>Tuaimer 85
Zondag 20 October 1912
Jaargang 35.
Tweede Blad.
MONKEY BRAND
De Balkan-Oorlog.
ls.
BINNENLAND.
nk Uit Konstantinopel wordt aan het
Berliner Tageblatt geseindAmbtelijk
wordt medegedeeld, dat de Bulgaren
Woensdagavond met een sterke troepen
macht bij Moestapha-pasja een aanval
>585 £edaan hebben en een hevig vuur op
Turken openden. Na een korte pauze
Q, van het gevecht werd Donderdagochtend
Italië.
Ingezonden Stukken»
Het Teeken
van
Helderheid.
(Apen-Zeep)
Maakt blik als Zilver
verroest ijzer als Staal
en wat geverfd is als
Nieuw!
ZE HELPT HET HUIS
SCHOONMAKEN VAN
ONDER TOT BOVEN.
al
36271
Turkije heeft deD gezanten van Bul-
rije en Servië hun paspooiten gegeven,
zijn gezanten teruggeroepen, zoodat
mHe oorlog is verklaard en men voor
toed kan beginnen.
Aan Griekenland is de oorlog nog
iet officieel verklaard, maar toch zijn
ook daar reeds aan 't vechten.
Nu de legers op elkaar gaan aan
:ormen, zal de botsing vermoedelijk
reeselijk zijo.
Dat is het, wat een strijd in den Bal-
Ikan zoo ontzettend maakt; de onbeschaaf
de wijze van oorlogvoeren wanneer
iet vergund is twee zulke tegenstrijdige
llogen als „beschaving» en »oorlog> in
én adem te noemen.
Men heeft nog maar al le goed de
erinnering aan 1878. Men weet hoe
poot de haat is tusschen Slaven en
lurken, hoe wreed, hoe onmenschelijk
Is slachting zal zijn, wanneer de vijan-
lijke troepen elkaar ontmoeten. En
en weet ook, dat geen strijd, zoozeer
n oorlog »a outrance» kan zijn, een
•rlog waarin zooveel beestachtige
eedheden, onmenschelijke gruweldaden
nnen gepleegd worden en 't woord
an den ouden Turk is het illustree-
eade motto van den strijd: »Daarzul-
n heel wat ooren afgesneden worden!*
IDe eerste vijandelijkheden.
Van de eerste botsingen aan de Bul-
aarsche en de Servische grens kunnen
i'ij' nog niet veel zeggen.
Het zal nog wel eenige dagen aan-
oopen, voor men zich een eenigszins
luidelijk beeld van den militairen toe-
tand daar zal kunnen vormen. Berichten
uit Turksche bron stellen het voor, dat
de Turken al eenige uren in Bulgaarsch
ebied zijn doorgedrongen en de Bul-
aarsche troepen in het dal van de
Iiritsa voorloopig een verdedigende
Siouding zouden hebben aangenomen.
Jen dient berichten uit Sofia af te
wachten, om de juistheid ervan te kunnen
oetsen.
Volgens een telegram uit Uskub,
ouden Albaneezen, die aan Turkschen
ntant vechten aan de Servische grens tot
Coesjoemlija opgerukt zijn en vier Ser
vische kanonnen vermeesterd hebben.
Jet eenige ambtelijke bericht uit Ser
vische bron maakt gewag van een ge
recht bij Prepolats, dat zich tegen de
orten van den berg Kopaonik richtte.
Prepolats ligt aan de Servische grens in
1 den noordelijken uithoek van de provincie
Cossowo, waar deze aan het sandzjak
grenst. De Turken waren daar de aan
vallers, terwijl de Serviërs in verdedi-
gende stelling bleven. Het Servische
artillerie-vuur bracht, zoo eindigt het
r@n bericht, de Turken tot staan. Dal is
op dit oogenblik al het nieuws van de
311 Servische en de Bulgaarsche grenzen.
de verbitterde strijd voortgezet. De Bul-
gareirwerden teruggeworpen. De Turken
trokken over de grens en drongen vier
uur ver in Bulgarije door. De verliezen
zijn onbekend.
De slag bij Kranja is met een be
slissende overwinning van de Turksche
troepen geëindigd. Dezen hebben de
Montenegrijnen op Montenegrijnsch ge
bied teruggeworpen. De Turken hadden
2 officieren en 15 soldaten aan dooden
en 3 officieren en 51 soldaten aan gewon
den. De verliezen van de Montenegrijnen
worden op 300 man geschat.
