^jST u miner
Donderdag 4 Januari 1912
35e J aargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwi|ksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen.
1
J
in
feuilleton.
1
m.
Gemeenteraad van Waalwijk,
2
T
Lge^«
Gedwongen Winkelne
ring te Kaatsheuvel.
3ent
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
Het volgend nummer van dit
blad zal met het oog op den
a.s. Zaterdag invallenden feestdag
van Driekoningen VRIJDAG
AVOND verschijnen.
Heeren adverteerders en cor
respondenten gelieven hiermee
wel rekening te willen houden,
jsten
itten
atter
"Wialwpsclie esi E.iasslraalsrkr Courant,
97
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden fü."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukkengelden ena., franco te zenden ?.an den
Uitgever.
UITGAVE:
Advkrtbntiën 17 regels f0.60; daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeeliga contracten
gesloten. Reclames 15 cent. per regel.
i.
In verband met het adres van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken te Kaats
heuvel inzake de onjuistheden welke het
rapport van den heer Staalman zou be
vatten, aangaande den toestand der ge
dwongen winkelnering daar ter plaatse,
heeft de directeur generaal vao den
Arbeid, de heer H. A. van IJsselsteijn,
aan de >Ned.« een ingezonden stuk ge
schreven waarin hij tegen het adres van
de Kamer van Koophandel en Fabrieken
opkomt. Hij zegt daarin o.a. het volgende:
De rapporten door mij omtrent plaat
selijke toestanden uitgebracht, zijn in het
algemeen gebaseerd op de waarnemingen
der onderzoekingsambteoaren, waarover
mijn dienst le beschikken heeft. Niet
altijd is het mij natuurlijk mogelijk, deze
in alle kleinigheden te controleeren, doch
indien ik ooit met groote gerustheid een
verslag heb opgemaakt, dan is hei dat
ten opzichte van Kaatsheuvel.
Hier had het toeval gewild, dat twee
enquêteurs geheel onafhankelijk van el
kander gewerkt hadden. De een belast
met het onderzoek naar de huisindustrie
had de daarmede tezamen hangende ge
dwongen winkelnering geschetstde
andere, die voor een studie van laatst
gemeld euvel was uitgezonden, had uit
den aard der zaak omtrent Kaatsheuvel
een uitvoerig rapport uitgebracht. Ein
delijk heb ik gemeend aan den Minister
geen verslag hieromtrent te mogen geven
zonder zelf een paar dagen in de his
torische zetel der Noord-Brahantsche
schoenindustrie en de daarmede tezamen
hangende winkelnering te verwijlen- Tal
van huisgezinnen zijn daD ook door mij
bezocht. Het adres, uitgebracht dooi de
Kamer van Koophandel en Fabrieken in
Vaa „DE ECHO VAN HET ZUIDEN.'
die plaats, bereikte de Tweede Kamer
juist, nadat de discussie omtrent Hoofd
stuk X der Staatsbegrooting was afge
loopen, zoodat het niet mogelijk was,
enkele beweringen van dit adres te weer
spreken.
Ik zou te veel plaats vergen, indien
ik alle beweringen in het adres der Kamer
van Koophandel en Fabrieken op deo
voet volgde. Met enkele zij het mij ver
gund te volstaan.
Juist voor Kaatsheuvel was het zeer
moeilijk het juiste cijfer van het aantal
bij de winkelnering betrokkenen weer te
geven, omdat daar gedurende het on
derzoek een overgangstoestandheerschte.
Bij de eerste enquête van den heer Staal
man in het voorjaar van 1910 bedroeg
dit 475. Bij het onderzoek, dat de heer
Staalman in het midden van 1911 instelde
bleken er eenige patroons met 294 werk
lieden den winkel te hebbeD opgeheven.
