Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
WkënbmakïngT
Nummer 77
31r. Jaargang
/omlag 27 September 1908.
ANTOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
h uit DRIE Bladen
Eerste Blad.
1
Brieven uit Berlijn.
HET GEHEIM
VODDENRAPER
LANDBOUW.
Uitgever:
FEUILLETON.
RAOUL DE NAVERY.
34.
Waalwijksclie ni
aalsrkr
'•wr-BSEs-w
1 u-i wJ. r/ a mmm mé mtrnm*
Dit Blad verse:'y'nt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 0."5.
Fran<o per post door het geheele rijk f0.90.
Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
W AALWIJ K. Telefoonnummer 38.
Loting Nationale—Militie.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Waalwijk maken bekend, dat de loting der m
dit jaar voor de Nationale-Militie inge
schrevenen, blijkens ontvangen aanschrijvirg
van den lieer Commissaris der Koningin in
Noord—Brabant dd. 4 September 1908 A.
No 5, 2e Afd., (Povineiaal bijblad No. 1041
zal plaats hebben op Donderdag den 22 October
a.s. voormiddags 9»/j uur ten Kaadhuize alhier.
Waalwijk, 24 Saptemt er 1908.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
TH. de SURMONT de BAS SMEELE.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Waalwijk maken bekend dat het inschrijvings
register der Nationale Militie voor de lichting
1 1909 met de dearuit opgeiosnkte alphabetische
naamlijst gedurende acht dagei oor een ieder
ter inzage is nedergelegd ter Secretarie.
Waalwijk, 24 September 1908
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
TH. de SURMONT de BAS SMEELE
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
Particuliei e Correspondentie.
IV.
In dezen laatsten brief wensch ik in 't
kort te beschrijven 'n bezoek, dat ik
bracht aan 'n Berlijnsche Volksschool.
Deze zijn, alle op enkele uitzonderingen
na, grootsche gebouwen. Krotten van
hulpscholen, zooals men die in Amster
dam ziet staan, vindt men er niet.
Elke school bevat 'n aantal lokalen
en telt gewoonlijk meer dan een ver
dieping. Voor zoover ik kon nagaan,
J zaten er er in elk lokaal ongeveer 50
kinderen. De klassen zijn er dus feitelijk
ook al te groot. Overal vond ik cen
trale verwarming. Aan elke school is
'n concierge verbonden, die het gebouw
rein moet houden en er de bewaking
Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
over heeft.
Voor de gezamenlijke onderwijzers is
er een kamer, zeer net gemeubeld en
van kleine kastjes voorzien waarin elk
der onderwijzers z'n boterham kan neer
lage11 en wat hij meer wenscht mede
te brengen. De schooltijd duurt nl. van
s morgens 7 uur tot 's middags 12, met
de noodige pauzen tusschen de lesuren.
De Berlijnsche onderwijzer is dus na
den middag geheel vrij. Sommigen,
echter geven na twaalf uur nog teeken
en turnles. Ook de onderwijzeressen
hebben een aparte kamer, waar zij voor-
en na de school en gedurende de pau
zen samenkomen. Zooals bekend is,
hebben in Amsterdam en andere plaat
sen met ambulante hoofden, alleen deze
hun kamertje.
Aan 't hoofd van elke school staat 'n
rector, die natuurlijk ook z'n kamer heeft.
Nu heeft elke school, behalve z'n ge
wone leslokalen ook nog'n badlokaal,
waar de kinderen van warme en koude
douches kunnen genieten, al naar gelang
de ouders het wenschen 'n apart tee
kenlokaal, waarvan de inrichting met z'n
verdraaibare teekentafeltjes heel practisch
is n kooklokaal met 'n twintigtal for
nuisjes en 'n turnlokaal, waarin alle mo
gelijke gymnastiekwerktuigen. Ziedaar.
