Tweede Blad. ONAFHANKELIJKHEIDSFEESÏ Gemengd Nieuws BINNENLAND. Kantoagarsclit Waalwijk. Kunst en Letteren, NUMMER 84. ZONDAG 19 OCTOBER 1913. 36e JAARGANG De Vollurno-rarnp. YVe willen voor heden nog al wat laatsruimte bestemmen voor dezen ramp die de wereld, maar ook en vooral ons |aDd diep heeft geschokt. Beginnen wij met het officieel rapport omtrent den ramp, dat kapitein Inch van de Volturno heeft uitgebracht en dat luidt als volgt: >De brand werd Donderdagmorgen om 6 u. 50 m. door den eerste officier gerapporteerd in ruim 1. Vijf minuten later sloegen de vlammen reeds door de luiken van het ruim en zetten zij het voorschip en al het gerei aan dek in brand. Wij verminderden de vaart van het schip en hielden het voor den wind, 0m de stoomblusschers in werking te kunnen stellen in vereeniging met drie dek-brandspuitslangen. De vlammen won nen snel veld en bereikten de hoogte van het licht aan den voormast. De wacht beneden werd opgesloten en verbrandde. >In het voorschip vernielde een reeks van ontploffingen het salon en midden- scheeps, het hospitaal, terwijl ook het kompas en het stuurtoestel beschadigd werden. «Daar het onmogelijk scheen het schip te redden, had ik de reddingsbooten van levensmiddelen laten voorzien en ze voor het strijken gereed doen maken. Het schip slingerde echter zwaar en de boo ten no. 13 en 5 werden verbrijzeld, doch no. 2 kon met de kajuitpassagiers en de stewards onder den eersten officier Mil ler te water worden gelaten. Deze boot sloeg om, terwijl de inzittenden in het water vielen. Later richtte zij zich op en verschillende van de bemanning klom men er met den eersten officier weer la. «Boot no. 6 werd toen gestreken en kwam onder bevel van den vierden offi cier Langsell met tusschendekpassagiers goed weg, Boot no. 7 werd bij het strijken onder den achtersteven gevangen en geheel stuk geslagen. «Inmiddels hadden de hoofdmachinist, twee matrozen en ik zelf ons met de be vrijding van den brand bozig gehouden, en toen de vlammen in kracht afnamen, gaf ik, ook omdat ik bericht ontvangen bad van de Carmania, dat zij ons om 11 uur in den morgen hoopte te berei ken, bevel om geen booten meer uitte zetten. Reddinggordels werden uitgereikt en alle passagiers er van voorzien. Deze werden nu kalmer. iOm 9 uur in den morgen kwamen wij tot de ontdekking, dat de bunker in brand stond. Omdat het onmogelijk was het vuur daar te stuiten wegens de aan wezige gassen, werden de waterdichte schotten gesloten en liet men door luik no. 2 water neer op de vlammen, die echter steeds meer vorderden. »Om 11 uur kwam de Carmania aan. Zij streek een boot, doch deze kon we gens de hooge zee ons schip niet berei ken. Ik verzocht de Carmania toen naar boot no. 6 te zoeken. Daarop kwam de Seydlitz, die booten neerliet, welke even min bij ons konden komen. «Ora 3 uur in den middag keerde de Carmania terug en trachtte verbinding met ons te krijgen door middel van reddingvlotten. Ze dreven alle op te grooten afstand voorbij den boeg weg. «Toen de schemering viel, waren meer stoomschepen aangekomen. De sloepen van de Kroonland deden viermaal een poging om langszij ons schip te komen, doch zij werden steeds weggeslagen. >Om halftien 's avonds stonden het salon en de kaartenkamer in brand, en ook het dek en de brug en alles voor de stoompijp, bevond zich in een vuur zee. De pompen konden niet meer wer ken wegens gebrek aan stoom. De Mar- coni-seiners waren tot 11 uur met ac cumulatoren bezig, toen de toestellen der draadlooze telegrafie op de brug en in de mast door een ontploffing werden medegenomen. Verschillende reddings booten, die in de nabijheid waren, noop ten passagiers om overboord te sprin gen en zij werden gered. «Omstreeks middernacht, bij