Nummer 37 Zondag 8 Mei 1910 33e Jaargang Tweede Blad PALJAS LANDBOUW. FEUILLETON Ingezonden Stukken. BUITENLAND. Engeland. BINNENLAND. Sla- en Snijboonen. Drunen Vooruit. Géén Kermis n. Echo van Zuiden. Als de IJsheiligen (1214. Mei) gepas- seerd zijn, gaan de meeaten boonen puten. ^Maar bij koud weder doet men beter nog wat te wachten, althans als de tuin laag gelegen en nat is. Boonen gedijen toch slechts bij warmte. Intusschen make men het boonenland gereed en zorge voor ouden koemest, welke vermengd kan worden met verteerden paardenmest, daar boonen niet van verscheo mest houden. Ook kan meu natuurlijk kunstmeststoffen gebrniken. Men spitte het boonenland vrij diep om, en giete, als de aarde droog, is, voor het poten, liefst een dag te voreu. De bezitter van een kleinen tuin zal zich beperken tot het leggen van stamboonen, waarvoor geen rijzen of stokken noodig zijn en waarvan men ook 'den eersten pluk heeft. Aaubevelens waar dige soorten zijn o. m.de enkele en dubbele stainprincessen, de roode flageolet- boon, Cooling's Non plus ultra. Men legt ze, niet te diep, 8 u 4 bijeen, op afstanden van 45 cM. De bedden houde men vrij van onkruid, echter liefst niet door schoffelen, waarbij zoo licht planten en wortels worden beschadigd. Na het wieden hooge men de aarde rondom de plantjes wat op ze groeien dan beter en hebben minder van den wind te lijden. De stokboonen vereischen tneer zorg. Voor de paar!- of priucesseboontjes zonder draden, welke een hoogte van circa 1.50 M. bereiken, behoeft meu geen lange stokken, maar slecht» rijzen. Men kan de stokken op ver schillende wijzen plaatsenwij noemen de volgende: le op elk bed, 60. h 70 cM. breed, 2 rijen stokken tegenover elkaar of in verband, de stokken op afstanden van 60 h 65 cM. De 2 tegenover elkander staande staken worden op manshoogte vast gemaakt, terwijl alle stokken door dwars- liggers op gelijke hoogte verbonden worden. 2e De stokken rechtop, door een dwars- stok op manshoogte verbonden, ruim '/s M. van elkaar, de rijen onderling op 1 M. 8e Vier stokken, 2 aan 2 tegenover elkander, dia van boven hij elkaar komen en saam- gebonden worden, stokkenafstand 90 cM groepenafstand ÏJs M. Bij deze manier staan de stokken stevig. Slabojneu legt men 9 of 10, snijboonen 7 of 8 in een halven cirkel om iederen stokti.eu kan later de zwakste plantjes uittrekken. Ook kan men een paar minder leggen, en dan, zoo noodig, later bijplanten nit een zaaibed, dat 4 il 5 dagen na het poten is aangelegd. Dit verplanten geschiede, zoodra de plantjes 2 blaadjes hebben, daar te laat verplante boonen slecht dragen. Neem de stokken niet te dik en help de ranken om zich om den stok te winden denk er daarbij aan, dat de boon een 7t«£swindende plant is en Vaa „DE ECHO VAN HET ZUIDEN.' OF J'iogtV'iittouw aait Dett J&iavl'iiliotëaiiD 82). Kortom, na liet lokaas van een eerste ge schenk, haar aangeboden van wege een ,,heel grooten heer", te hebben gebeten, had zy zich weldra geheel en al laten oiukoopen, ten minste zoowel uit ijdelheid als uit eigen belang. Hoe weder aan dien geheimzinnigen edelman die den mond niet opende zonder de titels «hertog, markies, graaf" te laten klinken, ja die, te telken stond, zelfs 's konings naam op de lippen bad Zoo wel had hij haar door zijne welbespraak- beid en door zijne manieren ingenomen, dat hij er zich eene onderdanige medeplichtige van gemaakt had, gereed om blindelings zyne zaak te dienen. Zij leverde hem dagelijks een juist verslag van al wat hare kostgangers deden. Zij veria nde hem zelfs de gastvrijheid, wanneer hij haar noodig achtte de Paljassen van naby te bespieden. Zy had er zich mede belast, in 't geniep .Madeleine te polsen, behendig op haren geest in te werken, t9n