»im groszen und ganzen» 'n Berlijnsche
Volksschool. In de voorsteden heeft
iedere school nog z'n schooltuin, waarin
ik vele gewassen aantrof, tot zelfs tabak.
Berlijn mag m.i. dus met recht trotsch
zijn op z n scholen. Over de resultaten
van 't onderwijs kan ik natuurlijk moei
lijk 'n oordeel vellen. Wat ik er echter
van zag, wettigt wel de bekende uit
spraak »De Duitsche schoolmeester
heeft den slag van Sedan gewonnen».
Immers, de Duitsche jeugd doet veel
aan turnen en openluchtspelen wat zeer
zeker t begin is van 'n krachtige volks
weerkracht. Opvallend was ook het
geheel van 't onze afwijkende teekenon-
derwijs. De kinderen beginnen daar
direct, naar de z.g. Berlijnsche methode,
met het natuurteekenen of, beter nog,
met het Schetsen van voorwerpen, als
flesschen, glazen, vazen, stoelen, tafels
enz. enz. Hoewel ik geen teekenproe-
ven der leerlingen heb gezien, leek het
mij toch toe dat de kinderen aan der-
gelijk goed gegeven teekenon der wijs
Advert2Ntiën 1—7 regels t 0.60 daarboven 8 cent per regel, groot',
letters naar plaatsruimte. Adverteutiën 3maal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
VAN DEN
NAAR HET FrANSOH VAN
Mijnheer Aurillac heeft mij weldaden
bewezen, antwoordde de voddenraper met
zichtbare verlegenheid.
advokaa^ mij'n vriend BPrak de
De voddenraper stak ze uit en drukte de
beide hadden van den advokaat. Bij deze
aanraking beving hem eene ontroering, welke
hy met overmeesteren kon hij verbleekte,
zijne beenen weigerden hem hunnen dienst]
zijn hart bonsde in zijnen boezem en hij zonk
half bewusteloos op eenen stoel neêr.
Maximiliaan snelde op Aurillac toe, deed
zijnen halsdoek los, reikte hem een glas water,
en wachtte met bezorgdheid, terwijl hij het
hoofd van den half bezwijmden man onder
steunde, het einde van het toeval af.
De advokaat schreef die ontroering natuur
lijk toe aan de herinneringen, door den naam
y,ai? Aurillac in het geheugen geroepen. Vader
i'alot kwam weêr geheel tot zichzelven en
stamelde, eemgszins beschaamd over zyne
zwaKneid
Vergeef mij, mijnheer Audoin, maar.
M~. Komaan, geene verontschuldigingen viel
Maiimiliaan hem in de rede. Ik kan mij zeer
gooi voorstellen, dat iemand met een eenigs-
zins gevoelig hart, diep bewogen moet worden
bij ce gedachte aan het lyden, dat het slacht
offer an zulk eene rechterlijke dwaÜBg moet
verdinrd hebben, gescheiden van vrouw en
d, geschandvlekt in zijnen naam, en ge
doemd om veertien jaren lang zich te bewegen
onder het uitvaagsel van het menschdom,
onder de galeiboeven.
Bij deze woorden van den advokaat had
Aurillac zich bijna weêr door zijn gevoel laten
overmeesteren, maar zich geweld aandoende,
sprak hij
Het blijft dus afgesprokenwij zijn
voortaan bondgenooten.
Natuurlijk. Hoe heet gij
t, ~Maclou Taupiuik woon in de rue
Fueblategenover de Marché de la Viletle.
Maximiliaan schreef den naam en het adres
op en zei
n.°m ■!jezoeken' 5500 dikwijls gij wilt.
Ik g* bij dag zelden uit, antwoordde
de voddenraper; wilt gij mij echter veroor
loven n s avonds de berichten te komen meê
deelen, die ik ingewonnen heb
Uan vindt gij mij geregeld te huis en ben
ik van acht uur tot middernacht te spreken.
