i>u turner
Donderdag lo December L906.
29® Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
waarin opgenomen DE N00RDBRABANTSCHE POST.
Eerste Blad.
Kracht kérels.
AN TOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit TWEE Bladen.
die zich voor
het volgende kwartaal
abonneeren, ontvangen de
tot dien datum verschij
nende nummers G RaTIS.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Frankrijk.
I T (1 E V E R
45)
1
De Echo van het Zuiden,
^-»wr^EssaïE5SKBafiK
en I.ai'slrstlsrkr Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
A. b o n n e m e n t s p r ij s per 3 maanden f 0."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieven ingezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
WAAL W IJ E. Telefoonnummer 38.
Advertbntiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Adverteutiëu Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden '-dmaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
Zogt het voort.
Zeeuwsch-Vlaanderen is vol gerucht
over het verdwijnen van drie jongens
uit Hengstdijk. Zeelandia en het Hulster
blad bevatten er beide artikelen over en
brengen warmen lof aan de vereeniging
voor Kinderbescherming in het Bisdom
Breda. En niet ten onrechte. Wij willen
helpen aan het bekend maken van dit
feit, opdat de waardeering voor deze
jonge vereeniging algemeen vorde.
Daar in Hengstdijk leefden drie jon
gens een ellendig bestaan. Bedelen van
den vroegen morgen tot den laten avond;
haast geen kleeren aan 't teere lijf
half naakt schrijven bovengenoemde
bladen, liepen ze dikwijls langs de i weg.
En gaf een liefdadige hand hun warme
kleeren, dan werden deze door de
ontaarde ouders »opgeborgen.« Den
volgenden dag verschenen de stu npers
weder met de flarden aan hun bibberend
lijfje. En a's ze heel den dag hadden
rondgezworven, mochten ze 's avonds
slapen in een hol, uitgegraven in den
hoek van een stal, slapen op eenige
guano-zakken.
Die kinderen waren een ergernis der
streek en toch kon niemand die ergernis
wegnemen. Want de ouders waren de
natuurlijke beulen hunner kinderen.
Tot de vorige week een heer uit Breda
verscheen, een lid der Vereeniging voor
Kinderbescherming.
Die kwam de kinderen halen, met
Romau van de Zee
door
JOS. SCHELLEKENS.
X.
En nu worden in een langdurige confe
rentie de laatste beschikkingen afgewimpeld.
Haakon Olafs, de arme, verweesde jongen,
die als 14 jarige knaap als een van allen
verlaten eenling op het Hollandsche strand
word geworpen, is thans millionnair en be
zitter van uitgestrekte goederen I
Ziedaar, wat onze held zelve door het
hoofd flitst.
XI.
Alles in orde, meneer; we zijn gereed
voor het vertrek
Haakon, die nog juist een oogenblikje
met Tom staat te praten, wendt zich met
een lachend „daar gaan we, ouwe jongen
om en krachtig schoot het met zijn sonoor
zeemansgeluid uitgesproken commando door
de spreekhuis: „Vooruit dun maar!" Ter
wijl hij van de brug af zijn donkere oogen
als met een arendsblik over alles laat heeu-
gaan, klinkt het weer „Alle hens aan dek
en aan het werk. Trap in en kabels los
Drie stooten
Boehoe, boehoehoe, hoedreunt het
over de Handelskade en daar set zich het
jacht „Oom Soeu" in beweging. Aan de
verschansing zien we een gezelschap van
behulp der wet-Loeff waren de ouders
uit hun macht ontzet. En nu moet men
ze zien in Breda, vroolijk, opgewekt,
met oogen vol blijde hoop op het
nieuwe leven, door de Vereeniging voor
Kinderbescherming voor hen geopend.
Zegt het voort, welwillende lezers.
Zegt het voort, tot alle goede men-
schen, wien het lijden van schuldelooze
kinderen een gruwel Is en die in staat
zijn in dezen te helpen.
Zelf behoeven ze stad of land niet af
te reizen om de arme verschoppelingen
op te zoeken en aan goede verpleging
te helpen. Daar zorgt de Vereeniging
voor Kinderbescherming voor. Mits deze
behoorlijke fondsen knjge. Zij bouwt
hier in de N.-Dieststraat een gastvrij
huis voor de ai me, maatschappelijke
verschoppelingen, en zij wacht van goede
menschen ruimen steun. Want de chris
telijke naastenliefde waakt immer.
Zegt het voort.
Bovenstaande ontleenen wij aan het
Dagblad van Noordbraband
En waarom
lo. Omdat het zulk eene prachtige,
zulk eene weldoende vereeniging is als
bovengeschetst, welker arbeiden .vel in
wijder kring mag worden bekend en
welker werken navolging verdient, ook in
onze streek.
