Nummer 76 Zondag 23 September 1906 29e -Jaargang Tweede Blad. MENGELWERK. Haar Lieveling. Gemengd Nieuws Ingezonden Stukken Kerknieuws. Toen de met bloemen versierde kleine kist uit het huis werd gedragen, viel Ma ria in de sterke armen van haar man in zwijm. Het was nog geen acht dagen geleden, dat het stemmetje van hem, dien men nu in den harden, bevroren grond te slapen had gelegd, jubelend en juichend door het huis had geklonkendat de handjes, die nu wasbletk over de borst gekruist lagen, levenslustig en krachtig de houten sabel hadden gezwaaid. Nog maar acht dagen geleden, dat het blonde haar, dat nu in de donkere kisP op een kussen van wit atlas lag, met een gou den schijn geglansd had in het zonlicht en de oogen, die nu voor altijd gesloten waren, vroolijk en gelukkig het leven hadden tegengelachen. Een gril van het blind, wreed lot en een wereld van verwachting, van liefde, van geluk zinkt in het stof. Zoo- even woei hem het blonde haar nog om het voorhoofd en klonk de frissche jongensstem nog opgewekt, terwijl hij trotsch op den schommel stond een ruk, een schroef gaat los -- een leven loos lichaam ligt op den grond. Dat is het einde, voorbij, weg, voor altijd 1 Hersenschudding 1 Het doet er zoo weinig toe, wat de dokter met zijn kalme stem zegtzoo ontzaglijk nietig, wat al deze in het zwart gekleede menschen fluisteren. Daarbinnen, in de kinderkamer, ligt het fluweelen kieltje, dat hij het laatst heeft gedragen, staan de bruine laarsjes, waarin hij onvermoeid heen en weer trippelde door het huisDe houten sabel, zijn lievelingsspeelgoed, staat tegen den muur, zooals hij ze met zijn eigen handjes daar heeft neergezet. Voorbij voor altijd voorbij. Kleine Frits zit in de eetkamer met zijn bouwdoos bij het venster en stapelt werktuiglijk de steenen op elkaar. Het is zoo vervelend, alleen te spelen. Zou Bernard niet gauw terugkomen Zijn broertje is heengegaan, heeft Mina de kindermeid, hem gezegd. Maar papa en Mama zijn er toch en zij spelen ook niet met hem. Het is waar, papa heeft zich nooit veel om zijn jongen bekom merd, want hij zit bijna den ganschen dag op zijn kantoor te schrijven en te. werken. Hij moet geld verdienen, zegt Mina, opdat Frits 's morgens zijn eitje zal kunnen eten. Maar waarom speelt mama dan niet met hem Och, mama denkt alleen aan Bernard. Toen Frits de deur van haar kamer opendeed, alleen maar om te zien, wat mama eigenlijk uitvoerde, zat zij heel stil in haar stoel. Zij hield Bernards blauw fluweelen kieltje in de handen, streek het voorzichtig glad, terwijl haar bleeke lippen fluisterden Mijn lieveling, o mijn lieveling 1 En toen Frits 's avonds een plaatsje aan haar knie zocht, barstte mama in zenuwachtig snikken uit en toen papa naar haar toekwam, verborg zij het ge laat aan zijn schouder. En papa legde de hand tegen haar wang en den ande ren arm om haar schouder, terwijl hij zich over haar heenboog, en Frits hoor de duidelijk, hoe mama snikkend zeide Ik kan het niet verdragen, Willem. O, Bernard, arme, arme lieveling. Toen sloop Frits treurig weg en liet zich zoet door Mina naar bed brengen. Hij hield zijn moede oogjes met alle geweld open, want hij wilde nog niet slapen, maar mama ging naar bed, zonder een enkele maal naar hem te komen zien. Frits mocht niet meer in de kinder kamer spelendaar moest alles blijven, zooals het geweest was op dien onge luksdag, waarop men het levenlooze lichaampje in de kist had gelegd. Frits at ook niet meer met zijn ouders aan tafel, hij zat niet meer trotsch op het bonte kussen dicht naast mama, >net als een groot mensch*. Mama heeft hoofdpijn en