bewolk ten hemel en buiig weer, werden de werkzaamheden gestaakt, daar het te duister was voor de mannen en voor de booten om voor zich uit te zien. Het vuur had zich intusschen een weg ge baand door het vrouwenlogies aan het achtereind van het schip, doch wij hiel den dit verborgen voor de passagiers, die zich gedurende het overige gedeelte van den nacht rustig hielden. De hoofd machinist, de Marconi-telegrafisten, ma trozen en ik zelf brachten den nacht door met het maken van kleine vlotten voor het geval het vuur voor het aan breken van den morgen het dek zou aangrijpen. «Om 5 u. 15 m. in den morgen kwam de eerste kleine boot langszij. Het weer en de zee waren kalmer geworden en stelden ons in staat de passagiers in te schepen. Al de stoomschepen zonden daarop sloepen en wij konden er drie onmiddelijk met passagiers bezetten Deze verlieten het schip in goede orde. Er was geen paniek. De krachten be gaven de vrouwen en zij schreeuwden het uit, toen er hulp langszij opdaagde. «Om 8 uur hadden allen het wrak, waar ongeveer 400 passagiers waren, verlaten. Ik zelf zocht het schip door en vond niemand meer aan boord, zocdat ik be sloot heen te gaan, daar het luik van het derde ruim reeds goed en wel in brand stond. Met het overschot van de bemanning kwam ik aan booid van de Kroonland. «Niets is gehoord van de twee ver miste reddingsbooten. Aan voorbijvaren de schepen is verzocht goed uit te kij ken.* Kapitein Inch eindigt met zijn dank uit te spreken aan de officieren en ver dere bemanning van de schepen, die hulp hebben verleend. In ons vorig nummer hebben we nog verteld dat de Czar met ruim honderd schipbrenkelingen in Rotterdam was aange komen en dat deze ongelnkkigen in Mon- tefiore een uitnemende stichting die gastvrij heid verleend aan landverhuizers, aldaar wa ren ondetgebracht. Daar zijn tal van diep ontroerende maar ook verheffende tooneelen afgespeeld. De Maasbode" bad begrepen dat spoedig helpen dubbel helpen was, en daarom de voornaamste firma's om hulp gevraagd. In een oogenblik waren verschillende artikelen, tal van giften om uit te deeleD, op de Beurs werd eeu lijst ter teekening gelegd en Dr. Voorzanger, de dr. van Montefiore had Donderdagavond reeds f 7000 om onder deze schipbreukelingen te verdeelen wat direct gebeurd is, en voor de rest draadloos wordt overgemaakt aan de Campabello, waarmede deze ongelukkige weer zijn vertrokken. Wij lezen in «De Msb.* het volgende aandoenlijke relaas van het bezoek van pater Mazurowsky aan de geredden van de «Volturno*. Met pater Mazurowsky, den vader der arme landverhuizers, zijn we in den voor middag nog eens op stap gegaan naar de ondergebrachten in Montefiore. De meeste schipbreukelingen zijn uit Gallicië, Kroatië, Polen, Rusland en zijn voor ons journalisten onverstaanbaar en pater Mazurowsky kan zoo smakelijk met hun praten. Dan komt er een verheugde glans in hun verdofte oogen als zij zich door een priester, den vertrouwensman, in hun eigen zoete landstaal hooren toegespro ken. Verrast grepen zij de hand van den priester en kusten die eerbiedig naar hun vroom landsgebruik en in hun blijd schap kusten zij die van mij er bij. Binnen in het vriendelijke witre huis van Montefiore was alles nog vol bedrij vigheid. Bulten op de warande lagen stapels van witte kartonnen doozen, waar nieuwe sehoenen in geborgen waren geweest, die ze nu allen aan de voeten hadden. Sommige vrouwen, maar ook mannen zochten er de gaafste doozen uit, om ze zuinig te bewaren. De haveloozen, het werd weer hun eerste en eenige bezit. Jongens van Magazijn «Nederland* kwamen nog met pakken ulsters aandra gen, want er waren onder de mannen reuzenkerels, die wat uit de gewone maat vielen. Langs de breede trappen van de ou de villa