Nummer 4 Donderdag 12 Januari 1911. H4e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. PALJAS Waalwijksche Stoomdfukkerij Antoon Tielen, Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. LANDBOUW FEUILLETON BUITENLAND. Frankrijk. Duitschland. Rusland. Waahviiksflie en Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 8 maanden fU.~6. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zeudeu Uitgever. aan den UITGA VE: Telefoonnummer 38. Telegram-Adres ECHO. Advertentiën 1—7 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel, grootc letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een g/oot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten, gesloten. Reclames IB cent per regel. Let op den T(jd Deze waarschuwing mag ten opzichte van de aanwending der kunstmeststoffen nog weieens gehoord worden, 't Zijn vooral de beginners, maar ook de anderen die reeds jaren kunstmest gebruiken, die den juisten tijd der aanwending vaak niet in acht nemen en ten gevolge daarvan schade beloopen, 't zij direct door ver keerde werking van de mest, 't zij indirect doordat de mest te laat werd uitgestrooid en alzoo zijn volle werking niet kon toonen. Enkele voorbeelden mogen onze waarschuwing illustreeren. Wij zijn nu in den tijd der bemesting met kainiet en slakkenmeel. In 't najaar of in den vóórwinter moeten deze meststoffen worden aangebracht, zullen zij bij den eerstvolgenden oogst het best werken. Want daartoe is noodig, dat zij zich door de geheele bouwlaag verspreiden en in nig met de gronddeeltjes worden ver mengd hoe eer dus uitgestrooid des te beter. Voor wegzakken van deze stoften behoeft men niet de minste vrees te koesteren. Wie nu den goeden tijd laat voorbijgaan, doet zich daardoor allicht schade. Vooral vele graslanden worden te laat bemest. In den herfst, wanneer weer en weg het nog toelaten met paard en kar de lage velden te bezoeken en deze zelf ook nog niet te nat en drassig zijn, komt men er dikwijls niet toe men heeft er öf met de mestbestelling niet op gerekend óf men heeft, meent men »wei wat anders, dat dringender is«,te doende bemesting van het hooiland heeft nog al den tijd- Dat zou ook zoo zijn, indien weer en weg en grond maar steeds dienende waren, doch dat is gewoonlijk niet het geval en dan is niet zelden het voorjaar reeds ingetreden, als de mestkar naar het land kan rijden. Geen wonder, dat de bemesting dan vaak weinig uitwerkt, vooral als de stof- fen door een dikke gras- of vilten mos zode moeten dringen om bij den wortel te komen In 't volgende jaar ziet men er dan vaak nog meer van. Voor kainiet bestaat nog een bijzondere reden om ze vroegtijdig aan te wenden. Die meststof bevat behalve kali, waarom wij haar aanwenden nog heel wat schadelijke chloorverbindingen, pl.m. de helft, welke gelegenheid moet hebben met het re genwater naar den ondergrond te zakken zullen zij zaad en plant niet schaden Granen en grassen zijn er niet zoo ge voelig voor als andere gewassen, maar toch is het onvoorzichtig om, zooals zeer velen nog doen, de kainiet in te eggen of onder te bouwen bij de raaiing van het graan. Zeker, dat kan goed gaan bij genoegzamen neerslag maar volgt een periode van droogte, zoodat de jonge teere plantjes zich ontwikkelen vóór het chloor is weggezakt en met deze in aanraking komen, dan blijven de gevol gen niet uit. Wij hebben het dit najaar Op vele akkers kunnen zien, en niet alle herstellen zich, en ook waar dit schijn baar wel het geval is, daar is men er niet zeker van, dat de oogst even groot zal zijn als deze zou zijn geweest, wan neer het kwaad niet was gesticht. Men houde daarom als regel, en richte er zijn werkzaamheden naar in, om min stens een paar weken vóór het zaaien te mesten, ook al kost dit wat meer moeite door