Nummer 17
Donderdag 27 Februari 1913
36e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwijksche Stoomdrukkerij Antoon Helen
Eerste Blad.
Uit de Pers.
GEWROKEN!
Gemeentgraadsyergadefingen.
Dit nummer bestaat
uit TWEE bladen
INDU STRIËELEN
FEUILLETON.
■LAAT UW ZEEP SUNLIGHT ZIJN'
De besliste zuiverheid,
van Sunlight
maakt ze voor
fijne kant en
fijn linnen de,
uitsluitend
betrouw=
bare Zeep.
ijs.
)or
len
er,
te-
■en
M.
tot
de
^os
len
en.
en.
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
ELSHOUT.
,tS-
fier
?ah
ien
De Echo van het Zuiden.
IVaalwyksche en Laiigütraatsche Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele ryk f 0.90.
Brieven, ingezonden stukken, gelden ecs., franco te zenden aan
Uitgever.
den
UITGAVE:
Advertentikn 1—7 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsiüg opgegeven
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeerige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
1 '12
De Kamer van Koophandel en Fa
brieken te Waalwijk houdt zich onledig
met het opmaken van het verslag over
1912.
Heeren Industriëelen worden verzocht
hunne opgaven voor het verslag zoo
spoedig mogelijk aan den Voorzitter in
te zenden.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voornoemd.
De Tariefwet.
>De Maasbode» betoogt dat de tarief-
wet-Kolkman niet meer voor de ver
kiezingen io behandeling dient te komen,
wegens de te verwachten uitvoerige
debatten.
Men zal over de hoofden zijner mede
eden heen, ellen- en urenlange rede
voeringen houden tot de kiezers; men zal
bewijzen dat alles duurder wordt
dat een stroom van rampen over de
arbeidersbevolking zal worden uitgestort;
dat men niet uit vrees (volstrekt niet 11)
voor vraag naar meer arbeid, dus voor
looger loon en meer zelfstandigheid der
arbeiders tegenover walbazen en stuwa
doors en hunne patroons tegen het ont
werp zulk een strijd voert, maar dat
puur en alleen uit naastelletde en
menschenmin terwille van die arme ar
beiders zich zoo weert 11
Hiertegen nu, zal van rechts moeten
worden geantwoord, eigenlijk ook alweer
om der wille van de kiezers. Doet men
het bezadigd, rustig en zakelijk, zooals
gelukkig aan de rechterzijde nog ge
woonte is dan zal men van links luid-
ceels beweren, dat men rechts met den
mond vol tanden heeft gestaan- Want
iet publiek wordt er, helaas tegenwoor
dig al meer en meer aan gewend,
de verdiensten van een kamerlid minder
te beoordeelen naar den graad van de
gelijkheid zijner redevoeringen, dan wel
naar het aantal bladzijden, dat zij in de
ïandelingen beslaan
Ei wat zal in deze chiaos van ver-
dezing-speeches de Regeering moeten,
doen.
Het is na 1848 meer en meer de ge
woonte geworden, niet alleen dat van
Ministerie gewisseld wordt, zoodra de
meerderheid In de Tweede Kamer om
gaat, maar ook dat de nieuwe Ministers
die van Oorlog of Marine soms uitge
zonderd, gekozen worden uit de partij-
groepeering in de Tweede Kamer, die
voor het oogenblik de meerderheid beeft.
In plaats van Koninklijke Ministers
heeft men gekregen parlementaire Mi
nisters, wier ambtelijke levensduur dik
wijls alleen afhangt van eene toevallige
kamer meerderheid.
Maar dit neemt niet weg, dat de
ministers toch altijd nog zijn de Raads
lieden der Kroon, en als zoodanig ook
optreden in de Tweede Kamer.
Wat zal nu de Regeering, wat zal
Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN.'
15)
Hij gelastte den belloer hem een „lunch"
en wijn te breDgen, verzocht zyn vriend
eenige oogenblikken geduld te hebben, en
ging toen naar de slaapkamer om zijn toilet
weer in orde te brengen. Toen hy terug kwam
was de luuoh reeds gebracht onder bet eten
deelde Willy zyn vriend in alle by zonderhe
den zijne aaoboudiDg mede, benevens de ver
moedeDB die hy daaraan vastknoopte.
Gouvain schndde weliswaar twijfelend het
hoofd, maar hij moest toch toegeven dat die
vermoedens gegrond konden zyn
Willy had het adres van den kapitein op
tafel gelegd, Gouvain nam het op.