huppelen de kinderen op de bloote voeten en in hun onderkleeren vroolijk op en neer. In de heerlijke zorgeloosheid van de jeugd en bij de verrassing van het nieuwe leven, waarin zij zich zoo plot seling geplaatst voelen, zijn zij alle door gestane leed weer vergeten, Maar de vrouwen zitten nog terneer geslagen, kommer en zorg staan neergeschreven op haar vaak mooie ge laatstrekken. Zij voelen zich ziek van den schrik, haar zenuwen zijn diep ge schokt. Morgen, morgeD, moeten zij weer op de boot, die verschrikkelijke zee over, de angst laat haar niet los. Twee flinke meisjes, witte doeken ge vouwen over het weelderige bruine haar, de groote klare oogen vol tranen, zitten triest neven elkaar op den rand van een ledikant. Pater Mazurowsky spreekt ze aan. Ze zijn beiden uit Gallicië, ze waren op weg naar een broer in Amerika. Maar zij hebben geen moed meer, ze hadden nog nooit de zee gezien en nu die ver schrikkelijke reis, die ontzettende nacht. Ze gingen maar liever weer naar hun land terug, de armoede tegemoet. Pater Mazurowsky trachtte nieuwen moed bij haar op te wekken. Hij overtuigde haar, zij nu verzekerd zullen worden van een goeden overtocht.1 Zij zullen goed worden verzorgden ver pleegd en Onder de gunstigste omstan digheden zullen zij nu in Amerika worden toegelaten. De autoriteiten in Amerika zullen nu met geen lastige formaliteiten komeo. En zij behoefden nu geen passage meer te betalen. Er komen andere vrouwen om ons heen staan, die ook wel weer naar Ame rika zouden willen maar nu niet durven. Maar het opbeurend, overtuigend woord van pater Mazurowsky geeft haar moed. Het was de ontroerendste film welke ooit kan vertoond worden. Een film van levende beelden van de aangrijpendste tragiek. Eerst de droeve stoet van vrouwen, voor het meerendeel nog jong, maar tot in haar diepste wezen geschokt door de ontzettende tooneelen in den nacht van verschrikking. Niet uit weelde waren die menschen den wijden Oceaan overgegaan om in een nieuwe wereld een misschien gelukkiger leven tegemoet te gaan. Niet uit weelde hadden zij zich opge borgen in het ruim van een tusschendek van zoo'n oceaansteamer, die niet di rect de philantropie tot roeping heeft. Toen kwam over hen de ontzaggelij ke ramp van een schipbreuk. Een schipbreuk van een hooge en woeste zee, die het uitzetten der red dingsbooten onmogelijk maakte. Boven dien een niet te blusschen brand, ge paard met hevige ontploffingen, drong de honderden en honderden al dichter op het eenige door de vlammen nog gespaarde deel van het schip. Is grooter jammer denkbaar Moeders zagen voor haar oogen haar kinderen verdrinken, mannen konden hun vrouwen niet meer bereiken, hul- pelooze meisjes zagen tevergeefs naar een redder uit. Nu stonden zij daar voor ons met den angst nog in de oogen, de schrik als een zieke in de ledematen, hun kleinste bezitting, het dierbaarste aandenken, dat hnn nog restte, verloren voor altijd, hun gezin of familie vaak gehalveerd. Kinderen ouderloos, ouders hun kin deren kwijt, soms bij getallen. Was het niet erg genoeg Het kleine ventje Eduward van eenige maanden heeft zijn moeder teruggevon den. Er is bericht gekomen, dat zijn moeder in New-York is binnengebracht en dat zij hem daar zal wachten. Een stewardess van de Uranium- Company" zal nu met de „Campanello" meegaan om speciaal voor alle onbe heerde kinderen te zorgen. Er waren nog meer verrassingen dezen morgen, die alle in goede stemming heb ben gebracht. Zoo is ook namens de maatschappij medegedeeld, dat alle vrouwen en kin deren op de „Campanello" tweede klas de reis mogen maken. De „Sakser" die eerst met vrouw en kind naar Duitschland wilde terugkeeren is nu ook weer besloten, om toch de reis naar Amerika te maken. Zijn kleine