un*nier 82. Donderdag 20 October 19XO 33fc Jaarg Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. Verbeteiing k Kustverdediging. PALJAS )it nummer bestaat uit TWEE bladen ANTOON TIELEN, BEKENDMAKING. Uitgever: BUITENLAND. FEUILLETON Frankrijk. WAALWIJK. Telefoonnummer 38. I I De Echo van het Zuiden, IVaalwyksclie en Lasgslraalsfht Courant Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 8 maanden fü. 5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 1—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 16 cent per. regel. NATIONALE MILITIE. Indeeling bij Bereden Korpsen. De Burgemeester der gemeente Waalwijk brengt r openbare kennis, dat de in de gemeente voor e militie ingeschreven lotelingen, die, ingeval rsn inlijviDg ter volledige oefening, voor inlijving ij een bereden korps in aanmerking wenschen komen, worden uitgenoodigd, zien vóór den crstvolgenden 30sten November bij hem aan te nelden of te doen opgeven. Voor indeeling bij een der bereden korpsen omen in de eerste plaats in aanmerking de lote ngen, die zich daartoe hebben aangemeld ot oen opgeven en bij een daartoe vóór de indeeling nte stelleu geneeskundig onderzoek voorinlijving ij die korpsen geschikt zijn bevonden. Het aanmeldeu of het doen opgeven kan ge— ehieden zoowel door de lotelingen van de lichting ian hot loopend jaar, die nog moeten worden ngclijfd, alsdoor de lotelingen van de lichting ran het volgend jaar. Wordt vereischtvoor de bereden—artihene een ichaamslengte tenminste van 1.62 M.voor de cavalerie van tenminste 1.65 M. met een lichaams gewicht van ten heogste 75 K. G.; De lotingen, bestemd voor indeelingen bij een bereden korps, met uitzondering van de weinigen hunner, voor wie de eerste—oefeniDg in Maart aanvangt, woiden eerst, in het laatst van Sept. voor eerste—oefening in werkelijken dienst gesteld en in verband daarmede zullen de lotelingen der lichting van het loopend jaar, die allen in Maart a.e. moeten worden ingelijfd, als regel met verlof worden gezooden tot omstreeks einde Sept. d.a.v. In vergelijking met de miliciens der onbereden korpsen, genieten de ingelijlden bij de bereden korpsen verschillende voordeelen. In den loop van Februari van het volgend jaar xal Ban den loteling, die zich voor den dienst bij een bereden korps heeft opgegeven, door den Minister van Oorlog worden bekend gemaakt of hij al of niet daarbij zal worden ingelijld en, in het bevestigend geval, bij welk korps en tegen warneer ziine inlijving zal plaats vinden. Waalwijk, 3 October 1910. De Burgemeester voornoemd, Th. de SURMONT de BAS SMEELE. AANGIFTE VOOR DE ZEEMILITIE. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Waalwijk brengen ter voldoening aan art 138 der Militiewet 1901 ter kennis van belangheb benden, dat de lotelingen der lichting van 1911 en de lotelingen bestemd ter aanvulling der lichting van 1910, die verlangeu bij de'Zeemilitie te dienen, worden uitgenoodigd zich vóór 1 No vember eerstkomende ter Secretarie aan te mel den, waartoe gelegenheid zal zijn op eiken werk dag des voormiddags van 9 tot 12 uur. Voor indeeling bij de Zeemilitie komen uitslui tend iu aanmerking de lotelingen, die ter volledige oefening worden ingelijfd en een der beroepen uitoefenen, aangegeven bij de bekendmaking, aangeplakt in de vestibule van het Gemeentehuis waarnaar, ook voor nadere bijzonderheden wordt verwezen. Waalwijk, 3 October 1910. LANDWEER. Jaarlijksch onderzoek. Burgemeester en Wethouders de Gemeente