Toen werd tevens echter geconstateerd
dat er weder eenige neringen door pa
troons of bloedverwanten werden opge
richt. Was het dus nu rationeel, dat ik
het cijfer van bij de winkelnering betrok
kenen op »oogeveer« 200 stelde Heeft
de Kamer van Koophandel, inderdaad
bij de telling van de bij de winkelnering
betrokkenen de arbeiders gerekend, die
gedwongen worden bij een bepaalden
patroon hun brood te halen
Maar ook indien htt werkelijk waar
mocht zijn, dat er thans „slechts'' 142
personen op gedwongen wijze winkelen,
zoo mag gevraagd worden, of zulks iets
afdoet aan de betrouwbaarheid van een
ruim zes maanden geleden gevonden
cijfer, waar de opheffing van één enkelen
winkel het cijfer belangrijk kan doen
dalen.
In het rapport- zijn niet vermeld de
loonen voor alle arbeiders te Kaatsheuvel
doch zijn de gegevens verstrekt omtrent
hen, die bij de winkelnering betrokken
zijn- Deze zijn, zooals uitvoerig wordt
medegedeeld voor verreweg het grootste
deel zij, die in de huisindustrie arbeiden.
Deze betalen een huishuur van gemiddeld
f 0.90 Of de werklieden die op de fabrie
ken werken en niet gedwongen zijn hun
waren bij hun patroon te koopen, meer be
talen dient niet ter zake even goed had
men kunnen verlangen, dat het rapport
mededeeling deed omtrent de huishuur
guste
mi
60)
Wie aegt u dat ik ziek ben? vroeg bij.
Ik ben volmaakt wel. Al de geneeBbeeren van
de gebeele wereld knnnen niets voor m\]
doen.
Roeamunde kon niets verder zeggen. Voor
geene schatten had zij aan een vreemde hare
vermoedens omtrent den ziekte-toestand van
George geopenbaard. Zij kon slechts bidden,
dat de hemel hem in zijn zwervend leven
mocht beschermen.
De afleiding en bet harde werk aan
boord zallen hem misschien reactie geven,
dacht zy, trachtende bare hoop te verleven
digen. 't Is zeer licht mogelyk, dat het stille
leven aan den vasten wal eene slechte uit
werking op zijne hersens heeft gehad. Ik heb
Blechts op den Hemel vertrouwen en nacht en
dag bidden voor het welzyn van hem die mij
zoo dierbaar is.
Zoo scheidden zij. George Jernam verliet
zijne vrouw met weemoed in het bartmaar
liefde was er weinig in gemengd.
Ik heb te veel om mijn eigeD gelnk ge
dacht, zeide hij tot zich zelveD, en deu dood
mijns broeders ongewroken gelaten. Heb ik
d«n tijd vergeten, dat hy in zijne zorgzame
armen mij langs het strand droeg? Heh ik
vergeten hoe hij voor mij vader, moeder en
alleB in de wereld was? Neen, by den Hemel!
dat heb ik niet. Het oogenblik is aangeko
men, waarop de eenige gedachte van mijn
leven wraak moet zyn wraak op den moor
denaar mijna broeders, wie hy ook wezen
ioge.
IX.
Op wacht.
Andreas Larkspur vestigde zich in Percy
street, eene week na zijne samenkomst met
lady Eversleigh.
Gedurende veertien dagen hoorde Honoria
niets van hem Zij wist dat hij eiken avond
vroeg uitging en laat t'huis kwam doch dit
was ook alles, wat zij van zyn doen en laten
vernam.
Na die veertien dagen kwam hy op zekeren
avond laat bij haar aan en vroeg om gehoor.
Ik zal minstens een paar uren van nwen
tijd moeten vorderen, zeide hij, en misschien
zal 't u vermoeien, zoo laat nog naar m'j te
luisteren. Wenscht gij liever de samenkomst
tot morgen uit te stellen?
Neen, ik vind het hater terstond de
zaken af te doen, antwoordde lady H morm.
Ik ben bereid u te aauhooren zoolong gy ver
kiest. Ik heb reeds met ongednld zitten wach
ten, om iets van uwe bemoeiingen te vernemen.
