Nummer 68 Zondag 26 Augustus 1606 29e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ■waarin opgenomen DE NOOHDBHABANTSCHE POST. Eerste Blad. Krachtkèrels. landbouw" Het Kiesrecht voor Vrouwen, ANTOON TIELEN, Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen FEUILLETON. U i t gever: 16) De Echo van het Zuiden WaiilwijliSflio (ii liMiptraatsclie Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 3 maanden f0.~5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. W A A L W IJ K. Telefoonnummer 38. Advkrtbntiên 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Adverteutiëu 3maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. In onze artikelenreeks over het Kies- rechtvraagstuk hebben we aldus onze meening omtrent het kiesrecht voor vrouwen geformuleerd Geeft den vrou wen, met uitzondering van dezelfde cate- goriën als bij de mannen, wèl het actieve kiesrecht, doch niet het passieve, m.a.w. stel haar daarnevens niet verkiesbaar voor de openbare bestuurslichamen. Voor dit laatste achten wij den tijd nog niet aangebroken. Merkwaardig is het nu wel, om eens na te gaan, wat omtrent het kiesrecht voor vrouwen is opgemerkt op het jongste vrouwencongres, gehouden te Kopen hagen. Dit congres werd geleid door mevrouw Chapman-Cath, die op eene onverstoorbare en rustige, kalmeerende wijze de zittingen presideerde. Op het congres waren vertegenwoor digd in hoofdzaak de Anglo-Germaansche landen. Van de Romaansche landen heeft alleen Italië zich bij den interna tionalen bond voor het vrouwenkiesrecht aangesloten. De Bond omvat de landen Australië, de Vereenigde Staten, Finland, Engeland, Noorwegen, Zweden, Rusland, Duitschland, Nederland, Hongarije, De nemarken en Italië. De vertegenwoordigster van de Au stralische vrouwen, welke op politiek gebied wel het verst gevorderd zijn, was mevrouw Madge .Donohoe. Deze dame verklaarde, dat men nergens een zoo aangenaam leven had en zooveel rech ten als in Australië. Daar was groote armoede, een leven in ellende onbekend en de vrouwen hadden er sinds lange jaren in zes van de zeven koloniën ge lijke politieke rechten als de mannen. Slechts in de kolonie Victoria hadden Roman van de Zee door JOS. SCHELLEKENS. de vrouwen nog niet het stemrecht voor haar eigen staatsparlement. De vrouwen, die het kiesrecht wel hebben, hebben reeds zoo ging mevrouw Madge Donohoe voort allerlei goede her vormingen tot stand gebracht, op het gebied van huwelijk, bet erfrecht, de zedelijkheid, de opvoeding, enz. In hoeverre dit juist is, kan in dit kort bestek niet besproken worden. Bekend is echter, dat in de meeste koloniën van Australië eene zuivere staatspensionnee- ring is, welke zoowel de vrouwen als de mannen omvat. Men mag echter niet uit 't oog ver liezen, dat de internationale Vrouwen bond", waartoe de nationale Australische bond behoort, niet op positief christe- lijken grondslag staat. Bovendien, be- hooren tot dezen algemeenen bond, die wel uit 7 a 8 millioen leden bestaat, hoofdzakelijk vrouwen uit de meer ge goede en ontwikkelde standen. Er rijzen hier dus voor ons twee gewichtige vragen n 1. lo Zouden wij wel met alles kunnen medegaan, wat daar door de Australische vrouwen, die het kiesrecht hebben verkregen, is hervormd. Het lijkt ons toe, dat we gerust wel wat sceptisch hier tegenover kunnen staan- En de 2e vraag is eveneens ge wettigd Waar de internationale bond voor vrouwenkiesrecht hoofdzakelijk be staat