Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. N um in er 67 Zondag 23 Augustus 11*08 J aargaitg ANTOON T I E L EN, Dit nummer bestaat uit DBIE Bladen Eerste Blad. Vrouwenarbeid. HET GEHEIM VODDENRAPER Weiland en Venezuela, FEUILLETON UlTGKVEB: RAOUL DE NA VERY. Ie -v, Ungstrutsche Ctarait 1 1 -■».«- J_IUIJI.JJLSU.IJJU! LUJJJ J - -J ■■■III -I-. -I— Dit Bind verse ijiit Woensdag— en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 8 maanden fU.""5. Franco per post door het geheele rijk fü.9U. Brieven, ingezonden stut ken gelden enz., franco te zenden Uitgever. den WAAL W IJ K. Telefoonnummer 38. mwm i u i iw ii rf.y^r.iASoa». Bij de beweging- tegen het verrichten van arbeid door de gehuwde vrouw schijnt men alleen te denken aan de vrouw van den fabrieksarbeider en wor den voor de vrouw van den veldarbeider telkens uitzonderingen gemaakt. Zoo is b.v. bij art. 8 van de Arbeids wet verboden eene vrouw binnen vier weken na hare bevalling arbeid te doen verrichten in een fabriek, maar wanneer men eene vrouw binnen dien termijn veldarbeid doet verrichten, is men niet strafbaar. Wij willen niet onderzoeken waarom men de vrouw in de landbouwbedrijven onbeschermd laat en die in de fabrieken nietde eerste heeft evenveel recht op bescherming als de laatste, want ook de plaats der vrouw van den veldarbeider is niet op den akker, maar in het huis. >Een vrouw» zoo schreef kardinaal Manning »sluit aan den voet des altaars een heilige verbintenis met den man, en belooft voor God, dat zij haar leven lang de plichten van vrouw en moeder en hoofd van het huishouden zal ver vullen.4 Is het nu aan de vrouw geoorloofd, om, zelfs met toestemming van den man, een verbintenis te sluiten met een werk gever tegen zooveel en zooveel per week, waardoor het haar onmogelijk wordt haar man's voedsel gereed te maken, haar kinderen behoorlijk op te voeden en hare huishoudelijke plichten waat te nemen Het is niet de vraag of de vrouw niet mede mag werken om de inkom sten voor het gezin te vergrooten, maar, het is de vraag, of de vrouw een ver bintenis mag aangaan, waardoor zij hare plichten als huisvrouw en als moeder moet verwaarloozen, waardoor zij de vroegere voor het altaar gesloten ver bintenis moet verbreken. Advkrtkntikn 17 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel, groot/- letters naar plaatsruimte. Adverteutiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden Smaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". VAN DEN NAAR HKT FraNSOH VAN 24. Columba dronk eene teug water en vervolg- Nauwelijks haddan wij den spoortrein verlaten, of wij begaven ons naar de mode- naaister van mejuffrouw Montravers. Uit vrees van mij in het adres te vergissen, had ik mij de uitgave getroost voor een rijtuig. De eige nares van het magazijn las dea brief aandach tig, lachte my toe en antwoordde Het is goed kleineik zal aan u denken, n— Maar, mejuffrouw, zeide ik, kunt gij niet dadelijk aan my denken Hebt gij dan geene bloedverwanten, geene middelen van bestaan bNeen, mejuffrouw Wij zijn in den slechten tijd, er gaat niets om... er wordt weinig verdiend maar om Cerisette te verplichten, wier meesteres een mijner klanten is, zal ik u wat mouwen en kragen toe vertrouwen... Voor de kragen worden drie en voor de mouwen vier stuivers betaald... Aanstaanden Zaterdag moet gij mij het werk thuis brengen. "Ik bedankte haar, ik verbeeldde mij dat ik gered was ik drukte mijn klein pakje aan mijn hart en wilde in het rijtuig stappen, toen de koetsier mij vroeg Waar moet ik u heen brengen dames? Mijn hemel antwoordde ik hem, wij zijn geheel onbekend in Parijs en gy zoudt ons een grooten dienst bewijzen, als gij eeDe kleine fatsoenlijke kamer voor ons wist. Ik heb juist iets wat n zal passen, hernam hijmijn neef, de boodschapper, woont in een huis in de rne Kodier, waarvan de kamers maar 100 fr. kosten, en als u dat aanstaat, rijden