Maximiliaan reikte den voddenraper ten
tweede male de hand, on na die met warmte
gedrukt te hebben, ging de voddenraper heen,
hoewel het hem moeite kostte van zijnen nieu
wen vriend te scheiden.
Buiten gekomen, juichte zijn hart van
blijdschap en hoop. In verrukking sloeg bij
de oogen dankend ten hemel op, en toen hij
eenige oogeublikken daarna de hooge torens
vaa Aro/re-Z)ame voor zich zag oprijzen,
richtte hij zijne schreden naur de hoofdkerk.
Aurillac had behoefte om zijne ziel in een
vurig gebod en in dankzegging uit te storten.
Met eene heilige siddering trad hij het indruk-
wekkend heiligdom binnen. Dicht bij het
hoofdaltaar genaderd, knielde hij op den vloer
neer en verborg het aangezicht in zijne handen.
Leen woord ontgleed zijne lippen hij zocht
God in de stilte en vond Hem. Hij loofde Hem
door zyne tranen, door de verzuchtingen, die
uit zyn gefolterd hart opstegen hij smeekte
U0m Bijii werk te voltooien, hij vroeg recht
aan dien oppersten Rechter, die levenden en
dooden zal oordeelen en voor WieDS blik niets
verborgen is.
Zoo bad, in die stille afzondering, Aurillac,
en een ongekende vrede daalde in zijn gemar
teld hart neêr. Geheel versterkt, met nieuwe
hoop bezield, verliet hij de kerk en ging de
meer hebben dan aan ons gewoon plaat-
teekenen. Trouwens, ook in ons land vindt
deze methode reeds warme verdedigers,
al staan wij hier dan nog verre van haar
algemeene invoering.
Wat echter ten onzent weer beter is
geregeld, is het gratis verschaffen van
alle leermiddelen. In Duitschland be
talen de kinderen wel geen schoolgeld,
maar moeten de ouders alle leermiddelen
zelf aanschaffen. Dat komt natuurlijk
over 't geheel veel duurder uit dan ons
weinige schoolgeld.
De salarieëring van den Berlijnschen
onderwijzer is om van te watertanden.
Het maximum van 'n gewonen klassen-
onderwijzer is 5000 M. of f3000 per
jaar, d.i. dus f 1000 meer dan onze kamer
leden. Dat is nog wat anders dan
Amsterdam.
En toch is de levensstandaard in
Berlijn niets hooger dan in Amsterdam,
ja, ik zou nog zeggen van lager, vooral
wat de tafel betreft. In 'n goede restau
ratie krijgt men voor ll/3 mark d.i. 90
cent een uitstekend diner en betaalt men
2 M. dan is het beslist fijn. Komt daar
hier eens om? Voor fl,20 krijgt men
hier in de grootste restaurants niet zoo
bijster veel.
Ten slotte nog iets over de Holland-
sche vereenigingen die in Berlijn zijn.
Men heeft er twee een van de z.g.
middenklasse en een voor de hoogere.
Beide werden door mij bezochtin
beide was de ontvangst hartelijk, doch
't meest geanimeerde was toch wel die
van de middenklasse, waar de heer van
Heusden, vertegenwoordiger der firma
Blooker, voorzitter is,
Ik trof er een vijftigtal Hollandsche
dames en heeren aan. 't Was werkelijk
frappant, daar midden in de Duitsche
hoofdstad, zoo ongedwongen z'n moeder
taal te kunnen gebruiken en er uit volle
borst mede te kunnen aanheften het
Wilhelmus» en 't volkslied. Waarlijk,
dat deed je goed en men voelde zich
recht thuis tusschen die toch voor mij
vreemde menschen. 'n Dansje besloot
den gezelligen avond, 't Speet men
geducht dat ik niet den Koninginnedag
in dezen kring kon doorbrengen. Men
had werkelijk aardige plannen dienaan
gaande.
