klimmer 23
Donderdag 19 M^art 1914
37e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwijksche SloomMen] Antoon Tielen,
3!
Eerste Blad.
DE RECHTMATIGE ERFGENAAM
ag
Dit nummer bestaat
uit TWEE bladen.
Bekendmaking.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
INDUSTRIEELEN.
Zij die zich thans tegen
[het volgend kwartaal op
[it blad abonneeren, ont
vangen de tot dien datum
[verschijnende nummers
(GRATIS,
isc
tee
ka
wij
België.
Frankrijk.
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
>jn
f2)
'V^'gL--.,«BJLWH»<4 -«y-pv ---«g-BMmIL_L.
De Echo van het Zuiden,
IVaalwjjksclie ui Langstiaalsclic Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f 0."5.
Franco per post door het geheele ryk f 0.90.
Brieven, ingezonden stukken, gelden eca., franco te xenden aan den
Uitgever.
UITGAVE:
Advextbntikn 1—7 regels f0.60; daarboven 8 cent per regel groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement woiden tpecisJt zeer ontrac
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
De Kamer van Koophandel en ta-
lieken te Waalwijk houdt zich onledig
et 't opmaken van het i orslag over 1913.
Heeren Industrieëlen worden verzocht
unne opgaven voor het verslag, zoo
ipoedig mogelijk in te zenden.
De Kamer van Koophandel en
Fabrieken voornoemd.
■gg—-I ■LgLL'Jig^
Militie.
Vrijstelling van den dienst wegens
eigen vrijwilligen dienst, broederdienst
[of aanwezigheid van in hetzelfde jaar
reboren broeders of halfbroeders.
De Burgemeester der Gemeente Waal
dijk brengt ter kennis van belangheb-
jenden, dat ten aanzien van vrijstelling
/an den dienst bij de militie om een
[der hierboven vermelde redenen het vol-
jende geldtBroederdienst, aanwezig
heid van in hetzelfde jaar geboren broe-
Iders of halfbroeders.
Otn vrijgesteld te worden wegens ei-
jen vrijwilligen dienst of wegens broe-
ierdlenst, moet de reden van vrijstel-
ig bestaan op 21 Maart van het jaar,
daarin omtrent hein, voor wien vrijstel
ling wordt gevraagd, door den militie-
tad uitspraak moet worden gedaan.
Om vrijgesteld te worden wegens aan-
Van nDE ECHO VAN HET ZUIDEN."
Hij zag er gisteren, toen ik bem sprak zoo
echt en vermoeid uit, dat ik htm vroeg of
hij ziek was, waarop bij neen antwoordde.
Wij hebbbn gernimen tijd mot elkaar
rroken, terwijl ik op den trein wachtte,
my hierheen zon brengeD. Hy vertelde
mij dat hij dezen omtrok zeer good kende,
daar hij, voor zyu vertrek naar Indië, elk
jaar zijn verloftijd hier doorbracht bij een
vriend, die bier een landgoed beeft en in wiens
bosBchen hy dan jaagde. Hij konde zelfs dit
huis en beschreef het mij zeer nanwkenrig.
Wy spraken ook ov.r n, miss Laster en hij
vertelde mij dat gij een schoolvriendin van
lady Carlyon zyt, hetgeen wel de oorzaak is
dat hij belang in n stelt.
Terwyl dokter Fletcher sprak, bad mrs.
Carroll da kamer verlaten om eonige orders
aan de dienstbode te geven.
Arline zeide, onwillekeurig met een zucht
Het is mij alsof alles verkeerd loopt in
de wereld.
Alles is misschien wat sterk uitgedrukt
maar er is zeker veel, dat heel anders zou
moeten wezen, stemde de dokter toe. Ge
moet echter maar godald hebben, kindlief,
misschien komt olies nog op zijn pooten te
recht. Ik beo een oud man en spreek uit
ondervinding. Geloof my, het wordt meestal
niet licht, voordat bet pikdonker is geweest.
By deze woorden klopte bij haar bemoe
digend op deu schouder en op hot zelfde
oogenblik trad mrp. Carroll weer binneD.
Ik beb een kamer voor u in gereodheid
laten brengen, want gy blijft natnarlijk van
nacht hier logeereo, beste dokter, zeide zij'
Nu, mijn plan was het eigenlijk niet, ik
wezigheid van in hetzelfde jaar geboren
broeders of halfbroeders, moet de reden
vaa vrijstelling bestaan op het oogen
blik waarop de militieraad uitspraak
doet.
Waalwijk, den 11 Maart 1914.
