Nummer 76
Zondag 23 September 1906
29e -Jaargang
Tweede Blad.
MENGELWERK.
Haar Lieveling.
Gemengd Nieuws
Ingezonden Stukken
Kerknieuws.
Toen de met bloemen versierde kleine
kist uit het huis werd gedragen, viel Ma
ria in de sterke armen van haar man in
zwijm.
Het was nog geen acht dagen geleden,
dat het stemmetje van hem, dien men
nu in den harden, bevroren grond te
slapen had gelegd, jubelend en juichend
door het huis had geklonkendat de
handjes, die nu wasbletk over de borst
gekruist lagen, levenslustig en krachtig
de houten sabel hadden gezwaaid. Nog
maar acht dagen geleden, dat het blonde
haar, dat nu in de donkere kisP op een
kussen van wit atlas lag, met een gou
den schijn geglansd had in het zonlicht
en de oogen, die nu voor altijd gesloten
waren, vroolijk en gelukkig het leven
hadden tegengelachen.
Een gril van het blind, wreed lot
en een wereld van verwachting, van
liefde, van geluk zinkt in het stof. Zoo-
even woei hem het blonde haar nog om
het voorhoofd en klonk de frissche
jongensstem nog opgewekt, terwijl hij
trotsch op den schommel stond een
ruk, een schroef gaat los -- een leven
loos lichaam ligt op den grond. Dat is
het einde, voorbij, weg, voor altijd 1
Hersenschudding 1 Het doet er zoo
weinig toe, wat de dokter met zijn
kalme stem zegtzoo ontzaglijk nietig,
wat al deze in het zwart gekleede
menschen fluisteren.
Daarbinnen, in de kinderkamer, ligt
het fluweelen kieltje, dat hij het laatst
heeft gedragen, staan de bruine laarsjes,
waarin hij onvermoeid heen en weer
trippelde door het huisDe houten
sabel, zijn lievelingsspeelgoed, staat tegen
den muur, zooals hij ze met zijn eigen
handjes daar heeft neergezet. Voorbij
voor altijd voorbij.
Kleine Frits zit in de eetkamer met
zijn bouwdoos bij het venster en stapelt
werktuiglijk de steenen op elkaar. Het
is zoo vervelend, alleen te spelen. Zou
Bernard niet gauw terugkomen
Zijn broertje is heengegaan, heeft Mina
de kindermeid, hem gezegd. Maar papa
en Mama zijn er toch en zij spelen ook
niet met hem. Het is waar, papa heeft
zich nooit veel om zijn jongen bekom
merd, want hij zit bijna den ganschen
dag op zijn kantoor te schrijven en te.
werken. Hij moet geld verdienen, zegt
Mina, opdat Frits 's morgens zijn eitje
zal kunnen eten.
Maar waarom speelt mama dan niet
met hem Och, mama denkt alleen aan
Bernard.
Toen Frits de deur van haar kamer
opendeed, alleen maar om te zien, wat
mama eigenlijk uitvoerde, zat zij heel
stil in haar stoel. Zij hield Bernards
blauw fluweelen kieltje in de handen,
streek het voorzichtig glad, terwijl haar
bleeke lippen fluisterden
Mijn lieveling, o mijn lieveling 1
En toen Frits 's avonds een plaatsje
aan haar knie zocht, barstte mama in
zenuwachtig snikken uit en toen papa
naar haar toekwam, verborg zij het ge
laat aan zijn schouder. En papa legde
de hand tegen haar wang en den ande
ren arm om haar schouder, terwijl hij
zich over haar heenboog, en Frits hoor
de duidelijk, hoe mama snikkend zeide
Ik kan het niet verdragen, Willem.
O, Bernard, arme, arme lieveling.
Toen sloop Frits treurig weg en liet
zich zoet door Mina naar bed brengen.
Hij hield zijn moede oogjes met alle
geweld open, want hij wilde nog niet
slapen, maar mama ging naar bed,
zonder een enkele maal naar hem te
komen zien.
Frits mocht niet meer in de kinder
kamer spelendaar moest alles blijven,
zooals het geweest was op dien onge
luksdag, waarop men het levenlooze
lichaampje in de kist had gelegd. Frits
at ook niet meer met zijn ouders aan
tafel, hij zat niet meer trotsch op het
bonte kussen dicht naast mama, >net
als een groot mensch*.
