Nummer 69
Donderdag 30 Augustus 1906.
k29e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
■waarin opgenomen DE NOORDBRABANTSCHE POST.
Krach ktèr els.
ANTOON TIELEN,
Uitgevkk:
BUITENLAND.
Rusland.
Engeland.
FEUILLETON.
Afrika.
Chili.
De Echo van het Zuiden.
Waalwijksclif en Laiigstraatsche Courant,
w^——
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden fU.~5.
Franco per post door het geheèle rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden
Uitgever.
aan
den
WAALWIJK. Telefoonnummer 38.
Advkrtbntlën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden '2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels eD
advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordcelige contracteu
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
Aanslag op minister Stoiipin.
Ouder de meest tragische omstaudigheden
is Zaterdagmiddag een aanslag gepleegd op
den tegenwoordigen Russischen minister
president Stoiipin. Vier revolutionnairen,
verkleed als aanzienlijke gasten, zijn in een
rijtuig naar Stoiipin'» buitenverblijf gereden
op het Plantentuin-eiland, Aptekarski Ostrof,
beuoorden bet Petersburg-eiland, waarop dc
Petrus en Paulusvesting zich bevindt. Stoiipin
gaf een receptie en zij zouden daar dus
behalve den premier, die gestraft moest
worden voor de ontbinding der Doema en
de bekrachtigde doodvonnissen der muiters,
een uitgelezen gezelschap slachtoffers vinden
En niettegenstaande de helsche machine te
vroeg is ontploft misschien werd hun
het binnendringen verder dan de portiers-
kamer belet en viel daarbij de bom is
de uitwerking verschrikkelijk geweest.
Het Petersburgsche Telegraafageutscbap
meldt, dat om vier uur vier in een huur
rijtuig gezeten personer, van wie twee in
burgerfcleeding en twee gekleed in buiten-
landsche uniform, voor het huis van Stoiipin
stil hielden. Zij betraden de kamer van den
portier, waar een hunner bij toeval een bom
liet rallen. De bom ontplofte onmiddellijk
met buitengewone kracht. De in een naburig
vertrek zich bevindende generaal-majoor
Samjatin werd gedood, evenals de hofmeester
Woronin, wieu bet hoofd van de romp werd
gescheideu. De portier en alle in de portiers
kamer aanwezige persouen, ook de vier
misdadigers, werden eveneens gedood. De
op de bovenverdieping vertoevende vijftien
jarige dochter van minister Stoiipin werd
zwaar verwond aan de beenen, die zullen
moeten worden afgezei. Een zoontje van
den minister kreeg een beenbreuk. Stoiipin
zelf bleef ongedeerd.
Een van de directeuren van het Peters
burgsche Telegraafageutscbap, prins Sjachols-
koi werd gewond.
Het zoontje van Stoiipin, dat drie jaar
oud is, heeft, bij de ontpoffing drie groote
wonden opgeloopen. Twee kinderen van den
minister lagen onder puinhoopen en de
minister zelf bevrijdde hen. Zaterdagavond
bezocht hij ben tweemaal in bet gasthuis.
Er lagen Zaterdagnacht 26 lijken in het
gasthuis van St.-Petersburg.
Er zijn 24 gewonden. Het zien der wonden
is vreeselijk. De aanblik der lijkeu is nog
akeliger. Sommigen hebben niets menschelijks
meer en het is onmogelijk, hun indeutiteit
vast te stellen.
Volgens sommige personen zou Stoiipin
een kleine verwonding aan het oor hebben
opgeloopen. Volgens anderen zou bij een
voudig verdoofd zijn. De wachter aan den
ingang der villa moet geheel verkoold terug
gevonden zijn.
Generaal Kostof, oud-gouverneur van
Penza, bevindt zich onder de dooden. Het
geheele middelgedeelte der villa is verwoest.
Daar twee der misdadigers zich als gen
darmen vermomd hadden, en de derde
burgerkleeren droeg, meende men te doeö
te hebben uiet een gevangene met zijn
escorte. De politie bad die twee pseudo-
gendarmen wel gezien. Ze droegen porte
feuilles, waarin zij, naar men geloeft, bun
joinraeu hadden.