De Burgemeester voornoemd,
Th. de Surmont de Bas Smeele.
Militie.
Vrijstelling wegens kostwinnerschap.
De Burgemeester der Gemeente Waal
wijk brengt ter kennis van belangheb
benden, dat bij voorkeur zal voor het
opmaken van staten van inlichtingen ten
behoeve van het aanvragen van vrijstel
ling wegens kostwinnerschap, voor zoo
ver dit tusschen 21 en 31 Maait moet
geschieden, zitting worden gehouden op
elkeu werkdag, voormiddags tusschen
9 en 12V2 uur.
Omtrent de vrijstelling wegens kost
winnerschap wordt beslist door'Ged.
Staten, zoo de reden van vrijstelling aan
wezig is op 21 Maart van het jaar waar
in het inschrijvingsregister gesloten is
anders door de Koningin.
Deze vrijstelling wordt aanvankelijk
slechts tijdelijk en wel ten hoogste vier
maal voor een jaar en daarna, zoo de
grond voor de vrijstelling ook bij de ten
vijfde male te nemen beslissing nog
aanwezig blijkt, voorgoed verleend.
Voorts wordt ook vrijstelling verleend
in het geval, dat een dienstplichtige, aan
wien geen vrijstelling is verleend wegens
kostwinnerschap, zoodanig persoonlijk
onmisbaar is voor de instandhouding der
middelen van bestaan van zijn gezin of
van dat waartoe hij behoort of waarin
hij als pleegkind is opgenomen, dan wel
van personen, die hem in den eersten
of tweeden graad van bloed- of aanver
wantschap bestaan, dat zijn aanwezig
heid daarvoor dringend noodzakelijk is.
Tot het verkrijgen van vrijstelling op
dezen grond moet worden gehandeld
in overeenkomstigen zin als tot het ver
krijgen van vrijstelling wegens kostwin
nerschap.
Omtrent het verleenen van vrijstelling
wegens aanwezigheid van bedoeld geval
wordt echter uitsluitend beslist door de
Koningin.
Waalwijk, den 11 Maart 1914.
De Burgemeester voornoemd,
Th. de Surmont de Bas Smeele.
wilda vanavond nog naar Leamington terug—
keeren, zeide hy, maar miju patient beeft
mij niet voor morgen noodig, duarom zal ik
dau maar dankbaar gebruik maken van het
nachtkwartier, dat gij mij biedt. Waarschijn
lijk keer ik morgenavond naar Clifïe terug.
Ik hoor dat mijn plaatsvervanger daar niet
best met de menschan overweg kan, maar hij
is toch een bekwaam geneesheer on vooral
bedreven in de behandeling van verstoorde
geestvermogens. Daarom heb ik, bij mijn
vertrek, hem Esther Grand bijzonder aan
bevelen en ik hoop dat bij vorderingen met
haar heeft gemaakt. Ia elk geval zal ik baar
hierheen zenden, opdat gij en mies Lester de
genezing zoudt kunnen voltooien. Ik hoop
dat zij ons, tot loon voor de moeite, die wy
aan baar besteder, gewichtige inlichtingen zal
kunnen geven.
Nog tot laat in den avond bleef dokter
Fletcher met de beide dames zitten praten
en de pendule sloeg reeds twaalf uur, toen
hij opstond om zijn logeerkamer op te zoeken.
NEGEN EN-TVvlNTIGSTE HOOFDSTUK
De gewoonten van sir Ascot Carlyon waren
eenigszins onregelmatig, zoodat zijn kamer
dienaar zich br aan gewend had, niet meer
verwonderd te zyo wanneer zijn meester iets
deed, dat niemand kon verwachten.
Evenwel kon hij een uitroep van verbazing
niet onderdrukken toen hy 'a morgens na bet
vertrek van den baronet naar W eens
klaps hoorde bellen en toen hy de slaapkamer
binnentrad, sir Ascot te bed vond liggen.
Wat voor den duivel staat ge mij aan
to gapen vroeg de baronet, die er veel
ble8ker dan gewoonlijk uitzag, op bitsen toon.
Is er iets bijzondeis aan mij te zien, dat uw
aandacht trekt
Ik vraag u om verontschuldiging, sir,
stamelde de kamerdienaar Ik meende dat gij
voornemens waart eenige dagen weg te bly'veo
en daarom was ik eenigszins verwonderd u te
zien, te meer daar ik u vannacht niet heb
booren thuiskomen.
