Zondag 8 Maart 1908. 31\ J aai gang Toegewijd aan (MS li ii Handel Industrie en *1 Gemeentebelangen. Eerste Blad. UNllBHT DE "landbouw™ Ntimmer 20. AN TOON T IEL EN. Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen Een aanslag op de Katholieke Organisatie. FEUILLETON. iw-" hi—iii ii innmn ii ■ihhpiiibii m i seeshee%3aKHHi 1 T GEVER: W A A L W IJ K. Telefoonnummer 38. Men kan het teerste weefsel met Sunlight veilig wasschen. Wit goed wordt witter, en gekleurd goed wordt levendiger van kleur, zgo dra Slinlight siechts gebruikt wordt zachte zeep of andere wasch- middelen Uw goed boschadigen en de kleuren hebben doen verschieten, denk dan eens aan het woord Sunlight. De invloed eener volledige Bemesting op de Haver. ESHHH Dit Bl?.d verse! Vjnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 8 maanden f 0.""5. Fran<o per post door het geheele rijk f0.90. Brieven, ingezonden stuiken, gelden enz., franco te zenden Uitgever. den Courant, Advkrtentikn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden iraaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel 512 Voor een paar maanden kwam er bij den Diocesanen Leerbewerkerbond van uit Hilvarenbeek bericht, dat men zich aldaar wenschte te vereenigen. Dienten gevolge bracht de secretaris van den arbeid met den president der Tilburgsche Propagandaclub Leo Xlll een bezoek aan den pastoor van Hilvarenbeek. Deze verklaarde hen niet tegen de oprichting te zijn om zijne medewerking vragende verklaarde Z.Eerw. zich bij de oprichting onzijdig te houden. Zij konden gerust hun gang gaan en als de vereeniging eenmaal was opgericht en goedgekeurd, konden zij van zijn steun verzekerd zijn. Den volgenden Zondag belegden zij eene vergadering. Als sprekers traden op Van Rijen en de president der Prop. Club Leo XIII. De zaal was goed ge vuld, de belangstelling was groot en 38 traden als lid toe. Eenige patroons waren aanwezig en een der patroons machtigde hen te verklaren, dat zij niets tegen eene dergelijke vereeniging hadden dat hunne knechts lid werden der vak- vereeniging. Voldaan keerden zij naar Tilburg terug om den volgenden Zondag weer te komen ter behandeling van de ontwerp-statuten. Maar voor het Zondag was hoorden ze al van de tegenwerking en bedreigingen der patroons. Zij hebben toen 's Zondags de leden aangemaand, kalm hun weg te gaan en zich niet te storen aan praatjes en bedreigingen. De patroons hadden nl. gezegd al wie lid is van den Bond of nog wordt, wordt met Vasten avond ontslagen. Een paar werklieden hadden al een dag op werk moeten wachten, omdat zij lid waren geworden. Intusschen werden de bedreigingen herhaald, en werd heel wat gesputterd tegen den Bond >dat socialistisch rommeltje» enz. De meeste leden, door hun patroons afgevraagd of zij nog lid waren, hadden gezegd, dat zij bedankt hadden. Tegen over de bestuursleden verklaarden zij echter hun lidmaatschap te handhaven en daar openlijk voor uit te komen zoodra een adviseur benoemd was, hopende dat dan ook de tegenwerking zou zijn geëindigd en de bedreigingen niet uitgevoerd zouden worden. Intusschen hadden al de patroons hunne knechts gedwongen eene verklaring te teekenen, waarbij deze verklaarden geen lid te zijn of te worden van den Bond. Wie deze verklaring niet teekende, had met Vastenavond gedaan werk. Uit vrees hebben al de knechts, uitgezonderd eenigen, deze verklaring geteekend. Voor eenige weken was een verga dering belegd, waarop als sprekers op traden de Bondsadyiseur van den Dio cesanen Leerbewerkersbond, Dr. de Wit en v Rijen. Verschillende patroons Yan „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". 