Waalwijk Gelet op de aanschrijving van den Commissaris der Koningin in Noord-Brabant dd. 13 September 1910 A. No. 72 (Prov. Bijbl. No. 119), Brengen ter openbare kennig, dat het onderzoek over de verlofgangers der Landweer zal plaats hebben op Vrijdag den Hen November 1910 des voormiddags ten 9 uur voor de Lichting 1910, benevens voor de verlofgangers der lichtingen 1905, 1906 1908 en 1909, die dit jaar niet inge volge art. 11 der Landweerwet onder de wapenen zijn geweest en ten 11 uur voormiddag voor de lichtingen 1904 en 1907 ten Gemeentehuize te Waalwijk. De verlofgangers moeten alsdan in uniform ge kleed zijn en voorzien van kleeding en uitrus tingstukken, hun bij vertrek met verlof medege geven, alsmede van hun zakboekje eu verlofpas. Voor nadere bijzonderheden wordt verwezen naar de bekendmaking in de vestibule van het Gemeentehuis aangeplakt. Waalwijk, 21 September 1910. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Th. de SURMONT de BAS SMEELE. De Secretaris, F. W. van LIEMPT. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Waalwijk maken bekend; dat op heden ter gemeente—se cretarie ter inzage is gelegd een verzoek, met bijlagen, van A. W. H. C.F. Reijgers te Waalwijk om vergunning tot het oprichten eener chemische fabriek, waarin zal worden vervaardigd leder appreturen, lederkleuretofïen, chroomdressings, was voor glans en wrijfdoeleinden, ledersmerer, lijmen, gelatines, stijfpel, vaseline, vermicelli, kaarsen, verfstoffen, vernissen, cementlijm, zout, gezuiverde was, reukwerken zeep (harde en zachte) machine—vetten en oliën, op het perseel Sectie C. Ne. 2115, 2116, 2117, en 2037 dat op Zaterdag den 22 October e.k. des voormiddags te elf ure, ten Raadhaizc gelegenheid zal worden gegeven om tegen het maken dezer inrichting bezwaren in te brengeu, en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten dat zoowel de verzoeker, als zij die bezwaren hebben in te brengen, gedurende drie dagen voor evengenoemd tijdstip op de secretarie der gemeente van de ter zake ingekomen schrifturen kennis kunnen nemen. Waalwijk, 8 October 1910. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Tiï. de SURMONT de BAS SMEELE. De Secretaris, F. W. van LIEMPT. Bij Koninklijke Boodschap van 26 Juli 11. werd ingediend een wetsontwerp tot Instelling van een fonds tot verbetering der kustverdediging. Eene verbetering die naar het voor gestelde plan ongeveer veertig millioen zal kosten. Een bedrag om van te schrikken, al is het ook over vele jaren verdeeld Het is begrijpelijk, dat zoodanig wets ontwerp, zoo al door eenigen, dan toch door slechts weinigen, met gejuich be groet wordt- En het is eveneens begrijpelijk, dat sommigen, spoedig, al te spoedig, klaar zijn met hun oordeeldaar moet maar niets van komen, dat moet maar afge stemd worden. Bij velen echter rijst de vraagindien het al noodig is, kan het dan niet op minder kostbare wijze Wie geen verantwoordelijkheid heeft kan zich de weelde veroorlooven van zonder meer, zonder onderzoek en over leg, te besluiten geen man en geen cent daarvoor. Of liever: wie die verantwoordelijk heid niet voelt. Want in deze aangelegenheid is ieder, die zich tot oordeelen geroepen acht of tot oordeelen gedwongen is, in meer of mindere mate mede verantwoordelijk. Wie die verantwoordelijkheid dan ook voelt, zal zich in de eerste plaats moeten afvragen en een antwoord op de vraag moeten gevenis die versterking der kustverdediging noodig wordt ze ge vorderd voor 