wij er heen. n— Zeer gaarne, antwoordde ik, ik dank u ten hoogste, «De brave man bracht ons naar dit huis, stelde met de oude inhalige en morsige con cierge, die gij bij het binnen komen wel zult gezien hebben, den huurprijs van de kamer vast, en denzelfden dag kochten wij den uoodigen huisraad, een ijzeren bed met toe- behooren, stoelen, eene kachel en eene steenen pan. «Epine-Vinette was overgelukkig door do gedachte, dat zij zich te Parijs bevond. Zij klaagde er niet over dat zij vijf verdiepingen hoog moest klimmen; zij zong bij het. op- en neergaan als eene lijster. Door het venster van het dakkamertje, zag zij een ander venster, versierd met een vogelkooitje of eenen rozen struik en vond dat allerliefst «Nochtans was zij, even als ik, gewon nan de open lucht, aan het groen dar boomen, aan dat schoono leven der naluur, dat het gemoed zoozeer tot kalmte stemt. Parijs maakte een geheel anderen indruk op mij. De menigte joeg mij vrees aan, de hooge huizen maakten mij duizelig, de pracht der magazijnen scheen my een voortdurende bekoring toe, niet voor mij, maar voor de levendige, beweeglijke, met haar lot ontevredene naturen, zooals mijne gezellin. "In de eerste weken verliet zij mij niet. 3 9m'a8s gingen wij samen uit, en ik voerde haar naar die prachtige kerken, waar de luister van den eeredienst, de welluidend heid der gewijde muziek mij in verrukking brachten, Epine-Vinette was meestal ver strooid zij studearde naar de kleedsels van de haar omringende vrouwêu en trachtte zich die later te herinneren. Ik berispte haar zacht daarover, zij zweeg, maar was niet overtuigd. «Als wij 'savoDds een uurtje vrij hadden, lokte ik haar met mij mee naar de rne Graugo Batellière, waar ik naricht omtrent mijnen broeder hoopte te zullen inwinnen..,., maar wat wist ik den doopnaam van een kleinen jongen, sinds vijftien jaar verdwenenIk Eerst moet de vrouw haar plichten j als echtgenoote en moeder vervullen en zijn deze plichten vervuld, dan kan zij andere verplichtingen op zich nemen, maar daar vóór nooit. Er zijn er, die meenen, dat voldoende voor de vrouw is gezorgd, omdat het verboden is, dat zij in de eerste vier weken na hare bevalling geen fabrieks arbeid mag verrichten en omdat de wet toelaat dat bepaalde soorten van fa brieksarbeid niet door vrouwen mag worden verricht. Maar er is een andere, eene hoogere wet, de wet der natuur, welke gebiedt, dat de moeder al haar tijd, al hare zorgen moet besteden aan haar kind. Daar kan van geen huisgezin sprake zijn waar de moeder haar eigen kind niet opvoedt en waar geen huisgezin bestaat, daar is ook geen huiselijk leven en waar het huiselijk leven van een volk onder mijnd is, daar is het geluk van het volk onmogelijk, daar wordt alle tevreden heid verbannen, daar kweekt men so cialisten. Men zal ons tegenwerpen, dat als de moeder niet verdient, de kinderen hon ger zullen moeten leiden. Hiertegen valt op te merken, dat juist door een misdaad de vrouw uit het gezin wordt weggerukt De landbouwer tracht te verkrijgen zooveel mogelijk arbeid voor zoo weinig mogelijk geld. Hij vergeet, dat hij in geweten verplicht is aan den man een loon uit te betalen, waarvan een middelmatig gezin leven kan. Werd nu de arbeid van den man beloond zooals de rechtvaardigheid het eischt, dan bleef de vrouw in huis, dan leefde zij voor haar huisgezin en voor de opvoeding der kinderen. Geheel de organisatie van den land- bouwarbeid lijdt aan een ontzettend ge brek, dat tegelijk de ellende van den arbeidsstand veroorzaakt en dat tot iederen prijs moet overwonnen worden. De vrouw, arbeidster geworden, is niet meer vrouw; zij leidt niet meer dat verborgen, beveiligde ingetogen leven, door de teedere en heilige in drukken vnn het familieleven omgeven, wat zooveel voor het geluk der vrouw zelve als voor het geluk van het geheele gezin zoo heilzaam is. Zij leeft niet meer onder het gezag maar staat