Nummer 76
Zondag *21 September 1913.
36e Jaargang
Tweede Blad.
Staatsbegfooting van 1914.
n
Cf,
1.
Gemeenteraad.
Ingezonden Stukken.
3D1S
Financleele nota.
Omtrent den afloop van de twee vorige
dienstjaren blijkt, dat het dienstjaar 1911
opleverde een nadeelig saldo op den
geheelen dienst van t 2.886.929.50 en
een voordeelig saldo op den gewonen
dienst van f 2.519.743 01, hetgeen gun
stiger is dan ten vorigen jare werd ver
wacht, resp. f 1.829.710.61 en
f 1.925-555.1 l'/a. een flevolg van meer
dere ontvangsten van 33/4 ton en van
het feit, dat de gewone uitgaven l'/2
millioen beneden het voorloopige cijfer
bleven, doordien tenslotte op hoofdstuk
Marine van 1911 16 ton minder werd
uitgegeven voor schepenbouw.
mDe totale dienst 1912 zal volgens de
voorloopige gegevens een tekort ople
veren van f 18.381.118.94'/a» doch de
gewone dienst een overschot van
f 1.244 853.77. Dat het gewone tekort
voor 1912, aanvankelijk geraamd op
f9.216.135 40 tenslotte een overschot
werd, is voor f 1.414.000 het gevolg van
de tijdelijke heffing van opcenten op de
vermogens- en bedrijfsbelastingen en
van het overtreften van de raming der
middelen met f 8.806.000.
eDe 20 jaren 1893—1911 gaven een
tekort van f 40.287.235.58, onderschei
den in voordeelig saldo gew. dienst
f 22.443.O93.64V2 eo nadeelig saldo bui
tengewonen dienst f 62.730.329 221 /2.
Ook deze cijfers geven echter nog een
te gunstig beeld, omdat de ontvangsten
wegens spoorweghuur geheel als gewoon
zijn beschouwd, terwijl in die cijfers niet
begrepen is het voor Indië geleende
bedrag in 1905, welke leening op 1
1 September jl. nog per saldo bedroeg
f 38.563.400.
Omtrent de uitkomsten voor het dienst
jaar 1913 worden nog slechts eenige
Vermoedens geuit.
Het tekort gewoon werd geraamd op
9 millioen 9 ton, dat per saldo daa'de
op 9 millioen 7'/2 ton. Door de opcën-
tenheffing daalde dit nog verder tot 8
millioen 3 ton.
Het buitengewone accres der middelen
geeft alle reden om te verwachten, dat,
fcj niettegenstaande de talrijke suppletoire
aanvragen, de gewone dienst van 1913
met een overschot zal sluiten
Begrooting 1914.
De uitg. zijn geraamd op
f 253.345-818.34, waaronder aan buiten
gewone f 20,953,500 blijft voor gewone
232.392.218 34.
Vergeleken met de begrootingen voor
1913 is dit een verm- van t 21.848.988.02,
voor den geheelen dienst eu
f 14.027.390.52 voor den gewonen
a\ Hoogere ramingen komen o.a. voor op
V Justitie
§1 van f 181.129 voor hoogere kosten van
het Rijkstucht- en opvoedingswezen van
f 24,575 wegens tractementsverbetering
van de Rijksveldwacht.
Binnen 1. Zaken:
ft van f 1,300,950 ten laste van het lager
fti^ onderwijs, waaronder Rijksbijdragen aan
het bijzonder onderwijs f 410,000idem
aan het openbaar onderwijs f 105,000,
tegemoetkomingen aan onderwijzers (Wet
1913) 5 ton.
Meer wordt gevraagd voor Volksge
zondheid en Armwezen f 293,400, voor
het nieuwe Rijkskrankzinnigengesticht te
Woensel f 304.000.
Marine:
van f 385,163 voor militaire en f 361.275
voor niet-militaire uitgaven.
Ten laste van de afdeeling personeel
der zeemacht komt f 368,979, o.m. als
gevolg van de positie-verbetering der
zee-officieren.
Materieel der zeemacht is f 289,832
|5l lager geraamd voor nieuwe schepen
wordt minder aangevraagd f 625,525.
De stijging der niet-mihtaire uitgaven
komt voor f 337,469 ten laste van het
G loodswezen.
Nationale Schuld:
f 598,500 meer voor amortisatie.
Financiën:
In de meerdere uitgaven is begrepen
f 194 327 voor de administratie der
directe belastingen, ter uitbreiding van
personeel, periodieke traktements-ver-
hoogingen, alsmede instelling van twee
nieuwe belasting-kantoren, één te 's Gra-
venhage en één te Utrecht.