Op bet oogeublik dat de ontploffing plaats
had, bevond Stoiipin zich in zijn werk-
kabineteen inkpot vloog de lucht in en
de minister werd met inkt besptoeid.
De dochter van Stoiipin is Zaterdagavoud
aan baar wonden overleden. Ook de toestaud
der andere kindereu van den minister is
ernstig.
Een later telegram uit St.-Petersburg
geeft nog de volgende bijzonderheden
De misdadigers waren in een rijtuig ge
komen. Ofschoon het de dag vau audiëntie
was, weigerden de bedienden hen te laten
doorgaan. Zij wilden toen met geweld
binnendringen in bet naburige vertrek der
receptiezaal. In den strijd, die tusschen dc
bedienden en de anarchisten volgde liet een
dezer een bom vallen, die met een outzet-
tenden knal ontplofte. De ontploffing ver
woestte de anti-cbambre, waar de bom was
ontploft en een gedeelte der receptiezaal.
De ingang, het perron, het balkou der
tweede verdieping werden ook verwoest.
Het aantal slachtoffers is ongeveer 60
er zijn 27 dooden. Van de vier moordenaars
zijn er drie gedood, de vierde is gevangen
genomen.
Onder de dooden bevinden zich vele
hooggeplaatste personen, o. a. prins Nako-
sjidze. Na den aanslag werd bet buis van
den minister aanstouds door troepen afgezet.
Onmiddellijk na de misdaad begaven de
andere ministers en het corps diplomatique
zich naar Stoiipin.
Toen men de dochter van Stoiipin uit
de puiuhoopen te voorschijn haalde, riep
zij uil„Is bet een droom 'ioen zij zag
dat baar beenen verbrijzeld waren, weende
zij. Toen de minister zijn kinderen in het
gasthuis zag, scheen hij kalm, maar zijn
oogen schitterden koortsachtig. Alle docu
menten, die zich bij Stoiipin bevonden, o. a.
belangrijke papieren, betreffende Polen, zijn
verwoest.
De Nawoje H'remja zegt, dat Stoiipin
\erscheidene waarschuwingen had gekregen,
waarop hij geen acht had geslagen.
Te Hamburg is een jongeman, komend
uit Rusland, die ernstige wonden had aan
handen en gelaat, aangehouden. Hij weigert
inlichtingen over zijn persoon te geven.
Van de gewonden zijn er nog 3 overleden,
zoodat er in het geheel al 30 dcodeu zijn.
Men heeft in het gasthuis der gevangeuis
4 gewonden gebracht, die men verdenkt
medeplichtig te zijn aan den aanslag. Het
gasthuis wordt door de troepen bewaakt.
Het zoontje van Stoiipin, 3 jaar oud,
moet ook overleden zijn.
Stoiipin moet (loof van den aanslag zijn'
geworden. Men denkt niet dat hij minister
zal blijven. Toen de ciaar den aanslag ver
nam, was hij zeer ontzet.
is deze doodgeschoten, toen hij in een rijtuig
door de stralen van Warschau reed. De
moordenaar ontsnapte.
Naar aanleiding van den moord op gene real
Wonljarljarski gepleegd, wordt gemeld, dat
onbekend gebleven personen MaandagTorgcn
de huurkoetsiers hadden gewaarschuwd, den
generaal niet te rijden.
gen, en reeds waren eenige niet gelukte
moordaanslagen op hem gepleegd.
Te Matlock, in het graafschap Derby,
werden Maandagochtend aardschokken ge
voeld, waardoor de inwoners in grooten
angst gebracht werden.
De gouverneur van Warschau gedood.
Aan de afschuwelijke aanslagen op de
hoogste ambtenaren in Rusland schijnt geen
einde te zullen komen. Men weet, dat
verleden week Skalon, de gouverneur-gene
raal van Polen, bijna bet slachtoffer is ge
worden van een bom, die te Warschau
onder zijn rijtuig geworpen werd eu daar
ontplofte. Daar het gestel van den gou
verneur zwaar geleden heeft ten gevolge
van den aanslag men zegt dat hij sedert
aan verlamming lijdt heeft hij zijn ambt
tijdelijk aan generaal Wonljarljarski moeten
overdragen. Gisterenmiddag om twee uur
De vermoording van generaal Min.
Omtrent de vermoording van generaal
Min valt nog het volgende mee te deeleu.
