Nummer 38
Zondag 11 Mei 1913
36e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
lü/aalwi'jksclie Stoomdrukkerij Antoon Tielen,
Eerste Blad.
- PINKSTEREN
GEWROKEN!
Gemeenteiaadsvergadering
Dit nummer bestaat
uit DRIE bladen.
FEUILLETON.
BINNENLAND.
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieven, ingezonden stukken, gelden eci., franco te zenden aan
Uitgever.
UITGAVE:
den
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
i—
Advertbntiën 1—7 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel.groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 16 cent per regel.
te nemen, welke aan eene langzame
verdwijning van dien waan doen denken.
Hoe treffend is toch de overeenkomst
usschen onze „groote christelijke feest
agen" en de natuur 1 Met Kerstmis, als
Ie aarde getooid is met haar „armelijk
[leed" van dorre en verdorrende natuur-
ibjecten, komt ter wereld „het Kinde
ten, zoo arm en noodlijdend, dat het
tog niet heeft 'n kleed, om zich te dekken
n 'n bed, om op te rusten".
Met Paschen, als de verjongde natuur
weral nieuw leven toont, als zij opstaat
it haar verdoovenden winterslaap, is de
Qodmensch verrezen uit den dood, aldus
diet goddelijke almacht bevestigende het
nieuwe verbond.
Met Pinksteren, als de boomen prijken
met vruchtbelovende kroon, wanneer
Dver de natuur als 't ware gekomen is
Ie vervolmaking van hetgeen Paschen
leloofde, ontvangen de Apostelen den
1. Geest en wordt ook aan hen vol-
rokken, wat de Goddelijke mond met
'et Paaschfeest versprak.
Ziedaar, wat men zou kunnen noemen,
e philosophic van deze analoge ver-
shijnseien.
Helaas, bij velen, zeer velen zelfs, is
eze beschouwing ontaard in een een-
'ijdigen gedachtengang. Zij zijn, wijl zij
liet gepeild hebben de diepte van deze
nalogie, blijven hangen aande
latuur en hebben de bovennatuurlijke
leteekenis van deze dagen als christelijke
eesttijden geheel uit 't oog verloren.
Vooral in dezen tijd, waar met steeds
uider stem weerklinkt, dat de Kerk den
'ooruitgang van de beschaving, van
:unsten en wetenschappen in den weg
taatwaarin derhalve geloochend wordt
e groote wetenschappelijke en hooge
edel ijke beschavingszending, die de
terk door de zending van den H. Geest
'P 't eerste Pinksterfeest ontving.
En toch vallen er zoo nu en dan verkla
ingen te beluisteren en daadzaken waar
Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN.""
Dat bad reeds lang geleden moeien ge-
learen, misschien is het nu reeds te laatdaar-
oor 1 Hij is uit Dnitschlaud hier gekomen,
aar heeft bij zich ook een geruimen tijd op-
ehonden misschien is hij te Marseille zelf
u 't geheel niet bekend
Drommels Maar hij zelf moet de noodige
dressen opgeven, waar men naar hem kan
nlichtingen vragen, antwoordde de kapitein,
ie zich ook eanigszins begon op te winden.
Wanneer hij de hand verlangt van Ln-
hard's dochter, dan moet bij het zich ook
aten welgevallen, dat men onderzoek doet naar
lijn verleden en naar zijne omstandigheden,
to als hij, zooals gij vermoedt, te Marseille
^Dbekend is. dan...
Wij willen hopen, dat alleB neg gord zal
floopen, viel Gouvain hem in de rede, terwyl
ij voor 't huis van den juwelier bleven staan;
houd Lacbard voor een verstandig man,
'an wien men kan verwachten, dat hjj n et
n overijling een besluit zal nemeD.
Kvenwel beschouw ik het als mijn plicht, hem
e waarschuwen, als gij dit ten minste niet
»ilt doen.
Daar de kapitein hierop geen toestemmend
ntwoord gaf, giDg Gouvain met hem bet hnis
innen. Zoodra beide heeren in den winkel
wamen, zagen zy, dat de oude M. Lacbard
iet iu zijn gewone kalme stemming was.