Oorlog.
Het hoogere eindcijfer is voor 6 ton
het gevolg van het uittrekken van een
bijdrage aan het Fonds voor Kustver
dediging, welk bedrag ten vorigen jare
van de aanvankelijke begrooting werd
teruggenomen. Dat na aftrek daarvan
het cijfer van de toeneming nog
f 1,285,193 bed aagt niettegenstaande
ditmaal van de 4 millioen 4 ton welke
verdeeld over vier jaren zullen besteed
worden voor aanvullingen van de leger-
uitrusting, ditmaal slechts f 671.200 wordt
uitgetrokken is het gevolg van ver
schillende aanvragen, o.a. ten bedrage
van f 88,000 voor uitbreiding van het
aantal verlofs-otficieren, f 140,000 voor
positie-verbetering van non-combattanten
f 50,000 voor de Luchtvaartafdeeling.
Waterstaat.
De stijging der gewone uitgaven komt
voor f 1.054.022 voor rekening van de
posterijen, waarvan o.a. f448.433 voor
personeel. Voorts is verhooging het ge
volg van het meerulttrekken van f969.796
voor kosten van den Waterst. (waaronder
2 ton voor het Wilhelminakanaal, 1 ton
voor verbreeding van het buitenkanaal
te IJmuiden en 1 ton voor het kanaal
van Terneuzen) en van f616.300 voor
de afdeeling Spoorwegen o.a. wegens
hoogere raming ad 1 ton van het station
te Deventer.
Landbouw Handel en Nijverheid.
Gewone uitgave zijn in de eerste plaats
hooger, doordat voor exploitatie-uitga
ven der Staatsmijnen f 1 455 400 meer
wordt aangevraagd en voorts dat. f
2.830.000 moet worden geraamd voor
de uitvoering van de artikelen 369 en
370 van de Invaliditeitswet.
Voor de tentoonstelling te San Francis
co is f 290 000 meer geraamd
Voor 1914 wordt geraamd: Geheele
dieDst in uitgaaf f253 345.818.34, in
ontvangst f228.415 617. latende een te
kort van f24:930.201 34. Gewone dU nst
uitgaaf f232 392 218.34. in ontvangst
ft
van
nne
mda
ider
larn
441
Met de kosten van artt. 369 en 370
der Invaliditeitswet is bij de begrooting
reeds tekening gehouden.
De belastingen.
De noodige middelen wenscht de re
geering te verkrijgen, le, uit de invoering
der voorgestelde inkomstenbelasting in
het aanhangige ontwerp, waarvan de
Minister echter eenige wijzigingen wenscht
te brengen.
Tevens wenscht hij de vermogensbe
lasting te wijzigen, teneinde de onroe-
«ende goederen in aanmerking te brengen
«naar de werkelijke waarde, iostede van,
gelijk thans, naar de belastbare opbrengst
Met het oog op den toestand van s lands
financiën dringt de Minister op spoedige
afdoening van deze aangelegeöheid aan.
Bij invoering der Inkomstenbelasting op
I Mei 1914 berekent hij een reductie
van het tekort tot ongeveer 3 millioen
gulden.
Mocht de Inkomstenbelasting niet met
genoemden datum zijn ingevoerd, dan
zal bestendiging van de tijdelijke 10
opcentenheffing op de vermogens- en
bedrijfsbelasting moeten worden voor
gesteld. Verdere dekking van het tekort
moet dan gevonden worden uit hetgeen
de verhoogde accijnstop het gedistilleerd
in 1914 vermoedelijk meer opbrengt daD
f25.200.000, te schatten op ongeveer
3 millioen 6 ton
2e. door uitbreiding der progressieve
heffing, in de successiebelasting met
wegneming van onregelmatigheden in
het progressieve heffingstarietverder
door de schenkingen en die bevoordee-
lingen des doods, welke thans als niet
uit den boedel van den overledene ver
kregen, niet aan de successierecht te
onderwerpen, waardoor o.m de uitkee-
rlngen bij overlijden krach'ens leveis-
ve>zeketiogscontracten daaronder vallen
De daardoor te verkrijgen hoogere op
brengst is voorshands nog niette bepalen.
f218 014 737, latende een tekort van f
14.377.481.34.
Tekort.
Door besparing, gesteld op 1 millioen
7 ton in mindering te brengen van het
vermelde tekort word het geraamde te
kort op den gewonen dienst van 1914
teruggebracht tot f 12 677.48 L.34
De Minister van Financiën meent, dat
bij het bestaan van een zoo aanzienlijk
tekort, de toestand van 's lands finaniën
verre van rooskleurig is te noemen.
