u
en
tslu
Summer 89.
Zondag 10 November 1907.
30® Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
n.
jergl
DE
el.
m.
ANTOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
LANDBOUW.
Uitgever:
De ingediende Ouder-
domsverzekering.
FEUILLETON.
prijzen,
1 E K
L.
3k.
WAALWIJK. Telefoonnummer 38.
enke
en ei
n ei
.WIJK
rCWj
ruids-
iruid
latten
Rozen
en dei
allei
WIJK
d elicit
ah N«
ijfjarij
maiti!
landat,
riendcr
t ptott
P«r pov
0,55
0,30
0,70
0,45
0,45
0,45
0,38
0,42'j
0,40'
0,89
0,37»
0,351/
0,34'/
0,39
0,38
0,60
0,60
0,80
0,40
0,25
0,90
0,85
0,80
0,35
0,25
CO.
3
'ruit et
jlikket
irkome
den et
rbij he
s.
iug de
eden d
aast bij
Wollei
Peluw
itrassci
r 46.
Id I 21
leriooü
n 4.5(i
311
liteit.
50.
s
5
in
tie.
Bideti
eubelet
De Echo van het Zuiden,
dl Longstraatsck Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maandeu f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f0.90.
Brieven, ingezonden stuiken, gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
A.dvkrtentiën 1—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Adverteutiën 3inaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciple zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
Ill (SLOT.)
Alvorens met de slotbeschouwing te
beginnen, eerst een kleine rectificatie
van de eind-opmerking in het tweede
artikel. Deze luidde, zooals de lezer
iich nog wel zal herinneren, dat de
Kamer ernstig in overweging werd ge-
gegeven, om het ontwerp in dien geest
te amendeeren, dat het niet alleen een
ouderdoms-, maar ook een invaliditeits
verzekering werd. De bedoeling hiervan
is natuurlijk niet, dat de Kamer dit ont
werp zou moeten omscheppen in een
ouderdoms- en invaliditeitsverzekering
dat zou zij door amendeering eenvoudig
niet kunnen en bovendien zou de mi
nister zich tegen een dergelijke ver-
krachtiging van zijn ontwerp met alle
geweld verzetten doch de bedoeling
hiervan is dezedat de Kamer bij
amendement in dit ontwerp eenige arti
kelen zou aanlasschen zoo, dat er de
invaliditeitsverzekering in beginsel aan
verbonden werd. Dat zou èn in de lijn
liggen van den minister èn mede in de
lijn van de verzekeringswetgeving, gelijk
die volgens deskundigen behoort te
zijn-
En thans nog eenige hoofdlijnen van
het ontwerp aangegeven. Wij zeggen
eenige hoofdlijnen, want 't gaat niet aan,
om dit verbazend ingewikkeld en in
zware rechtstaal geschreven ontwerp
binnen het bestek van een couranten
artikel geheel te omlijnen.
In ons vorig artikel merkten wij reeds
op, dat verzekering verplichtend is ge
steld. Bij dit ontwerp kan men met volle
recht spreken van een verzekeringsdwang
want, zoo de werkman niet de verzeke
ring sluit en de daaruitvoortvloeiende
verplichtingen niet nakomt, staat de
strafrechter gereed, hem te straffen. De
strafrechter zal bij de toepassing van dit
wetsontwerp dan ook een belangrijke
rol spelen. Niet minder dan 26 artikelen
(van art. 277 tot en met art. 303) be
vatten nl. strafbepalingen.
De verplichte verzekering is dan ook
't meest karakterstieke verschil, dat dit
ontwerp met eene particuliere verzekering
heeft.
De twee andare punten van verschil
met een particuliere verzekering zijn ook
wel van overwegenden aard, maar toch
niet zóó teekenend. Immers bij eene
rz/yèjverzekering spreekt het van zelf,
dat het Rijk de betaling der rente
waarborgt. En uit deze verplichting
spruit weer voort 't tweede bedoelde
verschil, n.l. dat de staat gedurende de
eerste 75 jaar elk jaar zes millioen
vierhonderdduizend gulden zal betalen
om mogelijk te maken dat de verzeke
ring direct zooveel mogelijk ingaat,
zonder dat de betaalde premiën de som
geld nog kunnen hebben opgeleverd,
die de uit te betalen rente noodig hebben,
terwijl de staat later, als de premies de
renten zullen opbrengen, per jaar zal
betalen f550000, zijnde de kosten van
administratie.