Dnivels, men zou bijna gelooven, dat u
»ts onaangenaams was overkomenzegde
e kapitein, terwijl hy een vroolyken, schert
seden toon aansloeg, nooit heb ik u zoo on
lustig en somber gezien
En niet zonder reden, antwoordde de
iwelier met een bezorgden blik op de deur
sn de zijkamer; er worden gebeurtenissen
Gaan we terug tot de gebeurtenis
welke we heden herdenken, tot dien
tijd toen Christus in die eenvoudige
visschersmannen eene zielegrootheid
wrochtte en een intellectueele kracht,
welke der wereld eene geestelijke her
nieuwing schiep, welke van die vrees
achtige mannen helden maakte, die met
een glimlach op 't gelaat en den jubel
zang op de lippen de vreeselijkste marte
lingen ondergingen.
Wie kon hier nog twijfelen aan eene
goddelijke kracht, door wier inwerking
twaalf eenvoudige mannen werden we
reld-hervormers, trotseerende alles en
allen;- door wier inwerking eene Kerk
gesticht werd, omvattende den geheelen
wereldkloot en toch feitelijk slechts rus
tende op twaalf menschenschouders
Welk een machtig imponeerend voor
beeld voor elk klein begin, zijnde het
embrio van eene grootsche en edele
zaak
Welk een heerlijk lichtpunt voor elk
menschenbestaan in 't bijzonder en de
geheele maatschappij in 'talgemeen staan
de voor 't begin eener taak, wier vol
voering zwaar en moeilijk lijkt
En toch.... beschouwt men de tegen
woordige maatschappij, nadat twintig
eeuwen Christus' Kerk de wereld heeft
beïnvloed, overvalt ons dan niet een
ondeelbaar oogenblik een sceptisch ge
voel dat bange twijfel zou doen wortel-
schieten in onze peinzende ziel
Golft, ja bruist er niet over de wereld
een wilde strooming van heidensche
ideeën, die we kunnen belichamen in
„Ben ik mijns broeders hoeder?" „Le
vensgenot is zingenot?" en „Stoffelijke
winste is de winste Zien we niet eene
geheele natie zich afwenden van dat
wat haar vroeger zoo dierbaar was
Christus' Kerke en de verbreiding van
deze Hooren we niet eene levensleer
verkondigen, die de anarchie en den
doodslag tot haar innerlijkheid stempelt?
Het was, om te wanhopen, als daar
niet naast stond, een kern van hen, die
nog trouw aanhangen dat, wat de H.
Geest op Pinksteren ons bracht, die in de
thans vaak bovendrijvende wereldstroo-
voorbereid, waarvan ik nu nog niets mag
verraden. Weest zoo goed bij de dames in het
salon te gaan, binnen een kwartier zal ik by
n zijn. Neen, niet daarheen, vervolgde hy snel,
toen Laroche de kamer wilde binnengaan, de
dames zyn boven in't salon gij zult daar zeer
welkom zijn
Is M Duchatel ook boven 1 vroeg Gon-
vain.
Neen, maar ik verwacht hem.
En gij zult hem ook uitnoodigeu boven
te komen?
Denkelijk niet.
Gy moet my een bepaald antwoord geven,
mynheer Lachard, zegde Gouvain met moeilyk
bedwongen kalmte, want ik zou hem niet gaarne
ontmoeten. Gij znlt u herinneren, dat ik u
voor hem heb gewaarschuwd, ik kan die
waarschuwing niet ernstig en dringend genosg
herhalen.
Die herhaling is overbodig, mynheer
Gouvain, viel Lachard hem in de rede, want
't is mij intusschen op overtuigende wyze
gebleken, dat uwe waarschuwing zeer ge
rechtvaardigd was. Mag ik nu de heeren ver
zoeken
Een hoffelijke beweging met de hand vo'-
tooide den laatste volzin beide heeren verlie
ten deu winkel en gingen den trap op, die naar
bet salon leidde.
Frederic Lachard kruiste de armen over de
borst en liep met zichtbaar klimmend onge
duld in zijn winkel op en neer.
Een onaangename toestandmompelde
hij Als Duchatel voor den Braziliaan kwam
zou ik niet weten, wat ik moest beginnen!
Zoodra bij mijn afwijzend antwoord-verneemt,
waarmee ik niet heel lang kan dralen, zal bij
misschien onmiddelyk zijne diamanten terag
verlangen en zich uit d> voeten maken, want
dan heeft hy er volstrekt geen belang by,
hier nog langer te blyven. Intusschen, hoe de
zaak ook moge afloopen, ik zal van dien ge
vaarlijken man ontslagen zyn en dat is voor
my de hoofdzaak.
Op dit oogenblik trad Dirlam binnen met
bet gewone vriendelijke glimlachje op de lippen.
Alles in orde vroeg hij zacbt.