een keer vaker te bouwen. Dat kainiet nu ook niet kan dienen als overbemesting, is duidelijk, Menige landbouwer strooit Diettemin zijn kainiet over de rogge uit, alsof het chili ware. Volgt er flink regen, dan gaat dat goed, maar blijft het een poos droog, dan is het misère. Schade dan genoeg I 't Is echte» dan eigen schuld, die den boer plaagt. Wie verzuimt heeft te mesten en het gevaar eener overbemesting met kaiuiet wil riskeeren, neme dan regen achtig weer te baat- 't Blijve evenwel uitzondering Regel zijop tijd mesten I C. B. VaB „DE ECHO VAN HET ZUIDEN." OF Jêffóeuttouw aan Deu J'tattwcftjlwCavjD Och, die fransche Marianne is zoo'n jaloersch ding. Haar russische vriend kan geen zaken doen met het duitsche buurmeisje of Marianne jammert over ontrouw. Dat gejammer is weer luid aan den gang- Men herinnert zich dat de Tsaar ver leden najaar op bezoek is geweest bij den duitscben Keizer Familiebezoek heette het. Wij hebben er toen dadelijk op gewezen dat bij dit familiebezoek de Ministers van Buitenlandsche Zaken een zeer overwegende rol hadden ge speeld- En de fransche bladen keven toen dadelijkwat is er toch verhandeld daar in Potsdam, Familiebezoek bleef het heeten. Nu is echter bekend geworden, dat de Russen een formeel verdrag met de Duitschers hebben gesloten. En nog wel een verdrag, dat vetbintenissen maakt in Perzië- Waaromtrent Rusland eenigen tijd geleden een verdrag heelt gesloten met Engeland 1 Groot misbaar te Parijs en te Londen. Engeland verraden 1 Men had gemeend, dat Engeland en Rusland te zamen Perzië lekkertjes hadden verdeeld en nu was Duitschland tusschenbeiden gekomen en had ook een deel van de buit veroverd. Sesanof, de russische Minister van Buitenlandsche Zaken, tracht de opge wonden standjes van Parijs te bedaren en wijst er op, dat hij met Duitschland een dergelijke overeenkomst heeft ge sloten als Frankrijk indertijd in zake Marokko met den Duitschen buur heeft bezegeld. En inderdaad, die twee overeenkomsten lijken op elkaar. Duitschland erkende de voorrechten van Frankrijk in Marokko maar behield eenige aanspraken op het handelsgebied aldaar. Zoo ook in Perzië Ruslands voorrang is erkend. Maar Duitschland houdt den Bagdad- spoorweg- Verkreeg verder de belofte van aansluiting dezer lijn bij andere aziatische sporen, waar Rusland over te zeggen heeft. Is het nu niet prachtig, dat zulke over eenkomsten worden gesloten zonder dat er met sabels wordt gerinkeld of met kanonnen gedreund De verstandige bladen in Londen en Parijs zien dat wel in die van Londen hebben waarschijnlijk van de Regeering bericht gekregen, dat Rusland niet zonder medeweten van Engeland met Duitschland heeft onderhandeld. Maar de lawaaischoppers in de pers meenen, dat de Triple-entente Frankrijk- Engeland Rusland verraden en verkocht is door Sasanof bij des Tsaren >familie- bezoek» te Potsdam. Ze maken daarbij zoo'n rumoer, dat de fransche Regeering gemeend heeft er tegen iets te moeten doen. En daarom heeft zij de telegrammen openbaar gemaakt, welke Tsaar Nikolaas en Koning Georga V ter gelegenheid van Nieuwjaar hebben gezonden aan presi dent Fallières. Bevriende en verbonden natie, seinde Tsaar Nikolaas aan de Franschen. Terwijl Koning George telegrafeerde van »de vriendschap, welke onze beide volkeren verbindt.» Of de achterzoekers nu tevreden zullen zijn. Op een vakschool te Toulon is staking van leerlingen geweest, omdat de lokalen naar hun zin niet voldoende verwarmd waren. Het gemeentebestuur van Toulon bezuinigt blijkbaar op de kolen, of de jongelui zijn er nog bijzon der kouwelijk, want onmiddellijk gingen er op de audere scholen stemmen op van >Toontje solidair*. Er werden be toogingen gehouden door de schooljeugd, de »arbeidswilligen werden naar alle regelen der kunst