De Ottomansche troepen, die den
heuvel Zagrakl ten N. van Goesinje be
zet htbben, zetten den aanval door.
Op Montenegrijnsch gebied is men
herhaaldelijk slaags geraakt. De Turken
hebben een kanon en een groote hoe
veelheid munitie genomen.
Uit Saloniki wordt aan het Berliner
Tageblatt geseind dd. 17 October
De Turksche troepen hebben de Mon
tenegrijnen ten noorden van Mokra aan
gevallen en hebben de hoogte bij Welika
stormenderhand genomen. Zij wierpen
den vijand, die op de vlucht ging, over
de grenzen terug. De Turksche troepen
en vooral de Albaneesche vrijwilligers
munten uit door hun dapperheid. De
poging van de Montenegrijnen om tot
Ipek door te dringen is daarmede mislukt.
BERLIJN, 18 October. De oorlogs
correspondent van Tagliche Rundschau
aan Turksche zijde, meldt De oorlog
is in vollen gang. De operaties te land
hebben reeds tot een gevecht aan de
Turksch Bulgaarsche grens, langs den
Levant-spoorweg, geleid. De Turksche
troepen zijn van Moestafa-pasja uit, langs
de Maritsa getrokken en werden door
de Bulgaren tegengehouden.
De strijd scheen aanvankelijk on
beslist te blijven. Toen de Turken,
die versterkingen gekregen hadden,
plotseling met een goed geslaagden
infanterleaanval de Bulgaren uit hun
stellingen wierpen, trokken de Bulgaar
sche troepen zich langzaam al vechtend
op Haramandi terug. De Turken volg
den hen ongeveer 20 K.M. op Bul
gaarsch grondgebied. Bij dit bericht
moet men in aanmerking nemen, dat
het uit Konstantinopel verzonden is
BERLIJN, 18 October. Uit Saloniki
wordt aan de Lokal-Anzeiger geseind
De Turksche voorposten bij Sjenitsa, in
het Sandzjak Nowi Bazar, zijn door de
Serviërs aangevallen. De Serviërs moes
ten zich terugtrekken. De Albaneesche
vrijwilligers trokken daarop over de
grens bij Prisjtina en veroverden op de
Serviërs, na hevigen strijd, eenige kanon
nen.
BELGRADO, 18 October. De Koning
is vanmiddag zonder ongeval te Nisj
aangekomen. De bladen maken bijzon
dere uitgaven openbaar, waarin de op-
marsch van de Servische troepen en de
inneming van Prisjtina, waarvan men in
ambtelijke kringen geen enkel bericht
heeft ontvangen, gemeld worden.
BELGRADO, 18 October. In ambte
lijke kringen beschouwt men het bericht
over de inneming van Prisjtino als on
gegrond.
KONSTANTINOPEL, 18 October, 4
uur 's middags. (Ambtelijk.) De gevech
ten aan de grens van Servië bij Prepo
lats en in de buurt van Prisjtina duren
sinds twee dagen voort.
Albaneezen, komende van Lap, doen
verwoede aanvallen op de Serviërs, die
het wagen voorwaarts te rukken
Detoestand dergewonden
aan Montenegrijnsche zijde is allertreu
rigst De volgende bijzonderheden worden
hierover nog gemeld door de correspon
dente van de Daily Chronicle te
Podgritza in een telegram van Dinsdag
7.20 n.m. Om zeven uur hedenmorgen
was ik in een Roode Kruiswagen op weg
naar Toezi. Na twee uur door elkaar
geschud te zijn op een hobbeligen weg,
bereikten wij Toezi. Dit is een saai klein
plaastje, dat bijna verbrandde bij den op
stand een jaar geleden. Toen ik daar
ongeveer drie maanden geleden was, was
de markt in vollen gang en iedereen
scheen groene meloen te eten. Nu zijn
al de kleine houten kraampjes gesloten.
Nu waren de Montenegrijnsche troepen
aan het werk.
Ik ging onmiddelijk naar het hospitaal,
waar een afschuwelijke lucht mij tegemoet
kwam. Ik vond den geneesheer een
Turk, die een beetje Dultsch sprak Hij
was met zijn assistent aan het ontbijten
met cognac en suiker en weigerde ver
der werk te doen, hoewel er honderd
gewonden soldaten waren die op behan
deling wachtten. Geen van onze genees-
heeren spreekt Turksch en wij hebben
menschen te kort, dus konden wij hun
geen hulp geven. De Turksche dokter
was verbaasd, dat Skoetari was afgesne
den.