moet rust hebben, zei Mina. Zij is het die nu zijn vleesch voor hem snijdt, met hem uit wandelen gaat en hem 's avonds naar bed brengt tn helpt, als hij zijn avondgebedje moet opzeggen. Mama zit aan haar schrijftafel en staart met brandende, droge oogen op Bernard's portret, dat op haar schrijf tafel staat. Zij staart op de lachende, schelmsche oogen, op het ondeugende, ronde gezichtje met de halfgeopende lippen. Zij weet het heelemaal niet, dat Frits aan de deur staat en haar smeekend aanziet, terwijl hij denkt Kom toch, maatje, kom met mij spelen. Zij merkt het niet, dat zijn gezichtje voortdurend bleeker wordt, dat dit pas ontluikende leven in de schaduw dreigt te verwelken, nu licht en lucht er aan onttrokken worden 1 Mina, roept Frits uit, Mina, Mina, houdt mama niet meer van mij Natuurlijk houdt zij van je, ant woordt Mina, Zooiets moet je niet gaan denken, Fritsje. Alleen nu Bernard dood is, is hij natuurlijk de lieveling. Mina kucht verlegendan knielt zij neer en slaat in goedhartig medelijden den arm om den kleinen jongen heen. Nu ja, Frits, het is waar, je broer tje is gestorven en bij onzen lieven Heer in den hemel. Je weet toch wel, waar al die engeltjes zijn Frits knikt met een ernstigen blik in zijn kinderoogen, maar de schaduw van een glimlach speelt om zijn lippen. Kom nu, Fritsje, spoort het meisje hem aan, nu gaan we paardje spelen. Gehoorzaam haalt het kind leidsels en zweep, maar zijn gedachten zijn ver, ver weg. Het is avond. Mama heeft uitgeschreid voor het portret van haar kind. Nu be geeft zij zich vermoeid naar haar kamer. Geen lachende wildzang springt haar tegemoet, geen paar krachtige armpjes worden haar om den hals geslagen, geen vleiend stemmetje fluistert haar toe Vertel mij nog een sprookje 1 Voorbij voor altijd voorbij I Maar luister, wat is datSpreekt Frits je hardop in zijn slaap Zacht sluipt zij naar de deur van de slaapkamer, die op een kier staat. Daar knielt Frits met gevouwen hand jes voor zijn bedje en dringend smeekt zijn stemmetje Daarom, lieve God, laat mij alsje blieft ook sterven en bij u in den hemel komen, want rk wil ook, net als Bernard zoo graag mama's lieveling zijn. Er klinkt een kreet en de moeder ligt voor haar zoontje op de knieën en houdt het teere ventje in de armen, alsof zij hem nooit meer wil loslaten. Frits, mijn jongen, mijn lieve, lieve jongen. En Frits slaat de armpjes om haar hals en vleit zijn kopje tegen haar schou der. Het is te mooi om waar te zijn In schuwe verrukking stamelt hij Ben ik nu uw kleine lieveling, mama? Levend verbrund. De kinderen der echtgenooten St. te Fall-Mheer nabij Tongeren, vermaakten zich met bij 't inhalen der aard appel- oogst eenigc dezer vruchten te poffen. De kleine Hélène, bezig de gloeiende asch te verspreiden, bemerkte niet dat haar jurkje vuur had gevat. Nauwelijks zag zij het of zij vloog van het veld huiswaarts, waar zij als een levende toorts, omhuld van vlammen, aankwam. De geroepen dokter kwam te laat, onder onduldbare pijnen bezweek de kleine. Gruwelijke meord. Te Tiercelet, nabij Luik. kregen 2 mijnwerkersvrouwen ruzie over een ver meenden karotendiefstal. Spoedig gin gen zij elkaar te lijf. Nauwelijks bemer ken de respectieve mannen dit, of ook zij spanden hun spieren en begonnen er op te slaan. De een der laatsten ziende, dat hij 't zou moeten afleggen, liep naar huis greep zijn revolver en schoot op t' terrein des gevechts teruggekeerd, zijn tegenstander 4 kogels in 't hoofd. Deze viel als een blok dood neer. De moordenaar nog niet bekoeld in zijn woede, schoot nog twee kogels in 't ge laat van den reeds