Kapitein Laroche, rne de Rambnteau
nummer drie en veertig, las hij.
Kent gij hem? vroeg Willy.
Ik heb niet de eer. Gy zyt das besloten
dien man een bezonk te brengen
Ach, dat bad ik reeds gedocht, zegde
Henri Dochatel honend, gij zyt niet meer by
uwe zinnen, ga naar het krankzinnigenbuis en
laat n geneeon.
Onder een kreet van woede wilde Willy
zich met opgeheven wandelstok op zijnen
tegenstander werpenHenri greep in den
borstzak van zijnen frak, maar op hetzelfde
oogenblik trad ook Benoit Gouvain tnsschen
hebben.
Blijf bedaard, mynheer de assessor, aldus
wendde hy zich tot zijn vriend, wat gy ook
moogt doen, handel niet in over ijling 1 En
g(j, mijnbeer, weet zeer goed dat mijn vriend
bet reebt beeft, u dat alles te zeggen hebt
gy eerloos gehandeld, dan moet g(j ook den
moed hebben, de gevolgen daarvan op u te
nemen 1
En wie Bijt gij
met name Minister Kolkman moeten doen
aan wien ongetwijfeld het leeuwenaandeel
in de verdediging van zijn Tarief ont
werp zal worden toevertrouwd
Voordat de Tweede Kamer uiteengaat
zal men onmogelijk v°rder kunnen komen
dan de Algemeene Beschouwinger is
geen sprake van dat het Tariefontwerp
nog in dit zittingsjaar zal kunnen worden
afgewerkt, maar zelfs al ware dat het
geval, dan is er toch zeker geen kwestie
van, dat het ook nog in de Eerste
Kamer zal worden behandeld, en nog
vóór de algemeene verkiezingen in het
Staatsblad zal kunnen verschijnen.
Zelf9 dus in het allergunstigste geval
wordt, wanneer in'Juni a s. een linker
meerderheid uit de stembus komt, ab
soluut niets bereikt. Het gevolg hiervan
is dan ook, dat zelf9 de weerleggingen
der Regeerlng geen ander eftect zullen
kunnen hebben dan indruk te maken op
de kiezers, en dat dus Minister Kolkman
bij de behandeling van een zoo ernstig
en gewichtig staatsstuk hoogstens nuttig
zal kunnen zijn als verkiezingsagentl
En daarvoor staat zijne Excellentie veel
te hoog.
Houden wij eene rechtsche meerder
heid dan heeft de tegenpartij in Septem
ber a.s. geene reden meer, terwille van
de verkiezingspropaganda, obstructie te
voeren en zal men dus eene bezadigde
en zakelijke behandel'ng van het ontwerp-
Kolkman kunnen verwachten, wat voor
eene wet, die van zulke verstrekkende
gevolgen zal blijken, in het belang van
ons vaderland moet worden geëlscht.
Komt er eene Hnksche meerderheid,
dan zal het tariefontwerp vermoedelijk
wel niet dadelijk aan de orde worden
gesteld, maar dat zal zeker evenmin het
geval zijn, al heeft men van Paschen tot
half Mei den tijd met Algemeene Be
schouwingen nutteloos zoek gebracht.
Hoe men de zaak ook mag keeren of
wenden, het na Paschen nog in dit
zittingsjaar houden van Algemeene Be
schouwingen over het ontwerp-Kolkman
terwijl men er zeker van is, dat de tijd
voor ernstige behandeling ontbreekt is
een opofferen van een deel van den
nationalen tijd aan verkiezingspropaganda
en een dwingen van Harer Majesteits
regeering daaraan deel te nemen, wat
in strijd is met de meest elementaire
Benoit Gouvain, mijnheer, deelgenoot van
bet bankiershuis Francois Gonvain
Gy bewijst dezen schark te veel eer 1
barste Willy los, die zijn hart niet meer kon
bedwingen.
Hebt gij het geboord, Heinriob Sohlosz?
Ik noem n een, eerloozen schnrk, te meer
nog omdat eene weerlooze jonge dame bet
slachtoffer van nwen laster is geworden
Thans heb ik bet recht voldoening van
n te vorderen riep Henri op hoogen toon.
