iNummer 69. Zaterdag 31 Augustus 19U7 30 Jaargang Tweede Blad. Alg. Ned. Hond van Schoenfabrikanten BUITENLAND. Pelg Kngeland Oostenrijk-Hongarijen. Jaarverslag iiltgcbr»clit op de Algemeene Vergadering, Zondag 5 Augustus 1907, te Dongen in Musis Sacrum. Mijne Heer en Wanneer men aan het jaaryerslag eener vereeniging als de Alg. Ned. Bond van Schoenfabrikanten een ietwat hoo- gere bestemming wil geven dan een dorre opsomming der plaats gehad heb bende gebeurtenissen wanneer men met het oog op de toekomst zulk een ver slag tot een document van eenige histo rische waarde wil maken, dan behooren daarin de meest sprekende feiten niet alleen gememoreerd, doch ook bespro ken te worden, opdat zij die na ons komen, in dat verslag eenig bruikbaar materieel zullen vinden. Vandaar dat ik Uwe toegevendheid inroep voor eenige voorafgaande opmerkingen en eenige oogenblikken Uwe aandacht verzoek. Het uitbrengen van het jaarverslag brengt wel altijd eenige moeilijkheden mede doch stemt mij altijd tot voldoe ning daar toch steeds ieder jaar daaruit blijkt wat door den Bond gedaan werd tot bloei der Industrie in zijn geheel en voor de leden in het bijzonder. Het vereenigingsjaar begon met de Algemeene Vergadering te Tilburg op Zondag 5 Augustus. Gewaagden wij in ons1 vorig jaarverslag met woorden van dank en hulde aan de Afd. Kaatsheuvel voor de grootsche en gulle ontvangst genoten bij de vorige congresvergade ring aldaar gehouden, in Tilburg werden de stoutste verwachtingen overtroffen. De belangstelling die in onzen Bond zoowel bij regeerings als plaatselijke autoriteiten steeds grooter wordt spreekt zich telkens uit bij onze Alg. Verga deringen. Ten ongeveer half een begaf zich het Hoofdbestuur naar de Ambachts- en Industrieschool waar het door de commissie uit Tilburg werd ontvangen, en waar spoedig de edelachtbare heer W. P. A. Mutsaers burgemeester van Tilburg arriveerde om de vereeniging de eer aan te doen den tentoonstelling te openen. Z.Edelachtbare werd ontvan gen door den Heer Mannaerts president der afdeeling Tilburg en de President den Heer E. Klijberg-Pernot. Tevens was ook' aanwezig de Heer Raven in specteur van den arbeid te Breda. Na een eerste begroeting begaf men zich naar de zaal waar de ontvangst der Heeren en de opening der tentoon stelling plaats had. De Heer Mannaerts nam hier het woord. Zich als President der afdeeling de moeielijkheid niet ont veinzend toen destijds de keuze voor de Alg- Vergadering met tentoonstel ling op Tilburg viel, begon de geachte spreker zijn dank uit te brengen aan het Bestuur der Ambachts- en Industrie school en vooral aan den Heer Stein- man die ons met alle mogelijke hulp van dienst was, en daardoor bewezen heeft dat in zijn hart ook plaats is voor belangstelling in ons vak. Met een hartelijk woord van welkom sloot de Heer Mannaerts zijn rede. De President voelde zich verplicht hierop, een enkel woordje te zeggen. Teruggaande tot de Vergadering te Kaatsheuvel waarop onder algemeen applaus besloten werd de volgende ver gadering in Tilburg te houden was hij er toen reeds van overtuigd dat de ontvangst en regeling wel goed zouden zijn, doch dat deze zoo schitterend zou worden als thans met genoegen kan ge zegd worden, had hij ook niet durven denken. Den Heer Steinman brengt spreker zijn dank voor het smaakvol arran- geeren der tentoonstelling. In de aan wezigheid van den Heer Raven vindt de President aanleiding te spreken over de belangstelling in onze industrie en hoopt dat de goede verstandhouding tusschen den inspecteur en de werkge vers mag blijven voortbestaan. Ten slotte wordt door den President de hooggeachte Burgemeester verzocht de tentoonstelling te openen. De Edelachtbare heer Burgemeester antwoordt hierop. Op den voorgrond stellende dat het hem groot genoegen deed toen hij vernam dat den Bond zijn vergadering en Tentoonstelling in z'jn plaats zou houden beschouwde hij het wel degelijk als zijn plicht daarheen te gaan. Tilburg de industrieele