overledenen af. Daar na vluchte hij de grenzen over, waar men zijn spoor achtervolgd heeft. De verslagene was 25 jaar oud en laat een weduwe en 3 zeer jonge kinderen achter. Moord. Zondagavond' hebben te Differdange in Luxemburg 2 Belgen ruzie gekregen en zijn handgemeen geraakt. Een hun ner T. haalde een mes uit den zak en stak er zijn tegenstander K. een man van 26 jaar, mee in den buik, zoodat hij onmiddellijk overleed. De gendarmen arresteerden T. vrij spoedig. Wilde dieren. heeft een waterverplaatsing van 45.000 schijnen nog hevig huis te houden in ton de tweede van 41,000. De Maure- Britsch-Indië. In het jaar 1904 zijn door wilde dieren en slangen gedood 24.034 personen, waarvan 21.880 door slangen- bceten. Door tijgers kwamen om 't le ven 796 menschen, door luipaarden 339 wolven 244 en door andere dieren 728. Bengalen levert de hoogste cijfers. Er werden 98.582 stuks vee gedood, waarvan 42.821 door luipaarden. De tijgers volgden met 24.037, terwijl slan gen 10.000 stuks vee doodden. Maar aan den anderen kant werden er 65 146 slangen uit den weg geruimd en 16.121 wilde dieren, waarvoor tezamen ruim f87.000 premie werd betaald. Een tweede ippeltern. In de buurt van Nijkerk (op de Veluwe) woont op een boerderijtje een familie v. S., die in den laatsten tijd nog al eens van zich liet spreken. Het oudste lid verklaarde zich den zoon van God. Zijn woord gold als Evangelie voor zijn onmiddellijke omgeving, gevormd uit broeders en zusters van »den Christus* Op zijn gezag trok men 's Zondags naar het hooiland, wat in die streken nooit geschiedt. Tal van wonderen werden en zouden nog door hem worden verricht Zoolang die dwaasheid beperkt bleef binnen eigen woning kon men er glim lachend de schouders over ophalen. Doch het werd gevaarlijk voor de buitenwereld. Het scheen op Kokkeveld zoo heet het boerderijtje van de familie v. S. besloten dat er een offer moest vallen. Herhaaldelijk werd er in de nabijheid der woning geschoten o. a. op een mili tair met verlof en op den voorbijsnel lenden trein en al die gevallen kan men slechts toeschrijven aan de zucht van den oudsten v. S. om »den duivel* te bestrijden. Kooplieden, venters enz. meden de woning opzettelijk, omdat ze wisten, dat een geladen geweer gereed stond. Voor predikanten en ouderlingen wier huisbezoeken zonder effect was, werd dc tocht levensgevaarlijk. Gelukkig is nu aan dien onhoudbaren toestand een einde gemaakt. Op last van den officier van justitie te Zwolle is Maandag door vijf rijks veldwachters een inval gedaan in de woning van v. S Met veel overleg ging men te werk. Men mocht er in slagen v. S. te verrassen toen hij naar buiten trad. Vóór de man gelegenheid had een geweer te grijpen en op »den duivel* los te branden, zat hij al in het gereed staande rijtuig en weid naar de stichting te Ermelo gevoerd. In een zijner zakken vond men nog een scherpe patroon. Voer de omgeving geeft deze op lossing een ware verademing. Ongeluk In het kamp vun Zeist. Dezer dagen heeft er een allertreurigst ongeluk plaats gehad in de legerplaats te Zeist, hetzelfde kamp, waar onlangs door den bliksem een soldaat werd ge dood en verscheidenen werdenSgewond. De milicien Suiker van de 3e compag nie, 3 battaljon (garnizoen Gouda) en van de lichting 1906, was met nog een milicien bezig, emmers water te putten bij een der wellen, die een diepte heb ben van 20 meter. Suiker had het ongeluk voorover te vallen in de donkere diepte. Eerst werd er naar de wacht geloopen, doch permissie kon er niet gegeven worden in de put af te dalen, voordat... een luitenant order zou gegeven hebben. Na... een