Twee politieagenten wachten daar in
de kamer op uwe bevelon, antwoordde La
ming zien een periode-verschijnsel, dat
wel eens meer de wereld beroerde, doch
dat telkens bleek te zijn eene beproeving
der menschen gemeenschap waaruit weer
langzaam opbloeide het werk der twaalf,
ook begonnen in een wereld van top
zwaar heidendom en toch doorgedrongen
tot den kern van alle natie's en volken.
Neen voor ons, christenen, die met het
Pinksterfeest gedenken de zending van
den H. Geest van Waarheid over de 12
helpers van den Goddelijken Stichter
der Kerk, zijn alle verdere verklaringen
overbodig. Wij gelooven aan den verheven
zin van dit H. Feest en hopen, voor
gelicht door dienzelfden H. Geest, een
maal te komen in dat Rijk, bereid voor
al degenen, die van goeden wille zijn.
In deze hooge beteekenis zij U dan allen
toegewenscht
EEN ZALIG PINKSTERFEEST
DUSSEN.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Vrijdag 9 Mei des
middags ten 3 uur.
Voorzitter Edelachtb. heer van House-
wijk.
Ongeveer 3,10 uur opent de Voor
zitter de vergadering, aanwezig zijn alle
leden.
De notulen vaa de --Tige vergadering
worden na voorlezing onveranderd goed
gekeurd en vastgesteld.
Aan de orde
1. Onderzoek der geloofsbrieven van
het nieuw gekozen raadslid van Krimpen.
Voorzitter. De heeren van Beurden
en Leemans benoem ik tot leden van
de commissie van onderzoek.
Tijdens dit onderzoek schorst de voor
zitter de vergadering.
Na heropening zegt de heer Van Beur
den dat alle stukken in orde zijn be
vonden.
Daarna wordt tot toelating besloten.
2. Af- en overschrijving op de ge
meente begrooting dienst 1912.
Na voorlezing hiervan door den secre
taris merkt de heer van Beurden op,
dat de post verblijf van politie met meer
dan de helft is verdubbeld.
Voorzitter- Dat komt doordat we ze
bard, met een zucht van verlichting, ik vrees
de reeds, dat gij te laat zoadt komen.
Die vrees was ongegrond, ik had nog oenige
beschikkingen to maken on dit beeft mij zoo
lang opgebonden, maar ik ben toch vroeg
genoeg bier, het is nog geen twaalf ure. Waar
is uwe familie
Op de verdieping hierboveD.
Heeft niemand eenig vermoeden?
Neen, de heeren Laroche en Gouvaio
zijn bij de dames ook zij hebben ge n ver
moeden van betgeen bier geschieden zal.
Goed, zegde de Braziliaan, ik zal nu ook
in deze zijkamer gaankomt Duchatel, dan
moet gij het er op aanleggen, dat hij de dia
manten terng»ischtik wacht slechts op dat
oogenblik om binnen te treden Vraagt bij
niet naar de steenen, dan biedt gy ze hem aan,
of zijt gij nog niet besloten geheel met hem
af te breken?
Hoe kunt gij daaraan nog twyfelen Ik
geef n de oprechte verzekering, dat ik hem thans
vrees, en reeds daarom alleen zoh ik wenschen
dat gij reeds gisteren de aanhouding had doen
plaats hebben. Wanneer bet n eens niet ge.
lukte, hem gevangen te nemen en dien ge
vaarlijken kerel in den nacht mijn hnis bin
nendrong.,.-
Dat is wel bet laatste, waarvoor gij te
vreezen bobt, viel Dirlam den onden heer in
de rede mocht het hem werkelyk galakken
ons nog te ontsnappen, wat niet is te ver
onderstellen, dan zou by Parijs onverwyld
verlaten, want hij zou dan weten welk lot
hem bier wacht 1 WeeB niet bekommerd als
bij niet is gewaarschuwd, zal hij bier komen,
en qIs dat gebeurt zullen wij wel maatregelen
nemen dat hy ons niet ontloopen ban.
Op dit oogenblik worden buiten snelle schre
den geboord, de Braziliaan snelde naar de zijka-
ruer, waarvan hy de dear niet geheel toedeed
'n minuut later trad Duchatel den winkel binnen.
De juwelier stond achter de toonbank, bij
drukte onbemerkt op den knop eener elee—
trische geleiding, waardoor de winkeldeur
onmiddellijk gesloten werd.
Duchatel bad dit niet gezien, hy zette zijn
hoed op de toonbank on draaide aan de punten
van zijn knevel, terwijl zyn blik vol onge
duldige verwachting op Lacbard's gelaat was
met de zigeuners dikwijls hebben noodig
gehad
Bij de post onkosten brandspuithuisje
vraagt de heer F. v. d. Pluijm of er een
dagelijksche opzichter bij is.