-En hiermede zouden wij deze een
voudige weergave van Berlijnsche in
drukken kunnen besluiten, indien wij
nog niet even op de aldaar pas ge
houden congressen wilden wijzen, nl. op
het interparlementaire en 'l internationaal
perscongres. Beide werden in het Rijks
daggebouw gehouden. En nu wij dat
gebouw met z'n prachtige zalen van
nabij mochten zien, kunnen wij ons
levendig voorstellen, dat de heeren er
zich zeer behagelijk gevoelden vooral
de groote zittingszaal is 'n prachtstuk
van architectonischen bouw met een uit
stekende accousstiek. En dat Berlijn
deze voorname gasten metal de elegance,
waarover het beschikken, kan, zou ont
vangen was wel te denken.
Berlijn is, hoewel als wereldstad nog
jong, toch reeds de kinderschoenen als
zoodanig ontwassen, ja, mag zich ver
heugen in 'n ontwikkeling, welke bijna
de übere-cultuur nadert.
rue Montmartre op, verlangend iets naders
van zijnen beschermeling te vernemen.
XVI. - PETIT-ANGE.
loön Mederic aan Columba's kamerdeur
klopte, was zij juist bezig hare kamer in orde
te brengen. Denkende, dat een harer buur
meisjes, even joDg en even arm als zij, haar
eenen dienst kwam vragen, deed zy haastig
open.
Bij het zien van Mederic, slaakte Columba
eenen uitroep van verbazing en deinsde ver
legen achteruit,
De jonkman schaamde zich bijna over zyn
ontijdig bezoek doch het gold een werk van
liefde, het gold het ongelukkig kind, dat hy
op den arm droeg. Bescheiden sprak hy tot
Cobumba
Mejuffrouw, ik kwijt mij van eenen last
van ^®8e vader FalotHeden nacht wilde
bij dit kDaapje aan uwe zorgen toevertrou
wen maar dewijl ik vreesde u in uwen eersten
Blaap te storen, heb ik den kleine bij mij
gehouden. Ik moet nu uit om mijnen dagelijk-
schen arbeid te gaan verrichten, en daar ik u
hoorde zingen, dacht ik niets beters te
kunnen doen dan het kind bij u te brengen.
OI mijnheer, antwoordde Columba, ik
zou gaarne den ganschen nacht gewaakt heb
ben om den armen kleine op te passen. Gy
zegt dat vader Falot hem hier gebracht heeft?
Hij heeft bem in eenen allerdeerniswaar-
digsteu toestand van de straat opgenomen.
O ik weet het, hernam Columba met
eenen droevigen glimlachhij is de Voorzie
nigheid der veriatenen en hulpeloozon. Ook
mij heeft hy op eenen avond op zulk eeno
wijze te huis gebracht.
U, mrjuffër Columba?
Wie heeft u mijnen naam gezegd vroeg
het meisje veriast.
De kleine boodschapper, die alles weet
en uitvorscht, die snnffelt en gaarne praat.
Middelerwijl had Colnmba het bed voor het
knaapje in orde gebracht, dat nog altijd in
Mederic's deken was gewikkeld. De jonkman
legde het kind met vaderlijke zorg neer en
wendde zich daarna tot Columba met de
woorden
In den Tuin.
We geven ditmaal in plaats van een
artikel eenige losse wenken, waarmee, naar
we hopen, velo lezers en leseressen lian
voordeel kunnen doeF,
Een van de heerlijkste en gezondste
vruchten is de druif, vooral de blauwe druil
werkt bloedzuiverend. Wie de gelukkige
be/ütter ia van een rijkdragend* wijnstok,
stelt er natuurlijk prijs op hiervan zoolang
mogelijk te genieten. Daartoe moet hij
volgenderwijze to werk gaan. De druiven,
welke hij na het plukken wil bewaren, moeten
nauwkeurig worden nagezien, tros voor tros,
om beschimmelde, aangestoken of gekneusde
vruchten te verwijderen. Toch kan er schim
melvorming aan ons oog ontgaan. Daarom
is het noodig, eiken tros aan een draad ge-
bonden, even in kokend water te dompelen,
de druiven lijden daarvan niet het minst en
de schimmel wordt vernietigd. Dan hangt
men de trossen, zonder dat ze elkander
raken, in een koele, vorstvrije ruimte, welke
men daarna uitzwavelt. Geheel droog mag
die ruimte echter niet zijn, anders drogen
de druiven in, waarom men er glazen met
water plaatst. Een paar malen per week
ziet men de trossen na, om wat door schim
mel mocht zijn aangetast weg te nemen.