Wel wordt verwacht, dat met het oog
op den bloeiende toestand van landbouw
nijverheid en handel, dat het tekort tot
ongeveer de helft zal worden terugge
bracht, doch ook dan blijft nog ruim 6
millioen aan uitgaven ongedekt over en
zeer waarschijnlijk zullen later nog sup
pletoire credieten moeten worden aan
gevraagd.
Noodzakelijk is dus, dat de meest
mogelijke zuinigheid zal moeten worden
betracht, en dat, onafhankelijk van de
sociale hervormingen, in de Troonrede
aangekondigd, reeds dadelijk maatrege
len moeten worden beraamd om tot een
herstel van het financieel evenwicht te
geraken.
Is derhalve versterking der middelen
reeds een onafwijsbare eisch, toch meent
de Minister, dat de minder gunstige fi
nancieel e toestand geen reden mag zijn
om, de invoering der zoo hoog noodige
sociale maatregelen op te schorsen. Uit
een zeer voorloopige raming van de ver
moedelijke kosten welke de voornemens
der regeering in zake ouderdomsverzor
ging en sociale verzekering met zich zul
len brengen, blijkt, dat de kosten van
de in de Troonrede aangekondigde ou
derdomsrente, met inbegrip van de renten
krachtens artt. 369 en 370 van de In
validiteitswet, op omstreeks 9 millioen
gulden worden begroot.
Door vereenvoudiging van de Invali
diteitsverzekering en dientengevolge be
perking van de Invaliditeitsrenten tot een
noodzakelijk minimum moet hetgeen bo
ven ^iit minimum noodig zal zijn volgens
de pilannen der regeering door vrijwillige
verzekering worden gevonden. Met voor-
stell.en tot aanmoediging daarvan wacht
de r egeering tot na herziening der Inva
liditeitswet. Daar deze herziening de ver
mindering der administratiekosten en
door het uittrekken der verleende
ouderdomsrenten op de jaarlijksche be-
gfrooting vertrouwt men, dat de Rijks
bijdrage tot omstreeks de helft kan
v/orden verminderd. Voor deze kosten
z,al ongeveer 14 millioen noodig zijn.
KAATSHEUVEL.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Donderdag 18 Sep
tember des voormiddags ten 10 uur.
Voorzitter Edelachtbare heer Van Be-
souw.
Klokslag 10 uur opent de Voorzitter
de vergadering; afwezig zijn de heereo
Teurlings en Daleu-
De notulen van de vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd goed
gekeurd en vastgesteld.
De heer Rijken vraagt naar aanleiding
van eene in de vorige zitting gehouden
discussie of de heer van der Horst, hoofd
der school te Loonschendijk f 1250 sa
laris heeft of f 1225, waarop de Voor
zitter antwoord dat dit f 1225 is.
AAN DE ORDE:
1. Vaststelling rekening 1912.
Voorzitter. Mag ik den rapporteur
verzoeken verslag uit te brengen.
De Bresser. De commissie heeft de
rekening onderzocht en geene aanraer
kingen gevonden en stelt voor de reke
ning voorloopig aldus vast te stellen.
Met algemeene stemmen wordt daartoe
besloten.
2. Ingekomen verzoek van het Comité
ter viering van het oaafhankelijkheids-
feest.
Uit het adres, dat door den Voorzitter
wordt voorgelezen, blijkt dat het comité
f 300 subsidie vraagt. Zij wijst er op dat
dit heugelijk feest tot in de kleinste vlek
van ons land wordt herdacht, dat eene
bloeiende gemeente als Kaatsheuvel dus
niet ten achter mag blijven- Buitendien,
alle menschen wenschen een feest en het
organiseeren van een feest kost veel geld
Een optocht zal worden gehouden be
nevens een kinderfeest. F.n waar er hier
ongeveer 1000 kinderen zijn, moet men,
wil men slagen, eene subsidie van de
gemeente krijgen
Voorzitter. Heeft een der heeren van
het Comité hieraan soms nog iets toe
te voegen.
Van den Heuvel. Mij dunkt dat het
bedrag, wat de commissie vraagt, niet
overdreven is, vooral nu zij zegt dat
voor dat bedrag een kinderfeest zal wor
den worden gehouden. Rekent men dat
er 1000 kinderen zijn, dan is het per
hoofd nog niet veel.