Mama heeft hoofdpijn en moet
rust hebben, zei Mina.
Zij is het die nu zijn vleesch voor hem
snijdt, met hem uit wandelen gaat en
hem 's avonds naar bed brengt tn helpt,
als hij zijn avondgebedje moet opzeggen.
Mama zit aan haar schrijftafel en
staart met brandende, droge oogen op
Bernard's portret, dat op haar schrijf
tafel staat. Zij staart op de lachende,
schelmsche oogen, op het ondeugende,
ronde gezichtje met de halfgeopende
lippen. Zij weet het heelemaal niet, dat
Frits aan de deur staat en haar smeekend
aanziet, terwijl hij denkt
Kom toch, maatje, kom met mij
spelen.
Zij merkt het niet, dat zijn gezichtje
voortdurend bleeker wordt, dat dit pas
ontluikende leven in de schaduw dreigt
te verwelken, nu licht en lucht er aan
onttrokken worden 1
Mina, roept Frits uit, Mina, Mina,
houdt mama niet meer van mij
Natuurlijk houdt zij van je, ant
woordt Mina, Zooiets moet je niet gaan
denken, Fritsje. Alleen nu Bernard dood
is, is hij natuurlijk de lieveling.
Mina kucht verlegendan knielt zij
neer en slaat in goedhartig medelijden
den arm om den kleinen jongen heen.
Nu ja, Frits, het is waar, je broer
tje is gestorven en bij onzen lieven Heer
in den hemel. Je weet toch wel, waar
al die engeltjes zijn
Frits knikt met een ernstigen blik in
zijn kinderoogen, maar de schaduw van
een glimlach speelt om zijn lippen.
Kom nu, Fritsje, spoort het meisje
hem aan, nu gaan we paardje spelen.
Gehoorzaam haalt het kind leidsels en
zweep, maar zijn gedachten zijn ver,
ver weg.
Het is avond. Mama heeft uitgeschreid
voor het portret van haar kind. Nu be
geeft zij zich vermoeid naar haar kamer.
Geen lachende wildzang springt haar
tegemoet, geen paar krachtige armpjes
worden haar om den hals geslagen, geen
vleiend stemmetje fluistert haar toe
Vertel mij nog een sprookje 1
Voorbij voor altijd voorbij I
Maar luister, wat is datSpreekt Frits
je hardop in zijn slaap Zacht sluipt zij
naar de deur van de slaapkamer, die op
een kier staat.
Daar knielt Frits met gevouwen hand
jes voor zijn bedje en dringend smeekt
zijn stemmetje
Daarom, lieve God, laat mij alsje
blieft ook sterven en bij u in den hemel
komen, want rk wil ook, net als Bernard
zoo graag mama's lieveling zijn.
Er klinkt een kreet en de moeder
ligt voor haar zoontje op de knieën en
houdt het teere ventje in de armen,
alsof zij hem nooit meer wil loslaten.
Frits, mijn jongen, mijn lieve, lieve
jongen.
En Frits slaat de armpjes om haar
hals en vleit zijn kopje tegen haar schou
der. Het is te mooi om waar te zijn
In schuwe verrukking stamelt hij
Ben ik nu uw kleine lieveling, mama?
Levend verbrund.
De kinderen der echtgenooten St. te
Fall-Mheer nabij Tongeren, vermaakten
zich met bij 't inhalen der aard appel-
oogst eenigc dezer vruchten te poffen.
De kleine Hélène, bezig de gloeiende
asch te verspreiden, bemerkte niet dat
haar jurkje vuur had gevat. Nauwelijks
zag zij het of zij vloog van het veld
huiswaarts, waar zij als een levende toorts,
omhuld van vlammen, aankwam. De
geroepen dokter kwam te laat, onder
onduldbare pijnen bezweek de kleine.
Gruwelijke meord.
Te Tiercelet, nabij Luik. kregen 2
mijnwerkersvrouwen ruzie over een ver
meenden karotendiefstal. Spoedig gin
gen zij elkaar te lijf. Nauwelijks bemer
ken de respectieve mannen dit, of ook
zij spanden hun spieren en begonnen er
op te slaan. De een der laatsten ziende,
dat hij 't zou moeten afleggen, liep naar
huis greep zijn revolver en schoot op t'
terrein des gevechts teruggekeerd, zijn
tegenstander 4 kogels in 't hoofd.