Hebt gy werkelyk den moed nw erbar
melijk leven voor nwe laagheid op 't spel te
zetten
Geene beleedigingen meer Gy znlt ze
met nw bloed moeten betalen
Bab, niets dan pocherij, waarvan elke
lafaard zich kan bedienen 1
Mynheer, ik doe een beroep op uw
rechtsgevoel wende Henri zich nu tot Gouvaio,
waarover zich deze heer ook jegens my moge
te beklagen te hebben, hy beeft geen recht
meer, mij te heleedigen of te beschimpen zoo
dra ik hem heb gezegd, dat de wapenen tus-
schen ons znllen beslissen. Dit znlt gij, hoop,
ik, niet tegenspreken.
Zeker niet.
Maar ik spreek het tegen, want ik beb
niet de minste zekerheid, dat gy werkelyk
tegen my in het strijdperk zult tredenant
woordde Willy met onuitsprekelijke verachting
in zyne stem. Wie staat er my borg voor
dat gy straks niet nogmaals de politie, znlt
beliegen om my achter slot en grendel te laten
zetten Gy zult reeds weten dat ik overmorgen
Parys moet verlaten, niets verhindert u, mi,
zoolang uit den weg te gaan...
Genoegviel Henri Duchatel hem met
alimmende woede in de rede. Denk over mij
zooels ge wilt, aan uw oordeel is my nietB
gelegen, maar bewijzen zal ik q, dat ik niet
de lafaard ben, waarvoor gij my hondt. Bin
nen een nnr zal mijn getuige bij u zijn, is
dat voorloopig voldoende?
Het is voldoende, nam nu Gouvaio voor
zyn opgewonden vriend het woord opik
wacht uwe getuige in het hotel van mijn vriend.
Welk hotel is dat? vroeg Henn.
Hotel de l'Europe, rue L«pelletier,
tweede verdieping, kamer nummer 54.
Ik dank u antwoordde Benri, met eene
lichte buiging, ik hoop dat ik mijnen vriend
nog thnis vind, mocht dit niet hut geval zijn,
dan zal ik niet rusten vóór ik hem gevonden
heb, maar dan zou ik een weinig geduld en
inschikkelijkheid moeten verzoeken.
Tot óp den joDgsten dag waarschijnlijk,
waarop alle geschillen zullen worden verefLnd
spotte Willy, die met koortsachtigen blik de
beweging van zijnen vriend volgde.
Maak u daaromtrent niet bezorgd, ver
volgde Henri Duchatel, terwijl hij hem een
verachtelyken blik toewierp, ik haat u te zeer
om af te zien van de kastijding, die ik u
ongetwijfeld zal toedienen. Hiermee kunnen
wy, dnnkt mij. ons onderhoud voor heden wel
als afgedaan bescbonwen, zegde hy nn weer
tot Gonvain.
Ik weet ook niet wat er nog te bespre
ken zou zyn 1
Nog eenmasl naderde Willy zijnen tegen
Btander, het was of ^by hem met zijne van
haat flikkerende blikken wilde vernietigen.
Als gij geen woord hondt, zal ik u we
ten te vinden, zegde hy op heeschen toon,
gij zult u dan niet behoeven te beklagen,
wanneer ik u aftuchtig, zooals een scbnrk bet
verdient.
Zooder antwoord af te wachten verliet hij
de kamer. Benoit Gonvain volgde hem.
Lang rustte Henri's blik op de deur, waar-
aohter de beide heeren waren verdwenen, bi
balde de vuisten, onverstaanbare woorden
ontsnapten aan zyne krampachtig bevende
lippen.
Don Qaicbot 1 zegde bij eindelijk en een
hoonend gelach volgde op deze woorden, uwe
dwaasheid zal u bitter berouwen I
Met do handen op den mg liep hij eeDige
malen met groote stappen het sierlijk gemeu
bileerd salon op en neer.
Het zou my misschien Diet moeilijk vallen
hem onschadelijk te maken, prevelde hy, eene
klacht by de politie ton voldoende zijn om
tot een onmiddelijk vertrek te noodzaken.
Maar,'dat kan ik niet doen, die Gouvain sou
mij dat als eene lafheid toerekenen, en weldra
zou myn naam op de boulevards een twijfel
achtiger bekendheid krijgen, waardoor al myne
schoone plannen verijd.ld zouden kunnen
begrippen omtrent de hoogheid, ook
van het Wereldlijk Gezag.
En wij_durven er gerust bij te voegen
ook met de waardigheid onzer Staten-
Generaal.
