Nummer 103
Zondag 22 December 1912
35e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwi|ksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen
Onze trouwste
Huisvrienden
Eerste Blad.
Gemeenteraadsvergaderingen,
TIJD HEELT ALLES!
l
y
Dit nummer bestaat
uit DRIE bladen,
FEUILLETON.
Telefoonnummer 38. Telegram-Adres ECHO.
■s/j
l!
y/v»
21) OELSTER-
B e s o ij e n.
De Echo van het Zuiden,
Waahvijfcsclic en Luigstraatsclie Courant,
Uit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
A. b o n li e m e n-t 8 p r ij 8 per 3 maanden f 0."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieven, inger-cudcn stukken, gelden cns., franco te zenden aan
Uitgever.
den
UITGAVE:
Advkrtbntiên 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letter» naar plaatsruimte. Advertentiën 3 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 msal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeeHge contracten
gesloten. Reclame» 15 cent per regel.
l> li
i lii
HU
Van nDE ECHO VAN HET ZUIDEN."
ROMAN DOOR
Ik bestrijd dit recht niet. Maar nadat ik
in dit huis heb verkeerd, heb ik hot recht
op mijne vraag en moet ik in de hoogste mate
verbaasd zijn over don beleedigenden vorm van
dat antwoord. Ik moet er op aandriogan dat
men mij rekenschap geeft van den grond voor
znlk eon antwoord, of ik moet aannemen dat
men mij met opzet beeft willen beleedigen.
Neem aan wat u goeddunkt, mijnheer,
antwoordde de kapitein, terwijl Iiij zich met
een licht schouderophalen afwendde.
M. De Marange! riep Koenraad dreigend.
De kapitein zag ham hoogmoedig oan.
Ge zijt nog jong mijnheer, antwoordde
deze schijnbaar rustig ik wil u den raad ge
ven u in vreemde buizen niet met liefdes
betrekkingen in te laten men neemt zoo iets
licht kwalijk misschien ten onrechte, maar
in bet huis van den markies heerschen nu
eenmaal stijve eu strenge zeden.
Wat moet dat alles beteekenen vroeg
Koenraad verbaasd. Zou men mijn eerbiedig
verzoek, om naderen omgaDg met Mej. de
Ladonchamps te hebben, voor een ijdele
liefdesbetrekking houden?
Er is bier geen sprako van mej. De
Lndonchamps, maar van mej, Margo, de
gouvernante. Doch genoeg, mijnheer, ik was
niet bevoegd, met u over dit onderworp to spre
ken een zeker medelijden met u bewoog
mij, u den grond voor de weigering van den
markies, om u te ontvangen mee te deeleD.
Ge zult thans begrijpen en me verontschul
digen als ik heenga.
Koenraad was in de hoogste mate bewogen.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Woensdag 18 Dec
des avonds ten 6 uur.
Voorzitter Edelachtbare heer C. Ver-
wiel.
Ongeveer 6.15 uur opent de Voorzitter
de vergadering afwezig is de heer J.
v. d- Heijden.
De notulen van de vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd goed
gekeurd en vastgesteld.
AAN DE ORDE:
1. Ingekomen stukken.
a. Schrijven van Ged. Staten, houdende
goedkeuring suppletoir kohier van den
Toofd. Omslag op een bedrag van f26.68.
b. Schrijven van Ged. Staten, houdende
mededeeling dat de klacht van Mej. Wed.
van Delft over den aanslag in den Hoofd.
Omslag niet ontvankelijk is verklaard.
Ged. Staten wijzen er op dat 30 dagen
na de beslissing van den raad men bij
Ged. Staten in beroep moet komen, dat
zulks, door reclamante eerst is gedaan
nadat zij nog eens bij den raad in beroep
is geweest.
c. Schrijven van de Ned. Vereeniging
tot afschaffing van alcoholische dranken,
houdende verzoek om in de bestekken
de bepaling op te nemen dat het verboden
is alcoholische dranken te gebruiken.
Voorzitter. Mij dunkt dat dit eene heel
goede bepaling is om in de bestekken
op te nemen.
Aldus wordt besloten.
d. Schrijven van den Min- van Water
staat, houdende mededeeling dat hij geen
bedenkingen heeft om alhier een hulp
telefoonkantoor te stichten.
e. Schrijven van Ged. Staten, houdende
nota van aanmerking op de begrooting.
Ged. Staten wenschen aangewezen te
zien op grond waarvan de buitengewone
subsidie voor de kosten van het onder
wijs worden aangevraagd.
Wordt ter beantwoording in handen
van B. en W. gesteld.
De verdere ingekomen stukken worden
voor kennisgeving aangenomen.
2. Aangehouden adres van den R.K.
Gildenbond van Waalwijk en Besoijen.