Deze viel als een blok dood neer. De
moordenaar nog niet bekoeld in zijn
woede, schoot nog twee kogels in 't ge
laat van den reeds overledenen af. Daar
na vluchte hij de grenzen over, waar
men zijn spoor achtervolgd heeft. De
verslagene was 25 jaar oud en laat een
weduwe en 3 zeer jonge kinderen achter.
Moord.
Zondagavond' hebben te Differdange
in Luxemburg 2 Belgen ruzie gekregen
en zijn handgemeen geraakt. Een hun
ner T. haalde een mes uit den zak en
stak er zijn tegenstander K. een man
van 26 jaar, mee in den buik, zoodat
hij onmiddellijk overleed. De gendarmen
arresteerden T. vrij spoedig.
Wilde dieren. heeft een waterverplaatsing van 45.000
schijnen nog hevig huis te houden in ton de tweede van 41,000. De Maure-
Britsch-Indië. In het jaar 1904 zijn door
wilde dieren en slangen gedood 24.034
personen, waarvan 21.880 door slangen-
bceten. Door tijgers kwamen om 't le
ven 796 menschen, door luipaarden 339
wolven 244 en door andere dieren 728.
Bengalen levert de hoogste cijfers.
Er werden 98.582 stuks vee gedood,
waarvan 42.821 door luipaarden. De
tijgers volgden met 24.037, terwijl slan
gen 10.000 stuks vee doodden. Maar
aan den anderen kant werden er 65 146
slangen uit den weg geruimd en 16.121
wilde dieren, waarvoor tezamen ruim
f87.000 premie werd betaald.
Een tweede ippeltern.
In de buurt van Nijkerk (op de Veluwe)
woont op een boerderijtje een familie
v. S., die in den laatsten tijd nog al
eens van zich liet spreken.
Het oudste lid verklaarde zich den
zoon van God.
Zijn woord gold als Evangelie voor
zijn onmiddellijke omgeving, gevormd
uit broeders en zusters van »den Christus*
Op zijn gezag trok men 's Zondags
naar het hooiland, wat in die streken
nooit geschiedt.
Tal van wonderen werden en zouden
nog door hem worden verricht
Zoolang die dwaasheid beperkt bleef
binnen eigen woning kon men er glim
lachend de schouders over ophalen.
Doch het werd gevaarlijk voor de
buitenwereld.
Het scheen op Kokkeveld zoo heet
het boerderijtje van de familie v. S.
besloten dat er een offer moest vallen.
Herhaaldelijk werd er in de nabijheid
der woning geschoten o. a. op een mili
tair met verlof en op den voorbijsnel
lenden trein en al die gevallen kan men
slechts toeschrijven aan de zucht van
den oudsten v. S. om »den duivel* te
bestrijden.
Kooplieden, venters enz. meden de
woning opzettelijk, omdat ze wisten, dat
een geladen geweer gereed stond.
Voor predikanten en ouderlingen wier
huisbezoeken zonder effect was, werd
dc tocht levensgevaarlijk.
Gelukkig is nu aan dien onhoudbaren
toestand een einde gemaakt.
Op last van den officier van justitie
te Zwolle is Maandag door vijf rijks
veldwachters een inval gedaan in de
woning van v. S Met veel overleg ging
men te werk. Men mocht er in slagen
v. S. te verrassen toen hij naar buiten
trad. Vóór de man gelegenheid had een
geweer te grijpen en op »den duivel*
los te branden, zat hij al in het gereed
staande rijtuig en weid naar de stichting
te Ermelo gevoerd. In een zijner zakken
vond men nog een scherpe patroon.
Voer de omgeving geeft deze op
lossing een ware verademing.
Ongeluk In het kamp vun Zeist.
Dezer dagen heeft er een allertreurigst
ongeluk plaats gehad in de legerplaats
te Zeist, hetzelfde kamp, waar onlangs
door den bliksem een soldaat werd ge
dood en verscheidenen werdenSgewond.
De milicien Suiker van de 3e compag
nie, 3 battaljon (garnizoen Gouda) en
van de lichting 1906, was met nog een
milicien bezig, emmers water te putten
bij een der wellen, die een diepte heb
ben van 20 meter.
Suiker had het ongeluk voorover te
vallen in de donkere diepte.