Dat is zeer waarschijnlijk, antwoordde
Larkspur koeltjes. Ik weet zeer goed dat gij
dames, u evenzeer aan ongeduld overgeeft als
aan handwerken, pianospel, enz.; maar gij
moet wel bedenken, mevrouw, dat niote zoo
weinig gelijkt op een renpaard, als een politie
man. En men moet er een dame voor zijn,
om van een politie-man, om zoo te zeegen,
een vliegenden Hollander te maken. In mijnen
tijd was ik een bard werker, mevroaw, doch
nooit in mijn leven heb ik harder gewerkt of
mij met ziel en lichaam zoo op mijn werk
toegelegd als in de lualste weken. Ik kan Diet
meer zeggen, dan dat de eenige oorzaak waar
om men mij de loef niet heeft afgestoken, is
dat het niet in de omstandigheden ligt mij
de loef af te steken
Lady Erersleigh luisterde zeer kalm naar
deze inleidingtoch kwam er nu en dan eene
trilling om hare onderlip, die haar ongednld
verried.
Ik wacht op uwe mededeelingen, zeide zy
En die zal ik u op zijn tijd geven, ant
woordde de politieman, een oude, lederen
brieventascb nit zijn zak halende en die ope
nende. Hier heb ik alles volgens orde in staan.
van dokter of onderwijzer. Ook heb ik bij
mijn bezoek te Kaatsheuvel geconstateerd
dat de arme stakkers die in huisindustrie
werken óf niet de beschikking overopen
terrein hebben, óf geen tijd hebben om
daarop eenigeD arbeid te verrichten.
Hoogstens een geit of een varken vindt
op het kleine stukje grond eenig voedsel.
Ook mijn mededeeling omtrent het uiter
lijk van een patroonswinkel houd ik ten
volle staande, al is het mijbekend, dat
de meest typische van deze .thans zijn
opgeheven. Alleen is het mogelijk, dat
het marmer" in de gang niet echt was.
Is dit zoo, dan maak ik voor deze on
nauwkeurigheid gaarne „amende hono
rable".
Openbare vergadering op Vrijdag 29
Dec. 's avonds 6s/< uur.
AAN DE ORDE:
I. Ingekomen stukken.
II. Voorstel B. en W- tot aanstelling
van een schoolarts.
III. Voorstel van B. en W. tot rege
ling der invordering van het marktgeld
voor 1912.
IV. a. Benoeming van een lid der
gascommissie.
b Benoeming van een lid van het R.
K. Gasthuisbestuur.
c. Benoeming van een lid van het Alg.
Armbestuur.
d. Benoeming van een stembureau voor
de verkiezingen in 1912.
V. Reclames H, O.
Voorzitter de edelachtbare he«r Bur
gemeester.
Afwezig, de heeren Verwiel en vanRiel.
De voorzitter opent de vergadering,
heet de leden welkom en de waarne
mende secretaris leest de notulen der
vorige vergadering voor, die ongewij
zigd worden vastgesteld.
AAN DE ORDE:
I. Ingekomen Stukken-
a. een schrijven van den heer Verwiel
dat hij verhinderd is de vergadering bij
te wonen.
b. Een schrijven van de landbouwers
van Waalwijk, Baardwijk, Besoijen, Sprang
en Loonop-and, waarbij zij wijzen op de
groote bezwaren verbonden aan de ver-
Earst de baronet, 't is een gemeen heer,
die baronet.
Dat behoeft gy my niet te zeggen.