'de handhaving der onzij digheid van het Rijk en voor de verde diging der onafhankelijkheid Betrekkelijk van weinig gewicht is het daarbij wat hen, die in de eerste plaats met de zorg voor 's lands onafhankelijk bestaan belast zijn, en ten deze het ini tiatief nemen, tot het inzicht dier nood zakelijkheid gebracht heeft. Bij bevestiging der eerste vraag luidt de tweede: wat men er voor over heeft. Eene vraag, die in ons allesbehalve militairistisch land wel door de over- groote meerderheid beantwoord zal worden niet meer dan noodig is. Met de volgende vraag: op welke wijze wordt het doel het best bereikt, zóó dat men waar voor zijn geld krijgt f begeeft men zich op technisch terrein. Het terrein der deskundigen. De zaak zou voor de vele niet-des- kundigen er heel wat gemakkelijker op wo-den, als de weinige deskundigen het nu eens in dit geval eens konden zijn- Maar, helaas, ook hier bestaat tusschen hen groot verschil van gevoelen en be vestigen ze het bekend gezegde omtrent hun gemis aan eensgezindheid- Gelukkig bestaat er alvorens eene be slissing genomen wordt, nog gelegenheid om van gedachten te wisselen. In de eerste plaats voor de voorstellers en de Kamer, mede onder voorlichting van rapporten en geschriften van anderen. Het afdeelingsonderzoek, dat aanvan kelijk in den loop dezer week zou plaats hebben, werd uitgesteld om aan de leden der Kamer nog ruimer gelegenheid te geven om kennis te nemen met name van het rapport van de Commissie van land- en zeemacht. Het ligt echter voor de hand, dat het zelfs bij hen, die hun vonnis over het ontwerp reeds geveld mochten hebben, niet de bedoeling kan noch mag zijn uit dit uitstel afstel te laten groeien. De meest geschikte tijd voor het af deelingsonderzoek van dit belangrijk ontwerp zal wel zijn na het reces der Kamer, vóór de openbare behandeling der Indische begrooting. Hoe men ten slotte, na rijp beraad en overleg, ook moge denken over de nood zakelijkheid en de doelmatigheid van den voorgestelden maatregel, in ieder ge val zal bij deze bij uitstek nationale aan gelegenheid, meer dan bij een andere, partijpolitiek buiten spel dienen te blijven Van „DE EüHO VAN HET ZUIDEN." De Spoorwegstaking. De toestand op de spoorwegen wis Zater dag alweer beter dan den vorigen dag; voortdurend meldden stakers zich aan voor de hervatting der werkzaamheden, voorna melijk op de lijnen van het Noorder- en Westernet, waar de flaking het ergst is geweest en gedurende een paar dagen het verkeer nageuoeg stilgelegen had. Zaterdag in den namiddag kon dan ook aan het Noorder- en Zuiierstation te Parijs de nor male dienst voor het vertrek der passagiers- treinen weer worden ingevoerd. Op het Zuideruet deed de staking zich alleen nog eenigszins gevoelen op de lijnen naar Bor deaux en naar Toulon. De Orleaus-spoorweg had den vorigen dag reeds den normalen dienst kunnen herstellen en die ging Zater dag ongehinderd voort. Wat vooral voorde Parijzenaars van groot belang wasde trei nen van de locaalspoien, die Parijs met zijn omgeving verbinden, konden weer allen op tijd aan komen en vertrekken. Toen minister president Briand dan ook Zaterdag een delegatie van de parlementaire groep der spoorwegen ontviug, kon hij verklaren, dat de staking als geëindigd beschouwd was. Hij verklaarde verder welwillend gezind te blijven jegens de stakers, die geen ge- meene zaak hebben gemaakt met de bedrij vers van misdadige feitenhet voortduren van de daden van sabotage echter zou niet