Nummer 64
Zondag 12 Augustus L906,
29e Jaargang,
Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
■waarin opgenomen DE NOORD BR ABANTSCHE POST.
Eerste Blad.
Krachtkèrels
AN TO ON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
Alg. Ned. Bond van
Schoenfabrikanten.
FEUILLETON.
I T G E v E li
1 oo.
BKSSeSBKi^3Hn£>u*-J
Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f Ü.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
W A A L W IJ K. Telefoonnummer 38.
Advkrtbntikn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden '2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
In de zaal der Nieuwe Koninklijke
Harmonie werd daarna de hoofdbestuurs-
vergadering gehouden.
1 De notulen der vorige hoofdbe
stuursvergadering werden door den heer
Leo Groenen voorgelezen en goedge
keurd.
2 Als plaats waar de Hoofdbestuurs
vergadering wordt gehouden met eene
lezing en welke dan eene algemeene
vergadering wordt werd gekozen Tilburg.
3 De afdeelingen Waalwijk, Oisterwijk
en Kaatsheuvel zullen elk een lid aan
wijzen om de rekening na tezien.
Daarna werden nog even besproken
de agenda der alg. vergadering, welke
wij hieronder toch weergeven en be
sloten de algemeene vergadering voor
te stellen lid te worden van den Bond
van Industrieelen en Handelslieden om
tot oprichting van een Raad van Han
del en Nijverheid te komen. Verder was
nog ingekomen een verzoek van de af-
deeling Kaatsheuvel, om vanuit den
Bond een request te willen doen uit
gaan aan de betrokken autoriteiten in
verband met het feit, dat vele hand-
werkfabrikanten, ingelicht door den in
specteur, de meening waren toegedaan,
dat zij zich niet behoefden op te geven en
bij te dragen voor de ongevallenwet, zij
hebben dit ook niet gedaan en nu heb
ben ze een aanschrijving gekregen om
alles bij te betalen en eene boete
bovendien.
De afdeeling vraagt nu een adres te
richten, om den minister te verzoeken
van een en ander te worden vrijgesteld.
Aangenomen.
Daarna wordt de hoofdbestuursvergade-
13)
Romau van de Zee
door
JOS. SCHELLEKENS.
III.
Tom en Haakon volgen ds dame, die er
in haar katoenen sarong en witte kabaja
heel eenvoudig uitziet, maar bij wie die
eenvoudige kleeding toch niet de beschaafde
en aristocratische persoonlijkheid mankeert.
Tom ziet zijn tnooie nicht met voldoening
aan. Het is hem aangenaam, Haakon in deze
omgeving te kunnen brengen.
En Haakon deuktDie Torn moet toch
wel van eeu deftigeu komaf zijn, dat hij er
zoo'n voorname familie op nahoudt. Nadat
beiden op de gemakkelijke zetels in de Yoor
galerij zijn gezeten, die er met haar wit
marmeren colonnades en weelderige plant-
versiering seer fijn en voornaam uitziet,
schelt mevrouw een zwarte, vrouwelijke be
diende. Deze brengt een vcrfrisschenden
drank. Spoedig is het drietal in een levendig
gesprek gewikkeld. Met de grootste belang
stelling volgt mevrouw hetgeen Haakon van
zijn goede pleegouders vertelt, te meer, wijl
ook zij dV familie Van Holland kent. Daar
hooren ze een rijtuigje ratelen. En, terwijl
mevrouw verrast uitroept: „Hé, daar is mijn
man al ziet Haakon een heer uit het
lichte wagentje springen, die, nadat hij de
teugels een bruinen bediende heeft toege
worpen, met vluggen tred de voorgalerij
binnenkomt.
ring gesloten.
Eene korte pauze volgde, en spoedig
werd de algemeene vergadering die goed
was bezocht, door den voorzitter geopend.