uit vrouwen uit de meer gegoede en ontwikkelde standen, zullen daar de hoofdstrevingen van dezen bond zich niet meer bewegen in politieke richting dan wel in een sociaal economische en dus niet zooveel presteeren voor de lotsverbetering der arbeidersvrouwen In het licht van deze twee vragen dient dan ook beschouwd te worden, hetgeen in dit artikel nog verder over bovenge noemd congres en het vrouwenkiesrecht gezegd wordt in Amerika hebben het de vrouwen nog niet zoo ver gebracht als in Au stralië. Daar bezitten zij slechts in vier van de vijt en veertig staten het vol ledige politieke kiesrecht. Dit komt vol gens de presidente, doordat iedere her vorming van eenigszins ingrijpenden V. aard in een der staten nog onderworpen moet worden aan een volkstemming, nadat zij door het parlement is aange nomen. Niemand is echter altijd vol gens mevrouw Chapman-Cath zoo tegen ingrijpende wijzigingen als de on ontwikkelde volksmassa. Nu is er een zeker gedeelte van het volk n.l. de drinkers en de zedelooze mannen, die vreezen, dat door de in voering van het algemeene kiesrecht, ook voor de vrouw, scherpere wettelijke bepalingen zijn te verwachten op die zaken, waarin zij hun vermaak vinden, en het is daarom, dat zij steeds hun stein verheffen' tegen het geven van be doelde recht aan de vrouwen. Tot zoo ver de voorzitster, 't Is maar gelukkig, dat het omgekeerde van elke stelling niet waar is, anders zou er op vele man nen-tegenstanders van het vrouwenkies recht een allertreurigst cachet gedrukt worden Op het congres waren drie Finsche vrouwen. Deze deelden mee dat daar thans vrouwen en mannen beiden op 25 jarigen leeftijd het actieve, zoowel als het passieve kiesrecht hadden. Daardoor kon Finland zoo deelden zij verder mede zich op politiek gebied vrij maken van den drukkenden invloed van het groote Rusland. Hare Engelsche zusters moeten echter nog heel wat strijd voeren, vóór zij het gewenschte recht zullen verkrijgen. Reeds 60 jaren strijden zij, doch men wilde het haar nog maar niet geven. «Dan moeten we een anderen weg op 1 merkte een der afgevaardigden op. Er is geen hervorming van het kiesrecht voor mannen tot stand gekomen zonder manifestaties op den openbaren weg en zonder straffen van manifestanten. Ook wij zoo ging die vurige pro pagandiste voort zullen het kiesrecht niet krijgen zonder hevig manifesteeren. Goedl laat ons optochten organiseeren, sprekers in de gevangenis geworpen worpen laat ons weigeren belasting te betalen!» «Dat is nog eens taallVindt u niet, waarde lezer en lezeressen IV. Kunnen wij tegenover de machtige reeders, die nu vaak zoo willekeurig mogelijk mét ons omspringen, een evengroote macht stellen, welke langs ordelijken en wettigen weg ver betering, zoowel in onze vak- als tcono- mische belangen tracht te brengen, dan zal ten siotte onze rechteloosheid wel ver anderen in een toestand van recht en be hoorlijke medezeggingsschap. Gelukkig is in den laatsteu tijd de toe stand wat beter geworden, vooral bij de visschersvloot. De nieuwe vissckersvaartuigen, die men tegenwoordig aanbouwt, zijn meestal stoom trawlers, ijzeren vaartuigen, die in elk geval zeewaardiger zijn dan die oude kasten. Maar, het wordt zachtjesaan tijd, dat ik opstap. Ik heb mijn jongens nog hfet een en ander mede te deelen, voor ze vertrekken. De kapitein neemt vriendelijk afscheid van zijn hartelijke gastvrouw, met het verzoek tocb vooral aau Haakon te schrijven, wie