Nummer 68
Zondag 23 Augustus 1914.
37e Jaargang.
T weede Blad.
Uit de hoofdstad.
(Nadruk verbodeD.)
Uitte ik in m'n jongsten brief den
wensch, dat ik met blijmoedigheid in
den volgenden brief zou mogen gewa
gen van eene kentering ten goede in
den huldigen wereld-toestand, bitter ben
ik daarin teleurgesteld. Inplaats van
vreugde diepe rouw, inplaits van opbeu
ring troostelooze neerslachtigheid. Nog
heeft de bom, geworpen in het strijd-
kamp der Mogendheden, bij lange na
niet In al zijn moorddadigheid uitge
woed en toch heeft hij reeds aan dui
zenden en duizenden het leven ontno
men, de toekomst verwoest, have en
goed vernietigd. Onherstelbaar leed is
aan even zoovelen toegebracht. Zij, die
nog voor kort in welstand waren, zijn
thans aan de bitterste armoede ten prooi.
Men behoeft nog niet op het slagveld
geweest te zijn om bij het aanschouwen
van al dat oorlogswee medelijden, innig
medevoelen te krijgen met hen, die zoo
scherp het noodlot trof; de verhalen
van vluchtelingen uit de beproefde ste
den en dorpen zeggen ons genoeg.
Zondag had ik een onderhoud met
een vluchteling, die met vrouw en 6
jonge kinderen tijdens de beschieting
van Luik de vlucht had genomen naar
ons land, terwijl ik Dinsdag toevallig in
de gelegenheid was om van een boek
houder aan een groote fabriek bij Visé
eenige bijzonderheden te vernemen. Het
geen de Luikenaar, stoere forsche schip
per mij vertelde, in al zijn eenvoud van
woorden, was hartverscheurend. >Ik, m'n
vrouw en zeven kinderen, zoo vertelde
hij, leefden gelukkig, we hadden het
wel niet breed, maar ik verdiende als
schipper goed den kost, totdat Vrijdag
het noodlot mij overviel, doordat een
patrouille Duitschers mij dwong, met
de bajonet op het geweer, onmiddellijk
het schip te verlaten. Wat bleef er vooi
mij tegenover die overmacht over dan
terstond aan dat bevel te voldoen Een
oogenblik dacht ik erover om me op
die bajonetten te werpen en mijn bezit
ten koste van mijn leven te verdedigen,
maar een blik op mijn vrouw en 7 kleine
kinderen bracht mij tot inkeer. Verbo
den iets, ook maar het geringste mede
te nemen namen wij de vlucht naar de
uitgangen der stad. ^Maar het noodlot
had nog niet afgerekend. Terwijl gra
naten en projectielen van allerlei soort
ons om de ooren vlogen, hadden wij
bijua ons doel bereikt, toen een granaat
een in aanbouw zijnd huis trof, onder
de puinhoopen bedelvend mensch en dier
dat voorbijging. Het was alsof ik mijn
verstand verloor, toen ik daar zag hoe
een stuk muur mijn kind, ma petite Mimy,
verpletterde. Och mijnheer, zoo iets is
verschrikkelijk, om te besterven.4 En die
reus, hij schreide als een kind.
Ach lezer, men beseft eerst ten volle
de schrijnende wreedheid van den oor
log als men zoo iets hoort, beter dan
wanneer men het leest.
Doch bij het booren van al die men-
schelijke wreedheid, die bij ons een ge
voel van afschuw voor het menschdom
teweegbrengt, daar laait weer bij ons
op een gevoel van achting voor dien
zelfden >mensch< bij het aanschouwen
van die hulpvaardigheid, waarmede velen
zich beijverden om aan deze ongeluk
kige menschen hulp te verschaffen. Het
is een mooie karaktertrek van den Bos
schenaar om aanstonds waar hulp van
noode is, deze onmiddellijk en in ruime
mate te verschaffen. In deze dagen komt
dit nog duidelijker aan het licht nu vooral
uit de hoogere standen mannen en vrou
wen van naam zijn opgestaan om hulp
te verschaffen, daar waar die thans zoo
dringend noodig is.