M. H. Ik open deze vergadering en
kan deze gelegenheid niet laten voor
bijgaan, zonder een enkel wöord van
dank te richten aan de Tilburgsche fa-
brikanten-vereeniging. Hedenmorgen wer
den wij ontvangen in de Ambachts- en
Industrieschool, daar heeft den heer
Manaerts een hartelijk woord gesproken,
welk ik namens U allen heb beantwoord
wij zien overal meer belangstelling in
den bond, overal meer steun en waar
deering van ons streven. Dan rest mij
nog een plicht, om den directeur dier
school, den heer Steinman een hartelijk
woord van dank te brengen voor het
prachtige arrangement der ingezonden
patronen en schoenen iedereen zal dat
op de tentoonstelling bewonderd hebben.
Er is besloten ditmaal geene lezing te
geven eene kleine verhandeling echter
krijgen we over 't informatie-wezen de
heer van de Graaff is verhinderd zelf te
komen, maar heeft zijn secretaris den
heer Wenting gezonden, wien ik bij deze
't woord verleen
Deze begon met eene bespreking van
den oorsprong, de ontwikkeling en den
tegenwoordigen toestand van het intorma-
tiewezen, dat zijn onstaan te danken
heeft in Engeland en spoedig daarop in
Amerika tot eene hooge vlucht kwam.
In laatstgenoemd werelddeel zijn slechts
twee bureaux, die dezen tak in hoofdzaak
beheerschen. terwijl in Europa de in
stellingen bijna ontelbaar zijnvelen
dezer laatste getuigen echter van weinig
vakkennis, waarover in den breede werd
uitgeweid. Het bureau Van der Graaff en
Co. werdt echter beschreven als eene
ideaal-inrichting, wat zijn oorsprong
zoude hebben door het deskundig onder
zoek ter plaatse door den oprichter in
eigen persoon. Na een woord van dank
door den voorzitter, vroeg en verkreeg de
heer Jansen het woord en meende in
allen ernst te mogen opkomen tegen de
bewering van vorigen spreker, wanneer
„Kijk eens hier, wie er is, Piet", zegt
mevrouw.
„Wel Tom, ben jij het 1" En, terwijl hij
eenigszins voornaam, maar toch heel vrien
delijk zijn neef begroet, wrpl hij een vra-
genden blik op Haakon, die inmiddels is
opgestaan en nu door Tom aan diens neef
wordt voorgesteld.
Iloewal de heer des huizes er in zijn wit
baardje en wit-katoenen broek eveueens een
voudig uitziet, is het ook hem aan te zien,
dat hij een deftige, Indische ambtenaar is.
Mevrouw noodigt beide hare gasten op
de rijsttafel. Tom, die van een Indische
tafel een dolle liefhebber is, neemt het heel
gaarne aan, en Haakon doet beleefdheids
halve hetzelfde Tom, die weet, dat Haakon
dolgraag de woning in haar geheel wenscht
te zien, verzoekt zijne nicht dm jongen even
rond te leiden. Volgaarne voldoet mevrouw
hieraan.
Achtereenvolgens worden nu de binnen-
galerij met haar beide veranda's bekeken,
de achtergalerij, de slaapvertrekken, die aan
weerszijden van het middei stuk liggen de
badkamer, met haar mystiek licht en de
bijgebouwen. Ilaakon beschouwt alles met
de levendigste oelangstelling. Met verbazing
ziet hij de fijne, marmeren vloeren, waarover
licht gekleurde matten, de rijke brmeubi-
leering der verschillende (ertrekkeu, korlom
alles, wat hem zoo bijzonder nieuw is.
Iumiddels is de rijsttatel aangezet. Met
goeden eetlust wordt de rijst met kerrie
(groengele saus) gegeten, de dendeng gedroog
de stukjes vleesch, stukjes kippenlever en
spaanschen peper, drijvende in den sambal
een soort olie, gebraden reepjes van
do onderhuid van een buffel (kroepoek) enz.