Voorzitter. De groote kwestie is voor
het Dag. bestuur geweest onze slechte
finantieele toestand. De post onvoorziene
uitgaven is niet toereikend. Gelukkig
echter hebben wij dit jaar een buiten
kansje gehad. Het marktgeld n.l. heeft
ruim f300 meer opgebracht als op de
begrooting is geraamd. Dit komt door
dat de staanplaatsen op de kermis meer
hebbeD opgebracht en het laat zich aan
zien dat dit een volgend jaar nog meer
zal worden. Van die post zal de subsidie
dus kunnen worden gegeven.
Wethouder Teurlings is ziek, zoodat
wij het met z'n beiden hebben afgewerkt
In onze vergadering merkte Wethouder
Vester op, en m. i- zeer terecht, dat in
Loon-op-Zand waarschijnlijk geen feest
zal worden gehouden, doch dat hij niet
temin gaarne zag dat de kinderen daar
ook van die subsidie proftteeren, dat ze
ook daar een klein feestje kunnen heb-
hen.
Wat mij betreft, ik voel er ook veel
voor dat al de kinderen uit de gemeente
daarvan een feestje hebben. Of Loon-
op-Zand feest viert of niet doet niets
ter zake, als er vandaag of morgen een
commissie wordt opgericht dan vieren
ze ook feest en dan zullen ze 'ook en
me' evenveel recht bij den raad om sub-
sidh aankloppen.
Het komt mij voor dat wij ons op een
zuiver terrein moeten stellen. Wij advi-
seeren den raad f 300 subsidie te geven
dat het comité kopsgewijze de kin
deren moet bedeelen, dat kan door
een bedrag aan de betrokken hoofden
te staao, die dan voor de kinderen
een feestje kunnen organiseeren. Er zijn
hier met de bijzondere scholen mede-
gerekend ongeveer 1100 kinderen. Daar
gaan er weer 132 af die in andere ge
meenten wonen. Op de school in den
Loonschendijk gaan er al heel veel van
buiten de gemeente-school en het gaat
niet aan die kinderen mede feest te laten
vieren, die hebben het in hun eigen ge
meente reeds gehad.
Van een onderwijzer, die reeds meer
malen schoolfeesten heeft georganiseerd
heb ik gehoord dat men gewoonlijk 15
a 20 cent per kind daarvoor berekent
en hier heeft men dan 30 cent Daar
komt nog bij. zooals ik in de courant
heb gelezen, dat er verschilllende nering
doenden krentebrooójes hebben toege
zegd en landbouwers melk, dat kan het
comité bij de verantwoording afschrijven
Dat aan de kinderen in Loon-op-zand
ook ie>is wordt gegeven is billijk, de
menschen daar betalen ook mede in de
belasting.
Van den Heuvel. Het comité beoogt
ook, als ik het goed begrepen heb, niet
anders. Als het getal schoolgaande kin
deren buiten de gemeente niet al te groot
was, zou ik er geen van uitsluiten-
Rijken. Ik heb ouders van buiten de
gemeente, die hier schoolgaande kinde
ren hebben, gesproken en die vertelden
mij dat ze gaarne het hunne zullen bij
dragen als ook hunne kinderen mogen
mededoen.
Voorzitter. Daar zal wel geen be
zwaar tegen zijn
Rijken. Er was «r een bij die vroeg
of ook die kinderen met den optocht
mogen mededoen, zoo ja dan had hij
voor zich gaarne een paar kwartjes daar
voor over.
"Voorzitter. Ze kunnen met de hoofden
der scholen daarmee in overleg treden.
Roestenberg. De kiosk, wordt die
geplaatst.
Voorzitter. De kiosk zal wel veel ge
leden hebben en er is op de begrooting
geen post-:uit getrokken.
Vindt de raad het goed dat B. W.
de kosten die et op vallen af- en over
schrijven.
Wordt daartoe besloten.
Roestenberg. Denkt het Dag. bestuur
aan het Raadhuis eenige verlichting aan
te brengen.
Voorzitter. Ik heb met den directeur
van de gasfabriek daarover gesproken
en gezegd dat hij in Tilburg eens moet
kijken of ze daar geen W. of iets anders
hebben dan zullen ook wij niet achter
wege blijven.
Rijken. Mijnheer de Voorzitter, ik
wilde u eens even vragen of u, voor
zoover u daartoe het recht heb het zin-
gengvan onzedelijke liedjes zoudt willen
verbieden.
In deze dagen va» feesten hoort men
liedjes zingen dat nergens oplijkt zoo
gemeen ze zijn. Het verlaagt de waarde
van de feesten. Fatsoenlijke menschen
doen het van zelf niet, doch er is nog
altijd een publiek dat ze uitschreeuwt
en rk hoop dat u dat zooveel als u kan,
zal tegengaan.