bevorderlijk zijn aan de totstandkoming van een spoedige schikking. Het nationale syndicaat en de nationale boud van spoorwegarbeiders hebben minister president Briand geschreven, dat zij tot een onderhoud met hem en de maatschappijen bereid zijn. Er zijn verscheidene ontslagenen, zooals aan de lijn Parijs-Lyon-Middellandsche Zee waar in het geheel 110 beambten wegens de staking hun betrekking verloren er zijn ook stakers, die door de staking met den strafrechter in aanraking zijn gekomen. Zaterdag nog, toen er te Parijs 14. veroor deeld zijn tot gevangenisstraffen van 6 tot 15 dagen, omdat zij andere beambten het werken hadden willen beletten. Opheffing der Staking. Het stakingscomité heeft hedennacht be sloten den arbeid op alle lijnen te doen hervatten in verband met de publicatie van een manifest der Spoorwegmaatschappijen, waarbij alle werklieden die heden Dinsdag morgen den arbeid niet hervat zouden lebben, zijn ontslagen. Hiermee behoort deze Fransnhe spoorweg staking dus weer tot liet verledene. Het besluit van het stakingscomité moet be schouwd worden als een zich-in-het-onver- mijdelijke schikken en neerleggen bij een bestaanden toestand, want de stroom van stakers, die zich naar de stations begaven om zich weer voor de hervatting van den dienst aan te melden, vloeide ook Maandag voort en op voortdurend nieuwe lijnen kon de normalen dienst hersteld worden. De spoorwegbeambten, die nog ontbraken, werden OF (Hoefómltouw aan Den tHamvefijkaCav D. 126 Waart gij in zijne plaats geweestzei Rol- lac, vleiend. Ja, ware ik in zijn plaats geweest, ant woordde de Courgemont pochend, ik zou voor zeker in dit geval behendiger gehandeld heb- ben. Daaraan twijfel ik niet. Wat mij betreft ik ga voor geene hinderpalen achteruit en ik zou gewis den vluchteling reeds hebben inge haald, ware ik niet op mijn bed gekluisterd door een zware ziekte, die mij bijna in 't graf hielp. Intusschentijd heeft graaf de Blangy niets verrichthij beweerde dat de goochelaar van ellende zou sterven of den strijd zou op geven en dat men zich over hem niet meer moest bekommeren alsof hij niet meer leefde. Maar ik denk er heel anders over. Een kerel van zij no soort Bterft zoo gemakkelijk niet of geeft den moed zoo spoedig niet op. Ook heb ik mij aanstonds, na mijne genezing, weer aanstonds aan t'werk gezet om den verloren tijd in te winnen en na vele wederwaardigheden die te lang zonden zijn om uitvoerig te ver tellen, heb ik eindelijk het spoor van onzen man weergevonden ik heb hem gevolgd en nu... is hij te Rouen. Te Rouen herhaalde M. Courgemont opspringend. Ja, hier te Rouen, waar ik hem deze morgen ontdekt heb, zonder dat hij iets ver moedt. Hij weet niet dat ik hier ben en schijnt heel gerust, anders zou hij reeds opgekraamd zijn. Kortom ik heb hem weer vast, en dit maal moeten wij zorgen hem niet meer te laten ontsnappen en voor goed zijne rekening af te maken... Is het waarlijk geen geluk dat ik Paljas weervind juist in de stad waar gij een zoo verheven rechterlijk ambt bekleedt daarom ben ik ook zonder uitstel naar hier gekomen om uwe hulp in te roepeD. Drommels Drommels 1 mompelde de sub stituut de wenkbrauwen fronsend en zich over het voorhoofd wrijvend, dat is heel ge wichtig. Nu dat de ridder rechtstreeks zijne tusschen- komst inr'ep, had hij zijne overmoed verloren en was hij de zelfde man niet meer, die voor eenige oogenblikken het gedrag van Castel- Blangy, zoo hevig afkeurde en zijne onhandig heid