er bij zijne pleegouders is geweest. En mevrouw, die dit laatste natuurlijk met genoegen belooft, gaat Nel en Toos tegemoet, om dan gezamelijk den dokter tegen te wandendefen, die nog zijne ronde bij zijn patiënten doet. Nadat „De Hollander' zijne lading heeft gelost en de bemanning blijgestemd de thuisreis tegemoet ziet, komt plotseling het telegrafisch bevel, eene nieuwe lading in te nemen naar Melbourne, de hoofdplaats van de Australische kolonie Victoria. „'k Wou dat ze op de Mookerhei zaten,' zegt Tom, onstemd over deze overwachlte verlenging der reis. „Ze doen ook maar met ons, wat ze willen. En wat zal je pleegmoeder er wel van zeggen Haakon Je komt er, als 't goed gaat, minstens wel een hp.lf jtar later door thuis. „'t Spijt me geweldig voor m'n goede pleegmoederwat echter me zelf betreft, hoe ineer nieuwe landen ik zie, hoe liever'. „Nou, nieuws zul je genoeg zien, dat verzeker ik je. Maar voor mij en de overige bemanning, die reeds verschillende malen die reis gemaakt hebben, je herinnert je zeker nog wel die geschiedenis van de Carolinen is het bepaald een groote tegenvaller. Enfin, we moeten er ons maar in schikken, er zit nu eenmaal niets anders op.' Eenige dagen later vertrekt aan ook „De Hollander.' Hij vaart langs de kusten van Jata, om hier en daar nog enkele havens aan te doen. Te Soerabaja wordt een paar dagen vertoefd. Haakon, die met Tom wederom de stad mag bekijken, staat verbaasd over de schoon heid van deze plaats. Met bewondering beschouwt hij de ruime straten en de fraaie beplanting. De hoofdwijk SimpaDg ontlokt hem den uitroep„'t Is hier bijna nog mooier dan in Batavia „Ja, Soerabaja is werkelijk heel mooi. Sedert de wallen, welke vroeger de oude stad van de nieuwe scheidden zijn geslecht is Nieuw Soerabaja een der mooiste steden van Java geworden. Zie je daar dat heerlijk mooie gebouw „Ja wel.' „Nou, dat is het woonhuis van den resident.' „Wat een prachtige villa's staan hier Ik zou zeggen, dat ik zulke in Batavia nog niet eens gezien heb „Nou vergis je jezelf wel een beetje, Haakon. Die van mijn neef b.v. wa9 zeker zoo mooi als een van deze. Maar weet je, wat hier zoo eeuig is en den Nederlander aan zijn Amsterdam herinnert Dit open baar patk hier, dat er nog vrij wat weel deriger in plautengrooi uitziet, :an het Amsterdamsche Vondelpark Ben je wel eens in het Vondelpark geweest, Haakon „Ja, in de dagen, dat ik in Amsterdam was, voor „De Hollander' uitging. Ik heb er vaak met mijn pleegzusje Nel ingewan deld, 't zal nou nog wel een tijdje duren, voor ik er weer ben.' „Krijg je er verlangen naar „Iu den laatsten tijd weer meer dan toen we uit Batavia gingen. Wat zullen ze daar iu Holland dikwijls over me spreken 'k Wou wel eens om een hoekje kijken, wat ze allen deden, 'k Wed, dat Nel weer een brief aan me zit te schrijven.' „Kom, kom, Haakon, je moet er door heen. Het zeemansleven is nu eenmaal een leven van voortdurende en soms langdurige scheiding, 't Weet anders niet, deze reis kan mij ook maar half be~allen. Hoe het komt, dan ik me niet verklaren, 't is mij precies, of we niet gelukkig op deze reis zullen zijn Hsakon kijkt zijn oudereu vriend eenigs zins verwonderd van ter zijde aan. Zulke taal is hij vau Tom niet gewoon. Doch deze Dat ken wel haast een zij zijn, die u een of andere tijd ook nog eens in een hij veranderde 1 Doch scherts ter zijde, wij vreezen dat de Engelsche vrouwen er zoo niet zullen komen. En