uitgejouwd, en er ging een deputatie van stakers naar den bur gemeester, om hun eischen over te brengen. De burgemeester die zelf 20 jaren directeur der vakschool geweest is, was er echter niet. De wethouder van onderwijs beloofde echter aan den ge meenteraad de noodige credieten aan te vragen voor de verwarming der scholen. Men dacht, dat de staking daarmee wel afgeloopen zou zijn. De vereeniging »Lorraine Sportive5 te Metz had voor Zondagmiddag een concert aangekondigd, zonder vergun ning van de politie. De inspecteur van politie verklaarde dan ook kort na den aanvang van het concert, de vergadering voor gesloten. De aanwezigen vormden dadelijk een optocht en trokken onder de kreten »vive la Lorraine* en het zingen van Fransche liederen door de straten van Metz. Voor het standbeeld van Ney werden onder daverende toe juichingen redevoeringen gehouden en weerklonken kreten van »vive la France* waarna de Marseillaise werd aangeheven. In de Laducetlestraat trachtte de burger wacht de meer dan 1000 man tellende manifestanten tegen te houden. Vergeefs. Daarop verscheen de hoofdwacht in het geweer en trok met de bajonet opge stoken de menigte tegemoet, waarna de straten werden afgezet. Eerst om II uur 's avonds kon aan de manifestatie een eind gemaakt worden, nadat acht ar- restatlën hadden plaats gehad, en even veel personen waren gewond geraakt. Een dergelijke gebeurtenis heeft sedert 1887 niet in Metz plaats gehad De pers in den Elzas schuift de schuld voor het gebeurde op de politie, die zoo arbitrair tegen de sportvereeniging op trad ja men spreekt zelfs van een pro vocatie der politie (telkens werd er bij de charges der politie geroepen Mo a bit*) juist op een oogenblik, dat de plannen, om aan het Rijksland een zekere mate van zelfbestuur te geven, aanhangig zijn gemaakt. Ook de Duitsche pers wijst er op, dat het oogenblik voor zulk een betooging al heel slecht gekozen was, al zoekt zij de schuld van het gebeurde ook niet bij de politie, maar bij de politiek onmon- digen*. De door de sociaal-democraten in tal van plaatsen van Elzas Lotharingen ge houden straatbetoogingen tegen de voor gestelde grondwet zijn zonder rustver storing afgeloopen. Bij het nieuwe proces inv*lerband met de onlusten in Moabit, Maandag te Berlijn begonnen, zijn 18 personen wegens oproer en landvredebreuk aan geklaagd. De meesten moeten met steenen gegooid en lantarens vernield hebben. 150.) Ik ben waarlijk bedroefd over die onge lukkige gebeurtenis. Ik ben aan uwen neef zooveel verschuldigd Ik ben waarlijk onge duldig den man te kennen, die mij mijne kleindochter beeft weergeschonkeD. Ik heb Hercules gelast te zorgen dat er den ridder niets ontbreke. Laat ons hopen, dat hij spoedig hersteld zal wezen en zich voor u zal knünen aanbieden. Ik zal zoolang niet wachten, antwoordde de grijsaardmorgen zal ik hem gaan be zoeken Veisailles is immers zoo verre niet, en indien zijn toestand zijn vervoer toelaat, zal ik niet dulden, dat hy langer ïd eene uit spanning verblijve; mijne woning zal de zijne wezen Ik wil dat hij hier behandeld worde gelijk een vriend, gelijk een bloedverwant Hij zal over uwe gastvrijheid zeer ge vleid zijn. Ik ben hem dat wel verschuldigd en ik hoop dat hij er gebruik zal weten van te maken.» Doch, laat mij toe u iets te vragen denkt gij dat hij in staat is naar de hand van Madeleine te streven 1 Rechtuit gesproken, antwoordde de baron glimlachend, ik veronderstel dat hij dat zelfs in 't schild voert; maar hij zal zijn inzicht misschien niet durven verklaren, omdat hij geen fortuin bezit. Oh daaraan is niets gelegen Ik zal voor zijn fortuin wel zorgen. Maar zeg mij, wat ziet het er zoo voor een man uit? Is hij nog al goed van inborst Is het een flinke man Zou hij mijne kleindochter behagen Hij