in dienst, door andere mannen haar echtvriend en van haar man, omringd dikwijls en gescheiden van kinderen De afwezigheid der moedei is schade lijk voor de opvoeding der kinderen en drijft den man naar de kroeg. Men doet tegenwoordig zooveel voor drankbestrijding, maar een der voor naamste oorzaken van het drankmisbruik, neemt men niet weg, zoolang men de vrouw niet terugbrengt in het huisgezin, is alle drankbestrijding nutteloos, onbe gonnen werk. Iedere geneesheer zal toe moeten ge ven, dat wanneer de vrouw van den huiselijken haard wordt weggerukt, niet alleen hare gezondheid en die harer kin deren, maar ook van den man in hooge mate wordt geschaad en het welzijn van het geheele gezin wordt verstoord. Wanneer de vrouw van den werkman hare plichten als huisvrouw behoorlijk vervult, de woning geregeld schoonhoudt, het beddegoed en de kleeren behoorlijk wascht en verstelt en in orde houdt, de spijzen voor het middagmaal op tijd toe bereidt, dan zijn de tijd en de lichaams krachten der vrouw zoodanig in beslag, dat zonder het lichaam bovenmate uit te putten zij niet in staat is nog arbeid op den akker te verrichten. En als men daarbij nog denkt aan de vrouw, die de moedervreugde wacht, dan schrikt men van de verschrikkelijke ge volgen. De arbeid der gehuwde vrouw is in dubbele mate schadelijk voor de geheele maatschappij, ten le door haar aard en ten 2e door haar verzuim. Haar aard is beslist schadelijk, haar verzuim nog meer. De veldarbeid der gehuwde vrouw is een der hoofdoorzaken der groote kinder sterfte en van de veelvuldig voorkomende lichaamsgebreken der kinderen. Dearbeid der gehuwde vrouw benadeelt de geestelijke en lichamelijke krachten van den mensch hij ontrooft aan den werkman zijn thuis en zijn familieleven en brengt daardoor onverschilligheid voort voor een hooger, geestelijk levenhij ontneemt aan de kinderen hunne moeder en belemmert een goede opvoeding. „Geven wij de vrouw aan het gezin, de moeder aan de kinderen terug'" zoo riep baron Van Wijnbergen op den 3en wende mij tot de winkeliersters in de buurt hoorden zij mij eerst met belangstelling aan, naderhand geloofden zij dat ik niet al te goed bij de zinnen was. Denk eens na, een kind te willen zoeken in Parijs ja, dat was dwaas, en evenwel bleef in mij de hoop voortleven «De b«rfst kwam, wij hadden weinig werk, en verdienden met moeite onze kost; de groote verdiensten, waarvan Cerisette sprak, bleven verre beneden de werkelijkheid. Wij ver dienden tus8chen l1/, en 2 franks per dag, en ik verzeker u, dat wij meer gebraden aard- appelen aten, dan gebraden vleesca. oDe kamer kostte ons honderd en tien frank met de kleine onkosten de melk des morgens en een paar broodjes twintig centiemen, hetgeen reeds zestien frank iu de maand maaktede ulie, het middag- en het avondeten kosten oDgeveer ook zooveel. Van het overschot moesten wij ons kleeden, stokenen dan, hoeveel tijd ging er verloren met het werk te halen en thuis te brengen. «Ongelukkiglijk liet de modemaakster, die ons beschermde, haar magazijn over, en hare opvolgster gaf ons te kennen, dat zij hare eigene vaste werksters had. Nu ving voor ons dat verschrikkelijke loven aan om van winkel tot winkel werk te gaan vragen, dat meestentijds mislukte Wij namen hot voor lagen prijs aan, en nu konden wij, zelfs des nachts doorwerkend, niet eens het noodige verdienen. «Ik ben schroomvallig, zwak, ik raak spoedig van mijn stuk de gedachte om werkte gaan vragen, werd mij zoo pijnlijk, dat Epine- Vinette zich met die taak belastte. Zij sprak onbeschroomd, niets schrikte haar af, het scheen haar toe dat zij tegen eene macht streed, welke zij fier waste overwinnen. «Zij had wel is waar soms hevige aanvallen van kwaadaardigheid, als zij in ons zolder kamertje weerkeerde en mij de minachtende bejegening der modemaaksters verhaalde en het lage loon dat zij durfde bieden. Dan greep zij met beide handen