Adressanten verzoeken in de politie
verordening een bepaling op te nemen
om op den verkoop van brood streng
toezicht te houden. In de naburige ge
meenten Kaatsheuvel Sprang, DoDgen
enz. werkt deze bepaling goed. Op het
rogge en grof tarwebrood moet dan zijn
aangegeven hoe zwaar het weegt en de
voorletters van den bakker. Een half ons
aan onderwicht zou kunnen worden toe
gelaten.
Voorzitter. Dit adres hebben wij in
een vorige verga 'erlng aangehouden
omdat de heer Both, die deskundig is,
niet aanwezig was.
Both. Wat was het oordeel van de
vergadering.
Voorzitter. Het is aangehouden. Groo-
tendeels staat, wat ze vragen, al in de
politieverordening. Uitgenomen den
naam en het gewicht, dat staat er niet
in- Vroeger wel, doch omdat het een
verouderd stelsel was, hebben wij het
laten vervallen.
Both, 't Was me wel aangenamer ge
weest als het was afgehandeld omdat ik
er in betrokken ben. Toch wensch ik.
ook voor mijn collega's eeu voorstel te
doen. 't Is een bepaling voor de moppen
trommel, 't Heeft me gefrappeerd dat
men altijd den broodbakker moet hebben.
Waarom behoeft een peperkoek niet zoo
en zoo zwaar te z n. Waarom mag eeD
koekbakker vrij uitgaan Waarom be
hoeft een steenkolenhandelaar, een aard
appelhandelaar en nog zooveel anderen
niet op de zak hun naam zetten en een
half mud of een mud Men moet alleen
de bakkers maar hebben.
En dan nog iets in verband met het
half ons onderwicht. Er is nog geen een
bakker en er zal er ook nooit een ge
boren worden, die daaraan kan voldoen.
Kwam deze bepaling in de politie-ver-
ordenlng, dan zou het processen regenen.
Spreker licht toe dat het brood in den
oven, door verschillende omstandigheden
meer dan een half ons kan lichter wor-
deü, zonder dat zulks is te voorkomen,
't Is opmerkelijk, aldus de heer Both,
dat men zich juist altijd tegen de bakkers
kant. 't Moeten toch wel slechte men-
schen zijn die bakkers. Voor duur brood
jehoeft men hier niet bevreesd te zijn,
daar zal de concurrentie wel zorg voor
dragen.
Voorzitter. Wij hebben ook in dien
geest gesproken.
Groenen, 't Is den handel aan banden
eggen.
Wordt besloten op het adres afwijzend
te beschikken.
3. Benoeming van een lid van het
Armbestuur wegens periodieke aftreding,
Met bliksemende oogen trad bij M. De Ma-
raDge in den weg. Gij zolt n niet verwij
deren kapitein sprak bij met bevende stem
voor ge mij volledige opheldering gegeva
bebt. Ongetwijfeld is bier een heilloos misver
stand in 't epel, dat opgehelderd moet wor
den om der wile van mijne eer en die der da
me, of een kuiperij, eene belastering, dieniet
ODgestraft mag blij\wd. Ga beweert dat ik met
mejuffrouw Margo een liefdesbetrekking heb
aangikuoopt wees'zoo goed mejuffrouw te
laten roepen, üao zal zij u bevestigen dat
bier een ergerlijk misverstand in 't spel is.
Mejuffrouw Margo haeft bet slot Ladon-
champs reeds verlaten, antwoordde de kapi
tein lachend. Overigens, mijnheer, moest ge
nu niet zoo'n boo gen toon aanslaan. Wanneer
in de kamer van een jong officier een brief
gevonden wordt, waariu een jong meisje dezen
officier tot een nachtelijk rendez-vouz uit-
noodigt, dan zou men meenen. b. hoeft men ver
der gfen bewijs. De juffrouw breft zich overi
gens niet eens de moeite gegeven de zaak te
loochenen; zij beeft, nadat Mev. De Marange
haar had ontslagen, het slot Ladonshamps
heimelijk verlaten.
Ah, dat is te veel M. Do Marange en gy
hebt geen enkel woord ter barer verdediging
gesproken
Hoe zou ik. er toekomen die dame te
verdedigen Tegen feiten valt niet te strij
den.
Gy, mijnheer Da MaraDge, gy, verloofde
deze dame, die juffrouw Margo hebt overge
haald, de betrekkmg in het huis uwer schoon
zuster aan te ncmon, gij laat die ongelukkige
jonge dame eenvoudig vallen, alleen op den
schijn at? O, ik kan geen woorden vinden
voor zulk een gedrag.
Mynheer De Marange verbleekte. Hij bad
niet vermoed, dat Koenraad kennis droeg van
zyn vorbouding met Margo hy was in de
Btellige overtuiging geweest, dat Margo met
den Duitscben officier oen samenkomst had
gehad bij had toch zelf den brief in de ka
mer van Koenraad gevondeD.