Kan het Haakon aanvankelijk niet zoo goed
smaken als Tom, die als een echte gast-
ronaam zich te goed doet, langzamerhand
deze zoo hoog ophief over de goede
hoedanigheden van zijn bureauhij
meende dat de informaties aldaar inge
wonnen volstrekt niet onfeilbaar waren
en dikwijls kant noch wal raakten en
stelde liever voor dat de verschillende
afdeelingen zich wederzijds met hare
informaties hielpen.
Hij raadde aan ook eens bij anderen,
b. v. bij Schimmelpfeng te informeeren,
daar hem bekend is dat personen worden
aangesteld, die de meest averechtsche
handelsinformaties gev°n, waardoor het
crediet wordt ontnomen en de kroon
van iemands hoofdgerukt.
De heer Wenting antwoordt hierop,
dat een informatiebureau niet onfeilbaar
is 't is niet wijs van een fabrikant om
alleen op een informatie-bureau af te
gaan, 't is een hulpmiddel bij andere in
lichtingen, die men ingewonnen heeft
om inlichtingen te krijgen, moet men
correspondenten hebben, en dat is de
groote moeilijkheid, om juist de goede
te treffen. Wanneer hier in Tilburg een
niet volkomen, vertrouwbaar persoon is,
is het uwe plicht daarop te wijzen, en
het bureau te helpen.
De VoorzitterOok mijn persoon
lijke meening is het dat een informatie
bureau zelf de geschikte personen op
zoekt, dat kunnen wij niet doen, ik her
haal het dat is hare eigen plicht, waarop
wij moeten kunnen afgaan, want als we
de personen zelf kennen hebben we geen
informatieen noodig. Juist daarom zijn
we met den bond bij de Graaff gegaan,
omdat de firma dan van de schoen
branche speciaal werk kon maken, wij
moeten er van verzekerd zijn, dat zij
aanstelt personen te goeder naam en
faam bekend en goed ingelicht.
De heer Jansen. Wat U zegt, beoogde
ik ook te zeggen, dat is ook duidelijk
als een informatie-bureau bij ons aan
klopt, zullen we 't wel degelijk helpen.
De heer Wenting. Wij zullen zoo dit
kan zeer gaarne de eventueele hulp van
uw bestuur bij informaties aanvaarden.
t. Voorlezing Notulen.
Deze werden zonder aanmerking en met
een woord van dank aangenomen.
3. Verslag 1905/06.
Dit uilstekeDd in elkander gezet jaar
overzicht dé»len we in het volgend nummer
in zijn geheel mede.
4 Rekening en verantwoording idem.
Rekening over het 5de boekjaar 1 Juli
1904 80 Juni 1905.
ONTVANGSTEN
contributie van donateurs en leden f 339.29
UITGAVEN
nadeelig saldo op 1 Juli 1904 f 105.52
kosten der congres-vergadering te
Druilen en commissie-vergaderingen 61.25
drukkosten van het Maandblad
(na aftrek inkomsten advertenties) 125.
boeken en drukwerken 29.25
bureaukosten en porto's 31 37
totaal inkomsten
uitgaven
f352.39
339.29
nadeelig saldo op 30 Ju-'i 1905 f 13.10
5. Begrooting voor 1906/1907.
INKOMSTEN
Bal it? s.luu
f 154.67
nog in ie vorderen advcrteniie« 180
con'rib itie
300.—
advertentiën
500—
f 1134.67
UITGAVEN:
Vakblad
375
Drukwerken
75.
Schoenen uit Transvaal
Bureau- en Reiskosten
150.
Prijsvragen
300.-
bijdrage aan den Raad van
Handel en
Nijverheid.
25
bijdrage Bureau Haudelsinlichtingen
Pretoria
25.—
Kosten vergaderingen
50
Onvoorziene Uitgaveu
25.—
f1125.—
begint hij toch ook smaak in de Indische
«pijzen te. krijgen, zoodat beiden ten «lotte
hoogst voldaan over dit bezoek per spoor
naar Tandjong Priok terugkeeren.
IV.