Eerst werd er naar de wacht geloopen,
doch permissie kon er niet gegeven
worden in de put af te dalen, voordat...
een luitenant order zou gegeven hebben.
Na... een uur werden pogingen in
het werk gesteld den ongelukkige uit
tien engen put te verlossen.
Een der koks liet zich langs het touw
naar beneden zakken en wist een touw
te slaan, om het lichaam van den schijn
baar bewusteloozen man.
Langzaam werd het lichaam daar boven
geheschen.
Bij het licht van enkele lantaarns
kwam Suiker's lichaam boven. Hij gaf
geen teekenen van leven meer.
Een diepe wond aan het hoofd van
den ongelukkige deed het ergste vreezen.
Per raderbrandcard werd de onge
lukkige man naar de ambulance vervoerd,
waar men alle pogingen in het werk
stelde de levensgeesten op te wekken.
Niets mocht helaas baten. De onge
lukkige jongeman was dood.
Reuzenschcpcn.
Gisteren zijn onderscheidelijk te Lon
den en te Belfast te water gelaten de
Mauretania en de Adriatic. De eerste
tania (van de Cunard-lijn) is het grootste
stoomschip ter wereld. Zijn snelheid zal
die van de Kaiser Wilhelm II, welke nu
het record houdt, belangrijk overtreffen
het schip zal een vaart hebben van 24
a 23 knoopen. De bemanning alleen telt
800 koppen.
De Adriatic van de White Star lijn is
een zusterschip van de Baltic. Het heeft
f8,700,000 gekost.
Levensgevaarlijk verwond.
Uit Veghel wordt aan het Dgbl. v,
Nbr. gemeld
Er werd bruiloft gevierd. Heel den
dag had men »schrikkelijk« veel pleizier.
Maar, als de drank is in den man, is
de wijsheid in de kan.
's Avonds kreeg manlief ruzie met een
paar, op het feest zijnde zwagers't
ging er geducht op los, Van dege werd
het mes gehanteerd.
Manlief werd zoodanig toegetakeld,
dat hij zich onder geneeskundige behan
deling moest stellen. Einde wonden
levensgevaarlijk.
Treurig ongeluk.
Uit Osch wordt gemeld
Gisteravond gebeurde op den Lither-
weg een treurig ongeluk. Toen de
koetsier van den rijtuigverhuurder van
H. uit Lith eene Litsche familie naar
huis reed, kwam hij in aanraking met
een hondenkar, waardoor het rijtuig kan
telde en een der inzittende, de 16-jarige
van der A. er onder geraakte met het
treurig gevolg, dat hij eenige oogenblik-
ken later overleed. De hondenkar was
tetaal verbrijzeld.
Spoorwegrampen.
Pas hadden wij het ernstige spoorweg
ongeluk te Oklohama in Amerika te ver
melden, of een nieuwe ramp doet zich
voor, ditmaal dichter-bij, in Schotland.
Woensdagmorgen om 4.45 vertrok van
het Londensche station Kings Cross een
sneltrein naar Schotland, die om 2 uur
's nachts ontspoorde, 20 K. M. voorbij
het station Grantham, waar de trein niet
gestopt had, zooals hij had moeten doen.
Locomotief en tender hebben zich van
de hoogte gerold. De schok deed ver
scheidene wagons ontsporen- Die wag
gons werden op dc brug geworpen, die
instortte. De waggons gingen toen den
zelfden weg af als de locomotief en de
tender en geraakten in brand.
Tot nu toe zijn 5 lijken vanonder de
puinen gehaald. Men weet dat er nog
twee onder liggen, benevens een aantal
gekwetsten. Men denkt dat het getal
dezer laatsten 8 of 9 bedraagt. Reeds
zijn er zeven naar 't gasthuis gebracht.
De bladen bevatten het volgende te
legram uit Grantham Op 't oogenblik
van 't verzenden dezer tijding brandt de
trein nog altijd voort. Men weet niet
hoeveel reizigers er nog onder de puinen
liggen. Op de plaats waar de ontspo
ring plaats had maakt de weg een krom
ming. Men denke dat de remmen niet
hebben gewerkt. De trein schijnt op
eene zijlijn te zijn geloopen. Latere be
richten, te Londen ontvangen, spreken
van 11 dooden en 17 gewonden. Inden
trein bevonden zich slechts 38 personen,
reizigers een personeel.
