I (Nummer 2. Zondag 5 Januiri L908. 31®, Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. DE AITOOI TIELEN, Dit nummer bestiat uit DRIE Eladei Crisisbeschonwingtn. LANDBOUW- FEJJ1LLB101$. I T O K V E li WAALWIJK. Telefoonnummer 38. 21) XI. X. d oederbieten. jy—'•vy.qj 'ff.- •v«,<~'fsp»re»y«y 'WJVïw* Courant, Dit Blf.d verse ij 111 Woensdag- en Zaterdagavond. A b o ii q e ui e n t s p r ij s per I maanden f 0."5. F ram o per post door het geheee rijk t U.9Ü. Brieven, ingezonden «tul kengelden ens.. Uitgever. franco te zenden »au den' Advkrtentikn 1—7 regels f060; daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advettentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden Smaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement waden specisle zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. Nog steeds gaat men in de linlsche Pers voort met te twisten over demate van verantwoordelijkheid der rechtezijde voor de ontstane ministerieele crisis. Allerlei liefelijkheden woiden aar de rechterzijde naar het hoofd gewonen dat zij zich wil onttrekken aan harever antwoordelijkheid, dat zij alleen kaï af breken, doch niet opbouwen, en zoo veel meer. Het stoutst in deze is wel de Pen der Vrijzinnig-Democraten, wier houding bij de jongste Begrooting toch tot besthei- denheid had mogen stemmen. In de beoefening der nederigheid hebben die heeren het echter niet ver gebracht. Want terwijl men het er vrijwel jlge- meen over eens is, dat de Vrijzimig- Democraten door hun plotseling omsaan tijdens de stemming over Oorlog een figuur hebben gemaakt, waarover zezich jarenlang zouden moeten schamen, coen ze zelf, alsof ze daarvan niets benei kt hebben, en gaan, even hooghartig als altijd, voort met anderen de les te le,en. Maar ook de andere organen van lhks maken* zich o zoo druk over de Rechter zijde en vergeten ten eenenmale eijen positie. Telkens wordt het voorgesteld, ds sprak het van zelf, dat de Rechterzijde gesteld zij ontving een opdracht lot Kabinetsformatie die aanstonds zJu moeten aannemen, en wèl, omdat de Rechterzijde het Kabinet tot heengam zou hebben gedwongen Zulks nu is be slist onjuist. Laat ons daarom nog eens de aaa- dacht vestigen op een paar volzinnea, de laatste dagen naar aanleiding van <ie crisis geschreven. Dr. Nolens schreef o. a. Een parlementair Kabinet moet zich niet gedwongen kunnen voelen heen ;e gaan, op grond van het tegenstemmen der oppositie, en in dit geval zelfs niet T 1 - Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". van de geheele oppositie. Het Kabinet heeft dan ook zijn echec te wijten, behalve aan zijn optreden, aan zijn eigen vrienden. En de Standaard De zwakheid van het Kabinet is ge volg van de onsamenhangende samen stelling der meerderheid, en die samen stelling der meerderheid is gevolg van de ondoordachte stembusactie van 1905. Hinc illae lacrymae Maar hoe ter wereld kan het dan nu in gezonde hersenen opkomen, deze redeneering op te zetten Door onze stembusactie van 1905 hebben wij Rechts geslagen en uit het bewind gezet. Doch nu het blijkt, dat we ons zeiven hiermee in de vingers hebben gesneden, en niet verder kunnen, nu moet Rechts komen goedmaken, wat wij bedierven4. Een en ander mag wel worden ont houden. Wij hebben toch in 1905 gekregen niet een Zakenkabinet, maar een kabinet van beginseleneen parlementair Kabinet, van welks optreden eenvoudig geen sprake kan wezen, als het niet heeft een parlementaire meerderheid. En die par lementaire meerderheid had men. Men herinnert zich immers nog het liedje >48 524 van ?8 Juni 1905. Die parlementaire meerderheid heeft men ook nu nog, al is ze gedaald tot 51. En bij die meerderheid moet het Ka binet in belangrijke zaken steun vinden. Ook onder het Kabinet-K u y p e r heeft niet de oppositie tot taak zich geacht het Kabinet op de been te houden. Veeleer zette men telkens, waar het mogelijk was, het Kabinet den voet dwars, zonder op de gevolgen te letten. Het Kabinet vond