39) YI. Inderdaad een prachtige zonsondergang, antwoordde hij, na kort stilzwijgen. Ja, miss Liddon, niets ter wereld overtreft den wijden oceaan in zijne majesteitsche schoonheid. Vrij en ongebonden versmaadt hij den dwang, zoo wel als ik. Maar tiet altijd, wanneer alhs stil en schoon is gelijk in een feeëndal volgens de vertelsels die wij in onze kindsheid lazen, bevalt de zee mij het meest. Maar wanneer het bruisen van den etorm het schip met de snel heid van een verjaagden vogel over de schui mende baren schiet, wanneer de golven don derend op hetzelve aanbruisen en de flikker ende bliksems ons den weg wijzen, dan rijst wilde begeestering in mij op, dan ontwaakt het verheven gevoel der vrijheid, welke ulleen de zeeman kan gevoelen, en dan miss Liddon, dan bemin ik het meer 1 Hij sprak zoo levendig zijne oogen fonkel den bel en zyne wangen gloeiden. Elsio had hem kalm aangehoord en zeide dan lachend Ik twijfel niet of zulke vaart moet voor u uiterst aantrekkelijk zijn, maar bedenk toch ook dat er zwakke menschenkinderen zijn, die, aan het spel der valsche baren niet gewend, zulke zeevaart niet dan met schrik aanschou wen. Kapitein Negus lachte luid en leunde weer tegen de borstwering. Hij beschouwde een wijl den loop van het schip, dat door de ba ren gleed Dan keek hij weder op en zei Hoe glrd het schip vooruit vliegt, alsof het zijner vrijheid bewust was en zich erom verheugde. Elsie zag den sprekende verwonderd aan, maar hy bemerkte haren blik niet. Zijne oogen waren weder op de zee gericht. hadden hunne knechts verboden die vergadering te gaan bijwonen. Een vijftigtal leerbewerkers waren toch ter vergadering opgekomen. Na deze vergadering zijn sommige patroons weer erg te keer gegaan tegen de vereeniging en de sprekers, die er voor optraden, en werd gezegd tegen sommige knechts, als ze weer naar de vergadering gingen »ze op slag er uit moesten.» Was 7 Januari de vereeniging reeds Bisschoppelijk goedgekeurd, voor een drietal weken werd de WelEerw. heer v. Gerwen door Monseigneur tot advi-* seur benoemd. Zondag 23 Februari werd een openbare vergadering gehouden tot installatie van den adviseur, waarin als sprekers optra den Herboldt uit 's Bosch en van Rijen uit Tilburg. De vereeniging telt ruim 20 leden. Het aantal Leerbewerkers bedraagt te Hilvarenbeek een groote honderd. Wij staan thans aan den vooravond van Vastenavond, zoo schreef v. Rijen de vorige week in ,,de Volksbode". Wat Vastenavond aan de georganiseerde katholieke aibeiders brengen zal, wij weten het niet, wij zullen afwachten. Wij hopen dat de Hilvarenbeeksche patroons hun onverantwoordelijke hou ding tegenover onze Roomsche vereeni ging en hun verkeerd inzicht ten opzichte onzer beweging zullen wijzigen, dat zij hunne bedreigingen niet zullen uitvoeren. Mochten er slachtoffers vallen ot mocht de nog jonge Diocesane Leerbewerkers bond in een opgedrongen strijd worden verwikkeld, dat dan het solidariteitsgevoel onder de katholiek georganiseerde ar beiders spreke. Het zal dan niet alleen zijn een directe aanslag tegen de Hil varenbeeksche vereeniging en den Dio cesanen Leerbewerkersbond, maar een indirecte aanslag tegen de Katholieke Vakbeweging en de katholieke Werk liedenorganisatie in het algemeen, want het zal dan gaan alleen en uitsluitend om het recht om zich te vercenigen in eene Katholieke Vakvereeniging. De hierboven uitgedrukte hoop bleek ijdel, Zaterdag hebben al de zes schoen makers patroons hunne georganiseerde arbeiders 16 in getal op straat gezet. De 2 leerlooiers patroons hebben hunne 7 vereenigde arbeiders aan 't werk ge laten. Daar staan nu die 16 arbeiders waar onder huisvaders met groote gezinnen en arbeiders, die 20 jaar lang bij een patroon gewerkt hebben, zonder werk zonder brood. En waarom Enkel en uitsluitend, omdat zij gedaan hebben, waartoe Paus en Bisschoppen en- priesters