Uit New-York wordt aan de Times
gemeldt, dat het in vroegere berichten
genoemde aantal slachtoffers bij de ramp
te Oklohama overdreven is. Het juiste
cijfer der dooden is nog niet vastgesteld,
maar het zou de 20 niet te boven gaan.
Typhoon.
Het totaal aantal menschenlevens, dat
door de typhoon is verloren gegaan,
wordt op 10,000 geschat, daar de ge-
heele visschersvloot, uit 600 jonken be
staande, weggevaagd is.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
M. de li.
Hoewel kruiswegstaliën too menigmaal onder
uwe rubriek kunst eu letteren* beschreven wer
den en deze Teelal gewoonlijk eensluidend zijn,
acht ik toch èn met het oog op de tnlrijkc per
sonen inet de sprekende extnessiën die op iedere
statie voorkomen, èo om de hi-loricgetrouw weer
gegeven lijdcnstafareelen een meer nadere beschrij
ving niet ongewenscht, ook orudat het een voort
brengsel is van kundige landgenooten.
Beschouwen we de «eroordeeling door Pilatus
dan sieu we de H. Onschuld voor den rechterstoel
van den onrechtvaardigs'? Mller rechters. Pilatus
door de ontelbare joden welke door krijgsknech
ten in bedwang worden gehouden, daar die hor
de meer op verslindende beesten dan op menschen
gelijkt, spreekt hat kruis-doodvonnis uit. In de
tweede statie doet dc schilder zien met welke
liefde deZaligmake: het schandhout omhelst, Hem
als 't ware de woorden doende uitspreken uit het
rVixilla Regis*: Are Crux spes unica. De derde,
zevende en negende statiën stellen den Zaligma
ker voor bezwijkende onder den kruisboom. Voor
al de negende, waarop liij, de God vari hemden
narde, als Mensch uitgeput ter aarde ligt, is door
de bekwame schilders schoon weereegeven. De
opperpriesters zien dat hun prooi de plaats, uit
gekozen voor de strafuitoefening, niet zal bereiken
woede spreekt uit hun aller oogen, medelijden
kennen de woeslaards niet voor ieder die H.
Lijden mediteert, is deze statie tot in het diepst
der ziel aangrijpende. De virrde, zesde en acht
ste s aliën geven een blik dut den Zaligmaker
op Zijn lijdenstocht nog eenigc vertroosting te
beurt valt. Want in de ontmoeting Zijner II.
Moeder met den Haar vcrgczelienden leerling, is
in zekere mate een troost gelegen niet minder
in de zesde, waar Veronica het met bloed en slijk
misvormde aanschijn afwischt en een kind den
ter dood veroordeelde eenige lafenis wil toedienen
1 wordt de kleine wreedaardig door een struischeu
krijgsman teruggedreven, het zien dat dit kind
deernis gevoelt doet het. Li. Harte goed. De inee-
doogende blikken van Jerusalem's vrouwen, zijn
de laatste vertroosting op den lijdensweg.
Met vrome piëteit heeft de schilder het oogen
blik der onlkleeding op den koperen plaat ge
tracht in da tiende statie. Zeiden we hierboven
dat de Ue static zoo aangrijpend was. niet min
der is zulks de Xle. Niet te verzadigen wreed
heid doet de beulen hun onschuldig slachtoffer
op het kruis rukken er. Hem daarop vastnagelen.
In deze bovenmenschelijke smart straalt thans
het misvormde geluat van majesteit; nog eeni
ge oogenbltkken en het werk waarvoor Hij ter
wereld is gekomen zal volbracht zijn. Hangende
tusschen twee boosdoeners, om de voorzegging
te vervulieu van deu profeet: opprobrium fact us
sum, aan den voet des kruise* Zijne schier van
smart bezwijkende Moeder met Johannes en an
dere vromen, beschouwd door den verbae6den
honderdman, geeft de Zaligmaker den geest.
O vss omres, qui transiiis per viam istam, at-
tendite et videte, si est dolor meus, in dezen
klaagtoon der Moeder van Smarten is de 13o sta
tie vertolkt.