bespotte. Zijne eigene verantwoordelijkheid ging in 't spel komen en dit stoorde blijkbaar zijne rost. Welnu, mijn waarde Beef, vroeg hij na eene pooze, wat verlangt gij van mij wat wilt gij dat ik doe? Ik vraag dat gij mij zooveel bet in nwe macht is, zoudt helpen dien Belphégor in de onmogelijkheid te stellen, om nog verder te schaden. Ja, on hoe znlt gij dat doen Door hem de vrijheid te benemen Ik kan hem wel voor de eene of andere doen aanhouden, bijvoorbeeld voor landlooperij maar dan?.., Om tegen hem een vonniBte doen uitspreken moet hij zich toch aan iets plichtig hebben gemaakt. Geen goed middel. Een publiek proces is niet mogelijk, dat zou te veel opschudding, te veel schandaal verwekken, en dat moeten wij zorgvuldig vermijden. Gij zoudt dus eene willekeurige aanhouding willen. En waarom niet? Hum dat is zoo gemakkelijk niet, als gij wel denkt. Nochtans vreesde M. de Blangy te Bordeaux niet tot dergelijk middel zijne toevlucht te nemen en de prokureur des konings stemde er in toe. Te Bordeaux waren de omstandigheden veel gunstigergelijk gy miij daar zoo even verteld hebt, was de goochelaar op heeterdaad van kinderroof betrapt geweoBt en dit kon aan zinneloosheid toegeschreven worden hier is het heel aöders gelegen en ten ware Belphégor door de eene of andere dwaasheid er aanleiding toe gaf, schijnt het my zeer moeilijk hem willekeurig aan te houden. Wij zouden zeiven in de val gebracht worden. Door een armen goochelaar loe dan Wie zal zich de belangen van dien armen sukkelaar aantrekken. Niemand, daarover ben ik het met u éénsmaar het uitvoeren van een bevel van 't parket eischt zekere formaliteiten, waaraan wij ons niet kunnen onttrekken al diende men ook maatregelen te nemen tegen den grootsten booswicht. Des te slechter Ja daar zijn gevallen dat man zulks moet betreuren, maar dit is al overbodig tegen wil of dank, wij moeten er ons naar schikken. Dö overweldiger heeft alios veranderd en vooraleer onze koning al het kwaad zal hersteld hebben dat de Corsikaan heeft aangericht, zal er, zooals men zegt, nog veel water naar de zee stroomeD. Gij moet weten dat vele ambte naars hem nog verkleefd zijn, alhoewel zij, in 't openbaar, den grootsten eerbied voor den ko ning aan den dag leggen. Onderduims blijven zij den keizer getrouw en wenschen zij ons konings- gezinden, naar alls duivels en stellen allesi in 't werk om ons te benadeelen en in moeilyk- heden te brengen. Ik zelf voel die verdoken vijandschap rond mij smeulen ik stel weinig vertrouwen in de politie, wier dienst ik dikwijls moet inroepen en de bedienden zijn nog minder onderdanig of bereidwillig. Indien ik het durfde beproeven'Paljas in een gekkenhuis te doen op sluiten. zonder de wettelijke plichtingen te volbrengen, dan zou er voorzeker de eene of andere oprijzen om mij aan te klagen en tegen te werken. Gij ziet dns wei, mijn waarde ridder, dat de voorzichtigheid mij in dergelijke om standigheden oplegt mijne voorzorgen te nemen Zoodat ik ongelijk gehad heb op uwe medehulp te rekenen om mij van den gooche laar te ontslaan? zei de ridder bitsig- Jk had graag gewild u van dienst te kunnen wezen, maar ik laat u zelf oordeelen over de moeilijkheden die in den weg staan. Niemand scheen mij beter in staat te zijn dit alles te overwinnen dan gij zelf Mijn hoogedele neef de Courgemont dacht ik bij mij zeiven, zal dit alles wat spoediger en behen diger afwerken dan Blangy, dio pronker, die pocher... Voorzeker, ik Hij zal weten te