Neemt men veel schimmel waar dan zwavele
Gij zult mij immers wel veroorlooven
eens naar den toestand van den kleinen zieke
te komen vernemen?
Wel zeker, mijnheer Mederic.
De jonkman glimlachteColumba kende
zijnen naam gelijk hij den haren. Hij maakte
het teeken des kruises op het voorhoofd van
den kleinen martelaar en vertrok met de
woorden
Maak u niet ongerust, mejuffrouw, ik
zal eenen dokter zenden.
Columba bloef alleen met het slapende en
gekwetste kind. Zijne kleine, doorzichtige
handjes lagen op bet dekenover zijn aange-
zichtje was een waas van gerustheid verspreid,
en bijwijlen speelde een lach om zijne lippen.
Het jonge meisje haalde de witte gordijnen
op en ging zitten, onderwijl een waakzaam
oog op den zieke houdende.
Angelie had hare belofte gehouden reeds
daags na haar eerste bezoek, had zy hare
beschermelinge verscheidene stukken neteldoek,
linnon en kasten, benevens de noodige mo
dellen gez®nden, en daarbij een voorschot in
geld, zoodat Columba behoed was en zich
welgemoed aan het werk zette.
Eene enkele gedachte wierp eene schaduw
over hare opgeruimdheid de herinnering aan
Epine Vinette. Wat was er van haar gewor
den Zou de straatzangeres, die steeds droomde
van grootheid, niet het weinige goede ver
liezen, dat in hare ziel was blijven sluimeren,
ondanks de slechte onderrichtingen van hare
moeder
Columba had op de Voorzienigheid gehoopt
en de Voorzienigheid had haar vertrouwen
rijkelijk beloondhet arme meisje ademde
vrij, met vol vertrouwen kon zij de toekomst
te gemoet zien, die haar eenige maanden ge
leden zooveel vrees aanjoeg.
Hoe geheel anders, als toen vader Falot
haar in dien gedenkwoardigen nacht ont
moette, was de toestand van Columba Eene
zindelijke en eenvoudige kleeding bad de
schamele lompen vervangen, en de haren,
waarvan de nijpende honger haar had beroofd,
groeiden weer even weelderig als weleer aan.
De glimlach kwam op hare lippen, de opge
ruimdheid keerden in haar hart terug.
Inderdaad, de voormalige leerlinge van
men nog eens. Aldus kan men zijn druiven
zeer lang in goeden staat bewaren.
Reeds nu dient ge na te gaan hoeveel
en welke vru^htboomen ge zult planten,
want voor vele grouden is de beste plantlijd
weldra daar. Men kan ze wel plan.en,
indien het geen vorstig wem is, den geheeleD,
herfst en winter door, van eind October af
tot iu April dus, maar op niet natten grond,
die niet licht bevriest is een herfstplanting
zeer aan te bevelen. Dit heeft verschillende
voordetien. Er is ten eerste, minder gevaar,
dat de wortels bij het verplanten uitdrogen.