2o. Om nogmaals de aandacht te
vestigen van autoriteiten op die twee
ongelukkige jongetjes v. d. A. uit
Sprang, die hier dag in dag uit, avond
aan avond rondloopen, haast geen
kleeren aan 't arme lijf.... en bedelen,
huis aan huis, eiken voorbijganger aan-
houdeu om een centwat brood of
wat ook en die in de ijzige avond-koude,
met scherpe winden, als sneeuwbuien door
de lucht snerpen, zoodat geen mensch
zich haast daarbuiten waagt, hier
aan hoeken van straten, in gebouwen
en portalen een weinig beschutting
zoeken tegen de bibberende koude, om
dan ten tien of elf uur zich te voet, of
met een wagen, waarvan de voerman
dames en heeren, waaronder eenigen van
onze oude bekenden.
Nel en Toos staan arm in arm naar de
vertrek-maatregelen te kijken. Even achter
haar is Tom druk in gesprek met een offi
cier, waarin we, als hij zich even omwendt,
terstond den heer Van Bleekland herkennen.
„Nou, wat zegt u er van, dames? Hij
doel het goed „Oom Soen", vindt u niet
zegt Tom na eenig9 oogenblikken tot Nel
en Toos.
Beiden, die schijnbaar aan heel iets anders
dachten ze hooreu tenminste eerst de
opmerking van Tom niet wenden zich
na een herhaliug er van tot de beide heeren.
„Ja, meneer Van Hoogland, voor zoover
als ik er over oordeeleu kan, is het jacht
uitstekend. Het ziet er dan ook magnifiek
uit, vin-je ook niet, Toos
.Of het! 't Is maar jammer, dat je niet
mee naar zee durftdaar zal het op dit
drijvend pronkjuweeltje nog heerlijker zijn,
als het zijn eerste danspassen op de maat
van de golven maakt."
„Nee hoor, daar waag ik me nog niet
aan. 't Is eigenlijk wel 'n beetje gek, dat
ik me niet durf toevertrouwen aan 't zee
manschap van in'n eigen man, doch dat is
nou eenmaal zoo. 't Zal echter wel komen,"
voegt Nel er glimlachend aan toe, terwijl
ze een liefde vollen blik op haar Haak werpt,
die daar boven op de sierlijke brug al zijn
aandacht wijdt aan het ongehinderd pas-
seeren van de vele vaartuigen, welke «an
de Handelskade gemeerd liggen.
„Gaat u mee, mevrouw Van der Schakel
vraact Van Bleekland aan Toos.
„Wel zeker," meneer Van Bleekland.
„Of dacht u, dat 'n dergelijke durf alleen
in raanskleeren steekt Nee hoor, ik ver-
laug zelfs op zee te zijn."
En Toos, die er uitstekend en weer ge-
zoo welwillend is, hun een plaatsje te
vergunnen huiswaarts te begeven, om
daar eene ruwe ontvangst te hebben
bij gebrek aan genoegzame bedelcenten
en een rustplaats te vinden op een paar
zakken op den vloer uitgespreid, zooals
onlangs de maréchaussée constateerde
om den volgenden dag dit droevige
werk voort te zetten.
Nogmaals kan en moet hier niets
gedaan worden.
Is er geen aanleiding genoeg, om de
ouders uit hun macht te ontzetten. Is
er geen persoon, geene vereeniging die
de voogdij op zich nomen wil.
Moeten deze kinderen maatschappelijk
en zedelijk ten onder gaan, geheel ver
loren voor de toekomst.
Nogmaals vragen wij de aandacht van
bevoegde autoriteiten.
Kan hier de voogdijraad niet tusschen
beide komeuwerkelijk de zaak is
dringend.
Afgewimpeld!
De kiesrechtkwestie is niet aan de orde.
Wij katholieken hebben in onafzien-
baren tijd niets met het kiesrecht uit
staande.
Zoo decreteert de Maasbode du haut
de sa grandeur.
En als de Maasbode iets decreteert,
daD is het zoo.
't Is waar, »een paar kleinere organen
uit onze pers1 hebben over het kies-
rechtvraagstuk geschreven als over iets,
dat binnen een eeuw wel aan de orde
zal komen.
Maar de Maasbode duwt met ware
grootheid die kleinere4 organen in een
hoek.
Te drommel, hoe durven die hun mond
opendoen voordat de Baas gezegd heeft
jongens, nu wordt het tijd 1
Die kleinere organen erkennen geen
grootheid, geen waardigheid, geen gezag
meer.
Waar moet dat heen en waar zal dat
eindigen
De Maasbode laat zich natuurlijk door
het voorbarig gepraat van dat wrieme-
heel verjeugdigd uitziet, kijkt den officier
met een plaagziek, uitdagend trekje op haar
sympathiek gelaat aan.