„Wat blijft er toch lang tijding uit van
Haakon Zijn laatsten brief ontvingen we
uit Port Saëd".
„De jongen zal niet eerder kunnen schrij
ven dan, wanneer hij te Batavia is".
„Ik kan me soms toch zoo ongerust ma
ken, Frits. Hadden we hem maar hier ge
houden
„Dat ging immers niet, Marie.
En waarover zou je alles nu zoo ongerust
maken? Dc reis i» imrajrs tot heden voor
spoedig geweest. En we zijn in het goede
seizoen. Misschien brengt de post zoo dade
lijk nog tijdir.g".
En werkelijk, de post bracht een brief
van Haakon uit Colombo op Ceylon.
Te jongen maakte hierin natuurlijk mel
ding van den storm, dien hij in den Indi-
schen Oceaan beleefd had.
Doch dit nieuws besloeg slechts enkele
regels. De re«t van den brief was bijna ge
heel gewijd aan een enthousiastische beschrij
ving van het schoone eiland, dat hij be
zocht had.
Mevrouw leest hem met vochtige oogen.
Hoewel ze aangenaam getroffen is door
den hartelijken toon van Haakons schrijven
en schik heeft in diens enthousiasme voor
natuurschoon, dat zij als een grondslag van
goede karaktervorming beschouwt, voelt ze
zich toch ten zeerste geschokt door, die
enkele regels, waarin de jongen van dien
storm spreekt.
„Zie je wel, Frits, dat er ook wel in
dezen tijd gevaarlijke stormen op zee zijn
Waarschijnlijk batig slot 9.67
6. Voorstel om de contributie van alle
fabriekanten die met krachtwerkingen wer
ken te brengen op f 2.50 en besprekiug
kosten maandblad.
De VoorzitterDe meeste fabrikanten
die met krachtwerkluigen werken, betalen
reeds f2.50 enkele echt er niet, die slcchis
fl.en zij hebben evengoed alle voor-
deelen, b.v. dat ze maar f 7 voor de on
gevallenwet betalen en vroeger f IÜ.G7.
Daarom stelt het bestuur de contributie
voor hen te brengen op f 2.50.
Aangenomen.
7. Bij acclamatie herkozen tot leden
van het hoofdbestuur, de heer Groenen en
Oosterholt Wiegerink.
9. Aanwijziging der gemeente voor de
algemeeue vergadering in 1907.
De Voorzitter: Nu we overal geweeat
zijn, wilde Dongen aan Waalwijk, waar de
president woont, de eer geven om 't eerst
vergadering te hebben maar aangezien het
nog zoo kort geleden is, dut Waalwijk de
eer had zou ik durveu voorstellen, weer met
Dongen te beginnen, waaraan wij nog zulke
aangename herrinneringen hebben.
Aangenomen.
9. Ingekomen stukken.
De Voorzitter. Er is ingekomen eenecircu
laire van den Alg. Ned. Bond van Indu
striëlen en Handelslieden gevestigd te Rot
terdam, beocgendevooruitgang van Handel
en industriedeze bond is van plau thans
"erder te gaan en te komen tot een raad
van handel en nijverheid, waarvan de leden
worden benoemd als volgt een gedeelte
door den miuisters van Hsndel en Nijverheid
en binnenlandsche zaken, een gedeelte door
de Kamers van Koophandel en een gedeplte
door de kon. goedgekeurde handefs-vereeni -
gingen. Deze raad houdt altijd voeling
met de regeering personen van eiken tak
van industrie hebben er zitting in, onder
ling kunnen daar de belangen besproken
en kunnen voorstellen worden gedaan. Het
komt mij voor, dat het op ouzen weg ligt ons
daarbij aan te sluiten en 't bestuur is 't
hierin volkomen met mij eens ik stel dus
voor 't bestuur te machtigen te handelen,
zooals wij 't in het belang van den Bond 't
beste achten. De kosten zijn van
100—-200 leden f 12,50.
100—500 f 25,—.