Voorzitter. Vooreerst niet.
Van de Koppel Eén man is er aan
het werk. De opzichter zou dan nog
meer kosten dan het geheele werk.
3. Vaststelling algemeeue plaatselijke
politieverordening.
Na voorlezing van de lange veror
dening zegt de heer L. v. d. Pluijm, dat
de bepaling van de dammen in de sloo-
ten voor de vlaswerkers, lastig is.
Van Beurden. Ik ben niet met dat vak
op de hoogte, doch ik zou de industrie
die we hier nog hebben, 't niet lastig
maken.
De Wilt. Die wordt het niet lastig
gemaakt.
Voorzitter. Ze verontreinigen het water
van de Dussensche Gantel zoo vreeselijk,
dat het onmogelijk zoo langer kan blijven
voortduren.
Van Steen. Kan er geen tijd bepaald
worden hoe'lang de dammen nog moe
ten blijven liggen, 't Is te doen tot al
het vuil is gezonken.
Voorzitter. Dat moet minstens twee
maanden zijn. Ik heb ze nu dikwijls ge-
noeg gewaarschuwd, doch altijd zeggen
ze, dat de kinderen het gedaan hebben.
Na nog eenige discussie wordt beslo
ten in de verordening op te nemen, dat
gedurende twee maanden de dammen,
nadat het vlas uit de sloot is gehaald,
moeten blijven.
Hierna wordt de verordening vastge
steld.
3. Ingekomen stukken.
a. Schrijven van den Inspecteur der
posterijen en telegraphie houdende ver
zoek om, naar aanleiding van het verzoek
om in den polder een publieke telefooncel
in het hulppostkantoor te plaatsen, te
willen opgeven met welke plaatsen het
meest wordt getelefoneerd.
Wordt besloten op te geven Dordrecht,
Rotterdam, 's Hage en Antwerpen.
Hierna gaat de raad over in geheim
comité ter behandeling van
4. Vaststelling Hoofd. Omslag voor
het dienstjaar 1913
gevestigd.
Ik hoop dat gij eene aangename mede-
deeling hebt te doeD, zegde hij met bevende
stem.
Helaas niet, ontwoordde Lachard hoofd
schuddend met eene poging om den
gloeienden blik. die nitvorechend op hem
rustte, te ontwijken Hortens kan niet be
sluiten u het jawoord te geveD.
Vergeef mij, maur ik kan dit niet ge
looven
Wat geeft u het recht, daaraan te twy
felen
De woorden, die Hortense gisteren tot
mij sproken heeft
Zij heeft u slechts gezegd, dot zij be
denktijd verlangde tot heden.
En z\J liet daarbij doorschemeren, dat ik
op haar jawoord mocht hopen
Ondanks dot zult gij haar toch niets
kannen verwijten, wanneer die hoop niet wordt
vervuld, zegde Lachard. die nu weer vol
komen kalm was. Reeds uit de omstandig
heid, dat zij u niet dadelijk een beslissend
antwoord gaf, hadt gy kuunon afleiden, op
welke zwakke gronden owe boop was gobonwd.
Heuri Dnchut 1 beet zioh met toenemenden
wrok op d» onderlipeen boosoardigen blik
straalde hem uit de half gesloten oogen.
Ed de redenen voor die afwijzing, vroeg
by, zonder zijn wrevel t- verbrengen.
Gij znlt van eene jonge dame toch geen
redenen verlangen, antwoordde de jawelier.
In dit geval zeker, want ik meende de
overtniging te mogen koesteren, dat mejaf—
vrouw Hortense mijne gevoelens beantwoord
de En dos ben ik zoo vry. aan te dringen
op een onderhoud met uwe dochter, te meer
omdat gij alleen gisteren eenige bedenkingen
tegen mijn bezoek hebt gemaakt. Deze beden
kingen kunnen mijnerzijds gemakkelijk worden
weerlegd en opgeheven.
Het zon noodelooze moeite zijn, M.
Duchatel, viel de jawelie.- hem koel in de
rede, mijne dochter heeft geheel vrij willig eene
beslissing genomen, zy zal by haar besluit
blyven.
En gij vroeg Dnchntel. met een gelaat
gloeiend van toom.
Gy zult toch niet van my verlangen.
Roode Kruis.
Bij Kon. Besluit van 5 dezer is aan
de doctoren, verplegers enz., die aan
de Balkan-ambulances deelnamen, de
medaille van het Roode Kruis verleend.