hen aansporen nl. lid worden van katholieke werklieden- en vakver- eenigingen. Wij zullen ons onthouden na boven staande feiten meegedeeld te hebben, ons oordeel over de hartvochtige, on billijke handelwijze van deze katholieke patroous uit te spreken. Dat de publieke opinie er over oordeele I Wij mecnen echter in deze een beroep te mogen doen op alle georganiseerde katholieke arbeiders en andere vrienden der katho lieke sociale actie. Men bedenke wel't geldt hier geen werkstaking, geen kwestie om loonsver- hooging of ander arbeidsgeschil, hier zijn aan de patroons geen eischen gesteld of om geen verbeteringen gevraagd. Hier is alleen een katholieke vakvereeni ging opgericht en daarom, en daarom alleen, zijn deze 16 arbeiders aan de deur gezet, 't Geldt hier dus een aan slag op het recht van bestaan eener katholieke vakvereeniging. Daarom ook heett deze zaak voor buiten Hilvarenbeek beteekenis. Dejonge vereeniging van Hilvarenbeek heeft nog slechts een paar weken con tributie geind, dus staat nog zonder kas, de Diocesane Leerbewerkersbond, zelf nog jong heeft een weerstandkas, doch daar kan op het oogenblik nog niet uit worden geput, wijl zij eerst met Januari 1910 in werking gesteld wordt. De leden te Hilvarenbeek, pas georgani seerd, zijn nog weinig in de organisatie ontwikkeld. Om verschillende reden staan wij dus voor een moeilijk ge val, maar wij vertrouwen, dat onze oproep om steun niet vruchteloos zal zijn. Steunt dan en helpt deze arbeiders, die op zoo onrechtmatige wijze broodeloos zijn gemaakt. Penningmeester van het benoemde steun-comité is A C. Hoes, Hoefstraat te Tilburg, aan wiens adres steungelden dankbaar zullen worden ontvangen. Het Dagelijksch Bestuur van den Diocesanen Leerbewerkersbond J. W, C. HERBOLDT, Voorzitter. C. VAN KUIJK, JBzn, Secretaris. A. H. LOMBARTS, Pcnningm. Overname van dit artikel door alle krtholieke bladen wordt beleefd verzocht. Bij znlke rustige vaart als heden bat geval is, droom ik gaarne, b«gon pij na eene korte poos, terwijl hij weder op den lichtbe wogen zeevloed tuurde, en toch hoe weinig tijd is mij tot droomeu gebl-veu. Het verleden acnynt mij nu slechts toe ge lijk een donkere droom eu van de toekomst heb ik niets te verwachten. Eu toch vergeet ik somwijlen het tegenwoordige en denk ik mij nog eens rijk, geëerd en bemind, gelijk ik eers was en dan ontwaak ik nut het bewust zijn, dut ik KapiteiD Negus ben. de aanvoer der eener rooversbende, wiens hoofd op prijs staat. Hij «weeg. Eene wolk betrok zijn gelaat en zijne oogen bleven onophoudend op het water gevestigd. Ja, ging hij voort, hoo zeldzaam het u schijnen mag, zoo zeldzaam het mij voorkomt. Ik was eens rijk eu geëerd, voerde eenen naam, miss Liddon. zoo welluidend als de uwe M^ne familie behoorde tot de eerste van het land. Ik was de erfgenaam van een oud be roemd buis en uitgestrekte eigendommen. Eene schaar dienaren kwamen op mijnen wenk toe gesneld. Vrienden die mijne gunst zochten, omgaven mij eu mijne bloedv^rwant-n waren tier mij eenen afstammeling hunner familie te noemen En toch zijt gij aanvoerder eener roo- versbende rirp Elsie verwonderd. Eu toch ben ik aanvoerder dezer roovers- bende en zal als dusdanig sterven I riep de jongeling en in zijne stem lag er als eene klacht «Alles is daarin I" Alles is voorbij, gelijk een schoone droom Niets blijft er meer over te wenscheu of hopen voor mij Onbe mind en gevlucht van het merschdom, heb ik voor vaderland het grafIk heb misdaan doch meer heeft men aan mij gezondigd Mijn gansch levensgeluk is gestoord. Een droevig lot dat ik niet weerstaan k*D. zal mfl tot mijn doel brengen. Dikwijls, zeer dikwijls, gedu rende de avondstonden, trekken voorbij mijpen geest de schrikbeelden der laatste jaren en