Van Bleekland antwoordt niet op deze
ietwat ondeugende opmerking, trouwens, hij
is er in de twee jaar, dat hi) wederom met
de familie Olafs converseert, al meer dan
gewoon aan geraakt, om door Toos weer
even plaagziek behandeld te worden, als in
den tijd, toen Nee, hij kan ubg niet
goed begrijpen, hoe hij zich destijds hiertoe
door Haakon heeft laten overhalen. Voordat
deze als millionnair van Martinique in
Holland whs gearriveerd, had hij zich reeds
bij de wederverschijning van Toos, als man
ven eer teruggetrokken, doch door het aan
houden van zijn vriend liet hij zich ton
-lotte weer overhalen, om in den familie
kring te verschijnen. En in dien tijd was
hot oude gevoel, dat feitelijk steeds op den
bodem van zijn hart als een ondoofbare
vonk was blijven gloeien, wederom tot een
felle vlam aangewakkerd. Hij bemint thans
Toos nog vuriger dan toen de liefdeshartstocht
voor 't eerst zijn ziel beroerde, maar nu zijn
de omstandigheden geheel anders. De fa
milie Olafs is rijk, schatrijk, ook Toos, want
Haakon's oom had in de enveloppe, die
niet eerder dan in Holland opengemaakt
mocht worden, een bij-testament gedaan,
hij den wensch te kennen had ge-
dat zijn neef aan de weduwe vau
er Vau Holland het vijfde deel der
moest afstaan, ter vergoeding van
de grove onbeleefdheid, dat hij nooit op de
brieven van den dokter geantwoord had,
maar vooral ter belooning van de edele
handelwijze, dier familie ten opzichte van
Haakon, 't Was werkelijk fijn gevoeld,
deze beschikking van den ouden man, im
mers pas in tegenwoordigheid van de be
langhebbende werd zij bekend. Toos is
waariu
geven,
den h
erfenis
lend kleingoed aan haar voeten niet van
haar stuk brengen.
Zij zal spreken als de tijd daar is.
Voorloopig heeft ze geen haast.
De waardigheid van een père noble
Men zou intusschen kunnen vragen,
waarom de katholieke Kamerclub en de
Algemeene Bond van R. K. Kiesver-
eenigingen het kiesrechtvraagstuk in
studie hebben genomen, als het toch in
onafzienbaren tijd niet aan de orde komt
En bewijst Patrimonium'» adres niet,
dat er ook onder de anti-revolutionnai-
ren zijn, die de kiesrechtkwestie niet naar
een verre, verre toekomst verwijzen
't Doet er niet toe, de Maasbode heeft
de zaak voor minstens een eeuw afge
wimpeld. Hsgzn.
Godsdienstoorlog.
Wel een verschrikkelijk woord maar toch
is 't thans niet te veel meer gezegd.
11 December is de groote dag, en had
de Paus de caltueele vereeniging verboden,
thans werd verwacht dat de kerkelijke
diensten zouden worden verricht volgens de
wet op het vereeuigingsleven van 1881.
Maar in alle kerken is bekend gemaakt,
dat na 11 December op de gewone wijze
voort wordt gegaan, zonder de bij de wet
van 1881 vereisebte verklaring bij de overheid
in te dienen.
De Paus heeft dit verbod uitgevaardigd.
Waarom verbood de Paus het vragen van
een jaarlijksche permissie
De reden van dit verbod is heel duidelijk
te zien. De Pa us heeft de zoogenaamde
liberaliteit van Briand niet kunnen aanvaa:-
den, omdat Hij daardoor de maatregelen
tegen de priesters en de seminaries, welke
in diezelfde circulaire stonden mede zou
goedkeuren.
De Paus is een slijfkop, zeggen zijn
tegenstander» nu. Ziet eens, hoe makkelijk
het Briand hem gemaakt heeft. Toen de
Paus geen cultueele vereeniglngen wilde,
liet hij het voortbestaan ^au den godsdienst
toe bij wijze van openbare vergaderingen
dus thans een rijke erfdochter, vandaar, dat
Frits zich zeer sterk tegenover haar op een
afstand houdt, ja, haar opzettelijk vaak
negeert tot zelfs bij 't onbeleefde af, om
het toch maar vooral te doen voorkomen,
dat 't verleden dood was. In 't eerst lette
Toos hier natuurlijk niet op, zij was nog
te sterk onder den indruk van den tragischën
dood van ha»r man en beur geheele hu
welijks-tragiek. Als echter langzamerhand,
onder den koesterenden invloed der moe
derlijke en zusterlijke teederheid, de pijn
lijke herinneringen aan deze lijdensperiode
aan helderheid verliezen en ten slotte ge
heel gaan insluimeren, komt de oude Toos
weer hoven, natuurlijk wel niet meer zóó
lichtzin nig—dartel en zoo ongekunsteld-
vroolijk als toen, msar toch weer vol plaag
zieke ironie. En toen zij dan in deze over
gangsperiode de terughoudendheid van Van
Bleekland opmerkte, begreep ze deze eerst,
doch al vrij spoedig kwetste ze haar vrou
welijke ijdelheid. In heur kort huwelijks
leven had ze dikwijls aan zijn aanzoek ge
dacht en was hij steeds voor haar verschenen
als een ideaal van degelijkheid eD, al wilde
ze het zichzelve niet erkennen, als zijnde
verraad aan haar gegeven woord, in dien
tijd rijpte in haar ziel de liefde voor den
man, dien zij destijds zoo lichtzinnig en
onnadenkend had afgewezen. Thans voelt
zij dit nog intenseren nu schijnen de
rollen omgekeerd te zijn Van Bleekland,
hoewel nog steeds vrij-celibatair, scheen
haar zooveel mogelijk te ontwijken en elke
zweem van intimiteit zells te vermijden.