In weerwil van alles wat dit jaar hier
gebeurde ontziet de patroon thans moeite
noch kosten om de helpende hand uit te
steken naar de vrouwen en kinderen van
dien werkman. Waar eenigzins mogelijk,
laat de patroon zijn werklieden nog door
werken, zij het dan maar halve dagen,
doch waar zulks niet meer mogelijk is, bij
gebrek aan grondstoffen, geen nood, hij
beraamt plannen om op andere wijze in
de behoeften van achtergebleven vrouwen
en kinderen te voorzien. Wel is er veel,
ontzaggelijk veel geld noodig om in al
die behoeften der arbeidende klassen te
voorzien, maar ik ben er van over
tuigd daar waar zulke mannen en
vrouwen de handen ineen hebben ge
slagen, daar zal de zoozeer geroemde
hulpvaardigheid en menschllevendheid
van den Bosch niet achterwege blijven.
Het begint er anders treurig in onze
stad uit te zien. Tal van fabrieken en
werkplaatsen staan leeg of werken nog
slechts halve dagen, winkeliers moeten
hun personeel bedanken, omdat zij toch
niets verkoopen (er zijn winkeliers die
in veertien dagen nog geen 5 menschen
in hun winkels gehad hebben,) De ge
volgen kunnen natuurlijk niet uitblijven
er staan vele faillissementen voor de
deur. Een bankzaak, vooral vele kleine
burgers dupeerend, heeft hare betalingen
al gestaakt, een andere groote zaak staat
op springen en andere zullen ongetwij
feld volgen.
De toestand is critiek, doch laat dit
den Bosschenaar niet ontmoedigen, waar
zulke schoone voorbeelden gegeven
worden, daar zullen ongetwijfeld velen
volgen en kan de nood, althans geruimen
tijd, bulten de stadsmuren gehouden
worden.
Terwijl deze brief mijne(n) lezers en
lezeressen onder het oog komt, vertoef
ik aan de grenzen en hoop een volgen
de keer eenige bijzonderheden te kun
nen vertellen over de verrichtingen aan
de grenzen, natuurlijk kan ik dan slechts
zooveel mededeelen dat mijn geschrift
buiten het bereik van het scherpe cen-
suur-mes blijft.
Dup tot
BOSSCHENAAR.
VRIJDAG.
MAASTRICHT. Generaal Léman de
commandant van Luik is gevangen ge
nomen en over Aken naar Keulen ge
voerd.'
IJMUIDEN. Door het S.S. Nicolaas
werden uit Edinburgh 37 Nederlanders
naar IJmuiden overgebracht, welke tot
de bemanning behoorden van 6 Duitsche
haring loggers. Deze loggers waren
door Engelsche oorlogsschepen in den
grond geboord, nadat de bemanning
aan boord was gebracht.
De Duitsche bemanning werd door
de Engelschen gevangen genomen
De stoomtrawler Marie van Hattem
rapporteertGisteren kwamen wij ten
N. W. van de Haak en lagen tusschen
eenige Engelsche torpedo's. Plotseling
verscheen een groot Duitsch oorlogsschip
en spoedig daarop nog eenige Engelsche
torpedo's te samen elf in getal. Een
gevecht ontstond, waarop wij maakte
dat wij weg kwamen. De kogels vlogen
tot op ongeveer 40 M. van de trawler.
De afloop kunnen wij niet mededeelen.
ANTWERPEN. De Antwerpsche bla
den melden dat de Duitschers de Bel
gische gewonden met bajonetsteken
hebben afgemaakt.
Over den slag zelf die heeft plaats
gehad is niets bekend. De gewonde
soldaten die hier aankwamen zien er
verschrikkelijk uit. Ze zijn versuft en
staan verwonderd te kijken.
ROERMOND. Gisterenavond dreef
een groot luchtschip komende van de
Belgische grens in de richting van
Duitschland. Het werd door militairen
beschoten. Het luchtschip had zoeklicht
aan boord.
NIJMEGEN. Van nacht werd een vlieg
machine boven Nijmegen waargenomen.
De machine werkte met zoeklichten. Er
werd op geschoten, doch zonder resul
taat.
CONSTANT1NOPEL. Gisteren deel
den de Fransche en Engelsche gezanten
aan de Porte mede, dat hun regeerin
gen geen plannen koesterden tegen de
territoriale integriteit van Turkije. De
politiek van Frankrijk en Engeland is
integendeel gebaseerd op de handhaving
dier neutraliteit.
Naar verluidt legde de Russische ge
zant een zelfde verklaring af.