De generaal, oud kolonel van de Semenofs-
kigardes, is Zondagochtend zes ure aan het
spoorwegstation te Peterhof door een elegant
gekleede jonge vrouw met een Browning
revolver doodgeschoten. De generaal had
juist het soldatengeleide weggestuurd, dat
hem steeds vergezelde sinds de manschappen
van het Semenofski-regiment op een stu
dentenoptocht hadden geschoten. Min was
naar het station gegaan om er zijn vrouw
te oDtmoeten, die van haar buitenverblijf
terugkeerde. Hij had haar een kus gegjvcn
en zich daarna even v^n haar verwijderd
om naar de koffers te vragen.
Op dat oogenblik loste een jonge vrouw
vijf schoten uit een revolver. Twee kogels
kwamen terecht in Min'» linkerschouder, de
drie overige in rechterzij of rug. Zonder
één woord te uiten viel de getroffene neer.
Zijn vrouw wierp zich op de moordenares,
greep haar bij den rechterarm en riep een
agent te hulp. De daderes deed geen de
minste poging om te ontsnappen zij zeide
koeltjes: Dat is mijn bom* en daarbij
wees zij op een pakje dat op den grond
]ag „pa»t opraakt het niet aan.*
Nadat de vrouw was weggeleid, viel mevrouw
Min weeuende neer bij het lijk van haar
echtgenoot Deze daad moet worden be
schouwd als een wraakneming vanwege de
terroristische partij. Generaal Min toch had
zich als commandant van het beinonfski-
regiment gehaat gemaakt, door de uiterst
gestrenge wijze, waarop hij door dat regiment
in December 1.1. de opstanden te Moskou
had laten onderdrukken. De wreedheid, bij
die gelegenheid door het genoemde regiment
aan den dag gelegd, werd nu gewroken aan
Min zelf. De generaal had van zijn a. s.
terdoodbrenging van te voren kennis gekre-
17)
Roman van de Zee
door
JOS. SCHELLEKENS.
IV.
Op een middag, terwijl de tropen-zon haar
verzengende stralen bijna loodrecht naar
beneden schiet, wordt „De Hollander* aan
geroepen door een paar Chineezen, die met
een kauo op het schip komen aangestuurd.
De kapitein laat stoppen en vraagt hun,
wat zij wenschen.
Beleefd verzoeken ze om drinkwater.
Op de vraag, waar dat voor noodig is,
wijzen ze op een groote prauw, die een heel
eiöd verder zuidwestwaarts ligt.
Eerst onderzoeken*, roept de kapitein
huu toe en hij geeft bevel, naar de prauw
ts stoomen.
De kano volgt van verre de boot. Het
schijnt, dat de twee inzittende Chineezen
een weinig beangst zijn voor dit onderzoek.
Nu, daar was wel reden voor. Onder in
de prauw lagen toch in een dubbele rij
aaneengebonden wel 80 papoea's, die allen
als slaven werden weggevoerd. De ongsluk-
kigeu rolden op het zien van het naderen
de vaartuig wild met hunne donkere oogen.
Er lag in dien woesten blik een glinstering
van hoopvolle verwachting. Deze moest echter
teleurgesteld worden. Waar toch moest de
kapitein van „De Hollander* deze mannen
bergen, bovendien zou het bevrijden van
deze slaven niet zonder strijd gegaan zijn,
want de vrij talrijke bemanning van de
reusachtige prauw was tot de tanden gewa
pend. Om de ongelukkigen nu ook nog niet
te laten kwellen door de vreeselijke marte
ling van dorst, gaf de kapitein het r.oodige
drinkwater, waarop èn De Hollander èn de
prauw de reis vervolgden.
De kapitein nam zich echter voor, zoo
spoedig mogelijk een eventueel te ontmoeten
oorlogsschip te waarschuwen.
Tegen den avond stoomt „De Hollander*
de Torres Straat in. Daar dit vaarwater zeer
gevaarlijk is wegens de reven en banken,
waarmede deze straat al» bezaaid is, wordt
met halve kracht gevaren en staat de kapi
tein voortdurend op de uitkijk. Gelukkig i»
meD zonder bij de verschillende riffen in de
branding te geraken, in den voor-nacht de
straat door. Doch het is nog onophoudelijk
goed uitkijken, want ook de Koraalrij, die
het schip nu invaart, is niet te vertrouwen.