naar haar hoofd, wierp hare lange golvende haren woest over hare schouders 6n mompelde dof Eens zal de beurt aan mij koraan »I)e winter was streng, mejuffrouwwij verdienden zoo weinig, dat wij een gedeelte Bosschen Katholiekendag uit en die leus moet ook onze leus zijn. Terecht roept mgr. Van Ketteler ons toe „Redt, redt toch de vrouw, de moe der uit de klauwen van den geldduivel, redt haar en hare kinderenredt haai en haar huisgezin. Voert de vrouw terug naar het huisgezin, opdat zij hare kin deren opvoede met moederlijke liefde en moederlijke zorg. Geeft dan de vrouw de plaats terug, die haar door God is aangewezen, laat zij weer leven voor haar man, voor hare kinderen, dan zullen Godsdienst, vrede en liefde terugkeeren." Zoolang de wet de vrouw van den veldarbeider niet evenals van een fabrieks arbeider beschermt, is het de taak der Boerenbonden maatregelen te beramen om den arbeid der gehuwde vrouw op den akker tegen te gaan. Als men op de vergaderingen van den Boerenbond den arbeid der vrouw ter sprake brengt, dan zal daar twijfelen wij geen oogenblik aan dat de vrouw verplicht is haar plichten als huisvrouw en moeder te vei zaken, door de arbeid buitenshuis te verrichten. De »Amigoe di Curagao4 van 25 Juli schrijft De ^Gelderland4 heeft bij een poging om de haven van Aruba binnen te stoomen daar eenige uren aan den grond gezeten en slaagde er eindelijk, met groote inspanning, in, weer in het vrije vaarwater te komen. Hadde dit onge val niet zoo spoedig een gunstige wen- ding genomen, dan zou men voor het feit hebben gestaan, dat de kolonie ge heel aan de genade van een paar oude Venezolaansche kraken ware overgele verd. De zending van de »Heemskerk» «as dus wel noodzakelijk. Over den toestand van Curagao meldt hetzelfde blad ^Woensdag liep de goelet »Aurora4 hier binnen en bracht weer 22 runderen uit Sto Domingo, ook hout, suiker, vruchten, etc. Gisteren de »Rigolette4 van Rio Hacha met koebeesten, cacao en huiden. Nu ligt de briganlijn »Hiron- van onze kleedingstukken moesten verkoopen om de hunr vau April te kunnen betalen. Ik voor mij bedroefde mij daar niet erg over, ik begon mij aan het lijden te gewennen buiten dien het morren heelt nooit iemand in het ongeluk getroost. maar Epine Vinette was woedend bij de gedachte vau nog armoediger gekleed te zullen gaan. Waar zouden wii werk bekomen, als wij er uitzagen als bede- laarsters «Gelukkig word de weersgesteldheid zachter de lu jht zoeler een verwarmende zonnestraal drong iu ons dakkamertje en de hoop her leefde weer iu ons binnenste, toen de natuur uit haren slaap ontwaakte en het eerste groen de boomen begon te sieren Ik had mijne droomen van fortuin vaarwel gezegd, ik zeide tot mij zelve, dat ik sinds mijne geboorte tot de beproeving bestemd scheen, ik boog mij onder de goddelijke hand. «Epine-Vinette, daarentegen, scheen een hevigen tweestrijd te voeren Te gelijk met nieuwe levenslust, scheen de lente haar ook een levendiger verlangen dan ooit naar ver maak en vrijheid gegeven te hebben. Zij zoo door de bosschen, door het vrije veld hebben willen dwalen, om er bloemen te plukken en de friesche lucht in te ademen met afgunst keek zij de sierlijk gekleede meisjes uit de buurt na, die met den lach op de lippen, gingen wandelen, en vroeg mij dan Waarom wij niet? Dat is God bekendantwoordde ik haar; al die vragen, welke gij u zelve stelt zonder ze te kunnen beantwoorden, verzachten onze ellende niet..., laat op ons doornig pad de heilige bloem van het geduld groeien, zij balsemt alles, tot zelfs de armoede. O 1 voegde zij mij toe gij bezit geene eerzucht. Meer dan gij, maar misschien van een anderen aard.... alles kan ik verdragen, behalve het verlies der deugd... als ik braaf blijf, waarover zou ik mij dan beklagen?... Mijne moeder, die als eene martelares leed, bestuurt mijne schreden. De oude pastoor van Bruyants waakt met haar over het lot van