echter steun bij de meerderheid. Evenzoo was het gesteld met het mi nisterie De Meester, d,at zich aan diende als een Kabinet van Beginselen, en dus bij de meerderheid van 52 steun voor zijn beginselen zou moeten kunnen vinden. Ook zelfs na de crisis wilde het aller minst een zaken-kabinet worden het was en bleef een Kabinet van Beginselen. En hoe is het nu gegaan met dit par lementair Kabinet. Dit Kabinet is gebleken niet meer te bezitten het vertrouwen van de parle mentaire meerderheid, waarop het steun de. Immers in een belangrijke zaak- plaatsten zich de Sociaal-Democraten, vier Vrijzinnig-Democraten en één Unie- Liberaal tegenover het Kabinet- Door eigen vrienden werd dus dit Kabinet ten val gebracht en het ging heen, terecht. Dat de oppositie het niet met de Re geering eens was, kon voor een Kabinet als dit, nimmer een reden tot ontslag aanvrage zijn, zulks toch was .bekend van den beginne af aan. Maar de eigen meerderheidwaarop het steunde, vie! af; en daarom ging het Kabinet heen dat is de zaak. En hoe men dan nu durft te beweren, dat rechts tot optieden is verplichtis toch waarlijk onbegrijpelijk. Nog altijd toch is de toestand, zooals die gemaakt is door de verkiezingsactie van 1905. Nog altijd heeft links de meerderheid. Een deel der linkerzijde heeft aan dit Kabinet het vertrouwen opgezegd. Een ander Kabinet moet dus komeneen ander linksch Kabinet. Wat voor soort van linksche Kabinet? Zulks zal men ter linkerzijde hebben uit te maken. En als nu een ander linksch Kabinet j na heel veel zoeken, eens niet zal te vinden zijn Als voor de zooveelste maal weer eens glashelder zal blijken, dat de voorspellingen, in 1905 steeds van Rechts gedaan, dat de linkerzijde wellicht 't Kabinet-Kuyper omverwerpen kunnen zou, maar zelf onmachtig tot regeeren wezen zou, juist waren, wat dan Dan, ja dan, maar ook dan eerst, zou het voor de hand liggen, dat getracht werd bij Recht te vinden redding in den nood waarin men door de Linksche prak tijken van 1905 is gebracht. Een opdracht tot Kabinetsformatie aan mr. Heemskerk, die men Links thans reeds van zelf sprekend acht, zou dan verklaarbaar worden als wellicht het eenig mogelijke Maar dan zal men Links een anderen Sir Walter reikte den jongen man dankend de handzij wisselden nog eenige woorden waarna zij afscheid namen en lord Percy ver trok. Weinige minuten later bevond hij zicfi in de beukendreef die van het hee.enhuis naar den steenweg leidde als hij. op het einde der dreef kwam en den steenweg oprijden won, ontmoette bij Jenny L'Arronge die naar Wal- horst terugkeerde Hij sprong van zijn paari en haar beleefd groetende Vergeef, miss L'Arronge dat ik n op den openbaren weg hond staan, zeide hij, cm nwen tijd niet te verletten, zal ik n een eind wegs begeleiden, s<>o gij mij zulks veroorlooft. Gij zijt zeer goed lord Percy, antwooidde Jenny glimlachend... Lord Percy bereidde zich de jonge vrouw naar Buchenholm te vergezellen, terwijl hij zijn paard bij den tengel leidde. Gij zult weldra ondervinden zeide hij, dat wat ge zegt niet juist is, daar ik integen deel uwe goedheid noodig "neb om mij iets zeer dringends te verklaren. Ik zal mij zeer gelukkig achten, zoo ik u van dienst zijn kan, liet Jenny er op volgen. Elsie Liddon vertelde mij dat gij gezien hebt hoe miss Constance het vaderlijk hnis verliet, zoo begon lord Percy zijne rede. Het ongeduld dreef hem erto?, zonder om wegen aan het meisje zijn doel kenbaar te maken. Ik ben vast besloten, miss Constance op te zoeken en gij zoudt mij grootelijks ver plichten, indien gij mij alles wat gij zaagt meedeelen wildetwellicht wordt mij daardoor den weg aangewezen dien ik te volgen hebben. Ik wil u gaarne vertallen wat ik in dien schrikkelijkan nacht gezien heb, wedervoer Jenny maar het is zoo weinig dat gij er geen het minste nut uittrekken zultAls miss Constance Buchenholm verliet was het gelijk gij weet, een vervaarlijken nacht en buiten loeide een storm lijk ik van mijn leven nog