De >Standaard< is het met dit advies
om het ontwerp tariefwet Kolkman in de
ten einde spoedende regeeringsperiode
niet meer in behandeling te nemen, niet
eens en laat zich hierover in de volgende
woorden uit
Van meer dan één kant gaat 't ge
roep op, dat nu vanzelf het Tarief
toch een jaar later in de doofpot gaat.
Zelfs kan men zeggen, dat 't hierop
van Links met voorbedachten rade
wordt toegelegd. De obstructie, die
thans, in de Tweede Kamer reeds
zoovele maanden wordt volgehouden,
schijnt zelf in hoofdzaak door Tarief
schuwheid gemotiveerd te zijn. Het
spreekt dus wel vanzelf, dat de heeren
van de obstructie schier eiken dag hun
oor te luisteren leggen, of ook van
Rechts niet eindelijk een voornemen
wordt aanbevolen, dat Kolkman voor
heel deze vijfjarige periode schaakmat
zou zetten.
En heusch, er is in dit lokaas ge
beten,* en een enkele uit Rotterdam
riep ook van Rechts Van't jaar geen
Tarief meer 1
Dit nu verstaan we, vooral zoo een
Kamerlid zoo spreken gaat. Obstructie
te ondergaan is ..een hard gelach, te
meer daar het een kwaad is, waartegen
altoos nog geen kruid schijnt gewassen.
Erger nog, een kwaad waartegen ten
onzent nog zelfs de stootkussens niet
zijn aangebracht.
Ons Kamer-reglement is er op in
gericht, dat wie obstructie voeren wil
desvereischt heel de Kamer, met het
Kabinet incluis, in zijn macht heeft.
De groo'e fout is dan ook geweest,
dat de meerderheid in den aanvang
van deze vijfjarige periode het Regie
ment niet gewijzigd heeft. Men aeed
dit in Oostenrijk-Hongarije, en staat
daar nu iets sterker. Hier daarentegen
deed men niets. Slechts een kleine
wijziging is veel later, op voorstel van
Dr. Kuyper. doorgegaan, en dat hielp
iets. Maar de hoofdzaak toeft nog. En
wordeD, Da schimpbladen zonden de geschie
denis in hunne kolommen opnemen, de familie
L&cbard zoa er Tan hooren, neen, de zaak
moet nn worden afgemaakt.
Hy Btreek met de hand over bet voorhoofd,
en stond 6en geruimen tyd als in gedachten
verdiept.
Maar wat helpt al dat tobben zoo ver
volgde bij eindelijk zyne alleenspraak weer.
Er moet gehandeld worden, en wel dadelijk
Hortonse Lacbard wacht mij, men moet het
yzer smeden als het heet is 1
Hy bracht voor den spiegel haar en baard
in orde en nam zijnen hoed. Nadat by eemge
dooskens, die op tafel lagen, bij zich bud
geBtoken, liep hy de gang over naar de veel
eenvondiger ingerichte kamer, die door den
kapitein werd bewoond.
Pierre Laroche was jnist op het puut om
nit te guan zijnen hoed. stok en handschoe
nen lagen op tafel, by zelf stond met eene
fFsch en glas in de hand voor een openstaande
kas.
Ook een glas cognac r vroeg hy.
Ja, spoedig maar, dat zal mij misschien
weer in mijo bnmear terug brengen
Niet goed gelaitnd? lachte de Kapitein
Wat is er gebeurd? Heeft de waschvrouw uwe
kooppen weer Diet aangenaaid Ja ja, gij zult
wel moeten trouwen, als gij u om dergelijke
kleinigheden het harnas aantrekt.
Ja dat zonden zekere kleinigheden zijn,
hernam Henri hoofdschuddend, terwijl by het
glas aannam, maar ik heb mij geërgerd over
uwe politie.
Drommels, drink uw cognac toch uit,
mijn vriend, uwe hand beeft zoo, dat het glas
nog zal valleD. Onze politie duB? Wat heeft
zy misdaan?
Ze had dien Prnisischen ofhoier over de
grenzen moeten zetten
Dat zal wel reeds geschied afjo.
Neen. het is niet geschied, zegde HeDri
wrevelig Zoo even was hy hier om van u ev
van mij rekenschap te vorderen.
De kapitein draaide aan de punten van zyn
langen, borsteligen knevel, zag rijn ▼"end
vol verwachting aan en be^oa toen luidkeels
te laohnn.