bovendien stelt u eene En gelsche miss voor die uit haar phlegma plotseling in zoo'n wilde betoogingsroes schiet 1 Waarlijk het zou een verlooche ning zijn van de nationale type l De Russische delegatie werd geleid door mevrouw Mirowitsch eene dame, van adelijke afkomst, thans journaliste. De andere dames, een fotografiste, een dokter in de medicijnen, de vrouw van een rechtsgeleerde en eene propegandiste behooren allen tot de vereeniging voor het handhaven en verdedigen van de rechten der vrouw, die 89 afdeelingen heeft in het groote rijk van woeling en onrust. Vele leden dier Russische vrouwenver- eeniging waren om hare politieke denk wijze lastig gevallen en uitgeweken. De meesten waren gehuwd en van burgelijke afkomst en opvoedingen niet socialistisch. Te begrijpen is, dat deze vrouwen gewoon als ze zijn aan ruwheid en bloe dige revolutie, haar doel zoeken te be reiken met krachtige middelen, noch krachtiger dan de Engelsche. Gunstig staken hiertegen af de Nederlandsche vrouwen. Deze meenden dat het beter is langs vreedzamen weg het doel te naderen. Zij hebben weten te verkrijgen dat het volgende congres in 1908 van April tot Mei te Amsterdam zal gehou den worden. Tot zoover de korte zin van de lange rede van het besproken congres. En nu nog even de vraag Hoe komt het toch, dat de vrouwenbeweging, ook die voor het kiesrecht, geheel los staat van de godsdienstige beginselen, tenmin ste over het algemeen genomen De schuld daarvan, zeggen we met H. L. in het K. S. W. van eenige der nummers van den 4en jaargang, ligt bij de christenvrouwen, die tegenover het vrouwen-vraagstuk even onverantwoor delijk handelen als velen hunner mannen tegenover 't arbeidersvraagstuk gelijk dezen zich met het arbeidersvraag- heeft zich weer geheel en al hersteld. Een lustig deuntje fluitende, wandelt hij naast den jongen van wien hij gedurende hun kort samenzijn veel is gaan houden, weer vroolijk verder. „We hebben geen tijd' zoo begint bij weer te spreken, „anders zou ik je ook hier het Chineesche kamp eens laten zien. Er wonen daar wel meer dan 8000 chinee- zen. De Maleiers hebben hier ook een eigen kamp, maar dat ziet er armoedig en vuil uit. Er is (laar echter een verbazend druk ke oesar of markt. Ook is nog een bijzonderheid hier in de omgeving het plaatsje Modjohedto, dat on geveer een uur of acht ten Z. W. van deze stad ligt. Daar kan men nog deiuineszien van Modjopsbit, een oude Javanusche dessa, die vroeger aan zee lei en thans wel 7 of 8 uren er vandaan. Zoo is het hier aange slibd.' Als Haakon aan boord terugkomt, moet hij onmiddelijk bij zijn oom in de kajuit komen, „Ik heb een telegram uit Holland ont vangen, Haakon Ze willen daar hebben, dat je terugkom» en dus niet meegaat naar Nieuw-HolUnd. Wat denk je daarvan?' „Is er dan iemand ziek, oom „Wel neen, maar mijn schoouzuster Marie heeft je liever thuis'. „Maar hoe moet dat dan Ous schip gaat toch door „Wel zeker, tcch willen ze hebben, dat ik je hier achterlaat. Een vriend van mijn broer, die hier in Soerabaja als officier van gezondheid in garnizoen ligt, zou dan verder voor je zorgen. Dezer dagen moet hij toch naar Batavia hij is overgeplaatst hij zou je dan meenemen en daar op den mail boot zetten'. Iliakon weet niet, wat hij op dit alles stuk vaak eerst gingen bemoeien, toen het socialisme alom reeds doorgedrongen, zoo zijn ook de christenvrouwen helaas, zich pas bewust gaan worden, dat er een