Ook kunnen de boompjes in het voorjaar
dan beter tegen de droogte de grond is
dan vochtiger en droogt niet zoo licht nit
en de wortel? zijn werkzamer, daar zij in 't
najaar nog vrij wat haarwortels gevormd
hebben. Die haarwortelvorming, voor den
groei van zooveel belang, heeit dan in het
voorjaar neg krachtiger plaats. Bij herfst
planting wordt de aarde dcor regen en
sneeuw beter gesloten en worden de tusschén-
ruimten der wortels aangevuld. Ook werkt
de verst gunstig in op den grond, hij maakt
dien los, poreus, zoodat de onontbeerlijke
lucht leter kan indringen, maar ook de
regen cn de dauw, het licht en de warmte,
zoodat de wortels gezond blijven en zich
normaal ontwikkelen.
Bij voorjaatsplanting, als do grond nog
nat is, wordt deze door de bewerking licht
saamgekneed en taai en blijven genoemde
voordeelcn achterwege. Gevolg vaak zieke
kwijnende wortels.
Waarschijnlijk zijn er onder de lezers en
lezeressen bloemenvrienden en vriendinnen,
die gaarne willen weten hoe ze op goedkoope
wijze, zonder eenige kosten hoegenaamd,
asters en rozen kunnen conserveeren. Dit
geschiedt aldus. Men hangt de bloemen,
als ze nog niet geheel open zijn, aan do
«telen in een gesloten kist geheel vrij op,
zonder dal ze elkaar dus aanraken. In de
kist is een bord geplaatst met zand meer
of minder naar er bloemen in zijn, met wat
zoutzuur bevochtigd. Bij witte rozen en
asters laat men een weinig zwavel op een
bord verbrand. Door den damp van het
een of het ander worden de rozen en de
roode en blaowe aster in 1—2 unr als
de kist natuurlijk gesloten is prachtig
hoog rood gekleurd. Nu moeten ze gedroogd
worden in zakjes (peperhuisjes) van filtreer-
paatoor Lormel was, in alle opzichten, in haar
voordeel veranderd.
Van tijd tot tijd wierp Columba eenen
oogBlag naar het bed, waarop de kleine slui
merde. Uit den grond huars harten dankte
zij vader Falot baar eene wees gezonden te
hebben. Zij, die geheel haar leven behoefte
had aan bescherming, zoa nu, op hare beurt,
beschermster worden. En het edele meisje,
wier gemoed altijd tot dank en erkentelijkheid
gestemd was, loofde God, dat Hij den kleinen
kunstenmaker in hare woning gevoerd had.
Plotseling kwam er eene gedachte bij haar
op, die hare oogen vol tranen deed schieten.
Wie weet dacht' ze heeft mijn
broeder niet evenveel geleden als die onge
lokkige kleine! Verlorene of gestolen kinderen
worden meesttijds aan zulk eene ellende pry's
gegeven 1 Mijn Gcyïwat is er van mijnen
brotder geworden', wiens naam ik ter nau—
wernoed ken en naar wiens bijzijn ik zoo vurig
verlang Scheuk mij het onuitsprekelijke geluk
hem weer te vinden. Al mijne naastbestaanden
zijn tot nu toe voor mij verloren. Ach zoa
ik mijnen vader, wien de papieren, welke
mijn eenig erfdeel uitmaken, mij beschrijven
als zoo goed, zoo diep rampzalig, nog ooit
mogen wedervinden Of is htj wellicht
onder het lijden bezwekenmocht ik dau ten
minste te weten komen, waar zijn stoffelyk
overschot rust, om op zijn graf te kunnen
bidden I
Een zwakke zacht deed Columba opzien
de kleine jongen opende de oogen. Zij legde
haar werk neer en ging naar het bed, hief
den knaap behoedzaam op, eD hem weer
goedleggende, sprak zij hem minzaam toe.
Petit-Ange zag haar aan en glimlachte de
kennismaking tusschen die twee veriatenen
was aangeknoopt.
Ben ik hier bij u vroeg hij.
Ja, kind lief, wilt gij bij mij blijven
Ik wil wel... zou Rasper mij hier niet
vinden
Weest gerust, ge hebt nu vrienden.
(Wordt vervolgd.)