Neen. dat kan ik best begrijpen, me
vrouw. Maar als gij mij op dien man afstnurt,
dan moet gij er ook genoegen in nemen, dat
ik mij een oordeel over hem vorm. De baronet
heeft kamers in Villiersstreet, zeer kleine
hokjes. Ik droDg my bij hem in en nam daar
alleB goed op, terwyl ik, in de hoedanigheid van
schoenmaker, een paar laarzen t'hnis bracht,
die in de volgende straat voor den heer Ever-
field bestemd waren natuurlijk Everfield en
Eversleigh hadden veel van elkander, zoodat er
verwat ring door moest komen. Als schoenmaker
beval sir Reginald Eversleigh mij, nit de
kamer te gaan en te loopen naar epne zeer
onaangename plaats, die men in tegenwoordig
heid van dameB zoo niet noemt. Altijd als
schoenmaker maakte ik kennis met de dienst
meid, eene aeer jonge vrouw, die zeer ge
schikt was om op allerlei vragen te antwoorden
en nitgehoord te worden. Die meid hielp mij
aan hetgeen ik den platten grond zal noemen
van de levenswyze des baronets, beginnende
met zijn zeer laat ontbijt, bestaande uit af
treksel van stok—thee met Cayenne—peper
eu eindigende met het knarsen van zijn huis
sleutel, dat eiken nacht gehoord wordt tus—
schen twee en drie nre in den morgenstond.
Door die dienstmeid ben ik te weten gekomen,
dat by zijne avonden altijd buiten 's huis
doorbrengt eu openlijk zeer geregeld eene
dame bezoekt by Fuldham, bij dewelke hij
gasten ontvangt, zooals de tueid onderstelt
nit hetzelfde kanaal visebte ik het adres der
dame op, 't welk was uitgelekt doordien de
meid dikwyls brieven op den post had gedaan.
Do dame woontHilton-huis, Fuldham baar
naam iB evenwel uit het geheugen der dienst
bode gegaan, maar wordt verzekerd met eene
D te beginnen
Larkspur hield even op om adem te scheppen
en zijne aanteekeningen verder in zijne lederen
brieventasch na te zien.
Zoo ver gekomen zynde, had ik het jonge
meisje voor eenigen tijd niet meer noodig,
vervolgde hij zijn eentonig relaas. Mijn werk
lag verder in Hilton-huis. Hier nam ik de
vermomming aan van een brievenbesteller;
ordening op 't ruimen der privaatputten
zij moeten daarvoor steeds hun nacht
rust opofferen, door weer en wiqd, wat
hen dikwijls op 't verlies hunner gezond
heid te staan komt. Zij verzoeken be
leefd wijziging in de verordening te
brengen, anders zullen zij het ruimen
staken- Zij stellen 't volgende voor
1 Oct.1 April van 's avonds 8 tot
's morgens 8, en de overige tijd van 't
jaar van 's avonds 10 tot 's morgens 6
uur, en van uit wagons aan 't station
den geheelen dag.
Voorzitter. Dit adres is te laat ingeko
men om nog door ons te worden behan
deld. B. en W. kunnen dus geen advies
geven en advlseeren het te stellen in
handen van B. en W.
Van Schijndel. Me dunkt dat 't goed
nu behandeld kan worden en ik geloof
dat het voor de boeren nogal bezwaar
lijk is en voor de burgerij niet minder,
als de boeren 't eens zijn en alles laten
zitten, 't is dus van belang de zaak op
het oogenblik te behandelen.
Klijberg. Ik geloof dat het veel beter
is, als we ingaan op 't voorstel van B.
en W.f 't valt ons ruw op 't lijf. 't Is
een ingrijpende verandering in de ver
ordening en daar mogen we gerust eens
a tête reposée over denken. B. en W.
kunnen dan met een afgewerkt voorstel
in Tien raad komen, dat is veel beter
dan een zoo holder den bolder genomen
besluit.
Van Schijndel. 't Is toch niet een
zaak van zoo wonder groot belang- 't
Is jaren en jaren zoo geweest en ze
hebben nooit gereclameerd, nu worden
ze verbaliseerd en er hangt ook voor
de burgerij nog al wat vanaf. Ik vind
dat we ineens goed kunnen besluiten.