nooit gezien heb De wind had een deurvleugel van den hoofdingang van den hof opengerukt, en daar deze hevig open en toesloeg, en mijn vader er niet dicht bij was, ging ik z ;lve buiten om de deur weder toe te doen als ik op den dorpel kwam. verlichte een heldere bliksemstraal de nacht en daar zag ik voor de opene deur een rijtuig staan. Half ver baasd, half verschrikt ging ik achter eenen boom staan en nauwelijks was ik achter den zelfden verborgen, «f ik hoorde haastige voet stappen die van het huis scheDen te komen Eene vrouwengestalte ging voorbij mij, waarin ik, ODdanks de dikke duisternis, miss Constance herkende. Op het oogenblik dat zij het rijtuig bereikte, vlamde een tweede bliksemflits zóó hel als stond den hemel in vuur en vlam. Ik zag miss Constance met Nina's hulp den wagen bestijgen, dan sloeg een heer die zich in den wagen bevond de deur toe en de wagpn reed haastig weg. Dit is alles wat ikgezienhebmylord Nam de wagen de richtiDg der stad, vroeg Percy. Neen, in tegenovergestelde richting, naar de Heide toe. Hebt gij den heer die in den wagen zat, niet herkend Neen, mylord. Was hij oud of jong? Ik weet het niet. Ik heb hem zoo in eene vlucht gezienhij droeg eenen breeden mantel de hoed stond diep op het voorhoofd on liet het gelaat niet zichtbaar. Hebt gij den koetsier of den wagen niet herkend? Den koetsier, neen, dien heb ik nauwe lijks gezien, en den wagen? voegde Jenny er aarzelend bij: Ik geloof... maar neen..,, ik heb hem niet herkend ik was miss Dat zijt gij niet zeker, bemerkte lord Percy. Hebt gij wellicht een vermoeden aan wien het rijtuig behoort Ik meende in den beginne het gespan te herkennen, maar ik was mishet was dwaze inbeelding. wie hij er voor schuift het moeter verkroppen, dat hij zonder meerderheid voor de Kamer zal staan, en het moetei afwachten, of soms boontje om zijl loontje zal komen,» Dergelijke uitlatingen passen op hedm kwalijk in de oiganen der Linkerzijce. Vooreest toch zal gesteld, Iet kwam tot een rechts Ministerie z<er zeker met allen ernst overwogen moeien worden, het o a. in De Tijd gegeven advies, dat een zoodanig kabinet am- stonds Kamer-ontbinding zou heblen uit te lokken. Het verkroppen kon lan worden voorkomen. Maar afgezien ook daarvan, is de vraag of soms »boontje om zijnloonje» geheel misplaatst. De Rechterzijde toch heeft den huidgen treurigen toestand allerminst gevild integendeel, zij heeft steeds gevaar* schuwd voor hetgeen we nu heaas aanschouwen. Treedt nu ten slotte toch een rich's Kabinet op, dan maakt het zich aller minst schuldig aan de lout van dei heer Goeman Borgesius, die in 1905 op frond van den uitslag der verkiezingen aars Ands zijn kabinet formeerde, maar tracit het eenvoudig den desolaten boedel v;n den heer Borgesius en de zijnen te ridden. Dit is geheel iets anders. En daarvoor zal eventueel cok de Linkerzijde indien zij nog iet; voelt voor 's lands belang haar dank noeten weten, en van een gemoedsstemming als spreekt uit bovenstaand «booitjiom zijn loontje» ten eenenmale hetben ai te zien. Op verschillende plaatsen van in» :*nd de heer li. Lindeman, landbouskiirdigc te Utrecht, opg.-treden met het doe de U-nu- bouwerz aan te sporen proeven .e n.-ine.. met uen verbouw van voederbietei of aanmerkelijk uit te breiden. Naar jan^idi'.ig va n een dusdanige voordracht, door om bijgewoond, stippen we de hoofdakeii d .ar- voorkont, dat het uit aan, daar het ons toon moeten aanslaan, dan nu geschiedt werkelijk zeer in 't belang van dei landbou Zoo lezen wij in de Nieuwe Rotterdam- sche Courant van 27 December 11. 