Een van mijn kameraden haalde aan
de rivier water, waaraan groote behoefte
was in het hospitaal. Rijst en brood
waren ook zeer noodig. In dien tusschen-
tijd openden wij de ramen, die stijf dicht
waren en maakten ze schoon. Overal la
gen bloedvlekken en bedorven kleeren,
zelfs achter de deuren en onder de tafels.
Ik legde een vuur aan van takken en
bladeren en verbrandde alles. De ge
neesheer keek er bij toe, maar gaf toch
een paar van zijn mannen last mij te
helpen. Tegen noentijd had ik het ergste
vefbrand en de vloeren schoon. Mijn
kameraad keerde terug met water en
levensmiddelen, zoodat de patiënten al
thans vandaag van het noodige werden
voorzien. Ik hoop, dat binnen korten tijd
onze organisatie voltooid zal zijn en wij
in staat zullen zijn te voorzien in de
behoeften van de gewonden.*
Vrede.
Turkije behoudt de volkomen sonvereini-
teit over Tripolie en Barka.
Mee zou dus zeggeD, dat Turkije dan oor
log gewonnen heeft.
Wacht ever.
Het krijgt een eom gelde ook, en due
ie er wat afgeetaan.
De werkelijke eouvereiniteii n. 1.
Die welke Turkije behoudt, ie de souve-
reiniteii in naam.
Turkije mag nog de koninkjes van Tripolis
en Barka benoemen, maar hoe deze
regeeren zullen, dat zal Italië beelieeen.
Daar komen de vredesvoorwaarden, voor
zoover ze bekend zijn, op neer.
Volgens gezaghebbende kringen is de in
houd van het protocol der vredesvoorwaar
den als volgt
„Turkije behoudt de volle en geheele sou-
vereiniteit over Cyrenaica en Tripolis*, aldus
de firman van den Sultan, waarbij aan die
beide provincies autonomie wordt verleend.
„Krachtens zijn absoluut eouvereiniteitsrecht
wijst de Sultan Cbemsiddin oud-gezant te
Teheran en te Boekarest aan om de belan
gen van het rijk in deze beide streken te
behartigen.
„De Sjeik ul Islam zal vertegenwoordigd
werden door een geestelijke, die den titel
van kadi zal voeren.
„Italië zal deze beide vertegenwoordigers
erkennen.
„Turkije erkent in geenerlei opzicht het
besluit tot annexatie van Cyrenaica en Tri
polis.
„De eilanden in de Egeïsche Zee zullen
aan Turkije teruggegeven worden, zonder
eenige andere voorwaarde dan dat Turkije
aan degenen, die wegens feiten in verband
met den opstand verbannen zijn, amnestie
zal verleenen.
„Wanneer de vrede defiaitief geteekeud
zal zijn, zal Italië de eilanden in de Egeieehe
Zee ontruimen.
„Turkije zal zijn troepen terugroepen uit
Cyrenaica en Tripolis.
„De diplomatieke betrekkingen zullen
hervat worden.
„Turkije zal geen oorlogsschatting betalen
en evenmin een schadeloosstelling aan de
uitgewezenen.
„De schadevergoeding, die Turkije van
Italië zal ontvangen door de Dette Ottomane,
moet beschouwd worden als een waarborg
voor de belangen van de buitenlandsche
schuldvorderingen.
Volgens de Trankf. Zrg. heeft men in het
vredesverdrag tusschen Ttalië en Turkije het
oorspronkelijke plan laten vallen van een
jaarlijksche door Italië te betalen bedrag.
Italië zal ineens de som van 50 millioen
Lire geven.
Uitvoer van vee naar Duitschland
Nadat door de Duitsche regeering de
invoer van levend vee uit Nederland
toegestaan is, valt volgens een telegam
uit Keulen aan de Berl. Börsen Courier,
een groote uitvoer van runderen uit Hol
land naar Duitschland te constateeren.
Gisteren en eergisteren passeerden groote
veetransporten de Duitsch-Nederlandsche
grens. Het vee was bestemd voor steden
in West-Duitschland en voor Karlsruhe,
Heidelberg en Frankfort a./M. Daar de
Holhndsche veefokkers niet in staat zijn,
aan zoo'n plotselinge groote navraag te
voldoen, zijn de prijzen sterk stijgende.
Ook komen groote partijen visch uit
Nederland naar West-Duitschland voor
de door eenige West-Duitsche steden
"ngerichte vischmarkten.