Plotseliug tegen 3 uur in den nacht wordt
op het onverwachtst in 't Z. Z. O. branding
ontwaard.
Op het eerste oogenblik belet de duister
nis den kapitein de ligging van het rif juist
te onderscheiden. Als echter langzamerhand
de dag aanbreekt, bemerkt hij een hevige
branding vlak nabij een uitgestrekt rif met
eene diepe bocht naar 't N. O. Een on
weerstaanbare sterke stroom stuwt „De Hol
lander* ondanks zijn schroefwerking naar
de baai. Onmiddelijk beveelt de gezagvoer
der te wenden, doch door de hevige bran
ding weigert de boot aan 't roer te gehoor
zamen.
„Dan met volle kracht achteruit?" is het
bevel, maar nauwelijks is dit uitgesproken,
of met een krachtigen stcot zit het schip
op een onderz<*esche bank vast. Alle pogin-
gingen om los te komen zijn te vergeefs.
„De Hollander* blijft onwrikbaar vast zit-
Een telegram uit St. Louis (Senegambië)
meldtHevige overstroomingen hebben bijna
alle huizen te Kays vernield. Een groot
aantal inboorlingen zijn verdronken. Het
water vaagt heelc plaatsen weg en vernielt
de voorraadschuren. De schade beloopt 20
millioen fr. Duizenden inboorlingen hebben
gebrek aan eten.
Ruim duizend lijken, die van onder de
bouwvallen te Valparaiso ziju weggehaald,
zijn reeds begraven, maar nog steed» stuit
men op de overblijfselen van nieuwe slacht
offers. Ook ziju er gevallen, dat mannen
en vrouwen nog levend van onder de puin
hoopen zijn te voorschijn gehaald, waar ze
vijf dagen zonder eten of drinken hadden
doorgebracht. Een groot deel van de stad
heeft men nog niet kuunen doorzoeken. Men
meent wel vijf jaar noodig te zullen hebben
om de stad te herbouwen. Een deel van
het kerkhof te Valparaiso is met de dood
kisten een heuvel afgegleden, waardoor de
kisten open vielen. De lijken verspreiden
een ondraaglijken stank.
Er valt veel regen, die het herstellings
werk aan den spoorweg belemmert en het
lijden der menschen, die in de open lucht
karapeeren, verergert.
Een telegram uit Galveston in Texas aan
de New-York Times meldt, dat de aard
beving in Chili opmerkelijke veranderingen
heeft teweeg gebracht in de petroleumbron-
nen van Texas. Een nieuwe vloeistof van
mindere dichtheid vult de putten.
Aardkundigen hebben verklaard dat zich
door de aardbeving waarschijnlijk nieuwe
kanalen hebben gevormd, waarvan vermoe
delijk, het snel uitdrogen van alle petroleum-
bronnen binnen een afstand van 1U0 kilo
ten midden in de branding.
En zijn verder lot wordt duidelijk aan
getoond door een viertal wrakken van sche
pen, die in den ingang der baai liggen en
waar(over) de zee met groote kracht over
heen slaat.
De bemanuing loopt radeloos rond. Er
heerscht een oogenblik een verschrikkelijke
paniek aan boord. De sterkst en dringen zich
met ruwe vuistslagen naar voren, om zich
op de sloepen te werpen. Messen glinsteren
tusschen de gebalde vuisten. Üe eerste
stuurman, die zich voor de groote sloep ge
posteerd heeft, is reeds door eenigen vast
gegrepen en met een smak op het dek ge
smeten. Zijn revolver, waarmede hij reeds
een schot gelost heeft, doch gelnkkig mis,
wordt hem uit de handen gewrongen.
Haakon, die als gewoonlijk op de brug
staat, is door dit woeste schouwspel geheel
verbijsterd. Zijn oom echter stormt meteen
geladen revolver in de hand uaar beneden
en werpt zich te midden der worstelende
groep.
„Terug 1* roept hij met eene donderende
stem, die alles overschreeuwt. Als een veertje
werpt hij een tweetal matrozen van zich, die
hein hebben vastgegrepen en met één sprong
staat hij voor de groote sloep, terwijl hij de
gewapende hand met den vinger aan deD
trekker vooruitstrekt.