stad be groet volgaarne elke industrie doch vooral de onze. Met genoegen consta teert de geachte spreker dat de 4 a 5 groote schoenfabrieken een toonbeeld zijn voor de wolindustrie en wat energie en orde vermogen. Na nog een hartelijk woord van welkom releveert de geachte spreker de schitterende Tentoonstelling te Waalwijk in 1903 en na nogmaals een woord van hulde voor ons streven om door te houden wedstrijden de kennis van het vak te verhoogen verklaart hij de Tentoonstelling voor geopend. Luide bravo's volgde op deze zoo hartelijke en welgemeende woorden. Velen onderons zullen zich zijner nog wel herinneren en betreuren dat de dood ook dezen ach- tens waardige man in dit vereenigings jaar heeft opgeeischt. De President daarop den Heer Burgemeester dankend voor de schoone woorden aan de Schoen industrie gewijd herinnert nog aan den steun die hij in 1903 aan de Vakten toonstelling verleende. Het vertrouwen in de Industrie is daardoor gestegen en alhoewel wij nog niet voldoende der steun ondervinden als bijv. de landbouw is toch de belangstelling in ons vak gestegen. De Burgemeester dankte nog maals en uitte den wensch ons dikwijls te Tilburg tezien. Daarna werd de eerewijn rondgediend en deelde de heer Raven ongeveer het volgende mede. Na zich eerst afgevraagd te hebben of deze Industrie wel zoo belangrijk was, kwam hij na onderzoek tot de volgende cijfers. In 1899 werd bij beroepsstelling bere kend dat het de eerste Industrie in Noord-Brabant is, dat na de landbouw, er de meeste menschen hun brood in verdienen. In 1899 werkten er 6000 ge huwden en 8000 ongehuwden tegen 5000 en 6000 in de Textielindustrie. Ten slotte werden door de Heer Raven de beste wenschen geuit en goed succes gcwenscht met ons streven. Daarna werd een rondgang gemaakt over de tentoonstelling die zeer prachtig gt installeerd was. De inzendingen van schoenen en patronen waren talrijk en uitstekend werk was er geleverd- Alvo rens ons verslag te vervolgen dienen wij nog even terug te gaan tot de keuring die 's Maandags te voren had plaats, gevonden. De Heeren van Beekum uit Rotterdam, Frielink en Peters uit Am sterdam en Waisvisz van den Haag, hadden volgens hunne goede gewoonte direct gevolg gegeven aan onze uitnoo- diging om de in te zenden schoenen en patronen te keuren. Ook waren hierbij voor de eerste maal aanwezig de Heeren van As uit Bergenopzoom en Adr. Govers uit Dordt. Het ingezon- dene was door de Afdeeling Tilburg flink en goed te overzien geëtaleerd op de bovenzalen van de Ambachts- en Industrieschool. Zooals echter hierboven reeds meegedeeld was er veel en veel goeds ingezonden. Rekent men nu hierbij een meer dan tropische hitte dan moet men den ijver bewonderen der Heeren Juryleden om dit betrekkelijk groote werk in een middag te voltooien. Het woord van dank tot hen gesproken door de President was dan ook ten volle verdiend. De Hoofdbestuur en Algemeene Ver gadering werden in de Nieuwe Harmonie gehouden en waren goed bezocht. Aan de feestmaaltijd in dezelfde sociëteit ge houden werd door een vijftigtal leden en donateurs deelgenomen. De gezellige toon die altijd op deze maaltijden heerscht, ontbrak ook hier niet. Het concert door de Nieuwe Koninklijke Harmonie in den tuin reeds aangevan gen werd door allen bijgewoond en was een waardig slot voor dezen uitstekend geslaagden dag. De Afdeeling Tilburg tan op dezen dag altijd met genoegen terugzien. September werd bij Jan Marinus een buitengewone vergadering gehouden naar aanleiding der voorgestelde invoerrech ten op overleer. Te voren was reeds een schrijven bij den President ingekomen van den heer van Haren Nomann, lid der staatscommissie voor de technische herziening van het tarief der invoerrech ten. Het zou ons te ver voeren deze briefwisseling destijds met onzen Presi dent op te nemen. Destijds zijn deze stukken in extenso in de Schoenindustrie geplaatst. Deze buitengewone vergade ring werd zeer druk bezocht. Na eenige discussie werd besloten