BERLIJN. De Duitsche geleerden die
op invitatie der Russische autoriteiten
ter observatie van de zonsverduistering
in de Krim vertoefden werden gedeel
telijk gevangen genomen en naar Oren-
burg getransporteerd, terwijl de weten
schappelijke toestellen in beslag werden
genomen.
ST. PETERSBURG. (Officieel.) De
Amerikaansche Ambassadeur te St. Pe
tersburg heeft last gekregen te protes
teeren tegen het opzenden van Duitschers
die in Rusland vertoeven naar Siberië,
als zijnde in strijd met het volkenrecht.
NICE. De Serviërs vervolgden den
uitersten linkervleugel van den vijand
naar de Drina. De Oostenrijkers trekken
terug van den Servischen rechter- en lin
kervleugel. De Oostenrijksche magazijnen
en schepen zijn verwoest bij Stara-
Maoldano.
PARIJS. Een telegram uit den Elzas
meldt, dat de strijd in de nabijheid van
Mühlhausen vernietigend was voor de
Duitschers. Een verwoest infanterie en
artillerie vuur werd op de Duitschers
gericht. De slachting was ontzettend.
De Franschen namen kanonnen met
caisons die nog gevuld waren met mu
nitie en namen 600 man krijgsgevangen.
De Tilb. Crt. schreef gisteren-avond
o.a.
Een Duitsche troepenmacht trekt uit
de richting Moll en Geel waar zij een
paar gestichten vernietigden op Turnhout
aan. Gisteren-avond vertoonden zich
reeds een patrouille uhlanen op de Markt
te Turnhout om verkenningen te doen.
Plotseling echter klonk een schot en
sloeg een uhlanen officier zieltogend van
zijn paard. Het bloed gutste hem uit de
borst. Onmiddellijk werden Duitsche
kloosterzusters ter hulp geroepen, die
hem direct verpleegden maar toch wan
hoopten aan zijn behoud. Heden-morgen
te 4 uur is de getroffene overleden.
Blijkens een vingerring moet de offi
cier van circa 25 jaar, van hooge afkomst
zijn geweest. De overige uhlanen, ie
door het volk omringd waren, hielden
zich kalm en zochten zoo spoedig moge
lijk een goed heenkomen.
Het schot moet zijn afgevuurd door
een vrouw.
Wat zal het lot van Turnhout worden
door dit ééne noodlottige schot.
Een der vluchtelingen, een dettig uit
ziende dame, met een groote strik in de
Belgische kleeren op de borst, die wij
vanmiddag spraken uitte de veronderstel
ling, dat op 't oogenblik bijna heel Turn
hout wel ontvolkt zou zijn.
Zij was getuige geweest van het dood
schieten van den uhlanen-officier en grie
zelde nog van de gapende wonde, waaruit
het bloed naar buiten drong.
Overigens verzekerde ze ons, dat het
Belgische volk woest was, dat alles mede
vocht en vooral de vrouwen op het land
dapper medehielpen om zooveel mogelijk
Duitschers af te maken, die hunne boer
derijen plunderden en hen van al hun
geld berooven.
De Prov. Crt verneemt uit Tilburg,
dat de verhalen betreffende het aankomen
van talrijke vluchtelingen in Tilburg on
waar zijn. Er waren gisteren te Tilburg
aangekomen uit Turnhout een zuster van
Pastoor Mutsaers en nog twee andere
personen, bovendien nog gister-avond
twee Belgen uit Visé, die 's avond op
het politiebureau waren en over Venlo
waren gekomen.
Voorts vernam onze correspondent
dat de uhlanenofficier te Turnhout niet
door een vrouw, maar door een garde-
civique zoude zijn doodgeschoten.
Aan de Franse h~ Duitsche grens.
PARIJS, 20 Aug. De Franschen hebben
Mühlhausen heroverd.
PARIJS, 20 Aug. Een officieele mede-
deeling van hedennacht zegt, dat de Fransche
troepen een schitterend succes hebben be
haald tusschen Altkirch en Mühlhausen. De
Duitschers trekken zich terug op den Rijn.
Er zijn tai van krijgsgevangenen gemaakt,
24 kanonnen genomen.
In Lotharingen was de dag minder geluk
kig dan de voorafgaande dagen. Duitsche
troepen hebben daar een heftigen tegenaan
val ondernomen. Thans hebben de Franschen
zich sterk verschanst aao de Seille en het
Marne-Rijn-kanaal.