Dat is geen wonder want het is myn ge
woonte niet, rumoer te maken als ik in den
nacht thuiskom en hoewel ik gisteravond wat
In Leuven duurt de studenten-staking
voort en de heeren geven zich over aan
daden, die beel de stad, ook de katho
lieken afkeuren. 200 leden van >Voor
Eer en Deugd* doen niet mee en keu
ren de houding hunner.collega's af, ook
de Waalsche studenten.
Het professorenkorps der Leuvensche
universiteit heeft gisteren lang vergaderd
en een adres van hulde aangenomen
voor Mgr. Van Cauwenbergh, den door
de studenten veel gesmaden vice-rector.
De professoren zeggen in dit adres, dat
zij zich aan zijne 2ijde scharen en ver
klaren de beschuldigingen der studenten
voor leugenachtig en schandelijk, en hun
grieven voor ongegrond.
Een politieke moord.
Men weet, dat de hoofdredacteur
directeur van den Figaro, Calmette, se
dert weken een perscampagne op touw
gezet heeft, om den minister van finan
cien Caillaux onmogelijk te maken en
hem ten val te brengen.
Deze campagne heeft nu een zeer tra
gisch einde genomen
Om zich te vvrek"-over de aanvallen
op haar man heeft mevrouw Caillaux,
de echtgenoote van den minister van
financien, gisterenmiddag in het bureau
van den Figaro op Calmette, den hoofdre
dacteur, verscheidene revolverschoten
gelost. Calmette werd zwaar gewond.
Een nader telegram uit Parijs zegt,
dat Calmette reeds aan zijn wonde over
leden is.
De toedracht is als volgt
De aanslag van Mevr. Caillaux.
De Fransche bladen bevatten nog ko
lommen vol van bijzonderheden omtrent
het droevig drama, dat zich tusschen de
echtgenoote van minister^CaÜlaux en
den Figaro-directeur Calmette heeft af
gespeeld.
Het was omstreeks half 6 in den na
middag, dat mevrouw Caillaux zich in
haar auto naar de rue Drouot begaf,
alwaar de bureaux van de »Figaro« ge
vestigd zijn. Daar aangekomen, ging zij
veel heb gedronken, wüb ik tocb nog wel by
machte, met mijn eloutel de huisdeur te ope
nen, zonder dal ik iemand behoefde te web
kon. Die opheldering zal z;ker wel voldoende
zijn ora uw verwondering geheel weg te nemen?
De kamerdienaar antwoordde niet; hy was
integendeel nog meer verwonderd, daar zijn
heer niet gewoon was veel met hem te Bpre-
ken en bet er thans veel van bad, of hy zich
veroDtschuldigdo.
Breng mij een kop koffie met cognac,
maar goed Bterk, hernam de baronet. Ik voel
my niet wel heb een krachtig, opwekkend mid
del noodig, De champagne van gisteravond
heeft my vreeselyke hoofdpijn bezorgd.
Dixoii, de kamerdienaar, verwyderde zich
om het bevel ten uitvoer te brengen.
Na, dat iB toch tamelijk vreemd, zeide
bij voor zicb, terwyl bij koffie zotte, hy' zei-
de mij gisteren tocb met volkomen zekerheid,
dat hij naar W shire ging en heeft mij
zelfs zyn hundkoffsrlja laten inpakken. Ik zon
wel eens willen weten, waar hy dat koffertje
heeft gelaten. Anders krijgt hy ook geen
hoofdpijn van champagne, hy kan er veel te
goed tegen, maar hij ziet er vanmorgen er
barmelijk slecht uit.
Plotseling werd er beitig aan de buisdenr
gebeld en Dixon ging naar beneden om open
te doen. Kort daarop kwam hy terug en
bracht zijn beer een telegram dat deze haas
tig opende.
Het was van dokter Feltou en van den vol
genden inhoud
„Kom terstond, mylady ontvlucht, vreezen
haar een ongeluk overkomen."
Het papier viel uit zyn bevende handen en
hij beval den kamerdienaar, die b\j de deur
stond te wachten.
Pak wat schoon linnengoed voor me in,
Dixon, ik moet terstond naar W shire ver
trekken, er is daar iets met mylady gebeurd.
Dixon zette een medelijdend gezicht maar
onthield zich van olke opmerking over Lady
CarlyoD.
Daarentegen vroeg by:
Waar moet ik dat linnengoed inpakken,
sir Gij hebt gisteren uw bandkoffertje mee
genomen, zooals ge n wel herinneren zult
Sir Acot verschrikte hevighet bedoelde
de trappen op, die naar het privé-kantoor
van Calmette leiden. Onderweg werd zij
evenwel door den poitier staande ge
houden, die haar naar haar naam vroeg.