om een com missie te benoemen om het dreigend gevaar alsnog te voorkomen. Benoemd werden de heeren Klijberg, Mannaerts en van Schijndel die de benoeming aan namen. Deze commissie heeft met de statistieken aan de hand de gevraagde inlichtingen verstrekt en met klem ge toond dat dit nieuwe tarief een ramp zou zijn aan de Industrie en zeer zeker de opkomende export zou onmogelijk maken. Tot dit doel had de commissie een conferentie met de heeren Van Haren Nomann Amsterdam en IT. J. Klüssener Rotterdam. Den welgemeenden dank van alle leden en donateurs zij der commissie gebracht. Op deze vergadering werden ook de monsters van Transvaal uitgepakt en door de President met den secre taris de noodige inlichtingen gegeven Het algemeen gevoelen was echter dat bij die prijzen van zaken doen wel weinig of geen sprake meer kon zijn. Deze monsters zijn daarna nog in alle afdee- lingen geweest, zoodat ieder lid zich van een en ander kon overtuigen. Weinig vermoedde men op deze ver gadering dat de dood weer weldra een der leden zou wegrukken. Den heer M van de Bergh die op deze vergadering nog zoo levendig deelnam aan de discussie zou den Bond ontvallen. Hij de grootste onder alle collega's liet zich daarop nooit voorstaan en was voor elkeen op vergadering of samenkomst even spraak zaam en gemoedelijk. Als mede-oprichter van den Bond heeft hij bijna geregeld de vergaderingen gevolgd en steeds op de zijn eigen ge moedelijke manier zijn gevoelen geuit. Zijn aandenken blijve in eere. In korten tijd waren veel handwerk bazen verbaliseerd wegens de ongeval lenwet. Niet alleen omdat zij de thuiswerkers niet op de lijst hadden gebracht, maar tevens werden zij aangemaand de loon lijst over de vorige jaren bij te werken en te betalen. In een en ander school naar onze meening een groote onbillijk heid en werd getracht daarin verandering te krijgen. Tot dit doel was een bijeen komst aangevraagd te Kaatsheuvel. Aanwezig waren de leden van Kaats heuvel, verschillenden van Oisterwijk, terwijl Dongen door te laat in kennis komen niet meer tijdig aanwezig kon zijn. De President met den secretaris woonden tevens de vergadering bij. Na eenige discussie werd besloten dat de President met den heer M. van Beurden van Kaatsheuvel en C. J. Kooien Ois terwijk zich in commissie zouden bege ven naar den secretaris van de raad van beroep. Op 15 December diende de zaak van den heer W. van Nieuwstadt te Kaats heuvel, contra de Rijksverzekeringsbank voor den Raad van Beroep. De heer M. van Zinnicq Bergmann heeft in deze zaak gepleit voor den heer van Nieuw stadt, doch is helaas niet op de princi- pieële quaestie ingegaan maar heeft ver nietiging van de beslissing gevraagd omdat de Rijksverzekeringsbank, elk jaar een afzonderlijke beslissing had moeten maken wat niet gebeurd is. De uitspraak dezer zaak op 17 Januari luidde ten gunste van Van Nieuwstadt. Doet zich dus weer een geval voor dan arouden wij opnieuw eern uitspraak van den Raad van Beroep, desnoods van den Centralen Raad uit moeten lokken. Het aantal leden en donateurs is dit jaar stationnair gebleven. Door den dood verloren wij behalven de heer v. d. Bergh den heer Hamers, secretaris der afdeeling Drunen en den heer W. van Beurden te Kaatsheuvel. De zaak van wijlen den heer Hamers werd opgeheven terwijl voor de andere firma's het lid maatschap aan de opvolgers overging. De financiën van den Bond zijn nog horizon zichtbaar kwam thans weer op- i vooruitgaande, alhoewel er steeds grooter dagen om ons veel schade en onheil te kosten zijn. De voordeelige kas danken Dezelfden dag dat de Algemeene Veigadering gehouden werd kwam bij den voorzitter een kennisgeving dat de destijds door den Heer de Jong gekochte monsters in Transvaal waren aangeko men te Roosendaal. Daar dit natuurlijk te laat was voor de Algemeene Ver gadering werd in ons blad medegedeeld dat binnen korten tijd deze ter bezichti ging zouden worden gesteld. Spoediger als iemand veronderstelde werden wij