einde haar tot toegeven te stemmen, met haar te beklagen, de gevolgen van de ellende voor oogen te brengen, des noods zelfs de krankheid van het kleine meisje als erger af te schilderen, dan zij werkelijk was. Men heeft hierboven gezien dat zij zich nog al wel van die taak kweet." Eindelijk, wanneer tengevolge van menig onderhond..Rollac de waarschijnlijke noodzake lijkheid had voortgebracht om op de moeder- leidt ze dos in die richtiDg. Gieten in een droge periode is een dank baar werk. Neem in den bloeitijd de toppen weg, dit komt den onderste bloesems en vruchten ten goede. Doe dat vooral, als ge de zaden wilt laten rijpen, en verwijder dan later teven» de ondersf, vaak onooglijke en voor zaadwinning ongeschikte vruchten. Kies voor zaad winning de grootste, beet gevormde vruchten, en uit deze zooveel mogelijk de middelste, daar ze de volkomenste zijn. C. B. Van het Overmaassche schrijft men Dit de vermindering der melkproductie blijkt, dat de koeien door nat en koude beginnen te lijden. Het rundvee staat met krommen rug in de rotte, drassige weiden De voorraad gras neemt sterk af, een groot deel van het gewas word» vertrapt. De hevige regenvlagen gepaard met sterken wind, berokkenen veel schade aan de alom bloeiende vruchtboomen. De bloesem waait flets. De perziken, die grootendeels gezet waren, vallen schier overal af. Bij menigeen zijn de vroege aardappelen, die rijk voor den dag kwamen, gisterennacht bevroren. De prijs der oude aardappels is stijgende bravo's werden verhandeld voor t 8.25 a f 3.50 per H.L., terwijl voor eigenheimers, de voorraad is niet groot meer en de qualiteit wordt minder, f 2.80 tot f 2.60 per H.L. besleed wordt. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) De stroom om onze gemeente op sociaal (d.i. het algemeen belang betreffende) gebied vooruit te Btuwen heeft den laatsten tijd eene verbazende kracht gekregen. In een vroeger artikel reeds genoegzaam behandeld. Wat echter „Frits» aanvoert in no 34 van dit blad omtrent den Parallelweg, dat lijkt me sterk overdreven. Kijk, overdrijven is altijd ver keerd. Da zaken juist bekend maken, zoouls ze zijn, dat is je ware. Ik veronderstel, dat „Frits» zijn buiteling op dien zandigen parallel weg wel aanzijn droomen zal te wyten hebben, in plaats van aan den zoo erbarmelijk slechten weg. Want zoo erg is 't toch niet. Ik erken graag, dat verbetering noodig is. En dat bij in het losse zand een paar geschaafde handen viel, och dat heeft hij ook beslist gedroomd. Me dunkt „Frits» heeft te veel gemijmerd. Een ideaal parallelweg, zooals „Frits« dat mijmerde, is ook nog niet noodig. Noodig is, dat die w?g goed wordt ouderhonden en dat gebeurt niet. Er dient tenminste een hard voetpad te zijn voor de vele schoenmakers, die naar het station moeten. Maar „Frits* wil misschien een steenweg, waarop men met een luxe fiets kan rijden Ja, dat is een ideaal, maar niet noodig. Ik wil gaarne aannemen, dat de gemeente Druneu voor zware lasten zit, en daarom moeten we van haar slechts datgene vergen, wat direct noodig is. Van „luxe fiets» gesproken, ja, daar kom ik weer op het terrein, dat ik in mijne vorige be schouwing reeds betrad, op het terrein der „Weelde» Ik overschreed slechts even de grens en beloofde den bewoners van dat terrein nog liefde te werken, ten einde den tegenstand der echtgenoote te overwinnen, dan was het ook vrouw Béjin geweest die hem in kounis had gebracht meteenen armen drommel, van beroep krnidzoeker en dierenopvnller, die, daar hij wemig klanten en nog minder gewetensbe zwaren had, zijne medehulp voor eene nog ronde som verkocht had. Voorzien van den titel, zooniet van het diploom van doktrr, onberispelijk gekleed volgens de goede overlevering, zon bij, op 