Ze weigerde dien echter op te geven
en werd daarop door den portier in de
wachtkamer gelaten. Nogmaals vroeg de
man haar vriendelijk haar naam te mogen
weten, doch ze bleef bij haar weigering.
Calmette, die dientengevolge niet wist,
wie hem wenschte te spreken, liet haar
wel een uur lang wachten. Ten slotte
werd ze ongeduldig en gaf op herhaald
aandringen van den portier die zeide
niemand tot den directeur te mogen
toelaten, indien hij zijn naam niet noemde,
haar kaartje af, dat ze in 'n dichtgeplakte
enveloppe presenteerde.
Calmette had ODdertusschcn een onder
houd met den schrijver-academiclen Paul
Bourget.
Op het oogenblik dat mevr. Caillaux
haar kaartje afgaf, was hun gesprek juist
geëindigd en verliet Calmette in gezel
schap van zijn bezoeker zijn privé-kan-
toor. De portier overhandigde hem het
kaartje en Calmette, de enveloppe open
makende, bleef op de trap staan, terwijl
hij tot Bourget zeide: »Het ismevrouw
Caillaux, ik moet naar haar toe».
Calmette leidde zijn bezoekster naar
de deur van zijn kantoor en ging opzij
om haar eerst binnen te laten gaan. Hij
volgde toen onmiddellijk achter haar en
stond op 't punt zijn overjas uit te trek-
keD, toen zij een revolver uit haar mof
haalde en deze op hem afvuurde.
Op het geluld der schoten kwamen
nu ijlings de portier en verscheidene
employé's van het recactiebureau toe
schieten.
De portier opende de deur en zag
Calmette op een leunstoel in elkaar ge
zakt, terwijl zijn bezoekster met een
revolver in de hand bij het venster stond.
Op het hulpgeroep van den portier
kwamen nu dadelijk nog een groot aan
tal redacteurs toesnellen, terwijl onmid
dellijk om geneeskundige hulp gezonden
werd en ook de politie werd ontboden.
Een geneesheer was spoedig ter plaatse
en weldra verschenen ook twee politie
agenten ten tooneele.
Toen ze zich tegepover de vrouw van
den minister geplaatst zagen aarzelden
de politiebeambten eenigen tijd haar te
koffertje had by in de rivier laten valleD;
toen bij zijn vrouw trachtte te verdrinken.
Hij bedwong zich echter terstond en zeide
onverschillig:
Zoo? ja, ora n de waarheid te zeggen
heb ik gisteravond wat te veel gedronken en
ik weet volstrekt niet, waar dut koffartje ge
bleven is, ik bad zelfs vergeten, dat ik het bij
my had. Gij moet terstond eeu acder opzoe
ken en baast a wat, want de trein vertrekt
om twaalf uur.
Hij haalde dien train en was zeer verhengd,
dat het een enbltrein was, want hij brandde
van ongeduld om bij dokter Felton te komen
en van dezen te vernemen, wat bij omtrent
het lot van zijn vrouw wiBt.
Hij wilde niet afstappan aan hetzelfde sfa-
tiou waar bij den vongen avond was geweest,
doch bad aan dokter Felton getelegrafeerd, dat
deze hem te W. moest wachten, hetgeen de
dokter ook deed.
Nu, riop hy uit, toen hij in het rijtuig
stapte, waarmee de dokter hem van bet sta
tion afhaalde, welke berichten hebt ge my
mee te deelen, dokter Felton
Het spijt my, dat ik het zeggen moet,
rnaer in het geheel geen, antwoordde dokter
Felton op den kalmsten toon van de wereld
In myn telegram beb ik u alles gezegd, wat
ik met zekerheid weet. Het lot van uw echt
genoote is op dit oogenblik nog een donker
- Gij hebt haar dus nog niet teruggevon
den
Neen, ik heb boden naar alle richtingen
gestuurd, ik beb inlichtingen bij de politie
gedaan en verder alles wat er in dergelijke
omstandigheden gedaan kon worden en eu
kunnen we nieta doen dan kalm afwachten tot
er berichten komen, hetgeen zeker Bpoedig
het geval zal zyn.
Wanneer is zij ontvlucht
Gisteravond.
Hoe?
Op een zeer bijzondere wijze en gij, zult
my zeker van alle schuld ontheffen wanneer
ik u verteld heb, hoe zij het gedaan heeft,
want niemand had haar tot zulk een verme
telheid ia staat geacht.