weer in vergadering getroffen te Tilburg. Een donkere wolk vroeger reeds aan de berokkenen. Zaak was dit onweer zoo mogelijk nog te voorkomen. Den 17 wij hoofdzakelijk aan de Redactie van de Schoenindustrie die door de plaatsing van advertenties hieruit een aardige bron van inkomsten maakt. Niet zoo aangenaam is het voor mij te moeten wijzen op de geringe mede werking der andere leden in zake deze. Het is toch zoo gemakkelijk en kost toch niets om bij ten bestelling te schrijven of te zeggen. Volgens uwe advertenties in de Schoenindustrie enz. Men begrijpt toch zeer goed dat op die manier de adverteerder het nut inziet en niet zoo gemakkelijk zal uitscheiden met het adverteeren. De Tentoonstelling in 1908 kon om verschillende reden niet doorgaan. De toestand onzer Industrie was in den aanvang van het Bondsjaar betrekkelijk goed In September en later werden flinke voorjaarsorders ontvangen zoodat alles een eenigszins betere toe komst deed vermoeden. Het slechte weer direct na Paschen heeft echter hoofd zakelijk deze verwachtingen den bodem ingeslagen- Behalve dezen waren nog andere omstandigheden daar als duur geld en nog steeds dure grondstoffen. Ik moet dan ook mijn verslag sluiten met de mededeeling dat onze Industrie thans een moeilijke tijd doormaakt. Zoo erg als in de verschillende bladen gemeld is, is het nog niet. Wij zijn niet in de weelde verwend en hebben nog wel voor andere vuren gestaan. Het valt daarom niet te betwijfelen dat de be kende energie en wilskracht ook deze tijden wel zal doorwerken. Heb ik in dit verslag het een en ander aan de vergetelheid trachten te ont trekken mogelijk zijn er enkele zaken vergeten waarvoor ik uwe toegevend heid inroep. Sluiten wij ons verslag met de wensch dat niet tevergeefs een beroep is gedaan op uw aller medewerking. Steunt het Bestuur in alles' wat het doet in het belang der Vereeniging. Tracht door het aanwerven van Leden en Donateurs en advertenties de financieele draagkracht nog grooter te maken. Want hierdoor zal onze wensch de gestadige vooruit gang van den Bond worden vervuld. ie. De werlieden bedrogen. Onder het opschriftDe werklieden schandelijk bedrogen, schrijft het Hbl. v. Antw. >Kop houden was het ordewoord, zoo bij Willen is Kunnen als bij de Fédéra- tion Maritime. En wil men weten wat er gebeurd is f Op de gesloten meeting, die gisteren avond plaats had, hebben de leiders de werklieden, die niet aan de graan- en houtbooten gebezigd worden, bevol' n vandaag aan het werk te gaan. En de sukkels, die zich veertien dagen het brood uit den mond lieten trekken, mogen nu, dat zij bij het socialistisch leger zijn in gelijfd want dat was de oorzaak als een hond, die een ram meling verwacht, terug naar de bazen gaan en teekenen al wat deze hun voor- leggen, zonder een centiem geprofiteerd te hebben. Veertien dagen lang hebben zij, hoor de staking, waartoe voor hen niet de minste aanleiding bestond, de eischen der hout- en graanmannen gesteund, en, ziende dat die eischen nu geen kans tot gelukken meer leveren, worden zij teruggezonden naar de plaats, die reeds door honderden vreemde dokwerkers wordt ingenomen. En, als nu de graan- en houtwerkers door dat gezamenlijk optreden, nog maar iets hadden gewonnen, zouden die groo te kinderen nog het genoegen van een zedelijke zelfvoldoening hebben. Maar daar is niets van. Er werd, zegt men, toen Chapelle en Wieme het bevel tot terugkeeren gaven, wel eenigszins door de belanghebbenden geprotesteerd, doch ten slotte kraaide ïun haan toch koning en de werklieden gingen kalm naar huis.