toonen dat hij op de hoogte is van zijn waardigheid... Ik durf zeggen dat... Hij zal een klaar doorzicht der zaak hebben en begrijpen dat de gewone proceduur in deze umBtandigheid niet kan gevolgd worden. Juist zoo... Dat men vooral spoedig en kruebtdadig moet te werk gaan... Dat is ook mijn oordeel... Dat de gewichtigste belaugeu op het spel staan. Wij zijn het ééns... Gij zi't in staat een grooten dienst te bewijzen aan uwen ouden vriend, een hertog de Montbazon zijne eer en zijne ruBt staan op het spel, zoowel als de eer zijner klein dochter die door een ellendigen dorper be dreigd wordt... Parbleu indien ik uw ambt bekleedde en uwe macht bezat, ik verzeker u dat de lomperd weldra nieuws van mij zou h0Ronac was opgestaan; hij wandelde in de kamer op en neer en was woedend die op werpingen te ontmoeten van den vreeBachtigen magistraat, dien hij lust had voor een oude pruik uit te schelden. Hé I mijn waarde neef, hernam de baron ik zie die zaak heel klaar en duidelijk in en ik verzeker u dat het mij waarlijk genoegen zou doen den hertog de Montbazon te kunnen verplichten, maar ik vreeB dat de uitslag niet zal beantwoorden aan mijuen goeden wil- ziedaar alles. Goed! zei de Ridder, indien uwe rechtstreeksche tusschenkomst dan zooveel formaliteiten eischt om daarna nog op niets uit loopen dan zullen wij er maar best over zwijgen en naar iets anders uitzieD. Dat is beterlaat ons uitzien herbaalde de substituut... Er is een zeer eenvoudig en zeker middel om de zaak voor goed op te lossen, zei hollac na oen oogenblik te hebben nagedacht, een middel dat gij gemakkelijk kunt bijtreden zonder u in iets te schaden. Ah l welk middel Laat hooren Indien wij den genaamden Belphégor naar de andere w ereld zondenantwoordde de ridder heel eenvoudig. De oude man verschrikte zoodanig, dat zijne pruik gaDSch op zij vloog. Hem naar de andeje wereld zenden stotterde hij, zynen tegenepreker verwonderd aankijkend... Ja, zonder verdere komplimenten. Gij rekent op mijne medehulp om.. Om dit uit te voeren Oh neen waarde neef. zei Rollac spottend ik heb iemand anders die daarvoor beter zal zorgen. Wat u betreft, uwe rol zal heel gemakkelijk zijn. Ik begrijp u niet... Juist omdat mijn plan zoo eenvoudig is. Dezen avond of morgen vroeg vind men op de straat het lijk van den goochelaar met etnen dolksteek in het hart... het gerecht wordt verwittigd het gerecht, dat zyt gij gij stelt een onderzoek in en... gij vindt den moordenaar niet... Niets gehoord of niets gezien Dat is heel eenvoudig, gij hoeft dns niets te doen dan de oogen te sluiten en de zaak te begraven, terwijl de goochelaar zeil zal begraven worden, hebt gij begrepen li begraven - o De arme substituut bleef met gapenden mond staan hij kon geen enkel woord uiten en keek den ridder starlings aan. Toen hij eenigzins tot zich zeiven gekomen was, zegde hij4 Weet gij wel, neef, dat uw voorstel zeer zonderling is", des te meer dat het aan eeneu magistraat gedaan wordt Ik vraag my af of gii gekscheert of ernstig spreekt? Ik spreek heel ernstig. Vindt gij mijn voorstel aanstootelijk i Indien ik het aannam, dan zou ik een deei van de medeplichtigheid aan de misda»d op mij nemen -■- Van de misdaad Ejh armen barakspeler ▼an het leven beroeren I Maar daar is geen belang bij. Aan wie zou dat nadeehg zyn? Wie zou er over klagen? Wie zou het zelfs bemerken? Een vagebond, een se'uck minder op de wereld (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1910 | | pagina 1