ernstig vrouwenvraagstuk bestaat, toen zij opgeschrikt werden door de buiten sporigheden van een neutraal, d. w. fei telijk doorgaans zeggen ongodsdienstig, indien al niet anti godsdienstig fenimisme. De ernstige verantwoordelijkheid voor dat diep-betreurenswaardige feit rust op hen, die aldoor maar feminisme, zoowel het sociaal-economische, als politieke, bestreden, maar het vrouwenvraagstuk niet zagen, of althans er niets van be grepen. Gelukkig wordt ook dit anders. Ook onze vrouwen beginnen iets te gevoelen voor de belangrijkheid van het vraag stuk. In Duitschland bestaat reeds een vrij machtige katholieke-vrouwenvereeni- ging. Ook hier moet het dien weg op. Wij moeten tegenover het neutrale fe minisme een katholiek, een christelijk feminisme plaatsen, dat ook de politieke strooming in eene goede bedding leidt. Mooie Ontginningen. „De ontginningen in Nederland en B? Igic der Levensverzekering Maatschappij „Utrecht' is de titel van een boekje dat ons dezer dagen in handen kwam en dat we met groot genoegen hebben gelezen, ten eersten om den prettigen vorm, waarin het is ge schreven, maar bovenal om den boogst be langrijken en belangwekkende» inhoud. Het landgoed „de Utrecht' is gelegen in een uitgestrekte heidevlakte, welke een deel uitmaakt van de Belgisch- Hollandsche Kempen. Deze heide strekt zich uil tusschen Ililvarenbcek, Poppel, Weelde, Kavels, Turn hout, Arendonck, Reuzel en Mierde. In 1898 werd de Levensverzekering-Maatschappij „Utrecht' hier eigenaar van 700 11. A. heide, welke bezit zich langzamerhand door aankoop uitbreidde, zuodat zij thans, in 1906, reeds 1415 II. A. in eigendom heeft. De ontginning en de exploitatie werd op gedragen aan de Nederlandsche Heidemaal- zeggen moet. Hij slaat in een zwaren twee strijd. Volgaarne zou hij de familie in Hol land weer eens willen zien en spreken, maar bijna eveu gaarne verlangt hij de nieuwe streken te zien, waarheen de reis is, vooral in gezelschap van Tom, aan wien hij om diens hartelijke mededeelzaamheid zeer gehecht is. Nog altijd staat hij dan ook in gepeins verzonken. Zijn oom, die hem glimlachend aanziet en wel bemerkt, dat de jongen tusschen twee genegenheden staat, welke hem beide even sterk aantrekken, zegt eindelijk „Sta maar niet laDger te denken, Haakon. Ik heb al teruggetelegropheerd, dat dit eenvou dig niet gaat; dat ik je niet kwijt wil zijn en dat het voor je vorming als zeeman van groot belang is, dat ge deze reis meemaakt'. Nog niet recht wetende, wat het beste is, helt de jongen toch meer over naar wat zijn zeemanshart wenscht dan naar wat de pleegzoon verlangt. Hij voelt wel, dat hij hiermede zijn goede pleegmoeder zeer be droeven zal, doch de liefde voor de zee is hem te machtig. Hij bedankt dan ook zijn oom voor het gezonden antwoord en zegt dat hij toch maar liever mee doorvaart. „Dat heb ik ook wel gedacht', zegl deze, „maar schrijf nu eerst nog een brief naar Holland, dan heb' en ze tenminste iets van je.' Eu Ilaakon tracht in dit schrijven neer te leggen al de liefde, die hij voor zijn nieuwe familie gevoelt, maar uit daarnaast ook zijn groote liefde voor de zee en wat deze aan zijn jong zeemanshart aanbiedt, zoodat ook in dezen brief de jonge zeeman spreekt boven den pleegzoon. De Hollander zet nu ziju reis voort. Met gunstig weer wordt er langs de kleine Soenda-cilanden gestoomd en komt men in de Alfoeren-zee. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 1