is nauwelijks dertig jaar oud, wel gebouwd en goed van voorkomen. Wat zijne macien n betreft Oh dat laat nog veel te wenschen, zei de douairière, die de gelegenheid niet voorbij liet gaan om haar woordje te plaatsen. Ob 1 hernam de baron, voorzeker is het wel te zien dat die man een woelig leven heeft geleid van zijne kinderjaren af. Zijne reizen rond de wereld, het leven op het slagveld hebben hem voorzeker tot geeneu hofjonker gemaakt, maar hij is rondborstig, verstandig, geestig en zonder komplimenteu, soms wel wat gewoon vnn manieren maar toch nooit kwetsend. Kortom, 't is een eigenaardig man. Wel dat portret staat mij nog al aan, besloot M. de Montbazon ik heb altijd eene voorliefde gehad voor mannen van daad en die tevens het leven lustig opnemen. Op verzoek van den hertog, bleven M. de Courgemont en zijue zuster het ontbijt nemen. Zij hadden aldns de gelegenheid Madeleine weer te zien, altijd schoon maar ook altijd even droefgeestig. Het scheen dat de jonge vronw in eenen droom leefde. Gedurende het eetmaal scheen zij verstrooid, sprak geen woord en antwoordde heel kort op de haar gestelde vragen, enkel om niet onbe leefd te schijnen. Ook liet Mevrouw de Vermandois niet na aan horen broeder na het eten te zeggen dat Madeleine een zeer slechten indruk op haar had gemaakt. Waarachtig, men zal er Dooit eene wel opgevoede juffer van maken, riep zy uit ik had het u immers gezegd. Wie weet? antwoordde de baron, wanneer zy zal weten dat zy voor goed van haren man ontslagen is, dan zal zij misschien wei veran deren... 't Is gelijk, ik zeg rechtuit dat bot een lief meisje is... Wat zal die ridder een gelukkige kerel zijn, indien hij zijn doel be reikt II. Dienzelfdeu dag, terwijl de prokureur en de douairière aan de tafel van den hertog gezeten waren, stond er een man in een wijden mantel gewikkeld, rechtover het hotel de Nadere berichten melden, dat bij de verdwijning tengevolge van de aard- Montbazon. Hij stapte zenuwachtig heen en weer gelijk een soldaat dia op wacht staatdaar bleef hij weer staan en hield zijne blikken onafgewend op den muur gevestigd die het voorplein van de straat scheidde. Men zou gezegd hebben dat hij de hoogte berekende en eeo plan overwoog om er 's nachts over te klimmen. Maar bij bleef er zoolang staan dat men duidelijk kou veronderstellen dat hij zich met heel wat anders bezig hield. Hij wachtte klaarblijkeDd het oogenUik af dat de eene of andere toevallige of onvoor ziene omstandigheid hem in batrekking zou stellen met iemand die zich waarschijnlijk daar binnen bevond. Hij stond zoo reeds meer dan één uur op loer, toen opeens de zware eikeu koetspoort geopend werd. De paarden trappelden ongeduldig op het voorhofeene koets giDg uitrijden. De man rilde en sprong achter den hoek om van het aanpalende hotel. Vandaar kon hij zien zonder zelf bemerkt te worden. De koets kwam eindelijk buiten en reed op 8 tap. Dan bemerkte hij duidelyk achter de ruiten de eerbiedwaardige gestalten van M de Cour gemont en Mevr. de Vermandois die de hertog deed terugvoeren naar den Cadran bleu, waar zij waren afgestapt en eene postjees hadden besteld die hen naar Douai moest voeren. Toen hij de onde weduwe zag zitten, scheen de man zeer misnoegd. 