(Hbl.)
Van het Hof.
De Haagche Kouter van de »Prov.Crt.»
schrijft o. m., dat door de verbouwing
an het paleis 't Loo, de terugkomst
van de Koningin naar Den Haag is ver
vroegd. Toch is dit niet uitsluitend aan
den bouw toe te schrijven. >Een andere
oorzaak, waarover het voor-alsnog niet
voegzaam schijnt in het openbaar te
preken, heeft H. M. als het ware plot
seling doen besluiten reeds in October
Den Haag tot winterverblijf te kiezen.*
Volgens den correspondent laat zich
aanzien, dat de hoffeesten dezen winter
tot een minimum zullen beperkt worden.
>De Koningin althans, die zeer welva
rend is, wenscht in den eersten tijd veel
rust te genieten en zal dus wel niet aan
feesten deelnemen. H. M. rijdt zelfs se
dert haar terugkeer in de hoofdstad
niet uit.
»Eene niet onbelangrijke tijding tijding
is mij, in verband met 't Hof ter oore
gekomen. Het moet n.l. zoo goed als
vaststaan, dat de Prins der Nederlanden
in 1914 een reis zal ondernemen naar
Ned. Indië, ter gelegenhled van het daar
te houden internationaal Rubbercongres
waarvan hij het beschermheerschap wel
willend heeft aanvaard.
Het Leger.
Bij het garnizoen te Assen zijn, zoo
meldt de Avondpthans tegelijk
met een nieuwe velduitrusting ver
schillende nieuwe uitrustingsstukken, voor
gesteld door een daarvoor benoemde
commissie, In beproeving. Aan het per
soneel van de »proef-compagnie< zijn
verstrekteen aluminium-drinkbeker, die
te velde gedragen wordt in den brood
zak, twee soorten been-windsels, n.l.
recht en krom gesneden, reikende van
voet tot knieeen paar rijgschoenen
van bruin leer en een paar kazerne
schoenen. Voorts beschikt deze compag
nie over 40 paar z.g. voetriemen. Deze
riemen dienen om den schoen vaster
aan den voet te bevestigen.
den regel niet 't peil aangeven van 't
onderwijs, dat ze genoten.
M'nheer de redacteur, U dankend voor
de plaatsruimte, sluit 'k met den wensch,
dat de luilakken zoo ze er zijn
aangepord worden tot ijver en plichts
betrachting endat 't oprichten
van een sociëteit er niet door lijden zal.
Hoogachtend
CHR. BUZINK.
h. d. O. L. School.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Vrijhoeven-Cappel, 17 Oct. '12.
Waarde Redactie.
U zult onderget. zeer verplichten met
opname van 't volgende, naar aanleiding
van't ingezonden stuk van >Een vriend
van het onderwijs.*
Ook. ik noem mij gaarne een vriend
van 't onderw. en als zoodanig zeg 'k
>Hartelijk welkom, vriend Help ons bij
de poging, 't onderw. geregeld te doen
voortgaan, zonder onderbreking.*
Eenige aanmerkingen echter, verborgen
vriend, moet U mij niet euvel duiden
„Noodgedwongen gaan dan ook reeds
verscheidene kinderen hun onderwijs el
ders halen,* zoo zegt U. Zeg me eens,
vriend, door welken »nood< gedwongen??
Gingen zij heen, wegens onvoldoende
onderwijs Dit is 't geval geweest, de
vorige week, met twee kinderen uit één
gezin, en dan nog naar aanleiding van
den thans, gedurende een paar weken
heerschenden toestand.
Och, och, die zoogenaamde ruim ge
nomen speelkwartiertjes Och, och, wat
is dat h. d. s. toch een lui baasje, ge
heimzinnige vriend 1 Te laat beginnen,
te lang pauseeren, altijd bang zijn, niet
waar, dat de luiaard meer tijd aan 't
onderwijs geeft, dan hij volgens wet en
verordening moet 1 't Is treurig genoeg,
onbekende vriend, om daar de autori
teiten eens onderzoek naar te laten doen.
Ik, de tijdverknoeier, noodig U beleefd
uit, zoo mogel k, bij de bespreking dier
onvergeeflijke euveldaden tegenwoordig
te zijn. Informeer dan van te voren ook
eens bij de ouders van schoolgaande
leerlingen, bij oud-leerlingen vraag ook
eens of deze laatsten er zijn er al,
die den leeftijd tot oordeelen hebben
of zij dikwijls gemerkt hebben, dat
zij, wat schoolkennis betreft, achterstaan
bij vriendinnen en vrienden van andere
scholen.