In ons tweede artikel wezen wij er
reeds op, dat dit naar onze bescheiden
inzichten geen 75 jaar zal behoeven te
duren.
Dit ontwerp zal dus als wet scheppen
een verzekeringsdwang voor alle werk
zaamheden ('t zij hand- 't zij hoofdwerk
man) uitgezonderd - wij noemden reeds
eenige categoriën
1 vreemdelingen, die hier werken
2 den man, die rijks- provinciaal
gemeentepensioen en dergl. kan krijgen;
3 den werkman, die zelf of wiens
vrouw tenminste f 200 per jaar inkomen
uit vermogen heeft
4 den werkman, die eerst na zijn 35e
jafer verzekeringsplichtig wordt (de wet
jepaalt, dat men bij toetreding tot de
verzekering niet ouder mag zijn dan 35
jaar en nu kon 't gebeuren, dat iemand
na zijn 35 jaar door b.v. ontslag uit zijn
betrekking minder gaat verdienen dan
f 1000 per jaar en dan is hij ver
zekeringsplichtig, maar dan heeft hij den
eeftijdsgrens overschreden en kan zich
dus niet meer verzekeren, vandaar deze
uitzondering)
5 den werkman, die invalide is,
wanneer hij verzekeringsplichtig zou
Tm „DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
ii.
5)
Hij verzonk opnieuw in gedachte, terwijl
hij door den mistigen morgen reed.
Drie uren nadat hij het Heidehof verlaten
had bleef zijn paard voor het kasteel van
Wallhorst staan. Hij sprong uit den zadel,
gaf de tengels aan eenen dienstknecht en
wendde zijne schreden langzaam door de gan
gen van het oude slot.
Het kasteel WallhorBt was grootsch van
bouw, met balkonB en spitsche torens versierd
terwijl groote gothische vensters diep in de
muren drongen en van binnen een flauw dag
licht lieten dringen. Diepe stilte omgaf het
graaflijk slot. De graaf steeg de trappen van
den hoofdingang op, trad in eene voorzaal en
dan in eene kamer. Deze was groot en prachtig
gemeubeld kostbare met bloemen doorvlochten
tapyten, meesterschilderijen, en standbeelden,
die de wanden versierden, duidden den ïijk-
dom des bezitters aan, den goeden smaak en
den kunstzin der bewoners.
Op het oogenbik dat hij de kamer binnen
trad werd zijn oog door een nog schooneren
aanblik geboeid dan door dien welke al die
schatten hem aanboden. In eenen leunstoel zat
de meesteres van het huis. Het weifelend
zonnelicht, dat door de damaBtgordijnen een
rooden schijn in de kamer wierp, hulde de
gestalte in eenen betooverenden schijn. De
ravenzwarte haren waren in dikke vlechten
om het schoon gevormd hoold gelegd, en deden
het reine doorzichtig gelaat, waarop eene
llchtroode kleur gegoten was, wonder wel
uitkomen. Hare groote zwarte oogen waren op
het tapijt gericht en werden door lange wim
pers overschaduwd. De sierlijke blanke handen
rustten gevouwen op baren schoot en in die
houding maakte de dame eenen indruk, als
worden en
6 den werkman, die reeds de ouder
domsrente trekt
er kan ook ontheffing van den ver
zekeringsplicht plaats hebben, b v. voor
ïen, die pensioen of rente of ingevallen
rente trekken- Ook kunnen personen
die, ondanks meer dan f 1000 gaan ver
dienen toch verzekeringsplichtig blijven,
als ze verzekerd waren verklaren, dat ze
verzekering als vervallen beschouwen.
Zij zijn echter dan de gestorte premies
cwijt.