De Acte der Duitsche vloot.
BERLIJN, 20 Ang, De kleine kruisers
„Strassburg* en *Stralsund' voeren in de
laatste dagen naar het Zuidelijk deel van
de Noordzee.
De ^Strsssburg* zag nabij de Engelsche
kust twee vijandelijke onderzeeërs.
De, „Stralsund" kwam in gevecht met
twee torpedobootvernielers, ook op grooten
afstand. Beide torpedobootvernielers werden
beschadigd.
Bij den verkenningstocht kon evenals bij
de verkenningstocht van een Duitsch lacht-
schip opnieuw worden vastgesteld dat de
Duitsche kust en de Zee tot het Skagprak
vrij zijn van vijanden.
De neutrale schepen kuuuen ongehinderd
passeeren.
Aan de Belgische grens.
De oorlogscorrespondent van de
Maasbode schreef Donderdag aan zijn
blad:
Heden heb ik geprobeerd om per tram
van de Nederlaodsche grens via Beren-
drecht en Stabroek in Antwerpen te
komen. De tram reed echter niet ver
der dan Ossendrecht (grens).
Te voet heb ik toen een tocht ge
maakt tot Berendrecht tot midden in
den fortengordel van Antwerpen.
Rondom Antwerpen waren overal
versperringen aangebracht. Er waren
boOmen neergeveld en over de wegen
gelegd, terwijl dairtusschen prikkeldraad
was aangebracht,
In Stabroek en Capelle waren verschil
lende huizen, die het uitzicht belemmer
den. tegen den grond gehaald.
In de nabijheid van de forten is men
met koortsachtigen ijver bezig nog ver
sterkingen op te werpen.
Algemeen is men van meening, dat
de Duitschers spoedig voor Antwerpen
zullen staan.
Verschillende boeren en burgers uit
de omliggende Belgische dorpen maken
reeds aanstalten om te vertrekken, of wel
naar familie in Nederland of wel naar
Antwerpen.
Antwerpen is vanaf hedenmiddag
gesloten.
Naar men zegt. mag niemand de stad
verlaten. Alles duldt er op, dat de
Duitschers in de stad verwacht worden.
De Belgen hebben tusschen Leuven
en Diest den slag verloren.
Met een kolossale overmacht hebben
de Duitschers door de Kempen een
omtrekkende beweging gemaakt en den
opmarsch ten Zuiden van Turnhout
geforceerd.
Het Belgische leger, dat zich tot dan
toe dapper verdedigd had, moest
wilde het niet ingesloten worden
terugtrekken, na een verschrikkelijken
slag, waarbij duizenden Belgen en Duit
schers gevallen zijn.
In Antwerpen zijn hedennacht volle
treinen met gesneuvelden en gewonden
aangekomen.
Toen het Belgische leger voor de
tactiek der Duitschers en hunne over
macht moest terugtrekken bezetten de
Duitschers Diest en Leuven en lag
Brussel open.
Mon zegt in Brussel dat de Belgische
ministers en de staatsministers besloten
hebben hedennacht het hoofdkwartier
naar Mechelen en vervolgens naar Ant
werpen te verleggen en het veldleger te
doen terugtrekken binnen de vestingllnie
van Antwerpen.
Het heele Belgische leger, behalve de
troepen bij DinaDt, trekt zich binten
de linie van Antwerpen terug.
Deze schikking stemt overeen met de
verdedigingsplannen, die sedert 1859 zijn
opgemaakt.
Van uit Antwerpen hoopt nu het
Belgische leger eventueel hulp te ver-
leenen aan de Engelsche en Fransche
legers. Waar die legers zich thans be
vinden is niet bekend.
In België is men ten zeerste veront
waardigd over het uitblijven van de hulp
der Franschen en Engelschen, die Bel
gië, zoo zegt men, smadelijk in den steek
hebben gelaten. Men is van meening
dat de Franschen het Belgische leger
willen opofferen om de Duitschers zoo
lang mogelijk tegen te houden.
De strijd bij Leuven moet ver
schrikkelijk geweest zijn. Men vertelt,
dat de verliezen der Duitschers en Bel
gen ontzettend zijn. Naar men zegt, zijn
niet minder dan 10.000 gewonden in
Antwerpen aangebracht.
De aftocht van het Belgische leger
naar Antwerpen verliep normaal.