't Is zij nietmompelde hij, terwijl de koets zich verwijderde. De poort wbb achter het rijtuig toegevallen en de man begon weer de wacht te houden. Hoe min hy in zijne verwachting scheen te gelukken boe ongeduldiger hij werd en hoe vaster hy besloot het spel niet op te geven. Men heeft reeds geraden dat die man nie mand anders was dan Paljas. Hij was in den morgen te Parijs asBgekomeu Eerst ging hy bij een ondkleerkooper, legde er zijne gooche- laarsplunje af en kocht een kostuum dat er wat deftiger uitzag. Dan had hy zich op weg begeven om bet hotel de Montbazon te zoeken dat hij eindelijk gevonden had in de wijk van het arsenaal na den heelen dag in de wijken Saint-Germain en le Marais te hebben rondgedwaald. Eens dat dit gevonden was, had hy besloten den tweeden dag te besteden aan het bestu- deeren van het terrein en zich rekening te geven van de lieden en do gewoonteD van het huis en de middelen te beramen hetzij om binnen te kuBnan dringen, hetzij om Made leine op straat te kunnen aanspreken. Hij had er wel aan gedacht een briefje aan Madeleine te schrijven om haar van zijne aanwezigheid te verwittigen maar hij oor deelde dat bet niet voorzichtig en niet geschikt washet briefje kon in slechte handen vallen, 't is te zeggen in de handen van den hertog en hij wist bij ondervinding dat deze voor niets zou terugdeinzen om den lastigen echt genoot uit den weg te ruimen. Na wel te hebben nagedacht, begreep hy dat hij slechts op éene manier in zyn plan kon gelukken hij moest persoonlijk handelen en zonder iemands hulp. Ziedaar waarom bij in zijn voornemen bleef volharden en standvastig voor het hotel der rue de la Cerisaie bleet wandelen. De man leed onbeschrijflijke pijnen bij do gedachte dat zijne vrouw en zijne dochter daar slechts op eenige stappen van hem verwijderd waren en dat 't hem onmogelijk was haar te zien en te omhelzeD. Hij twijfelde een oogenblik de hertog de Montbazon was wel de grootvader van Made leine de briefwisseling van Rollac gaf er het bewijs van - en 't was wel hier dat by woonde, maar de moeder en het kind bevonden zich misschien elders. Indien het zoo ware, wat al moeilijkheden zou hij dan nog ontmoeten en moeten over winnen w i Een half nnr na het vertrek van M. de Courgemont en Mev. de Vermandois, werd de poort nogmaals geopend en weer kwam er eene prachtige koets met twee heerlyke paar den bespannen, uitgereden. Paljas trok zich al spoedig achteruit. Hoe vlug zijne beweging ook geweest was, toch werd hij bijna omvergereden en zyne blikken binnen in de koets werpend, zag hy een statigen grijsaard met eene gepoudreerde pruik, gelijk het in dien tijd de mode was, en nevens hem eene jonge vrouw, zeer schoon, bleek, in een zijden mantel gewikkeld die met pelswerk gevoerd was. Hij herkende haar dadelijk, gelijk hy haar eenige dogen vroeger in het bosch van St. Germain herkend had. Madeleine riep hij. En hij sprong met open armen vooruit. Maar de paarden door een lichten zweepslag aangezet, stelden het op eenem draf en het rijtuig verdween achter den hoek der straat. PaljaB had eerst lust om er achter te loopen. Maar hij was zoodanig ontroerd, dat hy geenen voet kou verzetten. Zijn hart bonsde in zijnen boezem, een dikke nevel scheen zijn» oogen te betrekken, zijne ooren begonnen te tniten, zyno beenen wag gelden onder zijn lichaam. Wanneer hij eenigszins tot bezinning was weergekomon en bedaard zijue handelwijze kon beoordeelen, moest hij zelf bekennen dat hij op het pnnt geweest was eene misschien onherstelbare fout te begaan. Hadde hij opspraak verwekt, dan was alles verlaren. Twee omstandigheden hadden Paljas overi gens belet aan de eerste beweging van zyn hart gevolg te geven. Madeleine, aan den rechterkant van haren grootvader gezeten, 't is te zeggen aan den overgestelden kant waai Paljas door het raampje had gekeken, had haren man niet bemerkt en de koetsier en de lakeien die met verstaan hadden wat hij had geroepen, legden zijne houding verkeerd nit en dachten dat die man riep en tierde omdat men hem byna om vergereden bad Doch zooals lieden van grooten huize gewoonlijk doen, achtten zij het beneden hunne waardigheid zich met dergelijke dingen in te laten en hechtten aan deze gebeurtenis uiet het minste belang. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1911 | | pagina 1