De bij de uitoefening van zijn taak over
leden sergeant W. P. Braam zal even
eens worden ingeschreven in de regis
ters der medaille van het Roode Kruis.
De verschillende onderscheidingen
werden hun uitgereikt in de vergadering
van het Roode Kruis, die gisteren werd
gehouden. De voorzitter hield daarbij
een hartelijke toespraak. Aan de regee
ring zal worden aangevraagd, aan deze
medaille, als herinnering aan den Bal
kan-oorlog, eene gesp te verbinden. Deze
zal op het lint der medaille worden ge
dragen en tot opschrift hebben»Balkan
1912-1913*. Dr. Bierens de Haan dankte
namens de ambulances.
's Avonds bood het garnizoen van
Den Haag een feestavond aan. Ook
eenige heeren van de ambulances van
1870 en 1900 waren aanwezig. De Ko
ningin en de Prins woonden den feest
avond bij. Het Nederlandsch Tooneel
voerde een dramatische schets op, onder
officieren gaven gymnastiek en Roode
Kruis-oefeningen. Ter nagedachtenis van
verpleger Braam zong de zanger Van
der Stap het lied >Gevallen, zijn roeping
vervuld*, dat door het Koninklijk Echt
paar en alle aanwezigen staande werd
aanhoord. De feestavond eindigde met
een apotheose. In de Pauze onderhielden
de Koningin en de Prins zich met eenige
hoofden der ambulances, terwijl na
afloop alle doctoren, verpleegsters en
verplegers werden voorgesteld.
Het Koninklijk Echtpaar was zeer
hartelijk, drukte alleu de hand en deed
belangstellende vragen.
Tariefivet
In een verslag in de >Haarl. Ct.« van
een redevoering, door het Christ.-Histo-
risch Kamerlid, den heer Snoeck-Henc-
kemans, te Beverwijk gehouden, lezen
wij, dat de heer S. H. zich vrijhandelaar
verklaarde.
En dan volgt
>Een sterk protectionistische tariefwet
dat ik mijn bind tegen haren wil tot een
huwelijk zal dwing m?
Gij ontwijkt myne vragen, gij wilt de
redenen niet noemen, die n en inejoffronw
Hortense bewogen hebben, my een afwytend
antwoord te geven. Uwe hooding jegens mjj
is sedert de verloving van kapitein Laroche
met mevrouw Colombo geheel veranderd, mis
schien hebben ook de bezoeken van M Gouvain
daartoe bijdragen. Gy zoudt zeker eerlykor
bandelen, door my de waarheid te zeggen
wuurdoor ik in etaat zon zijn, mij tegen den
laster van welken aard ook, te verdedigen,
ging Dncbatel voort, terwyl by boog het hoofd
oprichtte; ik heb het recht dit te verlangen,
opdat ik den lasteraar onder de oogen kan
treden en hem kan overtuigen van lengen
Waarom a met vermoedens te kwellen
antwoordde Lacbard, die thans ongeduldig
begon te wordeo. Gij moet u met bet afwyzend
antwoord, dat n is ten deel gevallen, verge
noegen het recht, naar de redenen daarvan
te vragen, kan ik u niet toestaan.
Ha hiermee hebt gy tevens ook de
verbreking van onze vriendschap uitgesproken
zegde Dncbatel op beescben toon. Gy znlt
begrijpen dat ik nu deze volkomen ongerech*-
vaardigde en voor my diep beleedigende be
jegening uw huis niet meer kan betreden
Ik geloof, dat het voor ons alleen ook
slechts pijnlijk zon zijn.
Zeer juist, om dit te bewijzen zyn woor
den overbodig, ik zon das ook genoodzaakt
zijn mijne diamanten terng te vragen, maar
daar ik mag veronderstellen, dat gy reeds met
de bewerking daarvan begonnen zyt, stel'ik u
voor, de steenen over te nemen en my de
waarde uit te betalen of eene aanwijting op
uwen bankier te geven.
Frederic Lacbard had reei^ eene schuif
geopend en er de juweeldoosjes nitgenomen,
terwijl by weigerend het hoofd schudde.
Het spijt mij dat ik dat voorstel niet kan
aannemen, zegde hy schouderophalend. Ik heb
nog znlk een groot aantal steenen in voorraad,
dat ik nog langen tijd van nienwe aakoopen
moet afzieD.
(Wordt vervolgd.)
De Echo van het Zuiden,
Waalwyksciie ui liangslraalsclif Courant,