't passend oogenblik, de rol spelen van dokter om de ziekte van de kleine Jeanne als erg en gevaarvol voor te stellen. En met het gezag van een uitstekenden vertegenwoordiger der Faculteit, zou hy de balans doen overwegen naar den kant des ridders, met al het gewicht van zijn vrees wekkend ziektedoorzicht en van zijne dringen de voorschriften. Graaf de Castel Blangy, was, door een gelukkig samenvallen, te Bordeaux waar, zooals men zich herinnert, een koninklijk bevel hem in politieke zending had gezonden. Volgens de briefwisseling tasschen den hertog Rollac en hem gevoerd, was overeengekomen dat hij den ridder zou bijstaan, indien deze zijne persoonlijke tnsschenkomst eischte en dat in ieder geval, profiteerende van zijn toeko mend vertrek, hij tot beschermer en geleider zou dienen van Madeleine de Montbazon, om haar naar het kasteel harer voorvaderen terug te brengen. Krachtens die overeenkomst, had Rollac, oordeelendo dat het besliste uur aangebroken was, den graaf een „express" gestaard, om hem te verwittigen dat hy rekende op zyne aanwezigheid te Angoulème, op znlken dag als hij hem aanduidde Blangy had geantwoord dat nieuwe onder richtingen, ontvangen van de Taileries hem noodzaakten naar Saintes af te reizen, waar hy eenigen tijd verblijven moeBt. Hy verzocht hem dus een uitstel te ver leenen, ten ware er volstrekte hoogdringend heid bestond, zooals de ridder het te verstaan gaf. Alsdan zou men beter zonder hem handelen, want, voegde hij erbij, bet lukken der onder neming kon niet twijfelachtig zijn, daar zij wel eens terng te komen. En nu ben ik er al. Dat ik echter erg welkom zal zyn, dat geloof ik niet. Maar enfin, ik waag het toch om het terrein der weelde in Druneu even door te wandelen. Fietsen I O, goeie Grut zonder fiets kannen ze nog geen pakje meer naar 't spoor brengen. En dat is niets voer degenen, die zich die weelde knnnen permi- teeren, maar vraag het den rijwielhandelaren eeDS vraag het den bakker, den winkelier, den slager eens. Die weten U precies te ver tellen wie er zooal fietst en wie er mooie, prachtige costumes dragen en wie er een stevigen borrel drinken maar ze weten U ook te vertellen hoeveel „pof» ze nog op die lni hebben. Ge knnt Mevrouw niet meer kennen uit de dienstmeiden, en als Zondags de Kerk uitgaat, dan znlt ge uit de vrome schare Burgemeester of Notaris niet kunnen aanwijzen, of ge moet ze persoonlijk kennen. Allemaal nog tot daartoe, maar niet alle van deze beenen kunnen de weelde dragen, en toch blijft men steeds dit voortwoekerend kwaad nastreven De Weeldezucht heerscht algemeen, Niets kan haar macht weerstreven Men ziet aan Weelde man en vrouw Om 't zeerst zich overgeven. Maar, dat men zich zoo weeldrig kleedt En thuis daarvoor ontbeert, Ja honger lijdt en ongemak; Dat is mij te geleerd. Daarom nogmaals, vooral de bestaande organisatie's, aangespoord van nu af aan reeds te beginnen om de ingezetenen in) Sept. naar den Bosschen Katholiekendag te dryven, waar hun het kwaad, dat de Weelde aanricht, duidelijk zal voor oogen gesteld worden. In dezen geest moet Drnnen ook op zedelijk gebied vooruit. Later hierover meer. MONTAGNE. Mijnheer de Redacteur. Hot was Maandag 1.1. 