verzinken alle weder in den vloed die den doodschreeuw van zoo menig offer verstikte Hij sprong re„ht zijn gezicht was bleek, zijue oogen draaiden wild rond, op zijn voorhoofd parelden zweetdroppels. Het schoen als had liet is in de mei-ste streken al lang gedaan met de onderweischo manier, om lurer stiefmoederlijk te behandelen eu Duchter te zaaien. Dat zal tegenwoo.dig niemand meer durven piobeeren. Ook aan ds haver wordt heden ten dage de grootst mogelijke zorg b-sleed. Toch is en blijft de haver een ge makkelijk gewas. Op alle gronden groeit zij, tenminste als zij niet te droog of te taai zijn, op onge- scheurd grasland, op ontgonnen veen-of broek landen, op boschgrond, die in cultuur wordt genomen, op ^uitgelicht' land, op land, waar door dieper ploegen Dieuwen grond naar boven komtop alle deze gron den groeit de haver uitstekend. Als men haver als ondervrucht gebruikt is een diepe grond bemesting noodzakelijk. Een goede haveroogst onttrekt aan den grond -per Hectare25 30 K.G. kalk, 40 a 50 K G. phosphorzuur, 9U a 10U K.G. kali en 98 K'lo stikstof. Door eeu goede haveroogst versta ik een oogst van o- geveer 880U it 8900 K G. zaad, dus ongeveer 80 HL, v«ii 48 KG. eu 50U0 KG. stioo. Hieruit alleen volg' reeds de noodzakelijk heid eener volledige bemesting, dus van eeu kali-, phosphorzuur- «ukstotuiesting. Dit kan oi s echter nog op een andere wijze duidelijk worden. Welke boer beeft niet ondervonden, dat klaver of klaverros (alhoewel men de kla- vcrsioppels voor iets beter bestemt dan voor haver) op gescheurde oude weide zoo uit stekend groeit Dit k".n alleen daarom zijn, oind.it haver eeu zeer groote behoefte heeft aan stikstof en zij juist op genoemde gron den in die behoefte kan voorzien. Daar verder de groeiperiode van de haver bijzon der kort is, is chilisalpeter de geëigende vorm om den stikstolhonger der haver te verzadigen. Bij halt stalmest geve men daarom bij het hij op dit oogenblik, een schrikbeeld voor den geest, waarvan hij zooeven sprak als had hij (ie brekende oogen der slachtoffers gezien en hunnen laatsten vl ek den onverbidd'-lijken moordenaar naar het hoofd hoorru werpen Met any ft en beklemdheid en bleeke wangeD, had Elwie geluisterd zij kou geen woord uitbrengen Wat haddeN zij ook op die zelfklacht kunnen antwoorden Ik weet niet waarom ik u dit alles ver teld heb, ging hij na een lang stilzwijgen voort wellicht omdat uwe verschijning mij esn meisje herinnert, dat ik eens bemisde, ten m-isj- dat mij vergeten hud... Een «Zeilen omhoog" riep in dit oogenblik de man die in den mnst zat zoodat de kapi tein plotseling zijne rede afbrak Yvelke richting? riep hij en zijn gezicht veranderde geheel, als hij de wacht aau schouwde. In de windrichting? Kunt gij reeds zien wat schip het is Ja!... het is een handelsschip dat zeer zwaar geladen is. Deze woorden hadden vreugde verwekt onder de mauscbappen. Het was Elsie klaar, dat deze lieden niet alleen roovers waren de woorden van den kapitein bewezen alles maar te duidelijk tot tu toe was hun nog geen buit op den weg tegengekomen. De gelegenheid die zich aanbood eene goede vangst te doen, bracht de gansche scheeps— bevolking in beweging. De kapitein nam eenen verrekijker en klom in de masten. Een oogenblik was alles stil, de lieden wachtten op den uitslag van het onderzoek. Het is een handelschip, zeide hij, als hij weder op het dek kwam het komt, zoo mij dunkt, met een waardevolle laiiing van Jamaica. Al de zeilen op Het geldt eene goede vangst Onze brigg zal dat overladen schip wat ontlasten 1 De m-nnen ijlden vroolijk naar hunnen post en weldra begon het piratenschip met verdubbelde pnelheid de jacht op het zwaar geladen koopvaardijschip Kapitein Negus, dis Elsie gansch scheen vergeten te