Onze bond telt 193 leden, dus dan zou 't
Nu ik dit gelezen heb, heb ik haast geen
cogenblik rust meer".
„Maar Marie, hoe heb ik 't nu met je
Jij, die uit een oude zeemansfamilie atstamt
mankt je over zoo'n kleinigheid zoo bezorgd
Kom, wees toch wijzer 1 Natuurlijk, het
zeemansberoep is en blijft altijd gevaarlijk,
maar 't behoort in den tegenwoordigen tijd
immers tot eene uitzooderiug, dat eeu goed
{.ebouwd schip met een kraan van een kapi
tein er op, vergaat! Bovendien, Haakons lot
is in de handen van God. Wij kunnen niets
beters doen, dan dezen in onze gebeden te
vragen, onzen jongen weer behouden thuis
te voeren".
Mevrouw ziet haar man eenigszins ver
wonderd aan. Zij is van hem, die als welen-
schappelijk man meende te staan boven deze
denkbeelden, dergelijke taal niet gewoon.
„Wat moet hij toch ook veel van den
jongen houden", denkt at „dat hij, ten
spijt van zijne gods ienstige idecen, thans
de Voorzienigheid ter hulpe wil roepen".
„Wel Frits", zoo merkt ze na eenige
oogeublikken op, „wat ban je ten opzichte
van je religieuze denkbeelden veranderd in
'en laatsten tijd! Heb je soms iets onder
vonden, dat je in dezen tot nadenken heeft
gestemd
„Nee, dat nu jui-t niet, tenminste in
mijn practijk niet, doch ik heb veel nage
dacht over den wonderlijken samenloop van
omstundighedea, dat wij juist in Haakon
onzen Ant on moesten terugvinden en dan
nog wel op zoo'n treffende wijze Ik weel,
dat je, als vertrouwvolle geloovige steeds
hierom gebeden hebt. Ik moet hierin nu
wei den vinger Gods erkennen".
Het verheugt mevrouw meer dan ze in
woorden kan en wil uitdrukken, dat h.ar
man zooveel kracht ziet in een goed gebed.
In haar overigens iu-gelukkig huwelijksleven
was juist de wondeplek, dat haar man veel
al zoo onverschillig stond tegenover zijn
godsdienst.
Als zij zich dan ook ter ruste begeeft, is
haar gebed een dankgebed voor dezen haar
zoo innig verheugenden ommekeer en smeekt
zij den Vader van alle leven voor het be
houd van haar pleegzoon.
Den volgenden dag is het zeer ruw weer.
Het woest-bruisen van de branding is dui
delijk te hooren in de dokterswoning, welke
niet ver van het strand afstaat.
De dokter is reeds vreeg uitgereden tot
bezoek zijner patiënten, zoodat mevrouw,
na het schoolgaan der beide meisjes, geheel
alleeh in huis is.
De wind steekt hoe langer hoe meer op.
Met woedende stoolen buldert hij om het
huis heen. De zee zingt in nog hooger en
wilder toonaard haar stormlied. Kloaip-
geklapper van menschel), die met haastigen
tred zich naar de werf spoeden, ter wijl hunne
luide stemmen hoog-schrl wegtrillen in de
bewogen luchten weerklinkt voorbij het huis.
Daar wordt de stormklok geluid. Hear
lange, doffe Blagen zweven, oproepend de
hulp voor arme schipbreukelingen, over het
zeedorp heen.
Mevrouw, die heel den morgen reeds zoo
nerveus i», luistert doodsbleek cn met tril
lende lippen naar dit onheilspellende klok-
geklaag. Zij moet zich aan de tafel vast
grijpen, wil zij niet vallen.
„Mijn God, al weer een storm 1
Al weer een schipbreuk
En, als voldoet zij aan eene plotseling
opkomende gedachte, vliegt zij, na met
kracht haar duizeling te hebben overwonnen,
naar boven om daar door een veDster aan
de zeezijde de zee te beschouwen.
(Wordt vervolgd.)