Voorzitter. Er is den laatsten tijd al een
heel smerig liedje in omgang. Ik heb
de politie reeds last gegeven een derge
lijk liedje in handen te krijgen om pro
ces verbaal te kunnen maken wanneer
het door den een of ander wordt ge
zongen. Onze politieverordening voorziet
niet daarin, doch volgens art. 154 van
de strafwet kan tegen dezen overtredin
gen proces verbaal worden opgemaakt.
Toevallig hoorde ik het gisteren nog op
straat zingen door een kind van een jaar
of acht die met zijn moeder aan een
haod liep. Ik kon niet constateeren of
hii woorden zong. Ik hoorde alleen de
melodie.
Het doet mij genoegen dat er ook in
den raad over is gesproken, ik zal alles
doen wat ik kan opdat dat doortrapt
smerig liedje niet wordt gezongen. De
politie heb ik last gegeven daar streng
op te letten.
In onze oude politie-verordening was
eene bepaling opgenomen dat het luid
ruchtig zingeD op straat verbood. Lang
is dat ook niet meer voorgevallen. Thans
echter begint 's avonds dat z. g. lallen
weer. Wijl er toch nog enkele bepalin
gen in de politieverordening gebracht
moeten worden zal ik ook hier omtrent
een art. samenstellen.
Daar verder niets meer aan de orde
is en niemand meer het woord verlangt,
sluit de Voorzitter de vergadering.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Vlijmen, 16 Sept.
Mijnheer de Redacteur
Mag ik oog eenmaal een kleine plaats
ruimte in uw veelgelezen blad
Schreef ik een vorige keer dat onze
gemeenteraad een treurige reputatie ge
niet, na de laatst gehouden raadsverga
dering is dit nog erger geworden. Door
bijna alle bladen is het schandelijke op
treden van een deel der leden aan de
kaak gesteld. Ja, in de café-chantants
op de kermis te 's-Bosch worden onze
vergaderingen zelfs bespot en in een aller-
belachelijkst daglicht gested.
Welk rechtgeaard Vlijmenaar schaamt
zich niet hierover
Wie durft nog buiten de gemeente
zeggen dat hij van Vlijmen komt.
Ieder die nog maar een greintje eer
gevoel heeft, durft daar niet meer voor
uit te komen.
Is dit niet diep treurig
Moet daar geen einde aan komen en
spoedig
Ik hoop dat de Voorzitter voortaan
het reglement van orde stipt zal naleven
en niem nd in de gelegenheid zal stellen
om zich onbeschoft of kwajongensachtig
aan te stellen. In no. 74 van uw blad
schrijft IJ. Z. dat het met onwillige honden
slecht hazen vangen is. Dat is zoo, maar
dat is in deze geene vergelijking. Immers
de Voorzitter beschikt over alle middelen
om een dergelijk diep-treurig optreden
te beletten en het komt mij voor dat hij
dit tegenover onze gemeente verplicht is.
Verder schrijft IJ. Z. dat er een vrede
stichter moest komen.
Waarom
Denkt hij nu werkelijk dat er nog een
geregelde troep van deze horde is te
maken. De haat en nijd is bij enkelen veel
te diep in de harten geworteld en de
slippendragers, och deze menschen be
seffen heusch niet wat ze zijn en wat ze
doen. Ze zijn veel te onontwikkeld om
raadslid te zijn, dat toch zegt reeds al
hun doen en laten.
Neen II. Z., wil er vrede komen en
een ware geest in onze raadszaal gaan
heerschen, een geest alleen bezield om
de belangen van onze gemeente te be-
ïartigen, dan moeten zoo goed als alle
thans zittende leden er uit.
Hopen wij dat ze eenmaal eens zoo
wijs worden en bedanken en de plaats
open laten voor
zadigde mannen.
U dankend voor
ruimte.
meer ontwikkelde, be
de verleende plaats-
DIXI.
Geachte Redactie
Mijnheer Dixi en Mijnheer IJ. Z. praten
heel aardig en ik kan er mee instemmen
dat de oppositie wel wat kalmer gevoerd
kon worden, maar oppositie is in onze
gemeente absoluut noodzakelijk tegen
over het drijven der andere partij. En
als men dan voortdurend tracht de onzen
als kwajongens te behandelen en neer
te zetten, dan zou men wel eens als zoo'n
kwajongen uit z'n vel springen. Moet
dan de gemeente geheel aan den leiband
loopen van degenen die op bevel van