Voor bet venster van haar kamor staat een
arresteeren. Eerst nadat de omstaande
redacteurs op haar arrestatie hadden
aangedrongen besloten ze haar naar het
politiebureau te geleiden. Ze salueerden
op militaire wijze en lieten haar voor
gaan naar haar auto, die al dien tijd op
haar had staan wachten.
Nadat ze zonder verzet haar revolver
had afgegeven, liep ze kalm de trappen
af en stapte in haar auto, in gezelschap
van de twee agenten, die haar gearres
teerd hadden.
Middelerwijl was dr. Raymond, eeu
persoonlijk vriend van Calmette, bezig
de eersfe zorgen aan den gewonde te
besteden. Het bleek al spoedig, dat zijn
wonde levensgevaarlijk was en op last
van den geneesheer werd de getroffene
per ziekenhuis-auto naar een kliniek ver
voerd, waar zooals men weet nog het
onmogelijke beproefd werd hem te red
den, doch tevergeefs.
Van het verhoor, dat mevrouw Cail
laux na het bedrijven van haar misdaad
werd afgenomen, zijn reeds eenige bij
zonderheden bekend.
De aanleiding tot den aanslag was de
publicatie van een brief, die minister
Caillaux in 1901 aan een dame had ge
schreven en waarvan dezer dagen eeu
fotografische reproductie in de iFigaro*
was verschenen. De herhaling van een
dergelijke, ook volgens onze meening
afkeurenswaardige handelwijze had me
vrouw Caillaux naar ze zeide, door haar
misdaad willen voorkomen.
Een treffend tooneel had plaats toen
de minister van financiën, die den heelen
namiddag aan de besprekingen in den
senaat had deelgenomen, zijn vrouw op
het politiebureau kwam bezoeken.
Het was toen omstreeks half acht in
den avond en een sterke politiemacht
belette de opdringende nieuwsgierige
menigte het politiebureau te naderen.
De politieagent die voor het bureau
de wacht hield, aarzelde om den Mi
nister toe te laten, doch Caillaux zeide:
Ik ben Min. van financiën, je zoudt wel
eens voor mij kunnen salueeren 1 Hrj
verschafte zich daarna met gewelb toe
gang.
De overbrenging van rr.evrouw Cail
laux van het politiebureau naar de ge-'
vangenis van St. Lazare en vooral het
vertrek van Caillaux na het bezoek aan
boom, dio met zijn takkea dat raam byna
raakt, maar Dietterain was het lesensgevaorïyk
voor baar in dien boom te klimmoD. Toch
schijnt zy dat gedaan te hebben en daarna
langs den stom at gegleden to zyo; vervol
gens moet zy' over den tuinmuur 2ijn geklom
men, want wij vondon daaraan draden van
baar sjaal. Verder weten wy niet wat er met
baar kan gebeurd zyo,
Er moet achteloosheid zyn voorgekomen,
een grooto achteloosheid, riep de baronet uit
met een toorn, die den dokter verwonderde.
Ik beb baar toch een speciale verpleegster
meegegeven'
- Maar deze was toevallig ziek, hernam de
dokter, terwijl ook ik. helaas, gisteravond van
buis was. Gy kunt mij niets verwyteD, sir
Ascot, vront ik ben over bet gebeurde eveu
wanhopig als gij.
Toen zij het huis van doktor Felton be
reikten, werd de barouet naar de kamer van
zijn vrouw geleid eu hij kou zich niet genoeg
verwonderen over den moed der vertwijfeling,
waarmee de ongelukkige vrouw haar vlucht
ten uitvoer had gebracht,
Slechts een half-woauzinnige kon zulk een
spropg wagon en hij kou dokter Felton niets
meer verwijten, want ook de nauwkeurigste
bewaker bad zulk een poging niet kuDnen
voorzien.
Sir Ascot was nog niet lang hier, toen een
tuinknecht binnen kwam met een kleinen
halsdoek benevens een zakdoek.
Laatstgenoemde was in een boek gemerkt
met deu naam Alice Carlyon
Ik heb dezen zukdo&k in bet riet aan
den oever der rivier gevonden, zeide bij zacht,
terwyl bij de beide voorwerpen aan zijn
meester overhandigde, eu de hulsdoek dreef
op het water, doch werd bij een ver voor-
overhaDgonden boom opgevischt. Beide doeken
beboerden aan de ongelukkige dame want zij
drageu baar naam.
De dokter wissolde een veelbeteekonendeu
blik met den baronet en deze wendde het ge-
loat af om zijn ontroering te verbergen.
Ik heb bet wel gevreesd, mompelde hy
half voor zich, wij moeten den bodem der ri
vier luten onderzoekon, zoo spoedig moaelyk.
(Wordt vervolgd.)