Nu zijn er echter nog enkele weinige
gevallen van vrijwillige verzekering. Zoo
voor den kleinen ondernemer, die den
leeftijd van 22 jaren nog niet bereikt
heeft en wiens inkomen niet meer dan
f1000 per jaar bedraagt. Deze kan dan
zich zeiven en zijn weduwe verzekeren.
Ook de verzekerde, die ontheven is van
zijn verzekeringsplicht (dus hij, die meer
dan f 1000 verdient) of de blijvend-invalide
verklaarde.
De premie, die', zooals we reeds op
merkten, in den regel door den werk
gever moet betaald worden, wordt
voldaan door het plakken van rentezegels
op de rentekaart.
Uit die betaalde premies wordt nu de
ouderdomsrente berekend en wel zoo,
dat de rente bestaat uit een grondslag
en een verhooging. De grondslag is het
bedrag dat wordt gevonden als men
het 345 voud van het gezamenlijk bedrag
der betaalde premiën deels door het
aantal weken, dat de verzekering ge
duurd heeft. De verhooging bedraagt
15 ten honderd van het totaal bedrag
der betaalde premiën. Heeft deze b. v.
1 minimum aantal weken geduurd, d. i.
1248 en bedioeg de premie 32 c, dan
is er in die 1248 weken aan premiën
betaald 1248 X 32 c. f 399,36. Dit
moet nu 345 maal genomen worden,
zoodat men dan krijgt f 137779,20. Dit
gedeeld door f1248 geeft f 110. Hierbij
komt dan nog 15 ten honderd van 't
totaalbedrag der betaalde premiën, wat
ongeveer f60 bedraagt, zoodat voor
dit geval de ouderdomsrente zal zijn
f 110 X f60 f170 per jaar of bijna
f3,50 per week- Ziedaar in 't kort de
berekening.
Zooals reeds opgemerkt is, geven de
door of voor den man betaalde premiën
ook aan de weduwe recht op weduwen
rente. De weduwenrente bedraagt f 114
per jaar en dit kan eventueel komen
bij de rente, die de vrouw wegens
eigen premiebetaling heeft- Is b. v. de
vrouw fabriekarbeidster en daardoor
verzekeringsplichtig, dan trekt zij op
65-jarigen leeftijd niet alleen haar eigen
ouderdomsrente, waarop ze recht heeft,
maar ook, indien'haar verzekerde man
overleden is, haar weduwenrente. Ook
kan 't plaats hebben, dat en man en
vrouw beiden de ouderdomsrente ge
nieten op 65-jarigen leeftijd Veronder
stel, dat deze voor ieder f 260 is, dan
krijgt dat echtpaar per jaar uitbetaald
2 X f260 f 520 of ruim f 10 in de
week.
Was echter cde man boven de 60,
toen hij met zijn vrouw trouwde of zijn
ze van tafel en bed gescheiden, dan
geniet de weduwe geen weduwenrente.
Dit ontwerp van Ouderdomswet
zooals het officieël heet, heeft een ge
heel centraliseerend karakter. Immers,
de uitvoering van de in deze wet ge
regelde verzekering is opgedragen aan
een te 's-Gravenhage gevestigde Rijks
instelling >Ouderdom«rentebank» ge
naamd, waarnaast geen particuliere
maatschappijen kunnen optreden. W el
is ook aan de districtskassen, bedoeld
in de Ziekteverzekeringswet 1907, de
uitvoering van deze wet opgedragen, doch
deze zijn ook centraliseerende lichamen.
De kantoren der posterijen zijn tevens
de kantoren der Ouderdomsrentebank.
Deze beslist in kwestieuze gevallen in
vele gevallen bestaat van die beslissing
beroep op de raden van beroep en in
hoogste ressort op den centralen raad
van beroep.
En ziedaar dan, in de groote hoofd
lijnen aangegeven de bepalingen in dit
ontwerp.
Natuurlijk zal het in eenen grooten
socialen nood voorzien, en hopen wij,
indien alle aan te wenden pogingen voor
een gelijktijdige invaliditeitsverzekering
schipbreuk lijden, van ganscher harte,
dat dit ontwerp in het Staatsblad ver
schijnt. Wij behooren niet tot hen, die
omdat ze niet het heele ei kunnen krijgen,
ook het halve niet willen, 't Is in elk
geval een stap in de goede richting, een
sociale verbetering.