* Tot steun der graan- en houtmannen zullen de havenarbeiders van den vierden dag dat zij werken aan hen een deel van ïun dagloon afstaan. Het loon der drie eerste dagen behouden zij voor zich. Reeds zijn er weer ongeveer 3000 Ant werpenaren in de haven aan den arbeid. De Engelschen zijn bijna allen reeds naar huis gezonden. Er bestaat eenige vrees voor ongeregeldheden als de Fé- dération Maritime succes heeft met haar verzoek aan de stouwers, om morgen de noodige werklieden naar de graan- jooten te zenden. De Correspondent van de N. R Ct. schrijft Op het bureau der Fédération Marti- me verklaart men mij hedenmiddag den toestand als volgtMen is nu terug tot dien van Maandag laatstleden; 1500 Antwerpenaars en ruim 2000 vreemde lingen zijn aan 't werk. De weigering om op de graan- en houtbooten te gaan werken is minder voorgekomen dan ver moed was Men neemt voor reguliere lij1-en en stukgoedlaatbooten alleen die arbeiders aan, welke voor den 27en de geëischte verbintenis hebben ondertee kend. Men verwacht dat meer en meer werklieden zullen bijdraaien en dat bin nen weinige dagen alles den gewonen gang zal gaan. Óp de bijeenkomst der arbeiders heeft Chapelle verklaard, dat het nu buigen of bersten is, en dat men desnoods dit laatste verkiest. Volgens de Lloyd Anversois waren er gisteren 122 stoomschepen en 46 zeilschepen in de haven. Men berekent dat om het noodige werk op deze booten te verrichten er niet meer dan 5400 man noodig zijn, zoodat men maar een paar duizend werklieden te kort komt. Er zou in de Fédération maritime een sterke neiging bestaan om de wenschen der havenarbeiders in gunstigen zin op te lossen, als zij maar ophouden de patroons als vijanden te behandelen en niet langer naar de leiders luisteren. Men verwacht nu nog eenige dagen moeite maar gelooft niet dat de werk lieden het nog lang zullen uithouden. De patroons zijn in ieder geval besloten niet toe te geven. Door hun laatste be sluit hebben zij allen twijfel daaromtrent willen wegnemen. Willen is Kunnen liet den burgemees ter weten dat Champelle en Wieme zich willen terugtrekken en rekenen op zijn tusschenkomst opdat een minne lijke schikking tusschen patroons en werklieden van hout- en graanschepen tot stand worde gebracht Deze brief kwam vanmiddag in afschrift toe aan de Fédération die er niet toe kan be sluiten de patroons van hout- en graan- booten van haar andere leden te schei den. Men zal er desnoods 2 a 3 millioen voor over hebben om den slag 't huis te halen. De belangen dezer patroons komen slechts voor een kwart bij die der aan geslotenen tot de Fédération in aan merking. Het scheepvaartverbond heeft be sloten, de dokwerkers uit te sluiten zoo lang zij niet allen het werk hervat heb ben. Voor dat doel besloot men nog een millioen franc te besteden. Tegenover die houding van de patroons hebben de werklui besloten, het verzet te handhaven. Vanochtend zijn er bijeen komsten gehouden. Aan de haven is 't kalm. Het vreemde werkvolk werkt er. De gendarmerie is versterkt. De Engelsche troonrede. Het Parlement is verdaagd. De troon rede spreekt genoegen uit over het be zoek van den koning en koningin van Denenmarken, dat, zoo heet het, niet kan nalaten de vriendschappelijke beo trekking tusschen de twee landen te versterken en voldoening overhet bezoek van prins Foesjiminoemt de betrekkin gen met de vreemde mogendheden vriendschappelijk; deelt mede, dat er met Spanje een overeenkomst is geslo ten ter verdediging van de wederzijdsche belangen in de Middellandsche Zee en den Atlantischen Oceaan uit het ver trouwen, dat de beraadslaging op de Haagsche conferentie tot overeenkom sten ter verzachting van het oorlogs kwaad en verzekering van den vrede zal leiden kondigt verbetering aan in het bestuursstelsel van Indië, waarbij in den raad van Indië de tegenwoordigheid en het advies van Indische leden ver kregen zal wordenspreekt de hoop uit, dat de verleening van zelfbestuur aan de bevolking van de Oranjerivier- Kolonie tot haar welvaart en tevreden heid zal leidenen behandelt voorts binnenlandsche zaken. Het schijnt nog niet uit te zijn met de ontmoetingen tusschen vorsten, en koning Eduard van Engeland lijkt wel op tournee te zijn gegaan met dat doel. Nu weer wordt beweerd dat hij te Mari- enbad, in een gesprek met den Russl- f—WW mi' UIIMMHMNHMCMI

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1907 | | pagina 5