4 Zoo zal dus mr. Heemskerk of O verzwijg mij niets, smeekte lord Percy deel mij uwe verdenkingen mede, miss Jenny of zij gegrond zijn of niet. O het is niets dan een vermoeden, wedervoer JenDy, kwaad op zich zelve, omdat zij onvoorzichtig was geweest in hare woorden. Gij zoudt zeer vergramd zijn op mij moest ik mijn vermaeden luidop uitspreken daarom wil ik liever zwijgen. Gij zoudt mij eene groote dienst bewijzen met mij uw vermoeden mee te deelen al ware het tegen mij zelve gericht. Ja, gij zult mij alles zeggen, wat gij weet of meent te weten, daar het hier de vrijheid en de eer van eene mij dierbare maagd geldt..., Zeg belooft ge mij dat gij het mij niet znlt ten kwade duiden wat gij hooren gaat? vroeg Jennyxua eenig nadenken. Ik beloof het u en dank op voorhand. Nu zult gij zelf hooren en zeggen hoe on-/innig mijn vermoeden was. Ik meende dat het de koets was van.... Wallhorst Sprakeloos van verbaasdheid schouwde lord Percy het meisje aan. Ziet gij wel hoe dwaas die gedachten was? zeide zij, als zij den jongeling zag Heek worden van schrik. Lord Percy scheen die verdenking zoo dwaas niet te vinden, want bij dacht ernstig ra er herhaalde na eene poos op duidelijken toon Van Wallhorst Ik had die dwaze gedachte moeten laten steken, zeide Jenny, die vreesde dat de woede van den jongeling elk oogenblik kon ontvlam men. Maar gij hebt mij gepraamd tot die raededeeling en op uwe belofte bet mij niet euvel te duiden. 'Wie, inderdaad, zou in Wallhorst belang kunnen hebben in het ver dwijnen van miss Constarce? Wel niemand bemerkte lord Percy, op eenen toon die eerder het tegendeel raden liet. Ik dank u voor de inlichting. Wie weet cf zij mij ni;t nuttig zal zijn. Maar daar ziju wij in'de nabijheid uwer woning Gij zult mij vtroorloven u te verlaten. Nogmaals b> dank ik u hartelijk voor uwe mededelingen miss Jenny. Hij drukte de hand van het meisje, sprong op zijaen draver en was verdwenen eer Jenny haren dank kon betuigen voor de goedheid zal zijn, als de weg, dour den heer Luide man aangewezen, wordt m geslagen, [i ion- wens, proeven, door ons zelvei genomfn, hebben bewezen, dat ook op tamelijk hoogen zandgrond dc bieteuverbouw zeer wel mo gelijk ij, mits de zaak maar goed worde aangepakt. De heer L. wees allereerst op da groote toename van den verbouw von mangels in Denemarken, vooral in de allerlaatste jaren. Van 1866 tot 1896 was de verbouw vsr- dertjgvoudigd, voor 1001 venijftigvoudigd. Dit is vooral te danken aan het proeflabora- loriuui te Kopenhagen, dat door zijn voeder- proeren heeft doen zien, dat de mangel- woitels niet alleen een gezond voeder zijn, inaar ook een groote vovderwaarde bezitten. Aanvankelijk meende men de voederwaarde «au 1U pond mangels gelijk te moeten stel len mst die tan 1 pond meel, onder dit laatste versta.nde een mengsel van gerst, tarwe, rogge on haver. Later echti r kwam het tot het resultaat, dat I pond droge stof in mangelwortels dezelfde voederwaarde be- sit als 1 pond koren. Wanneer we nu voor de hier ii ons land verbouwde ma.. - gels, deze maatstof aannemen, dan is dit eigenlijk te min, d.w.z. dan wordt de waB '.e. der maugtls feitelijk onderschat, derhalve, iri da volgende beschouwing stellig niet iu eer te gunstig licht gesteld. Laten wij nu aai: de hand rau sprekerB voordacht de voor- deelcn van den bietenverhouw, eens becjj< feren, hierbij de mangel niet als mark' artikel, doch als voeder voor eigen stal be- schouwende. In de vergadering zelve 1 spr. de kosteo van giondbewerk ïng (gewoon diep ploegen met den ondcrploeger achtei), van zaaizaad, hakken, bemesten, buur, oog- t sten, inkuilen, enz. vaststellen; zco kwam men tot een bedrag van f 270 per H. A., dat om nist te zuinig te berekenen gebracht werd tot de ronde s >m van f 300 Wat krijgt inen hinrvoor? Als gemid delde opbrengst 75000 KG. mangelworteie (zonder loof). Als 10 pond 5 Kilc ii van gelijk staan met 1 pond meel, dan ver! ;-n woordigt die oogst de waarde van '0 pond meel, d. i. 150 zak van 10*'' iu. welke men heeft voor f 300.-, roocai, zak meel in dezen vorm den. »eA<- t slechts f2.