Ten slotte: Wij hebben om niet de
aandacht van de hoofdzaak af te leiden,
critiek op de groote details achterwege
gelaten. Trouwens, het hoofdgebrek
«'t ontbreken der invaliditeitsverzekering»
releveerden we reeds. Het blijve dus
voorloopig bij deze beschouwingen, later
zal er wellicht nog gelegenheid genoeg
zijn. op deze belangrijke materie terug
te komen-
ML'JU
Van Hei tot Wei.
In ons vorig artikel deelden we mee,
hoevele lage heidevelden tegenwoordig zonder
diepe grondbewerking en daardoor met be
trekkelijk geringe kosten ontgonnen kannen
worden, n.l. zoodanige heidestukken, die vrij
vlak zijn, geen wilde flora vertoonen en in
den ondergrond geen harde banken bezitten.
Heideontginning op voordeelige wijze wordt
door velen nog onmogelijk geacht, omdat
men nog steeds denkt aan de vroegere mis
lukkingen, ot aan de latere vrij wel ge
slaagde, maar verre van goedkoope ontgin
ningen.
Proefnemingen der laatste jaren deden
zien, dat sommige velden, waar een behoor
lijke laagheidehumus wordt aangetroffen en
de plantengroei (plekjes gras met gagel,
distels en zonnedauw) wijst op een vocht-
ïoudenden, vermoedelijk leemach'tigen bodem,
bizonder geschikt zijn voor ontginning uiet
alleen, maar dat deze oek zonder diep los
maken van den grond met succes in goed
grasland kunnen worden herschapen.
Een mooi voorbeeld hiervan en een illus-
treering van ons vorig artikel is onze eigen
erwaring hier omtrent in dit jaar.
We legden voor rekening van het Kali-
jyndikaat (Landboawkundig Bureau, Utrecht)
een heide-proefveld aan, groot een halven
bunder.
Waar veel heide stond, werd deze ver
wijderddaarna werd de grond met een
vleugelegge goed geëgd en vervolgens droog
gelegd. Het zand uit de greppels werd over
het terrein gebracht en vormde het kiembed
voor de gras- en klaverzaden.
Na een bemesting met 1000 K.G. kalk,
1000 K.G. slakkenmeel en 1200 K.G. kaï
niet volgde een inzaaiing met een daarvoor
uitgekozen gras- en klaverzaadmengsel, waar
in de klaversoorten een belangrijke plaat»
innemen. In 't voorjaar werd nog 200 K.G.
woog op haar hart een zware kommer. Haar
onvergelijkelijk schoon gelaat was koel en
zonder uitdrukking j men zou gezegd hebben
dat nooit een glimlach op hare lippen had
]fu juist om deze gevoelloosheid, dezelfde
eentoonigheid harer trekken, de onverschil
ligheid aan alles wat rond haar was, werd zij
door hare omgeving van harteloosheid beschul
digd. Diekennismet haar maakte was weldra van
hetzelfde gevoel en toch menigmaal, wanneer
zij zich ongezien meende, en dan ien and
haar doordringend aanzag en dieper in
hare betooverende oogen schouwde, kou men
bemerken dat in haar wezen nauw merkbare
teekenen, zekere sporen van innige smarten
lagen, die men bij zulke schoonheid en bij
eene dame gelijk gravin Grensville was, riet
verwachtte. Maar dit kon eene dwaling zijn
Zeker was het, dat sedert de zes jaren dat
zij graviu van Wallhorst werd geen schijn van
geluk in hare oogen had geblonken.
Maar de schoone vrouw was nooit anders
geweest, en allen die ze kenden, zeiden, dat
niemand ooit eenige vreugde in haar had be
merkt. Bestendig hield zij de oogen ten gron
de gericht en wellicht deed zij dat om zich
aan het navorschend oog der wereld te ont
trekken. Wellicht had eertijds het vuur der
liefde in haar geblaakt eu nog gloeiden eenige
vonken in de assche, welke zij, koBt wat
kost, voor de wereld wilde verbergen.