Let niet bij voorkeur op >wegloopers«
elk onderwijzer zal U zeggen, dat die in
De Kerelen uit het Zuiden.
Volgens de Limburger Koerier van 9
Oct. 1912 heeft Mr, Dr. Jan van Best,
de afgevaardigde van Eindhoven, in eene
vergadering te Maastricht eene redevoe
ring gehouden over de Tariefwetdie
eindigde met den oproep
»laten wij zijn als de Kerelen uit het
Zuiden, vol trouw aan onze beginselen*.
Een schoone oproep voorwaar, maar
waar deze redevoering uitsluitend liep
over de Tariefwet, mag men hier lezen
»onzeproteciionstischc beginselen*, en dan
valt op dezen oproep een minder fraai
licht, het valsche licht der partij-politiek,
dat onze welvaartspolitiek op duistere
wegen wil lelden.
Ongeveer tegelijkertijd kon men in
verschillende bladen het verslag lezen
van eene vergadering van schapenhouders
te Grave gehouden in het gebouw >Stul-
titia* (De Dwaasheid), waarin werd aan
gedrongen om de invoerrechten op wollen
manufacturen, ten behoeve der zeer nood
lijdende wolfabrikanten te brengen op 20
a 30 pet. en eveneens de rechten op leer,
ten behoeve der achterlijke leerlooierij,
te verhoogen met 10 k 20 pet.
In deze laatste vergadering verklaarde
bovendien zekere heer Jansen Mouton
het volgende
>de geheele opbrengst van het voor
gestelde invoerrecht op Ezels wordt ge
schat op f. 30.- d.w z. eene vermeerdering
van het aantal Ezels in ons land met 15
stuks, hetwelk op het aantal alleen reeds
in de Zuidelijke piovinci'én aanwezig
invloed kan uitoefeningen.
Ten slotte werd in deze vergadering
besloten, om Mr. Dr. J. van Best uit te
noodigeu, om in Grave eene lezing te
komen houden over de >schapenfokkerij
in verband met de voorgenomen tarief
herziening.*.
Het is mij onbekend of de heer Mouton
eenige bijzondere bedoeling heeft gehad
met zijne vermelding van het artikel Ezels
op de vergadering te Grave.
Het verslag uit Grave ziet er inderdaad
wel eenigzlns verdacht uit. Immers men
leest daarin ook dat de heer Scheerder
vraagt: Waarom levende schapen vrij
te laten en doode schapen te belasten
Dit is een soort indirecte belasting
van schapen, die niet ligt in de lijn van
het program onzer politieke staatspartij*.
Dit kan toch moeilijk ernstig bedoeld
zijn.
Hebben de schapenhouders te Grave
misschien een loopje willen nemen met
sommige op protectiebuit beluste leer
looiers en wolfabrikanten, en misschien
zelfs met den afgevaardigde uit Eind
hoven, welke zich geen van allen er om
bekommeren of artikelen van dagelijksche
behoefte als schoenen en manufacturen
kunstmatig duurder worden gemaakt.
Men zou geneigd zijn om de vergadering
te Grave als een grap te beschouwen,
maar aan den andere kant vraagt men
zich af of het betoog van Mr. van Best
te Maastricht niet geheel in dezelfde lijn
was en of hij zijn Kerelen wel als ern
stige mannen beschouwde.
Waar zoovele degelijke fabrikanten en
handelaars uit het Zuiden zich meer en
meer aansluiten bij de bestrijders van de
Tariefwet, had men van den Eindhoven-
schen afgevaardigde toch zeker een meer
ernstige bespreking van de tegen de
Tariefwet over het geheele land gerezen
bezwaren mogen verwachten, en mag er
dezen een gegrond verwijt van worden
gemaakt, dat door hem eene zoo weinig
ernstige, zoo hoogst oppervlakkige en
op goedkoop succes berekende rede werd
gehouden, als thans in de kolommen van
de Limburger Koerier en andere bladen
staat vereeuwigd.
Een nadere beschouwing van deze
redevoering van Mr. van Best moge de
ze bewering toelichten.
Zie hier eenige der gewichigste uit
latingen van den afgevaardigde van
Eindhoven.
De bedrijfsbelasting als zoodanig is
eigenlijk eene verkapte protectie. Nadere
toelichting van deze stelling voor de
Echo van het Zuiden.
r,
1571