Zijn graf za'. luisterrijk zijn, had de profeet ge
zegd en ook hierin is des kunstenaars penseel
goed geplaagd. Joseph en Nicodemis, do beide
heiliga mannen, zijn de dragers in dezen be
grafenisstoet. Maria en JohuuiKS eu meerdere
volgen de lijkbaar, doch reeds gloort in die don
kere spelonk waar hel H.'Lichaam rusten zul, een
licht dat itt allen luister op deu Paaschmorgén
stralen zul. Voegen we hier nu nog bij dat de
14 tatereelen geflankeerd zijn door profeten, die
desbetreffende voorzeggingen deden, en allen uit
munten door goed afgewerkte teekening en prach
tig kleurenspel, dau kan men een denkbeeld vor
men van de buitengewone tevredenheid van Pas
toor Hammei, zijn Kerkbestuur eu Parochianen
wier tolk schrijver dezes is. Joes, e Silva.
Op deu feestdag van den II. Joseph a Cuper
tino 1906.
Z. D II. de Bisschop van 's Bosch
heeft benoemd tot pastoor te Bergeik ('t Loo)
den WelEet w. Heer W. F. Renderstot
kapelaan te Druten den Weleerw. Heer P.
J. L. M. Gouluiyen tot kapelaan te
Haan sdonksveerden Weleerw. heer J. H.
G. van Woerkom, die assistent was te Berg
eik ('t Loo.)
De St. Illldegurdls kerk te Rotterdam.
Fier verheft zich aan het eind der Blommerdijk-
sche laan, de fraaie kerk van St. Hildegardls, een
pronkjuweel aan oe priesterkroon van den ver-
dienst vollen Pastoor C. A. Hummer. Het doet liet
Katholieke harte goed, dat zelfs hel gemeentebe
stuur van de tweede stad des lands de verdiensten
huldigt van dezen Priester, immers stads vroede
vaderen hebben niet geaarzeld een der straten naar
Pastoor Hammer te Doemen.
Veel, zeer veel zijn dan ook de parochianen
hun Herder verschuldigd en St Hildegardis' feest
dag op gister, gaf wederom het doorslaaud be
wijs dat zijn ijver nog geeciins verflauwt. Het
w«a dien dag vooral aan te zien hoezeer Pastoor
Hammer opgaat in den luister voor de door hem
gestiehte Godpwoon.
Aan de prachtige kruisweg, om de «voorden
vad Pastoor en Kerkbestuur te bezigen het kunst
werk der firma H. Bogaeris en Co. te Bokstel,
was de laatst© hand gelegd en zoo ooit dan waren
hier de woorden gerechtvaardigdfinis coronal
opus.
Met opname van onderstaande regels zult
U mij en andereu ten zesrsten verplichten.
Nu de bespreking en becritiseering der di
verse bonden ten oiude schijnt geraakt en
Echo's oorrespondenten, zich in komkommer-
tjes tijd gevoelen Ked.) wenschte ik de
aandacht der indistruëelen en dnarby belang
hebbende van Kaatsheuvel [nog wel op iets
te vestigen, dat wellicht, na beschouwing,
meer aller sympathie zal wegdragen, als
weleer de oprichting der bonden.
Wanneer men eigenaren of bestierders van
groote zaken de vraag stelde nwat moet mon
voornamelijk doen om succes in zaken te
hebben het meareudeel zal U antwoorden
maak eerst zooveel mogelijk reclame, dat uw
naam alom bekend is.
Geen tak van industrie heeft tegenwoordig
het reclame maken harder noodig als wel de
schoenindustriemaar dit iB bijzonder nood
zakelijk voor de KaatBheuvelsche schoeuin
duBtrie.
Ik geloof wel dat dit ook het idee van het
meerendeel der Kaatsheuvelsche schoenfabri
kanten zijn zal.
Heereu schoenfabrikanten van K. stelde men
U de vraag, werkt ook gij in dien geest
Maakt ook gij zooveel mogelijk naam. Houdt
ook gij de naum uwer plaats hoog zoodat ten
minste heeren grossiers eu winkeliers, het nog
als binnen Neerlands grenzen beschouwen, en
u vragen ter beantwoording worden voorge
legd, zooals deze, «ligt Kaatsheuvel in de buurt
van Amsterdam", zooals mij persoonlijk ia
overkomen, toen ik een reisje maakte naar
Leeuwarden.
Er zijn zaken waarop men beslist ja, zou
kunnen antwoorden, maar er ook zaken waar
op men neen sou moeten antwoorden.
Ik wil U een paar dingen aanhalen, die, wil
men van zaken als boven aangehaald verschoont
blijven, allereerst verbetering behoeven.