Eerst deze ontdekking bewoog hem, een
breuk met Margo uit te lokken deze ont
dekking was hem zeer welkom geweest want
zij gaf hem een wapen in de band tegen Margo
ên deo Duitscben officier, een wapen, waarmee
hij twee lastige personen opeens uit den weg
kon ruimeD. Eu thans wist M. Holtenseu van
zijne verhouding tot Margo Dat was zon
derling, maar het kon echter ook voor hem
en zyn planneu met betrekking tot Clarissa
gevaarlijk worden. Mijnbeer von Holtensen
moest onder alle omstandigheden ter zijde ge
steld worden, als het anders kon. dan zelfs
door 't brutale geweld van een tweegevecht.
Wanneer de officier thaDS den markies of Cla
rissa weerzag, konden de planDen van den
kapitein licht mislukken, want ongetwijfeld
zon men hem nooit zijn vertrouwelijken omgang
met de gezelechapj after zijner schoonzuster en
de gouvernante zijner richt vergeven. Deze
overweging echoot bliksemsnel door zijn geest.
Da laatste woorden van Koenraad beleedigden
zyn trots. Bij antwoordde dreigend Ik moet
uw kritiek op mijne planoen zoo beslist mo
gelijk afwijzeD. Indien bet waar was, dat ik
d8 geliefde vun mademoiselle Margo geweest
ben, dan hebt gij, mijn opvolger, niet het minste
recht, mij dat voor de voeten te werpen,
ik verzoek u dringend u te matigen.
Ik acht het beneden myne waardigheid,
u te antwoordden, antwoordde Koenraad in
edelen trots. Slechts hierop wil ik n opmerk
zaam maken, dat ge niet de geliefde van
mademoissele waart, doch de rechtmatige
verloofde eener dame, die ik hoogachten door uw
woorden in een valich licht kon gebracht
worden. Daar voor zal ik mejuffrouw Mar
garetha Marteiag, de dochter van den dappe
ren vriend mijns vaders, dan toch behoeden j
Wat zegt gij daar? Welken naam Doemt
gij? Vroeg de kapitein haastig, terwijl een
vaal bleek zijn gezicht overtrok. Mejuffrouw
zou de dochter zijn van...
Mejuffrouw Margo is de dochter van
kapitein Martens, die in dat boschje ter aarde
besteld is, nadat hem de dolkstoot van den
sluipmoordenaar op 't slot Marange had ge
troffen.
Koenraad was zelf verbaasd over de uitwer
king, die zijne woorden op den kapitein hadden
Deze deinsde doodsbleek eenige stappen ach
teruit, terwijl bij naar adem snakte.
Door B. en W. zijn op de voordracht
geplaatst de heeren
D. Loef.
V. C. Couwenberg.
Met algemeene stemmen wordt de heer
Loef herbenoemd.
4. Vaststelling van de begrooting van
het Burgerlijk Armbestuur.
De begrootiog wordt na lezing vast
gesteld op een bedrag aan ontvangsten
en uitgaven van f 1167.61'/j.
Voorzitter. Achter de school ligt een
perceeltje grond, dat niet in gebruik is.
De heer Surlg verzoekt dit in gebruik
te mogen nemen als bleekveld. B. en
W. stellen voor hem dit tot opzeggings
toe in gebruik te geven, mits dat hij voor
zijn rekening de heg laat verzetten.
Alsdus wordt besloten.
Voorzitter. In een vorige vergadering
is door den heer Winkel eens gesproken
om op de school aan de kinderen die
daarvoor in aanmerking komen een bc-
looning of eereblijk te geven. B. W.
stellen voor daar thans f 10 voor uit te
trekken, 't Is wel niet veel doch later,
als het goed blijkt, kan men eens wat
meer geven.
Winkel, 't Is wel wat weinig.
Voorzitter. Voor f 10 kan men heel
wat boeken en platen koopen. Boven
dien, zoo heel veel komen er niet voor
in aanmerkiog.
Both, 't Komt mij voor dat f 10 om
te beginnen al heel aardig is»
Wordt besloten t 10 te verleenen.
Voorzitter. Verder kan ik de heeren
mededeelen dat aan de ouders voortaan
een driemaandelijksch rapport zal worden
gegeven over het gedrag en vlijt van
hun kinderen.
Het geven van Dultsche les is
nog in overweging.
Winkel. En over het herhalings on
derwijs voor de meisjes.
Voorzitter. Dat is ook nog in voorbe
reiding. Men wil dat op Woensdag les
geven een geheel jaar door, dat wordt
ook 96 uur. In een volgende vergadering
kunnen wij van een en ander meer en
uitgebreidere inlichtingen geven.