uur werden pogingen in het werk gesteld den ongelukkige uit tien engen put te verlossen. Een der koks liet zich langs het touw naar beneden zakken en wist een touw te slaan, om het lichaam van den schijn baar bewusteloozen man. Langzaam werd het lichaam daar boven geheschen. Bij het licht van enkele lantaarns kwam Suiker's lichaam boven. Hij gaf geen teekenen van leven meer. Een diepe wond aan het hoofd van den ongelukkige deed het ergste vreezen. Per raderbrandcard werd de onge lukkige man naar de ambulance vervoerd, waar men alle pogingen in het werk stelde de levensgeesten op te wekken. Niets mocht helaas baten. De onge lukkige jongeman was dood. Reuzenschcpcn. Gisteren zijn onderscheidelijk te Lon den en te Belfast te water gelaten de Mauretania en de Adriatic. De eerste tania (van de Cunard-lijn) is het grootste stoomschip ter wereld. Zijn snelheid zal die van de Kaiser Wilhelm II, welke nu het record houdt, belangrijk overtreffen het schip zal een vaart hebben van 24 a 23 knoopen. De bemanning alleen telt 800 koppen. De Adriatic van de White Star lijn is een zusterschip van de Baltic. Het heeft f8,700,000 gekost. Levensgevaarlijk verwond. Uit Veghel wordt aan het Dgbl. v, Nbr. gemeld Er werd bruiloft gevierd. Heel den dag had men »schrikkelijk« veel pleizier. Maar, als de drank is in den man, is de wijsheid in de kan. 's Avonds kreeg manlief ruzie met een paar, op het feest zijnde zwagers't ging er geducht op los, Van dege werd het mes gehanteerd. Manlief werd zoodanig toegetakeld, dat hij zich onder geneeskundige behan deling moest stellen. Einde wonden levensgevaarlijk. Treurig ongeluk. Uit Osch wordt gemeld Gisteravond gebeurde op den Lither- weg een treurig ongeluk. Toen de koetsier van den rijtuigverhuurder van H. uit Lith eene Litsche familie naar huis reed, kwam hij in aanraking met een hondenkar, waardoor het rijtuig kan telde en een der inzittende, de 16-jarige van der A. er onder geraakte met het treurig gevolg, dat hij eenige oogenblik- ken later overleed. De hondenkar was tetaal verbrijzeld. Spoorwegrampen. Pas hadden wij het ernstige spoorweg ongeluk te Oklohama in Amerika te ver melden, of een nieuwe ramp doet zich voor, ditmaal dichter-bij, in Schotland. Woensdagmorgen om 4.45 vertrok van het Londensche station Kings Cross een sneltrein naar Schotland, die om 2 uur 's nachts ontspoorde, 20 K. M. voorbij het station Grantham, waar de trein niet gestopt had, zooals hij had moeten doen. Locomotief en tender hebben zich van de hoogte gerold. De schok deed ver scheidene wagons ontsporen- Die wag gons werden op dc brug geworpen, die instortte. De waggons gingen toen den zelfden weg af als de locomotief en de tender en geraakten in brand. Tot nu toe zijn 5 lijken vanonder de puinen gehaald. Men weet dat er nog twee onder liggen, benevens een aantal gekwetsten. Men denkt dat het getal dezer laatsten 8 of 9 bedraagt. Reeds zijn er zeven naar 't gasthuis gebracht. De bladen bevatten het volgende te legram uit Grantham Op 't oogenblik van 't verzenden dezer tijding brandt de trein nog altijd voort. Men weet niet hoeveel reizigers er nog onder de puinen liggen. Op de plaats waar de ontspo ring plaats had maakt de weg een krom ming. Men denke dat de remmen niet hebben gewerkt. De trein schijnt op eene zijlijn te zijn geloopen. Latere be richten, te Londen ontvangen, spreken van 11 dooden en 17 gewonden. Inden trein bevonden zich slechts 38 personen, reizigers een personeel. Uit New-York wordt aan de Times gemeldt, dat het in vroegere berichten genoemde aantal slachtoffers bij de ramp te Oklohama overdreven is. Het juiste cijfer der dooden is nog niet vastgesteld, maar het zou de 20 niet te boven gaan. Typhoon. Het totaal aantal menschenlevens, dat door de typhoon is verloren gegaan, wordt op 10,000 geschat, daar de ge- heele visschersvloot, uit 600 jonken be staande, weggevaagd is. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) M. de li. Hoewel kruiswegstaliën too menigmaal onder uwe rubriek kunst eu letteren* beschreven wer den en deze Teelal gewoonlijk eensluidend zijn, acht ik toch èn met het oog op de tnlrijkc per sonen inet de sprekende extnessiën die op iedere statie voorkomen, èo om de hi-loricgetrouw weer gegeven lijdcnstafareelen een meer nadere beschrij ving niet ongewenscht, ook orudat het een voort brengsel is van kundige landgenooten. Beschouwen we de «eroordeeling door Pilatus dan sieu we de H. Onschuld voor den rechterstoel van den onrechtvaardigs'? Mller rechters. Pilatus door de ontelbare joden welke door krijgsknech ten in bedwang worden gehouden, daar die hor de meer op verslindende beesten dan op menschen gelijkt, spreekt hat kruis-doodvonnis uit. In de tweede statie doet dc schilder zien met welke liefde deZaligmake: het schandhout omhelst, Hem als 't ware de woorden doende uitspreken uit het rVixilla Regis*: Are Crux spes unica. De derde, zevende en negende statiën stellen den Zaligma ker voor bezwijkende onder den kruisboom. Voor al de negende, waarop liij, de God vari hemden narde, als Mensch uitgeput ter aarde ligt, is door de bekwame schilders schoon weereegeven. De opperpriesters zien dat hun prooi de plaats, uit gekozen voor de strafuitoefening, niet zal bereiken woede spreekt uit hun aller oogen, medelijden kennen de woeslaards niet voor ieder die H. Lijden mediteert, is deze statie tot in het diepst der ziel aangrijpende. De virrde, zesde en acht ste s aliën geven een blik dut den Zaligmaker op Zijn lijdenstocht nog eenigc vertroosting te beurt valt. Want in de ontmoeting Zijner II. Moeder met den Haar vcrgczelienden leerling, is in zekere mate een troost gelegen niet minder in de zesde, waar Veronica het met bloed en slijk misvormde aanschijn afwischt en een kind den ter dood veroordeelde eenige lafenis wil toedienen 1 wordt de kleine wreedaardig door een struischeu krijgsman teruggedreven, het zien dat dit kind deernis gevoelt doet het. Li. Harte goed. De inee- doogende blikken van Jerusalem's vrouwen, zijn de laatste vertroosting op den lijdensweg. Met vrome piëteit heeft de schilder het oogen blik der onlkleeding op den koperen plaat ge tracht in da tiende statie. Zeiden we hierboven dat de Ue static zoo aangrijpend was. niet min der is zulks de Xle. Niet te verzadigen wreed heid doet de beulen hun onschuldig slachtoffer op het kruis rukken er. Hem daarop vastnagelen. In deze bovenmenschelijke smart straalt thans het misvormde geluat van majesteit; nog eeni ge oogenbltkken en het werk waarvoor Hij ter wereld is gekomen zal volbracht zijn. Hangende tusschen twee boosdoeners, om de voorzegging te vervulieu van deu profeet: opprobrium fact us sum, aan den voet des kruise* Zijne schier van smart bezwijkende Moeder met Johannes en an dere vromen, beschouwd door den verbae6den honderdman, geeft de Zaligmaker den geest. O vss omres, qui transiiis per viam istam, at- tendite et videte, si est dolor meus, in dezen klaagtoon der Moeder van Smarten is de 13o sta tie vertolkt. Zijn graf za'. luisterrijk zijn, had de profeet ge zegd en ook hierin is des kunstenaars penseel goed geplaagd. Joseph en Nicodemis, do beide heiliga mannen, zijn de dragers in dezen be grafenisstoet. Maria en