- kost. Wie zoo geluk L, i, meer te oogsten, b. v. 100,000 oi K. wat in de praktijk geen aeldi uung'üii die betar.lt voor een zak racel i den torw van mangels resp. f 1.60 en f '0. Bij welken handelaar in kraclHvc- r ktn' men zoo goedkoop ;erecht Lcl. voorbedd mo^'e aantoonen, hoezeer de veeüot sr lichi die hij gehad had haar te vergezelen. De mededeeliugen van Jenny moesten Rcbin diep getroffen hebben hij reed naar de itad niet, zooals hij eerst van zin was, maai hij nam den weg naar het slot van Wall hor» in. Eene koets uit Wallhorst. murmelde hij. En is dat zoo mogelijk Kan mijn vder, die tegen mijn huwelijk met Constance is,niet op het gedacht gekomen zijn. haar met g-weld van mij te rukken? Maar zou iij in plaats van zijn vaderlijk gezag te doenpMen tot zulk een misdadig middel zijn tor lucht. nemen Zou hij tot zulke daad ir staat zijn Ik zal het weldra te weten koren en wee, wanneer mijne vermoedens wnrheid worden Zelfs mijn eigen vader zal ik niet verontschuldigen, indien hij he' is die mij het dierbaarste wat ik bezit, onnemen wil. Ik zal haar, kost wat kost, redlen uit zijne handen 1 XII. Lord GrenBville, die zijne gevangeue in het oude Heidehof bezocht en levensmid<el*E ge bracht had, was naar Wallhorst weegekeerd. Hij had zich naar de kamer zijner ecltgenoote begeven om te weten of zij van har ontstel- teuis van 's avonds te voren geueveDwas. Up zijne vragen vernam hij van Elsi- dat zijn zoon naar de stad gereden waB om er maat- regelen te nemen voor het opzoekeiran Con stance die op zulke geheimzinnige wijze ver dwenen was. Slecht geluimd over ut b -richt trok de lord naar zijne kamer, stele zich aan bet venster en schouwde gedachtecvol in den dichten nevel die het landschap omlulde. Zijne gedachten hielden zich nietzijnen zoon bezig en met het plan om deze zijae mgelukkige keus te doen vergeten en kem geneigd te maken voor een berekend huwflijk met de dochter van eeDen vriend, esnen lijken graal. Hij geloofde dat Robin's liefde voir Constance met hare verdwijning gansch zot afgebroken zijn. Maar hij zag zich bitter teleurgesteld. Daarbij, het doel van zijnen zoon.maatregelen U nemen tot het opzoeken da verdwenen maagd, was geen bbwijs dat zijnaneiging door het voorgevallene verzwakt was. Ook wist ay zeer wel, dat Robin, eens dat bij een besluit genomen had, niet eerder er vau zou afzien - dan nadat hij het naai beliefte had uitgevoerd en zoo had de graaf reden tot vreezee dat lord Percy het spoor van Constance zou vindon en haar uit het Heidehof verlossen. Ik mo»t het, meisje op eene andere plaats verbergen iprak hij tot zich zeiven want het toeval of een licht spoor, die wel is waar, met alle voorzorg vermeden was. kon hom in het verlaten Blot voeren en mijn plan in duigen slaan. Ernstig moet ik met Robin j ppreker, hem de voordeelen doen uitkomen van een huwelijk met lady Emelina, ja, het a hem sis dringend voorstellen en hem dwingen toe ta stemmen hem doen gelooven dat Con- stance met eenen anderen heimelijk gevlucht is. Dat zal mijn niet moeilijk vallen, want niemand ter wereld kan de verdwijning van het meisje anders uitleggen. Wel mag hij t eenen lijd lang verdrietig zijn, maar eindelijk zal zijne beleedigde fierheid, van door een meisje beueden zijnen stand versmaad te zijn, l hem bewegen aan mijne wenschen te voldoen. Ik zal lady Emelina tot een laDg bezoek nit- noodigen opdat hij de gelegenheid hebbe, baar nader te leeren kennen. Een langdurig te samenleven snoert de harten vaster aan elkaar en het kan niet missen, of de jonge Emelina zal door hare bevalligheid, minzaamheid en echoonheid zijn hart veroveren. Hij werd uit zijne redeneering gewekt door het gedr isch van hoefslagen, die san zijne noren weerklonken. Als hij opzag ontwuarde hij zijnen zoon die het hot opreed en voor de stalling afsteeg. Tot zijne verwondering echter kwam Robin niet in huis, maar volgde den knecht aan wien hij het paard overgaf, in de stallen, waar hij omtrent een half uur ver toefde. De graaf vroeg zich tevergeefs af wat bij daar zoo lang te doen had en als hij hem eindelijk zag buitenkomen en het woonhui» binnentreden scheen het hem als hing een zware wolk voor den geest van zijnen Robin. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1908 | | pagina 1