2 Mei een onover zienbare menigte, die vol belangstelling, voor en om 't Raadhuis geschaard stonden, het oogenblik verwachtende wat de nitslag zon zijn n.l. het al of niet tot stand komen van de kermis. Maar tot teleurstelling van al die wachten den, tot vertrapping van Dongens welvaart moesten zij vernemen, dat het voorstel met 6 tegen en 5 voor, gevallen was. Waren nu maar eenige raadsleden achter wege gebleven (die op vorige vergaderingen alt'jd zoo schitterden door afwezigheid) dan had het voorstel alle kans vau slagen gehad. Maar de tegenstanders waren door de mach tige zweep voortgejaagd als wilde paarden in de steppen. Wat moet 't ook, onzen zoo hoog geachten Burgemeester Switsard gegriefd hebben dat het voorstel in duigen viel, en de tegenstanders hadden gezegenvierd. Een woord van lof mag niet onthouden worden, aan de commissie van onderzoek, die zich in zoo uitstekende mate vau hare taak had gekweten, en zoo meevoelde, met het voorstel van de 500 (zegge vijfhonderd) adres santen. Is 't niet treurig, dat een vooruitstrevende, induatrieele plaats gelijk Dongen, met 7000 zielen, zich niet kan meten met veel kleinere plaatsen Waarlijk, Mijnheer de Redacteur, hier in Dongen wordt een Dame de toegang geweigerd, waar plaats is voor gemengde bijeenkomsten Ofschoon bet gezegd moet worden, dat het bestnur van Harmonie „Aurora» den moed heeft (getoond) haar deuren voor de dameB zoo wol voorbereid scheen. En hij zou zich gereed houdeD in 't hotel der onder-prcfektuur, te Saintes, alwaar hij afstappen moest, om de kleindochter van den hertog en haar kind te ontvangen. Zonder te aarzelen, had Rollac voor bet tweede voorstel partij gekozen. Het mishaagde hem niet voor hem alleen de eer van de zegepraal te behouden. Het was overigens gevaarlijk de uitvoering van zijn plan langer uit te stellen. Hoe volkomen hij ook de kunst bezat om zijne persoonlijkheid onder verschillende ver kleedingen te verbergen en ondanks de menig vuldige voorzorgen welke hy nam om zijnen handel en wandel te verbergen, mocht hij toch niet hopen altijddurend de vermoedens van PaljaB en de zijnen te kunnen afkeeren. Juist dien morgen, op het oogenblik dat bij onder eene vermomming rond het huis vsd moeder Béjin sloop, had Grain d'Amonr hem gestadig navor8chend in 't oog gehouden. Dit stelde den ridder niet gerust. Zoo hy langer uitstelde was hij verloren. En dat vooral moest hij vermyden op gevaar van anders den strijd in slechte voorwaarden te moeten voortzetten. De ontknooping moest dus verhaast worden. Zijne vrees was gegrond. Men heeft bemerkt hoe bekommerd Grain d'Amonr er uitzag, toen hij met zijnen voor raad terug thuis kwam. Hy had de reden van zijne kommernis in tegenwoordigheid van getaigen niet willen bekennen en toen hij met Paljas en Jacquinet naar buiten was gegaan om op de markt eene vertooning te geven, had hij nog op zijne tong gebeten uit vrees dat zijne mededeeling den baas te zeer zou ontroerd en belet hebben naar behooren en op zijn gemak te werken. Maar, toen de vertooning afgeloopen was besloot hij zijn hart te ontlasten terwijl Ja qninet de matten oprolde. Baas, fluisterde hij Belphégor in het oor ik moet n over iets spreken dat mij reeds verscheidene dagen op den lever licht en ongerust maakt... ge weet... de man van Courgemontde beruchte ridder... Welnn Wel, my dunkt dat bij wel zon kunnen open te Btellen. Aan dit bestuur myn openlijke hulde I... Maar afgezien van alles is 't meer dan tyd, dat in dergelijke, achterlijke toestanden, welke in Dongen ingeworteld zyn, spoedig verbetering komt. Het bnilen en grutten is voorby moderne en handige machines hebben dat vervangen en ook werkelijk verbeterd, maar dan zyn op ander gebied mannen noodig, kundige mannen die weten wat ze willen hun oprechte gevoelens durven verkondigen, zich door niets laten influenceeren en de behoefte en de welvaart van Dongen, steunen. Laat dit 'n oproep zijn voor de toekomst Een oproep gericht tot die 500 adressanten, tot hen die voor 't belang van Dongen willen strijdeD, en uitkomen voor het eerlijk recht. Ik durf het den grooten staatsman Roosevelt, na zeggen, wat Hij dezer dagen in Amsterdam verkondigde. „Ieder man dient te weten wat zijn recht, „maar meer nog wat zijn plicht is, en nooit „mag men