Bjj my is b\j niet geweest, antwoordde
In de komende periode zal de anti-
obstructieve operatie met kracht zijn
door te zetten, ook al gaat er een
half jaar mee heen.
Maar hoe hinderlijk die door niets
getemperde obstructie ook zij, nood
mag men ze van onze zijde in de hanit
werken, en dit toch doet een leder
van Rechts, die op dit oogenblik raadt
de Tariefwet alvast op te bergen. Dit
toch is koren op den molen der ob
structiemakers.
Het kan zijn, dit geven we toe, dat
de obstructie er in slaagt feitelijk den
tijd geheel zoek te brengeD, en zoo
ten slotte de behandeling van de Ta
riefwet onmogelijk maakt en a?snijdt.
Reeds in de derde week van Mei gaat
de Kamer, in het stembusjaar gemeen
lijk, naar huis. Nog in Mei aan het
Tarief te beginnen, zou dwaasheid zijn.
Zeer wel kan men er dus op loopen,
dat ook onzerzijds een spaak in 't wiel
zal zijn te steken, en dan natuurlijk
geven we aan Links gewonnen spel.
Maar wat we in geen geval mogen
doeu, is, dan nu reeds van ónzen
kant voor uitstel van de Tariefwet te
gaan pleiten.
Op Rechts rust de plicht, om vol
te houden zoolang 't kan.
De Haagsche briefschrijver van >De
Tijd8 deelt mede, dat de Tariefwet heel
geen kans meer heeft om behandeld te
worden. Dat staat thans vast.
Als de Invaliditeitswet deze week af
komt, dan heeft de Kamer nog een week
noodig voor klein werk daarna vakantie
tot na Paschen
En na de Paaschvakantie is er nog
drie weken voor de Tariefwet. Veel te
weinig tijd. Dus...van de baan voor
loopig.
Openbare vergadering van den Raad
dezer gemeente op Dinsdag 25 Februari
des middags ten 2 uur.
Voorzitter Edelachtb. heer C. v. d.
Breugel.
hy, of kan ik hem nog verwuchten Myn
antwoord zal hem niet bijzonder bevallen I
Uwe aanklacht berost toch op waarheid
Dat hy Pruisisch officier is, of geweest
is, weet ik volkomen zeker, maur of hy hier
vertoeft om te spionneesen. dat is iets wat ik
niet zou knnDen beoordeeleD. In ieder geval
was one vermoeden niet ODgegiond, want bij
moet Parya overmorgen verlaten, dat zegde
by zelf.
Welnu, dan laat gy hem vertrekken 1
Ik zon het hem ook niet beletten, maar
de zaak heeft nn eene andere wending geno
men mijne eer is er bij bs'rokken, en gebiedt
my, dien kerel voor zyn vertrek Dog een
kuetijdiDg toe te dienen. Ik heb u, geloof ik,
verteld, dat ik reeds vroeger eens eeD kogel
met hem heb gewipseld, ging Henri Dochatel
echijnbuar onverschillig voort, het betrof toen
een joDge dame, die zich illusiën had gemaakt
welke ik Diet kon v.rwezenlyken. Eene olle-
daaRBche geschiedenis, aan de andere zijde
ontgóocbelmg
Ja, ik ken dat, viel hem do kapitein in
de rede. Die heer iz waarschijnlijk een bloed
verwant van die jonge dnme V
Neen, maar zij echynt hem tot haren
ridder te hebben uitverkoren, en hij laat zich
de rol van Don Quichot maar al te wel ge
vallen Ik heb a) zijne verwijten koel en
bedaard beantwoord, maar hij ging in zijnen
haat de grenzen der betamelijkheid te buiten,
waarom ik mij genoodzaakt zag hem uit te
dageD.
Hoe kunt ge zoo dwaaB zijü, zegde de
kapitein, ge bad hem de deur moeten wijzeo.
-- Dat zon ik zeker gedaan hebben, als hy
geen Paryzer bankier had meegebracht, met
wien ik ook rekeniDg moest bonden.
Hoe is de naam van dien bankier?
Gouvain.
Verduiveld, een nitstekend befaamd buis 1
hernam Laroche verrast. Dan begint de zaak
er werkelijk geheel anders nit te zien Was
hij bij de woordenwisseling tegenwoordig.
(Wordt vervolgd).