Voor de boeren is 't geen groot be
zwaar, vijf minuten over vijf worden ze
al verbaliseerd, daar is niets tegen, de
politie moet haar plicht doen, zoolang
de verordening z©o luidt, moet die ge
handhaafd worden en voor de burgerij
is er ook veel aan gelegen. Het wijzi
gen der uren is toch ook niet van zoo'n
ingrijpenden aard.
Voorzitter. Ik moet even opmerken,
dat door de politie nooit op vijf minu
ten wordt gekeken, 't is dikwijls een
kwartier en meer over tijd en die men-
schen schijnen absoluut niets van den
doch de bedienden waren vreemdelingen, en
zoo gesloten, dat zij even goed voor marmeren
standbeelden hadden kunnen dienen er was
niets mede aan te vangen. Daar de bedienden
mij ontschoten, verviel ik tot de buren en
winkeliers, door dezen kwam ik te weten, dat
de vreemde dame Dnrski heette, dat zij eiken
avond menschen zag of liever uitsluitend heeren.
Dat ziet er schuins nit, om er het minste
van te zeggen. Een dame die eiken avond
eene partij geeft, en dat wel uitsluitend aan
heeren, is eene zonderlinge verschijning. Dit
alleB deed mij watertanden om meer te weten
want, mevroaw, iemand die zyn vak met hart
en ziel is toegedaan, heeft genoegen in zijn
werk, en al betaaldet gij zoo iemand het
dubbele om met de armen over elkander stil
te blijveD zitt«n, hij zou het niet kunnen doeD.
Ik ondervroeg de t uren en winkeliers op alle
manierenmaar ik mocht er mee doen wat
ik wilde, meer kon ik niet te weten komen.
Gij weet misschien, mevrouw, dat er eeo
kwartier in deu omtrek van Hilton-huis geene
enkele woning Btaat eene wdning ten minste,
zoo bij wijze van Bprekeu. Er kan eiken avond
in Hilton-huis eene moord geschieden zonder
dat er een haan naar kraaitwaut niemand
woont er dicht genoeg bij om 't gekerm der
slachtoffers te hooren, en als men er een
bestaan in kon vinden om gehakt te maken
van vermoorde menschen, dan was Hilton-huis
de ware stand daarvoor. Ik begon bijna mijn
gedold te verliezen, toen ik bij toeval in een
boekwinkel terecht kwam, waar ik wat wilde
uitrusten. Ik ging zitten, omdat ik werkelijk
vermoeid was en dacht er niet aan. dat het
mij hier wat zon opleveren, daar ik te ver
nit de bnurt van Hilton-huis was, om te
kannen veronderstellen, dat de heer achter
de toonbank mij van eenig nut kon zyn, hoewel,
wanneer iemand zijn geheele lsven heeft gewijd
aan het zosken naar inliohtingen, dan wordt
bet Bnnffelen als ware btt eeoe behoefteik
zat een poosje bij den boekhandelaar en begon
hem te polsen.
Die mevrouw Dnrski te Hilton hnis is
eene bijzondere scboone vrouw, zeide ik.
Ja, bijzonder, antwoordde de man achter
de toonbank, waardoor ik bemerkte dat by
haar kende.
tijd te weten.
Van den Broek. Om nu de boeren
over 't spoor nog na te zitten, om ze
proces te kunnen maken, is nog al erg.
Voorzitter. Ik krijg massa's klachten,
u spreekt nu zoo, eu een ander die er
last van heeft weer anders en zoolang
't in de politie verordening staat, moet
't gehandhaafd worden.
Van Schijndel. Dat ze dat doen, van
den Broek, dat kan men de politie niet
kwalijk nemen, zij moet haar plicht doen.
't Is aan den raad om maatregelen te
nemen, dat de boeren 't niet meer lastig
of onhoudbaar gemaakt wordt. Het in
willigen van hetgeen in het request ge
vraagd wordt, is ook veel overdreven.