vergeten, dat ook de rechten van „anderen geëerbiedigd dienen te worden. On- „recht doen is uit den booze. Verder zegt „Hy nog, op 't eind van zyn betoog Men „moet die daagden bezitten, welk noodig zijn „voor een Hinken man. Lafaards en zwak- „kelingen kunnen wij niet gebrniken onzen „moderne tijd vraagt iets anders. Ten slotte nog een driewerf heil aan onze Burgemeester en de vijf geachte Raadsleden, die DoDgens wolvaart zoo steunen. Mijn dank voor de welwillende plaatsruimte in Uw geëerd blad. Hoogachtend, Dongen, Mei 1910 J. Koning Eduurd f Was Woensdagavond, bij het ver schijnen van ons vorig nummer, nog niets bekend van een ernstig ziek zijn van Koning Eduard. thans is Zijn Majes teit den Koning hedennacht ongeveer 12 uur reeds overleden. Het Engelsche /olk, dat in al zijn standen van zijn vorst hield, is diep getroffen. Het is alles ook zoo snel gegaan. Wel liepen er in den laatsten tijd geruchten, dat het niet geheel in orde met hem was, maar ongunstige berichten kwamen niet of werden aanstonds tegengesproken Zondag is hij te Sandrlngham, waar hij op zijn buiten vertoefde, nog naar de kerk gegaan en later zijn landgoede ren gaan bezichtigen. Toen hij Maandag middag te Londen terugkeerde, bleek dat hij een ernstige koude had gevat Hij bleef daarom in het Buckingham- paleis, maar bleet toch zijn werk ver richten en gehooi verleenen. Donderdagavond echter is zijn kwaal, een bronchitis, misschien tot longont steking verergerd, snel in gevaarlijkheid toegenomen. Sedert is de ziekte nog toegenomen, totdat Koniug Edurard in het bijzijn van de Koningin, van den prins en de prinses van Wales, van prinses Louise, hertogin of Fife, prinses Victoria, prinses Louise, hertogin of argyle, hedennacht kalm is overleden. hier in de streek zijn. Paljas haalde de schouders op, maar ver bleekte. Hebt gij hem gezien vroeg hij met fonkelenden blik en gebalde vuisten, alsof hy reeds gereed ware gewerst om zich tegen zijn hardnekkigen vijand te verdedigen. Ik heb hem gezien en niet gezien... 't Is te zeggen dat ik iemand gezien heb, die erg op hom gekikt. Weihoe die erg op hem gelijkt? riep de goochelaar wiens gramschap zich nu tegen Grain d'Amour keerde die hem, zynsdunkens eten vertelseltje wilde opdringen en eene kwade klacht spel ;n. Ik denk niet dat er zeB en dertig ridders de Rollac zyn, er loopt er maar één en 't is reeds te veel... Ah kerel, gij wilt mij om den aap honden Gij hebt eens willen zien wat een gezicht ik zou getrokken hebben 1... Wetou, gij zult zelf maaien wat gy gezaaid hebt l... Belphégor had den hansworst bij den p gevat en neep hem te pletter in zyne ijzeren hand, terwijl bij reeds den voet omhoog hief om de daad bij het woord te voegen. Wees niet boos, baas, stotterde Grain d'Amour die meesmuilde van pijn. Het is hoegenaamd niet om met n te lachen. Ik zeg dat ik den kerel reeds lang heb afgeloerd, nu eens bier, daD eens daar, en dat die kerel erg op den ridder gelykt, ondanks de vermomming die bij aanneemt. Ge weet, baas als ik eens iemannd in 't oog heb, dan zon ik hem tusschen dnizend menschen herkennen. Gij droomt of wel zyt dronken Dronken hoe kunt ge zoo iets zeggen, baas ik heb vandaag nog niets dan water gedronken... Kijk 1... Daar iB hij weer... En hy wees eeneu heer aan die over het plein ging en uit de straat kwam waar het huis van moeder Bejin gelegen was. De goochelaar keek langs dien kant. De man, dien Grain d'Amonr aangeduid had, verdween achter den hoek van een straatje. (Wordt vervolgd Tijdens de kortstondige ziekte was er een algemeen leedwezen en deelneming onder zijn trouwe onderdanen. Edward VII, koning van Groot-Britan- nië en Ierland en van de Britsche ter- ritoriën over de zeeën, verdediger van het geloof, keizer