Geen trek verried wat haar hart bezig hield.
Tol eerbied naderde de graaf tot zijne schoone
gemalin, boog zich neder en drukte eenen zoen
op haar voorhoofd. Zij richtte het hoofd op,
maar geen schijn van vreugde bij zijn verschij
nen verlichtte haar gelaat. Zij legde hare hand
in de zijne en sprak met diepe, welluidende
stem
Welkom, mylord wel te huis gekomen
Zij trok hare hand terug en scheen zich niet
verder om zijne aanwezigheid te bekommeren.
In haar mijmeren verloren, zat zij weer roer
loos op den grond te staren. Eene wijl stond
de graaf naast haar en schouwde met teeder-
heid in het schoon aangezicht zijner echtge-
noote maar het scheen als bezielde hem de
begeerte eindelijk den sluier op te lichten die
de gedachten der gravin omhulde. Men kou
den gebiedenden meester van den vorigen
nacht niet herkennen in den man die daar nu
met teedere liefdevolle blikken op het zoete
wezen zijner eohtgenoote stond te kijken. De
lord en zijne gemalin geleken niet op elkaar.
Hij was ruw van wezen, hoog van gestalte en
grijzend van haar diepe rimpels op het voor
hoofd, welke de ouderdom en de zorgen, en
misschien nog meer de wroeging van 't gewe
ten er badden in gegrift, deden eerder in hem
den vader als den echtgenoot vermoeden. Zij
was jong en schoon en zag alles onverschillig
aan, alsof zij alles wat haar dierbaar was op
aarde, verloren had. Het is waar dat het ie
dereen verwonderd had dat zij den graaf had
gehuwd, die weduwnaar was en eenen zoon
had, ouder dan zij. Niemand had nochtans
de vraag durven stellen wat haar tot dat
huwelijk had aangezet, maar elkeen zag het
aan als een huwelijk waar schoonheid en fortuin
elkander bedrogen hadden.
Nog stond da graaf zijne gemalin sprakeloos
te bewonderen, als de stilte plotseling door het
openen der deur en het rasse binnentreden van
een meisje gestoord werd. Zij kon twintig jaar
oud zijn, bare gestalte was slank en teeder,
hara beweging buigzaam en bevallig. Hare
gelaatstrekken waren zoo niet schoon, dan
toch buitengewoon aantrekkelijk. Ilare fiere
houding, haar hoog gewelfd voorhoofd, hare
vast opeengeslotene iippen, de ernstige uit
drukking harer trekken duidden eene onbuig
baren wil en en eene onwrikbare vastheid van
besluit aan.
Elsie Liddon, zoo was de naam der maagd,
bezat een ijzeren karakter, dat men zelden
onder vrouwen aantreft. Elsie's moeder was
jaar
daalde.
Elsie was dan nauwelijks vijftien jaar. Daar
die weezen zij had eenen broeder van om
trent 14 jaar niet rijk waren en geene
andere bloedverwanten hadden, die voor hen
zorgen zoudin, nam de graaf ze beiden in rijn
huis en zoo hadden Elsie en haar broeder
Arnold, Wallhorst voor tweede vaderhuis
gevonden. Elsie ging bij den graaf en licht
eerbiedig buigend, zeide zij kalm
Gij zijt vroeger weergekomen dan wij
verwachtten, oom. Als ik niet mis ben, was
uw plan ten minste acht dagen weg te
blijven
Dat was ik van zin, antwoordde de graaf
rustig maar daar is eene verandering geko
men in de zaken van die mij van huis riepen
daarom ben ik van plan veranderd. Daar ik
nog in de nabijheid van Wallhorst was, hield
ik er van terug te komen om te zien of bet
onweer van dezen nacht hier geene schade had
aangericht. Ik ben gedwongen reeds dezen
avond weer te keeren.
't Was een schrikkelijke nacht 1 merkte
Elsie op. Het bliksemde en donderde zonder
ophouden. Ik heb van gansch den nacht niet
geslapen uit vrees dat n een ongeval zou
overkomen, want het onweder wsb woedend.