Zooals 't nu is, is 't ook ondoenbaar.
De menschen moeten den geheelen nacht
bezig zijn
De Voorzitter leest de uren voor,
zooals die in de omliggende gemeenten
zijn vastgesteld, b.v.- Sprang vao zons-
onder- tot zonsopgang, Waspik 11-7 uur.
Van Schijndel B.v. in den winter van
115Vs uur.
Van den Broek. Vroeger was 't van
117 uur.
Ph. Timmermans. De discussie begint
zich over deze zaak al te ontwikkelen,
en om ze tot een goed einde te brengen,
zou ik voorstellen dat B. en W. zoo
spoedig mogelijk een voorstel formu
leeren, opdat requestranten, waar moge
lijk geholpen worden. Zoo kunnen we
toch niet direct tot een goed resultaat
komen, laat B. en W. eerst onderzoeken.
Van Schijndel. Met het gezegde van
den heer Timmermans kan ik me wel
eenigszins vereenigen, als dat voorstel
maar gauw komt en niet op de lange
baan geschoven wordt.
Voorzitter. De korte discussie in den
raad kan ons een leiddraad geven, b.v.
ik zou wel willen toestaan van 11-6 uur.
Verbunt. Ik wou U opmerkzaam
maken op iets dat buiten de politie
verordening omgaataan 't station wordt
overdag beer aangevoerd en gelost, dat
zeer veel stank geeft. De S.S. laat die
maar staan en lossen en laden enz.
Voorzitter. Daar is op de eigen ter:
reinen zeer weinig aan te doen. De
S S. stoort zich niet daaraan.
Houben. 't Is mogelijk dat de boereji hun
dreigement handhaven en na 1 Januari
niet meer ruimen, dan zal de burgerij
in 't gedrang komen misschien.
B. Timmermans. Die uren, die u zoo
juist noemde, geven misschien 't gevoelen
van B. en W. weer, als u dat dan eens
in rondvraag bracht, dan geloof ik, dat
de zaak al heel spoedig in orde was.
B.v. 's zomers van 115 en 's winters
van 116 uur.
Voorzitter. Naar aanleiding vaH de
gehouden discussie stellen B. en W- voor
te bepalen 's zomers van 11 5 en
Misschien een klant van a vroeg ik op
den meeBt onverschilligen toon.
Ja, antwoordde de man kortaf.
Zoo? En zeker eene zeer goede,veron
derstel ik, vervolgde ik, als om een praatje
te maken. Mijn man glimlachte, en daar ik
altijd veel aan glimlachen hecht, merkte ik iets
bijzonders bij hem op.
Eene bijzonder goede in sommige arti
kelen, antwbordde de bediende met veel nadruk
op dat sommige.
O ja, ging ik voort, zeker postpapier met
vergulde randjes ec rozengeurig en kleurig lak
Ik verkoop haar geen bludje postpapier
in eene maand, antwoordde hij. Was ze maar
even verzot op brievenschrijven als op kaart
spelen, ik geloof dat dit veel beter voor haar
zou zijn.
O, boudt zij zoo van kaartspelen vroe gik
Ja, dat moet ik wel veronderstellen, gaf
de winkelbediende ten antwoord. J)e haren
zonden u te berpe rijzen, als ik u vertelde
hoeveel pakken knarten ik in de laatste drie
maanden aan hare gezelschapsdame heb ver
kocht. Die komt hier in den schemeravond met
eene dikke, zwarte voile voor en verbeeldt
zich dat ik haar niet kenmaar ik weet wie
zij is en waar zij woont en met wie zij woont.
Hierna kocht ik een pakje postpapier, dat
ik niet noodig had eu groette mija man.
Ah zoo z«ide ik in mij zelven, nu begryp
ik die partijtjes van mevrouw Dnrski. Haar
huis is een speelhol en al die fijne heeron
gaan daar in rijtuigen heen, nm kaart te spelen.
(Wordt vervolgd.)