„De eerste, die nog durft te naderen is
een kind des doods* komt het hoog trillend
van zijn lippen.
Zijn krschtgestalte richt zich hoog op en
uit ziju oogen schieten stralen vuurs, die
zijne woorden als met roode lijnen onder
strepen.
De voorsten aarzelen, van welk moment
de nog altijd op het dek liggende stuurman
gebruik maakt, om zich bliksemsnel op te
richten en naast zijn gezagvoerder plaats te
nemen.
Ook is het den tweeden stuurman en Tom
gelukt zich naar voren te dringen. De laatste
heeft den matroos den revolver van den
stuurman ontrukt en geeft nu dezen aan
zijn eigenaar terug. Op dit gezicht gaat er
een dof gemompel door de opeengedrongen
bemanning. „Verrader*, sist het over som
mige lippen.
„Stilte!* dondert het hun weer tegen.
Wilt ge allen verzuipen, rekels! Je hebt
hier te gehoorzamen en niets anders, versta
je! De eerste, die nog een voet durft te ver
zetten, schiet ik als een elleudigen hond neer,
zoo zeker als ik kapitein van Holland ben 1
De sloepen worden een voor een uitge
zet, te beginnen met de grootste.
Jij, hofmeester, zorgt er voor, dat er zoo
veel mogelijk levensmiddelen, drinkwater eu
enkele scheepsbenoodigdhedeu inkomen* 1
Een oogenblik schijnt het nog, dat onder
den indruk van 't vreeselijke oogenblik de
slem van den kapitein verloren gaat.
„Willen jullie je vrouw en kinderen nog
weer zien?" Dan is 't zaak, dat je ge
hoorzaamt, anders gaan w? onverbiddelijk
naar den kelder 1 Voel je de kast niet
schudden en kraken 1 Vooruit dan jongens,
wees nu verstandig
Deze iaatsten vertrouwvolle woorden hel
pen. Het dierlijke bij de bemanning is
gebroken, de gedachte aan vrouw en kin
deren doet het menschelijke weer naar voren
treden en als bestrafte, doch berouwvolle
jongens volgen ze thans gedwee de korter
eu krachtige bevelen van hun kapitein op.
De groote sloep wordt, volgens bevel, het
eerst uitgezet en daarna de twee kleine. Dit
gaat met de grootste krachtsinspanning
gepaard.
„Vooruit, Haakon, spring over*
„Och, mag ik tot het laatst bij u blijven
smeekt de dappere jongen.
Een strenge, bevelende blik is het ant
woord.
„Jij nu, Tom en past op den jongen*.
De eerste stuurman zal over deze boot
het bevel voeren*.
Met levensgevaar springt nu het grootste
gedeelte der bemanniug in deze sloep over,
waarna ook de twee andere aan de beurt
komen.
De kapitein, die nog zijn scheepspapieren
en enkele particuliere zaken uit zijn kajuit
gaat halen, verlaat het laatste zijn schip.
De tranen staan den stoeren zeemau in
de oogen.
„De Hollander* was hem dan ook lief
geworden, reeds jaren had hij er op gevaren.
Hij was met zijn boot vertrouwd als iemand,
die jareulang in eenzelfde huis gewoond
beeft.
Hoevele aangename zeemansherinneringen
gingen met dat schip mede naar den bodem
der zee 1
Doch er was helaas geen tijd voor
sentimenteele gedachten, want op 't oogen
blik, dat de kapitein den sprong deed en
de sloepen van 't schip afstakeu, sloegen zij
door de hevige branding half vol water,
zoodat bijna al het meegenomen drinkwater
verloren ging en de bemanning groot gevaar
liep onmiddellijk te zinken.
Met bovenmenschelijke krachtsinspanning
gelukte het echter de ranke vaartuigen hoven
water te houden, maar hiermede was het
directe doodsgevaar nog niet geweken. Nog
altijd toch zwalkten de zwakke notendopjes
in de hevigste branding rond, zoodoende
elk oogenblik gevaar loopeude, teger. de
ijzeren ramp van „De Hollander" te pletter
geworpeu te worden.
(Wordt vervolgd.)