hebben, ging met rasse schreden op en af, van tijd tot tijd het andere schip met den verrekijker onderzoekend Waakt in den top Ahoiriep hij na eene poos. Ahoi sir, antwoordde de man boven Kunt gij het schip nu gansch goed herkennen Ja. sir, het is een Engelsch koopvaar- Hoever zijn wij er nog van verwijderd? Bijna twee mijlen. Wederom keek de kapitein door den verrekijker en zeids Gij hebt gelijk. De maan zal opstaan juist als wij het schip zullen inhalen, zul het zoo helder zijn als in den dag zooveel te heter voor ons, zooveel te slechter veer de anderen. Hij ging tot Elsie die de jacht met belang uavng Haar op den schouder tikkend, zuide hij in het voorbijgaan. Het is gevaarlijk op het dek to blijven. Ga naar ouder in de kajuit. Weldra was hij aau het audere uiteinde van het schip om zijne bevelen te geven. Elsie zag hem eene wijl na, en besloot het einde d» r prijsvaart na te zien op het dek. Nu was het handelsschip niet ver meer van de brigg der piraten. De maan was intusschen klaar opgestaan, de zee met haar zilvren licht beschijnende Het was een prachtige nacht. Alles was zoo duidelijk te herkennen als in vollen dag. Als de mannen, in het uitoefenen van hunnen arbeid, voor en achter Elsie kwamen, bemerkte zig. dat zij haar morrende eu on willige blikken toewierpen menigmaal begeleid van eeu ontevreden gemurmel- Maar zij stelde zooveel belang in de jacht, dat zij geen acht gaf op de bemerkingen der roovers en er niet aau dacht het dek te verlaten. Dis ia geene plaats voor u Er is gevaar voor bandenga beueden 1 riep eene stem achter haar. Elsie zag om. Tot hare verwondering zag zij dat het «apitriii Negus zelf was die haar zoo ruw h»d aangesproken Nooit had zij hem zóó hooren spreken, nooit had zij die oogen zoo zien fonkelen, maar nietjlegentaande dat bl ef zij "p het dek De voortdurende stijgende zorg dat het EngelBch schip haar inboezemde ontnam haar elk ander gevoel en zij bleef. Nog een kleine afstand was er tusschea de beide Bchepeu en Elsio kon reedB de man- neo oud«rscheiden die zich aan de schutsmuur vau het schip kwamen leunen. Bij raijue ziel het zal een glorierijke na.htslag zijn. riep de kupiteiu niet \er vau Elsie vrwijderd. Dat is eeue goede vangst Ah 1 daar is huuue vlag Op denzelfJeu stond wapperde het vaan del, met b t St. Joriskruis op deu hoofdmast vau het handelsschip Het is noodzakelijk voor ons goud do vlaggen te herkennen riep de kapitein. Simon, trek trek de zwarte vlag op 1 E-n oogeublik daarna wapperde de zwarte vlug met het doodshoofd eu de over elkander gekruiBte beenderen in de frissche nachtlucht op het piratenschip. Bij de ontmoeting ontstond er eerst eene diepe stilte Dau opeens meende Elsie van het handelsschip eeu wnnhoopsgeschreenw te hooren opgaan. Doch zij vergistte zich, want kort daarop schalde een begeesterend hoera 1 gevolgd van kreten die aanduidden, dat de Engelschen gereed waren hun Bchip tot den laatsten mau toe te verdedigen. Bij alle duivels! riep de riraten— kapitein, zij zullen die vermetelheid bezuren. Op mannen, maakt u gereed. W ij zullen het schip in zijuo gansche lengte klieven De mannen ijldeu naar hunnen post en de kapitein kwam in de nabijheid van Elsie slaan. Toen hij haar gewaar word trad hy op haar toe en zeide streng Waarom zijt gij zoo koppig Ziet gy met dat uwe aanwezigheid wanorde verwekt onder mijne lieden? Ga beneden Elsie waagde het niet langer weerstand te bieden. Nadat zij nog eeu blik op het Engelsch schip geworpen bad, wendde zij zich om en ging in de kajuit, waar zij Sylla voud, die uiet ver van dn. ingang m«t gevouwen banden en angstig blikkende oogen stoud in ad»-m- looze spanning op elk geluid dat zij hoorde. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1908 | | pagina 1