Hadde Elsie bij toeval haren oom bekeken
terwijl zij sprak, dan zou zij gewis de onge
wone bewegingen zijner trekken bespeurd heb
ben, want de graaf hoe koel en hard hy óok
zijn mocht, was toch niet zoodanig bedorven,
dat hü de stem zijns gewetens kon versmach
ten, zonder dat zich een duister gevoel van
hem meester maakte, dat hij moeilijk onder
drukte.
Elsie bemerkte toch in zijn gelaat, waarin
schuldbewustzijn te lezen stond, niets, maar
ging tot het venster en staarde verdrietig in
het park, waar de storm de boomen nederboog
en de afgewaaide bladeren over de wegen
deed huppelen.
Regenen, altijd regenen Zal dat onweer
nooit ophouden? riep zij ongeduldig. Reeds
de gansche week heb ik een bezoek in Buchen-
holm willen afleggen en telkens heeft het on
weder mij teruggehouden. Nochtans zal ik
heden mijn beslnit ten uitvoer brengen, of
het regent of niet 1
er iets voorgevallen in Buchenholm,
dat gij zoo ongeduldig zijt daar een bezoek te
doen vroeg de graaf langwijljg.
O 1 neen antwoordde Elsiemaar net
is reeds twee weken geleden dat ik miss Con
stance gezien heb en zij heelt mij *ek8 n°g
geenen bnef geschreven. Dat maakt mij on
gerust daarom verlang ik zeer mijne liefste
vriendin weder te zien. Maar mylord voegde
zij er ras by, wanneer komt lord Percy weder
Do graaf die aan den stoel dor gravinne
stond en met zijne armen op delenning rustte,
verschrok zichtbaar bij het uitspreken van
den naam van zijnen zoon, Ieder woord van
het meisje herinnerde hem opi zeldzame wij ze
aan den vorigen avond, aan zijne pas uitge
voerde euveldaad.
Wie weet, antwoordde hy onwillig bin
nen eenige dagen, denk ik. Juist het uur aan
te duiden van zijn komen en gaan, dat kan
ik nietwant Percy doet wat hy wil. Hy 11
zijn eigen meeBter.
Elsie zag haren oom verrast, met verwon
derde oogen aan. Wat gaf er aanleiding om
zco eensklaps heftig te spreken De graaf
zocht de navorschende blikken van het meisje
te ontgaan. Hij wendde zich om en de ka
mer verlaten was zijn plan, toen juist de
lakei binnentrad en hem verschillende brieven
ter hand stelde, die zooeven waren aangekomen.
Is er geen brief voor mij bij vroeg Elsie.
Neen, was het korte antwoord van den
hoe bits, antwoordde de maagd,
naar bet venster gaande en den nedernlassen-
den regen aanstarende. Constance kon ten
minste eenige regelen schrijven..,. Het is waar
lijk niot schoon van harentwege xoo eene vrien
din te vergeten. Maur... ik heb ongelyk de
eene of andere omstandigheid kan haar belet
hebben te schrijven... maar zij kon dan ten
miBste eene dienstmaagd met de boodschap
belasten mij het te laten weten, t Is waarlijk
wonder. Laat het weder zijn hoe het wil,
dezen namiddag zal ik naar Buchenholm gaan
en zelve zian wat de oorzaak van ëat raad-
8eAl8tlzij8tvan'^Constance gewaagde, blonken
's graven oogen en hadde Elsie zyue bl.kken
kunnen zien die hij afgewend hield, terwyl
zij hem den rug toekeerde en halfluid «P™*»
dan zou zij verschrokken zyn by de wilde
en hatelijke uitdrukking van zyn gelaat. Zoo
ontsnapte haar die beweging, die aandoening
die zich in zijn aangezicht openbaarde en wvlke
hii slechts met veel geweld beheerschen kon.
Het was alsof Elsie, met opzet, door dit ge-
sprek hem al het gebeurde van verleden nacht
wilde herinneren.
(Wordt vervolgd.)