Nadat de heer Klerks nog te kennen
heeft gegeven dat de gemeentenaren
over het algemeen genomen thans over
het onderwijs zeer goed tevreden zijn
Het is waar, mijn oom generaal von
Btuuken, zal het u bevestigen en de brief,
dien ge in mijn kamer bebt gevonden was niet
aan mij gericht, maar aan generaal vou Bruuken
den vaderlijken vriend van Margaret ha. Ge
zult me nu zoowel te meer toegeven dat ik
recht had. verbaasd en verontrust te zijn en
juffrouw Margaretha Martens en my volledig
genoegdoenmg geven
De kapitein begon driftig te lachen. Hy zag
zijn plannen als kaf verstuiven, hij gevoelde
zich overwonnen, beschaamd, maar neen, nog
was er redding voor hem, nog wilde by den
stryd niet opgeven! Zyn hartstochtelijke natour
kwam weer boveD.
Met een behendigeD Blag wilde hy zyn tegen
stander verpletteren, het net dat hem dreigde
te omsponnen, met geweld ten eenenmale ver
scheuren. Wat dit joDge officier hem daar z-gde,
was leugen, 't was er op aan gelegd om hem
te verderven, maar dat verderven zou op t
hoofd van zyn vijand neerkoraeo. Met geweld
herwon by ziio bedaardheid.
Ge vertelt me daar een aardig sprookje
mynheer, antwoordde by met spotlenden lacb.
Ik had u en mej. Margo zooveel fantasie niet
toegekend?
M. de Marange, gelooft ge me niet i
Neen mijnheer, ik geloof u niet. De lengen
is zoo tastbaar, dat ge my niet bedriegen kant.
Ja, mijnheer, ik ben de verloofde van mej.
Margo geweest-, derhalve zult go my toegeven,
dat ik van de omstandigheden eenigermate
onderricht beD. U, echter mijnheer de luitenant
von Holtensen, raad ik dit buis zoo Bpoedig
mogelijk te verlaten, zoo ge niet met schimp
buitengejaagd zult worden.
Kapitein
Ik heb reeds te lang geduld gehad, ik
zie in dat ik ongelijk had, ik had u oogen-
blikkelyk de deur moeten wijzen.
Koenraad beefde van woede. Maar hy be-
dwoDg zich hij trad een stap terug en ant
woordde met onnatuurlijke kalmte
Ik dacht tegenover een officier, een edelman
te staan thans zie ik, dat ik met een ellendeling
te doen heb.
Ah Als de kreet van een getergd roofdier
kwam deze uitroep over de lippen van den
kapitein. Hij hief de vuist op, als wilde by
den officier in 't gezicht slaan, doch voorden
vlammendeu blik van Koenraad liet hij de
hand zakken en haalde diep adem. luwendig
was hij io zijnen schik, want hij had nn be
reikt wat hy wenschte. Een tweegevecht was
thans onvermijdelijk. Een samenspraak tns-
echeu Holtensen an den markies was daardoor
vooiloopig verhinderd en by, de beroemdste
vechtersbaas van 't regiment, zou er wel voor
zorgen, dat de mond van den Duitscben officier
voor altijd verstomdehy als beleedigde had
toch de keus der wapeneD.
Ge zult van mij hooren, mijnheer, sprak
by met dreigende stem, terwijl by zich afwend-
Het zal ij genoegen doon wanneer ik
zeer spoedig van u hoor, antwoordde Koen
raad rostig, die thans zyne bedaardheid weer
herwonnen bad. Tot vergemakkelijking der
besprekingen zal ik zoo vry zyn, u mijn kaartje
over te geven, waarop myn adrtB staat
Hy nain uit zijn zakboekje een visitekaartje
en wierp dat op eene tafel, die id de Dabyheid
stond. Daarop boog by even en verliet het
vertrek en het slot. Voor bet portaal wachtte
ziin rijtuig. Zuchtend liet by zich achterover
in de kussens vallen en gaf den koetsier bevel
zoo snel by kon naar Metz te rijden.
E*n gevoel van afkeer bekroop hem. liy
wendde den blik achterwaarts naar het slot en
door het in herfsachtige rust liggende park,
waarin hij zyn gelnk gevonden had, Blechts om
bet voor altijd te verhezeD.
XVII.
Generaal Vou Brunken was zeer verbaasd
een brief van Margaretha te ontvangen waarin
zn hem verzocht, by haar te komen daar ze
hem als baren eenigen oprecbteD vriend raad
wilde vrageD. Zij had Ladouschamps plotseling
moeten verlaten en een onderkomen gevonden
bij juffrouw Josephine Shury in La Petite
Max waar zij zoolang dacht te blijven tot ze
weer een betrekking had gevondeD.
Wordt vervolgd.)
<c>