vrouw, ze zijn pas an derhalf jaar getrouwd die een schat tig kindje op den arm draagt, is vol moed. Hoe het hem aan boord gegaan was of hij met vrouw en kind zamen was gered. Och, hij had al zooveel ellende in zijn leven gezien, zoodat hij voor een klein geruchtje niet vervaard was. Hij had bij het vreemdelingenlegioen in Algiers gediend, en toen den oorlog tegen Marokko medegemaakt. Hij had vrouw eD kind in een sloep gelaten, en had zelf een van de laatste het schip verlaten. Ook de Franschman en zijn zoontje, dat nog een verbooden handje heeft wegens brandwonden, heeft gisteren avond laat een verheugende tijding ge had. Een depeche had hem gemeld, dat vrouw en kind in New-York waren bin nengebracht. Hij had een groot vertrouwen gehad, dat hij haar nog levend terug zou zien. Ofschoon hij in zijn leven nogal wat rampen had medegemaakt, was hij toch 'n boffert. Hij had bij deze schipbreuk voor fr. 2000 marchandises verloren, maar z'n vrouw en kind waren nu behouden- In. 1906 had hij in Cousrières de mijn ramp medegemaakt, waar 1200 dooden gevallen waren. Hoe het kwam dat hij van vrouw en kind was gescheiden geworden Wel hij had dezen kleinen jongen van het dek vier meter laag in een sloep gegooid. Het kind maakte zoo'n smak, dat hij meende dat het dood was. En toen was hij van angst ook in de sloep gesprongen om naar z'n jongen te zien. De sloep was weggestooten en zoo had hij zijn vrouw met het andere kind niet weergezien. Boven in 'n particuliere slaapkamer van den concierge en z'n vrouw slaapt nog een onbekend kindje van acht maanden. De moeder is behouden met de „Kroonland" in New-York aangekomen. Het wichtje is ziek maar het beste wordt geoordeeld om het kindje toch maar «iet het schip mede te geven. Een stewardess van de „Campanello" komt het straks halen en zal gedurende de reis voor moeder spelen. De moordenaar van Hendrik De Klerk. Nader verneemt de Tel. dat Franciscus Dijkman ofschoon niet door het broertje van Hendrik De Klerk herkend, zelve heeft aangegeven, hoe hij den avond van Maandag 29 September van den IJ-kant af in de stad is gekomen. Hij had geen gebruik gemaakt van de gemeentepont, doch zich door een vletterman laten overzetten. Hij was toen onder den invloed van sterken drank. Toen hij het veergeld betalen moest, zei hij ge:n geld te hebben en ontston den er onaangenaamheden tusschen hem en den veerman, met dit gevolg, dat Dijkman door den veerman en eenige politieagenten naar het politie-posthuis aan 't Centraalstation werd overgebracht. Daar werd hem een uitbrander gegeven. Hij had toen een beige overjas aan en zijn broek zat vol modder. Toen hij naar huis werd gestuurd, voegde hij den agenten toe: «Alsjullui wisten, wat ik op mijn geweten had, zouden jului me niet laten gaan.* De veerman is door de politie opge snord ook de agenten, die *in het post huis waren, toen Dijkman met den veer man daar aanwezig was, zijn door den commissaris van het bureau Warmoes straat gehoord en met den arrestant geconfronteerd. Zoowel de veerman als de politie agenten hebben hem herkend. Het wordt meer en meer waarschijn lijk, dat Dijkman de dader is van den afschuwelijken moord. Ook de jongen weet dat de bewuste man een beige jas droeg. De Faillissementswet. Als antwoord op de circulaire, die voor eenigen tijd op zeer ruime schaal door het «Voorloopig Comité uit den Handel inzake de Faillissementswet* is verspreid, zijn vele honderdtallen blijken van adhaesie ingekomen, zoowel van Bonden en Vereenigingen, als van Han delaren en Industriëelen. Deze antwoorden zijn thans alle ge rangschikt en het Comité heeft op grond van een en ander besloten voor testel len een Vereeniging op te richten, waar voor de Ontwerp-Statuten en reglemen ten in bewerking