Het psychologisch gevolg van deze schijn
situatie was, dat Toos' stille liefde steeds
sterker werd en zich, naar haar natuur,
uitte in een plaagziek sarcaime, ten koste
van het voorwerp, dat haar hart door ge
wilde onverschilligheid vaak zoo diep kwet-
En toen de katholieken tegen de formaliteiten
dier vergaderingen opkwamen, liet hij ze
alle wrg op i na, het vragen van permis
sie voor die vergaderingen. En dal verbiedt
de Paus nu.
M*ar 'ie heeren van overzij vertellen er
niet bij, dat dezelfde liberale circulaire van
Briand de priesters in den honger dreef eu
de opleiding tot het priesterschap onmogelijk
maakte. Alle toelagen werden ingehouden,
de kerken eu paleisen der bisschoppen op
geheven de priesters mochten geen profijten
mier hebben, de sepiiuaries opgeheven enz.
enz.
Had de Pans deze circulaire aangenomen
dan ware verruld het woord van Clémenceau
Er zal geen enkele kerk gesloten worden,
maar geen enkele priester die de cultueele
vereeniging weigert, zal er dienst doen.
In zulke valstrikken vliegt Pius X niet.
Daar komt nog iets bij. De Osservatore
Romano wijst daaiop. Briand is een sluwe
rakker, raar men zien zal.
De wet van 1881 vordert, dat voor een
openbare vergadering permissie wordt ge
vraagd. Nergens staat er, dat men zoo'n
permissie vragen kan voor een heel jaar
tegelijk.
M*ar in de Scheidingswet staat zoo iets.
Men moet, volgens deze wel, de regeli ig
der diensten aan den pretekt opgeven, doch
kan 't doen voor een heel jaar tegelijk.
Zóó vermengde Briand de wetten van
1881 eu 1905 (de Scheidingswet). En hij
deed 't voorkomen, alsof hij slechts de wet
van 188J verruimde. Doch hadden de katho
lieken gebeten, dan zou hij gezegd hebben,
dat het permissie-vragen voor een heel jaar
niet in de wet van 1881 staat, wel in de
Scheidingswet. En dat do katholieken de
Scheidingswet hadden geaccepteerd.
Het zal nu hard tegeu hard gaan, 40
millioen katholieken, wanronder vele laksen,
die 't zoover lieten komen die als 't ware
den druk der vrijmetselarij kozen, vallen
onder deze wet, die in al hare kracht zal
worden toegepast.
Do bisschop van Parijs heeft reeds ann-
zegging gekregeu om zijn paleis te ontruimen
en gistereu is op last van Cleraenceau huis
zoeking gedaan bij den nuntius, Mgr. Mon-
tatrnir.i en is deze over de grens gebracht,
sle, vandaar nu ook heur stekelige opmer
king aan 't adres van Van Bleekland.
„Willen we eens naar beneden gaan
zien zegt nu Nel, die de honneurs waar
neemt.
„Heel gaarne", is 't algemeene antwoord.
En 't gezelschap begeeft zich n&ar de
salons, die er alle keurig uitzien. Na 't
gezelschapssalon, waar de kop prijkt van
Haakon's oom, een mooi stut werk
rook- en eetsalon te hebben bewondard,
komt men aan den uitgang, waarvan aan
weerszijden twee fraai» staatsieborden staan,
waarop een paar paneeltjes met gezichten
op Martinique. Het eene is de kunstvolle
weergave vau de villa van Haakon's oom
met omgeviug, het andere is een duingezicht,
met een modern landhuis boven op een
duinplateau en een vierkant gebouw, op
welks voorgevel we leien „Zeemaushuis,
Soen Olats-etichting".
„Beter gebruik had Haakon van zijn
rijkdommen niet kunnen maken," merkt
Tom bij de beschouwing van dit paneel op.
(Wordt vervolgd.)