Columba. Klinkt de lach van andereu u dan niet als een wanklank in de ooren Boezemt de kleeding van meisjes van uwen leeftijd u dan delle4 weder klaar om uit te varen naar Pto Colombia en Catagena. Bravo I Aan vleesch en ander voedsel hebben we voorloopig geen gebrek, als men nu lannzamerhand ook maar weer wat vracht vindt voor overscheping in de groote stoombooteu. Dat is de hoofdzaak, vergeten wij dit nooit. Ons commercieel leven en onze scheepvaart hangt samen met Curagao als doorvoerhaven. Dat onze kranige schippers en kooplieden dan hun uiterste best doen om behalve voedsel voor de bevolking ook vracht te zoeken voor de stoomschepen. De >Prius Frederik Hendrik4 reeds Woensdag hier aangekomen uit Neder land heeft twee dagen achtereen divi- divi ingeladen. Dat zijn verblijdende teekenen. Op zoek dus naar vrachtCacao divi divi koffie, hout, huiden, mangrovebast etc. etc. Eerst zoo zullen we de gevreesde ge volgen van den zwaren slag, dien Vene zuela onzen handel en scheepvaart heeft toegebracht eenigszins knnnen weren en voorkomen4. De correspondent van de N. R. Ct te Parijs seint Ik heb aan het ministerie van buiten- landsche zaken gevraagd of de omtrent het Venezoolaansche geschil door de Fransche pers jegens Nederland uitge drukte sympathie en aanmoediging ook de opvatting der regeering weergaf. De vertegenwoordiger van den minister heeft mij gezegd, dat Nederland bij mogelijk energiek optreden tegen Castro van de sympathie van de Fransche regeering verzekerd kan zijn. Wij zullen aldus de vertegenwoordiger van den minister van harte een door Nederland te geven 4 coup de balai* toejuichen. Ver scheidene groote mogendheden hebben zich al veel moeten laten welgevallen, omdat indien een had willen optreden, zij mogelijk bij een ander wantrouwen zou hebben opgewekt. Nederland's be doelingen kunnen door niemand verdacht worden en Nederland zou door Castro tot rede te brengen, dus tevens ook de gegeele wereld uit een belachelijke po sitie helpen. De Parijsche editie van de New York Herald verneemt uit Caracas dat pre- geene afgunst in bNeen, mijn geweten isgernstenik weet niet of zij des avonds met dezelfde aandncht kunnen bidden Ik geloof, dat Epine-Vinette zooveel van mij hield, als zij iemand liefhebben kon, maar de eigenliefde, de zucht naar opschik namen eene groote plaats in hart in.... ik gevoelde dat hare neigingen, hare verlangens haar trapsgewijze van mij vervreemden.... Zij ging meer uit, kwam later thuis, en als zij mij den lnistor van Parijs bij avond beschreef, ontstelde ik over de opgetogenheid waarmede zij mij alles beschreef wat baar getroffen. «Klaarblijkelijk waren haar ook, hetzij terwijl zij werk giüg zoeken, hetzij terwijl* zij bood schappen verrichtte, verderf» lijke raadgevingen in het oor gefluisterd, waarvan ik den weer klank hoerde in bare klachten, die dagelijks bitterder werden. Mijn God I merkte Augelie aan, sommige boeken schilderen ons het leven van de Pa rijsche werkster als zoo vroolijk, zoo onbezorgd af- Ik weet niet of de schrijvers gelijk heb ben, mejuffrouw, maar al wat ik weet is dat iedere dag voor ons eene nieuwe teleur: telling opleverde. Misschien zon ik, als ik den moed had gehad om eenigen onderstand of be scherming te gaan vragen aan menschlievcnde genootschappen, minder geleden hebben, maar ik geb het u reeds gezegd, ik ben beschroomd en ik heb mijne armoede minder als een on geluk dan als eene misdaad verborgen. nAch toen bet weer wiuter werd, steeg ons lijden ten top wij hadden zelfs geene brandstof meer... Wij waren verzwakt en ziek... Ons zoo armoedig gekleed ziende, wees men ons als bedelaarster af- Toen verduurde wij de martelingen van do koude, van den hongerde twijfel overmeesterde het hart, dat eertijds door de hoop vervuld was, en wij zeiden tot elkander dat dc dood welkom zou wezen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1908 | | pagina 1