zijn. Het Concept zal spoedig worden ver spreid met oproep tot een te houden vergadering. De nieuwe Amerikaanse/ie gezant. Bij het aanbieden zijner geloofsbrieven aan H. M. de Koningin op het Loo heeft de nieuwe Amerlkaansche gezant, de heer Henri van Dyke, tot H. M. een korte toespraak gericht, waarin hij deed uitkomen, dat hij bijzonder vereerd was met zijne zending naar Holland, omdat dit land ongeveer drie eeuwen geleden zijn voorvaderen heeft gehuisvestom dat het aan Amerika de grondgedachten heeft geschonken van godsdienstvrijheid, volksopvoeding en bondgenootschappe lijke eendracht en omdat het 't middel punt vormt van de meest ernstige po gingen ter bevordering van den wereld vrede op den grondslag van internatio naal recht en rede. De gezant sprak de vurige hoop uit, dat nog verdere stappen in die richting mogen worden gedaan gedurende het gelukkige regeeringstiid- perk van de Koningin uit dit Huis van Oranje-Nassau, welks naam een zinne beeld is voor gewetensvrijheid en con- stltutioneelen zin. uitstekend. Ook de versnaperingen die hun wer den toegediend lieten ze zich goed sma ken. Het hoofd der school alsmede de on derwijzeres komt dan ook wel een woord van hulde en dank toe voor de vele moeiten die ze zich getroost hebben om het de kinderen aangenaam te maken. Tegen half twee werd het feestterrein in orde gebracht voor de Volksspelen en toen tegen 2 uur een aanvang werd ge nomen, bewogen zich honderden om de lijntjes, welke menschen het telkens en telkens uitproestten van het lachen met de leuke spelen. De volksspelen werden opgeluisterd door het fanfare corps Sirena, dat onder leiding van den heer A. Stravers, aar dige nummertjes ten gehoore bracht, die uitstekend voldeden en zorg droegen dat er onder het publiek de stemming inbleef. Ongeveer half acht maakte het Ko ninklijk Muziekgezelschap «Euphonia* van Kaatsheuvel eene muzikale rond gang door het dorp. Daardoor kwam voor goed de feest stemming er in. Honderden en honder den hosten achter de muziek dat het een lust was om te zien. Ten half negen gaf Euphonia op de kiosk een groot concert. Een dichte drom van menschen bewoog zich rondom de kiosk en profiteerde van de mooie mu ziek van Euphonia. Nu, 't is dan ook een genot de heerlijke muziek van Eu phonia te hooren. Na afloop van dit concert bleef het nog lang gezellig op straat en in de café's. De heeren van 't Comité hebben eer van hun werk. Met de zeer bescheiden middelen heb ben zij gewoekerd en veel tot stand gebracht. Een woord van warme hulde en dank mag hun dan ook niet worden onthou den. te VRIJHOEVEN-CAPPEL. Donderdag had te Vrijhoeven-Cappel een Oranjefeest plaats ter gelegenheid van de 100-jarige herdenking van Neer- lands Onafhankelijkheid. Vreesden velen eerst dat onze gemeen te ditmaal achterwege zou blijven, thans bleek dat er nog genoeg kloeke mannen zijn die zorg dragen dat onze gemeente niet achterwege blijft in de rij der feest vierende gemeenten- Even voor het raadhuis was een mooie eerepoort verrezen. Zoo ook bij het café van den heer Stam. Verder waren nog aan verscheidene huizen versieringen aangebracht terwijl van schier alle ge bouwen het nationale dundoek wapper de, zoodat onze gemeente een echt feestelijk aanzien had. Vooral de woning van onze Edelacht bare heer Burgemeester was bij avond prachtig. Geen enkele lijn van het mooie landhuis of er waren electrische lichtjes aangebracht. Zoo ook de voor het huis gelegen tuin. Langs de parkjes, de paden, tusschen het struikgewas, overal flikkerde de lichtjes. 