarop volgende andante, waarin de reinste menschenliefde gepredikt en allen worden aangespoord elkander als broeders te beminnen, is van volmaakte schoonheid En welk een kracht en verontwaardi ging drukt het allegro uit, waarin de menschen aangemaand worden elkander niet langer met het moordend lood te vernietigen en de zwaarden en sabels tot sikkels om te smeden. Luistert de mensen naar deze vermaning, is hij wijs, leeft hij met zijnen broeder in vrede en eensgezindheid, dan zal Gods blik met welgevallen op hem rusten, en het ware geluk des levens hier bereikt zijn. Een jubelender en tegelijk verheffender slot dan dat van deze Cantate, zal men moeielijk in de muzieklitter atuur vinden. Op het eerste gezicht lijkt de muziek dezer Cantate heel eenvoudig, doch als men er zich toe zet om ze uit te voeren, komt men van lieverleden tot het besef hoe moeielijk het is, die als het ware gewijde melodieën, tot haar waarde te brengen. Dit is alleen mogelijk bij hen, die aan eene volmaakte zangkunst een diep gevoel paren dus artistiek ontwik keld zijn. Nauwelijks was dit werk voltooid, of Mozart nam het libretto der Zauberflöte ter hand, leerde geheele passages er van uit het hoofd om ze vervolgens op muziek te brengen. op de ledige straat. Plotseling stond hij stil van schrik. Een lang en statig in een donker grijs costuum gekleed man, met lijkkleurig gelaat, waarvan de was gele kleur door de zwarte haren, die het omlijstten en de helle donkere oogen, te beter uitkwam, stond vóór zijne wo ning, zag naar boven en beduidde om binnengelaten te worden. Huiverend over al zijn leden snelde Mozart naar beneden, opende de deur en verzocht den vreem deling hem naar zijn werkkamer te volgen. Binnengekomen, nam de vreemdeling aanstonds plaats bij de tafel en over handigde, na enkele korte plichtplegin gen, Mozart een verzegelden brief, die zoo spoedig mogelijk, liefst op staanden voet, gelezen en beantwoord moest wor den. De holle stem van den bezoeker jaagde mede den kunstenaar een rilling door de leden. Inmiddels was het onweder met ver dubbelde woede losgebroken. Het heel al stond soms verscheidene seconden achtereen in vuur en vlam, terwijl de donderslagen als een snelvuur van kanon schoten elkander opvolgden en de enorme als Haydn dat deed, in directe gemeen schap met den Allerhoogsten. Thans, nu hij de doodenmis ging ma ken, die hij beschouwde als een acte van boetedoening, werd hij nog meer van godsdienstige gevoelens doordrongen. Hij kon echter niet uitsluitend aan het Requiem zijn tijd wijden, want ook de Zauberflöte moest voltooid worden. Daarbij zou hij waarschijnlijk ook de opera moeten componeeren, die uitge voerd zou worden bij gelegenheid van de kroning van keizer Leopold tot koning van Bohemen. Werken, werken en nogmaals werken was dus thans, meer dan ooit het wacht woord. Een paar weken later stond de ge heimzinnige vreemdeling weer op den vloer om naar de vorderingen van het Requiem te informeeren. Mozart speelde hem de reeds afgewerkte deelen voor, waarover de boodschapper hoogst vol daan was. Bij zijn heengaan overhandigde hij den meester vijftig dukaten en be loofde hem nog een gelijk bedrag, zoodra het werk voltooid was. Pas was de bezoeker verdwenen, of de post bracht een grooten verzegelden brief van den secretaris der staten van Bohemen. Mozart werd nu definitief uit- genoodigd tegen een vergoeding van twee honderd ducaten, een groote feest opera te componeeren, die in het begin der maand September in den grooten schouwburg te Praag ten tooneele zou gaan. (Slot volgt.) Al reizende ontmoet men vele menschen en spreekt men over allerlei. Vooral in een tram, die niet zoo vreeselijk vlug is, en waarin het nog al gezellig toegaat, wordt veel gepraat. Onlangs zat ik naast een suikerbietencontractant, "een peeën-agent, zegt men iu de streek, waar ik door reed, met wien ik volgende gesprek had. „Wel", zei ik, toen de man al heil gauw had laten hooren, wat zijn professie was, „wel zouden er dit jaar nog al veel bieten gezaaid wor den en kunt ge uw aandeel nog al krijgend Dat zal nog al gaan dit jaar, mijnheer, wij hadden gedacht, dit bij den lagen sui- k< rorijs, de fabrikanten niet zooveel zouden geboden hebben, doch 1.10.25 voor I I /0 massa hagelsteenen, die begon te val- jat gaat nogal. Er zijn len, alle ruiten dreigden te verbrijzelem - suiker mjken en De duisternis vel-eaMozart, boeren, 0/ f lamp aan en schokte opnieuw, toen hij als bij toeval den boodschapper aan blikte. voor elk tiende °/o e™ dubbeltje, en ik ken er, die bij een hoog suikergehalte toch wiijgen

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 5