JohuuiKS eu meerdere volgen de lijkbaar, doch reeds gloort in die don kere spelonk waar hel H.'Lichaam rusten zul, een licht dat itt allen luister op deu Paaschmorgén stralen zul. Voegen we hier nu nog bij dat de 14 tatereelen geflankeerd zijn door profeten, die desbetreffende voorzeggingen deden, en allen uit munten door goed afgewerkte teekening en prach tig kleurenspel, dau kan men een denkbeeld vor men van de buitengewone tevredenheid van Pas toor Hammei, zijn Kerkbestuur eu Parochianen wier tolk schrijver dezes is. Joes, e Silva. Op deu feestdag van den II. Joseph a Cuper tino 1906. Z. D II. de Bisschop van 's Bosch heeft benoemd tot pastoor te Bergeik ('t Loo) den WelEet w. Heer W. F. Renderstot kapelaan te Druten den Weleerw. Heer P. J. L. M. Gouluiyen tot kapelaan te Haan sdonksveerden Weleerw. heer J. H. G. van Woerkom, die assistent was te Berg eik ('t Loo.) De St. Illldegurdls kerk te Rotterdam. Fier verheft zich aan het eind der Blommerdijk- sche laan, de fraaie kerk van St. Hildegardls, een pronkjuweel aan oe priesterkroon van den ver- dienst vollen Pastoor C. A. Hummer. Het doet liet Katholieke harte goed, dat zelfs hel gemeentebe stuur van de tweede stad des lands de verdiensten huldigt van dezen Priester, immers stads vroede vaderen hebben niet geaarzeld een der straten naar Pastoor Hammer te Doemen. Veel, zeer veel zijn dan ook de parochianen hun Herder verschuldigd en St Hildegardis' feest dag op gister, gaf wederom het doorslaaud be wijs dat zijn ijver nog geeciins verflauwt. Het w«a dien dag vooral aan te zien hoezeer Pastoor Hammer opgaat in den luister voor de door hem gestiehte Godpwoon. Aan de prachtige kruisweg, om de «voorden vad Pastoor en Kerkbestuur te bezigen het kunst werk der firma H. Bogaeris en Co. te Bokstel, was de laatst© hand gelegd en zoo ooit dan waren hier de woorden gerechtvaardigdfinis coronal opus. Met opname van onderstaande regels zult U mij en andereu ten zesrsten verplichten. Nu de bespreking en becritiseering der di verse bonden ten oiude schijnt geraakt en Echo's oorrespondenten, zich in komkommer- tjes tijd gevoelen Ked.) wenschte ik de aandacht der indistruëelen en dnarby belang hebbende van Kaatsheuvel [nog wel op iets te vestigen, dat wellicht, na beschouwing, meer aller sympathie zal wegdragen, als weleer de oprichting der bonden. Wanneer men eigenaren of bestierders van groote zaken de vraag stelde nwat moet mon voornamelijk doen om succes in zaken te hebben het meareudeel zal U antwoorden maak eerst zooveel mogelijk reclame, dat uw naam alom bekend is. Geen tak van industrie heeft tegenwoordig het reclame maken harder noodig als wel de schoenindustriemaar dit iB bijzonder nood zakelijk voor de KaatBheuvelsche schoeuin duBtrie. Ik geloof wel dat dit ook het idee van het meerendeel der Kaatsheuvelsche schoenfabri kanten zijn zal. Heereu schoenfabrikanten van K. stelde men U de vraag, werkt ook gij in dien geest Maakt ook gij zooveel mogelijk naam. Houdt ook gij de naum uwer plaats hoog zoodat ten minste heeren grossiers eu winkeliers, het nog als binnen Neerlands grenzen beschouwen, en u vragen ter beantwoording worden voorge legd, zooals deze, «ligt Kaatsheuvel in de buurt van Amsterdam", zooals mij persoonlijk ia overkomen, toen ik een reisje maakte naar Leeuwarden. Er zijn zaken waarop men beslist ja, zou kunnen antwoorden, maar er ook zaken waar op men neen sou moeten antwoorden. Ik wil U een paar dingen aanhalen, die, wil men van zaken als boven aangehaald verschoont blijven, allereerst verbetering behoeven.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 5