't Was een grootsch gezicht zooals hier nog nooit is te zien geweest- Om 9 uur des morgens kwamen de schoolkinderen bijeen en trokken daarna in optocht naar het feestterrein. Onder leiding van het hoofd der school en de onderwijzeres vermaakten de kinde ren zich met de verschillende spelen Het Te eken des Kruises. Zooals in onze advertentie-rubriek is aangekondigd, zai in «Casino* te 'sBosch, vanaf 18 tot en met 23 October, a.s. woiden opgevoerd, door het «Hollandsch Tooneelgezelschap" directeur M Spree, het schoone, verheffende drama van Barrett «Het Teeken des Kruises*. Te Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en meer andere steden is dit meester werk steeds voor overvolle zalen opge voerd en met groote geestdrift ontvangen. De bladen van alle richtingen, niet 't minst van katholieke zijde, hebben dit stuk als om strijd in elk opzicht ge prezen. En terecht, eenieder die dit drama, ontleend aan den tijd der christenver- vervoiglng, gezien heeft werd getroffen, èn door het motief van 't stuk, het spel, de costuums, de decors, 't geheel maakt een kolossalen indruk op elk be zoeker. De inbond van het stuk is in het kort het volgende Op de marmeren treden van een patriciërshuis overleggen twee landloopers hoe zij een nchristen hond" kunnen opsporen, om een goede premie van het stadsbestuur te be machtigen. Jnist passeeren twee grijsaards, on de beide spionnen bemerkende door het krnisteeken dat zij, elkaar groetende, maken, dat 't christenen zijn, .springen op hen toe. Een der grijsaards, Favins, wordt tegen den grond geslagen, doch een jong meiBje Mercia schiet toe en stelt zich tusschen den onge lukkige en de soldaten. De prefect van Rome Marcos maakt een einde aan den twist, zendt de soldaten heen en geeft vrijen aftocht aan den grijsaard en de christinne, wier schoonheid hem echter bekoord heeft. De Echo vin het Zuiden dd 9 October 1913 li v d V te Waalwijk overtr alg veilig wet, vrij L v L te 'e Bosch overtr alsvoor f8 of2 d M V te Capelle, H v d L te Wassenaar, A W S te Drnnen, Th J v I te Baardwijk, P G te Kaatsheuvel, C K te Vlijmen, L K te Beeoijen allen dronkenschap ieder f2 of 2d AM te Vlijmen overtr arbeidswet f 5 of 3 d Dezelf de overtr alsvoor 2 m 5 ol 2 m 3 d - VJA V te Dongen visscherij overtr flofld AA S en J v E beiden te Kaatsheavel, H K te Vrij hoevenCappel allen overtr trekhondenwet ieder fl of 1 d J V id, H S te Capelle beiden overtr alsvoor ieder f0.50 of 1 d J C P te id overtr alsvoor fl of 1 d S AR te Sprang A A F te Besoijen beiden overtr motor en rijw regit en opgave valsc'nen naam ieder resp f 2 of 2d en f 10 of 10 d C V te Capelle, H S te Waspik, D V te Sprang, F P V, A v D, Gvd L en J O allen te Kaatsheuvel allen overtr mo tor en rijwiel regl ieder f2 of 2 d J G en G v d W beiden te Waspik straat.chenderij ieder f10 of 3 d L v D te Kaatsheuvel overtr pol regl f 0.50 of 1 d - J N Z te Raamsdonk pol verord overtr flofld BdGte Waalwijk jachtdelict f 5 of 4 d. Als schipper vermomd ontdekte hij haar ten hoize van Favins en ze zegt haar bescher ming toe. Een jonge christen Stephanns, die een nachtelijke samenkomst moest gaan rondzeg gen, wordt door Marcus vijanden gevangen genomen en hem in de gevangenis door mar telingen zijn geheim ontlokt, zoodat de nach telijke samenkomst overrompeld kan wordeD. De christenen worden gevangen genomen, doch Marcos wset Mercia te redden. Twee hovelingen van Nero zetten een samenzering op touw tegen Marcos die de liefde van Bérénice, de schoonste en rijkste vrouw van Rome heeft afgewezen, en Nero beveelt Marcus, ondunkB zijn smeeken, Mercia voor de leeuwen te werpen, tenzij zij haar geloof openlijk afzweert. Marcus houdt een krachtige pleitrede voor het behoud van Mercia, die hij echter op het beslissende oogenblik nog tot andere gevoelens tracht te brengen, om haar leven te redden. Mercia verklaart hem te beminnen met een

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1913 | | pagina 5