van Indië, van wiens zoo onverwachten dood, tengevolge van een plotseling-aangrijpende en hem den grijzen maar nog krachtigen vorst on- verbiddellijk neervellende ziekte, wij hier melding te maken hebben, werd den 9den November 1841 in het imposante BuckiDgham-palace te Londen geboren. Hij was de oudste zoon van koningin Victoria en van prins Albert van Saksen Coburg-Gotha, met wien de koningin den 25en Juni gehuwd was Naar zijn vader, den prins-gemaal, werd hij Albert Edward genoemd tot aan zijn troons bestijging werd hij prins Albert geheeten. Den 4en December 1841 kreeg hij den titel, dien de Engelsche troonop volgers dragen, dien van prins van Wales. Den lOden Maart 1863 huwde hij met Alexandra, de oudste dochter van Chris- tiaan IX, den koning van Denemarken. Sedert dien nam hij voor zijn moeder de vertegenwoordigings plichten waar. Den 22sten januari 1901 overleed koningin Victoria en kwam daardoor prins Albert aan de regeering. Zijn kro ning moest echter worden uitgesteld wegens een blinde-darmontsteking, die den toen al betrekkelijk ouden koning zwaar had aangegrepen Eerst den 9den Augustus 1902 kon de kroning met groote plechtigheid en statie plaats vinden, nadat eerst in Mei van dat jaar de vrede te Vereeniging gesloten was en dus aan den bloedigen Zuid-Afrikaanschen krijg een einde ge komen was en de koning zijn regeering in vrede kon beginnen. 1860. Regiment Pauselijke Zouaren. 1910. De feestelijke herdenking der 50sten verjaardag van het regiment, zal zooals reeds vroeger gemeld is, te Parijs ge vierd worden, en is nu door den generaal, Baron de Charrette, bepaald op 2 Juni a s. en noodigt daartoe, zooveel mogelijk, alle Oud-Zouaven uit Een later program zal worden bekend gemaakt, alleen is officieel bekend dat Z. D H. Monseigneur Cabariëre het feest zal presldeeren en het woord voeren. De generaal verlangt mededeeling van hen, die aan het feest zullen deelnemen. Oud Zouaven, ook zij die geen lid van de Alg. Ned. Zouavenbond zijn en aan de gezamenlijke reis wenschen deel te nemen, en zich daartoe nog niet op gaven, kunnen alsnog inlichtingen be komen bij den secretaris H. E. Robijns Egelantiersgracht 156 Amsterdam. Regeling nopens de inlevering van de wapenen, de kleeding en uitrusting stukken en het ledergoed van de ver lofgangers der Landweer. De Minister van Oorlog heeft bepaald dat de verlofgangers der Landweer in het laatste jaar van hunnen diensttijd opgeroepen worden, om in de maand Juli van dat jaar de hun van Rijkswege verstrekte wapenen, kleeding en uit rustingstukken voorwerpen van leder goed en reglementen en voorschriften in te leveren. Door den Commissaris der Koningin zullen de plaatsen, dagen en uren, waarop bedoelde inlevering moet geschieden, bepaald worden, liet llof. H. M. de Koningin-Moeder is gister- t u. 39 m. per Hollandsche spoor naar Vlissingen vertrokken om zich vandaar aar Engeland te begeven H. M. ver trok van uit het Vorstelijk Paviljoen, waar zich eenige autoriteiten, onder meer de Engelsche gezant, de heer Buchanan, de eerste secretaris van de Engelsche legatie Lord Acton, de Bur gemeester Baron Sweerts en de Gouver neur der Residentie luitenant-generaal De Meester hadden vereenigd om de Vorstin uitgeleide te doen. H. M maakte de reis naar Vlissingen in den Koninklijken salonwagen, welke geplaatst werd in den gewonen snel trein. Op het Stationsplein en het perron was een vrij talrijke menigte, die H. M. hartelijk toejuichte. Leger en Vloot. De L. U wenscht behalve de samen smelting der departementen van Oorlog en Marine tot één ministerie, dat het leger zich ontwikkele in de richting van een volksleger, in dier voege dat

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1910 | | pagina 5