Omtrent de bloedige gevechten, die gis
teren nog tusschen Leuven en Diets tusschen
de Duitsche en de Belgische troepen gele
verd zouden zijn, hebben wij tot op dit
oogenblik nog geen nadere bijzonderheden.
Waarschijnlijk zijn het intusschen min of
meer ernstige botsingen geweest met de
Belgische dekkingstroepen, daar, zooals men
zich herinueren zal, de terugtocht van de
Belgische legermacht uit Leuven Dimdag
reeds beëindigd was en het vermoeden dus
voor de hand ligt, dat de kern van het le
ger zich reeds over Mechelen naar Antwerpen
begeven had, zoodat alleen de achterhoede
in liet vuur kwam, die natuurlijk ten doel
had het oprukken van de Duitsche legerj
massa's zoolang mogelijk tegen te houder,
en te voorkomen, dat een deel van het BelJ
eische leger misschien zou worden afgesne
den. En het schijnt, dat zij daarin, zij het
misschien ten koste van geweldige verliezer,
geslaagd is'
Hoe zal nu de houding zijn van Duitsch-
and ten opzichte van Antwerpen Men
can op het oogenblik nog slechts gissen
np.tuurlyk, maar men kan toch wel haast
als zeker aannemeD, dat de Duitsche troepen
de vesting niet zullen bestormen of formeel
belegeren, Zeer waarschijnlijk zullen zij de
tectiek van '70 weer volgen en niet door
vestingen hun opmarsch „nach Paris laten
vertragen.
Ze zullen eenvoudig rond Antw»kpeu een
voldoend aantal mannen laten liggen, om te
zorgen, dat de uit Antwerpen uitvallende
Belgen niet hun flank kannen bedreigen,
maar binnen de veste opgesloten blijven,
terwijl de hoofdmacht en de steeds volgen
de reserven, waarschijnlijk over Wavelen en
Nj/el zullen trachten langs Maubeuge, een
k achtige Fransche versterking aan de Bel
gische grens, het Fransche gebied binnen te
dringen en zoo zich een weg naar Par.js se
fdrceeren.
Meer dan ooit dringt zich daarbij echter
de vraag op, waar de Engelsche en Fransche
troepen toch wel gelegerd zijn en welke
verrassingen van hen te wachten zijn. Want
hun optreden kan op de verdere ontwikke
ling uer gebeurtenissen, ook rond Antwer
pen, vau grooteu invloed wezen.
Het slagveld bij Haelen.
De >Nieuwe Gazet geeft de volgende
beschrijving van het slagveld bij Haelen
Het slagveld van Haelen leverde
Donderdag een akelig en gruwelijk
schouwspel op. Aan den inkom was alles
verwoest en vernield, 't Was al dood
en verwoesting wat men te zien kreeg.
Verderop naar Haelen was 't hetzelfde
schouwspel van dood en vernieling. In
de grachten langs de baan lagem lijken
van Duitsche soldaten en paardenrom-
pen. Het water, dat in de grachten
stond, was roodJJJgeverfd van 't bloed
In de groeven vood men ook Duitsche
granaten, die niet ontploft zijn. Hier
lag een paard met de vier pooten in
de lucht en daaronder het lijk van een
officier; daar was een jonge soldaat
uitgestrekt, de handen gekruist op de
borst, waaruit een breede streep bloed
vloeide. Verder Dog ontwaarde men 't
eene lijk naast het andere en overal
bloed I
Schrikwekkende worstelingen moeten
daar plaats gegrepen hebben. De Duit
schers werden met gansche rijen wegge
maaid en liggen langs beide kanten van
den steenweg opgehoopt.
Langs alle kanten ziet men in het veld
platgebrande hoeven. Op de baan zelf
kan men uiterst moeilijk vooruit, daar
zij vol doode paarden ligt. De soldaten
hebben zich zelfs tijdens het gevecht
achter de lijkenhoopen als achter barri
caden verschanst.
De Belgische slachtoffers heeft men
onmiddellijk begraven
De vijanden, vooral de uhlanen, schij
nen erg van de hitte te lijden zij werpen
hun hoofddeklien weg om gezwinder te
kunnen rijden en vechten.
Te Haelen heeft men de Duitsche
lijken in diepe kuilen langs beide kanten
van de baan begraven.
Een uhlanenstukje.
Een jong Pruisisch officier verhaalt
Een uhlaan staat heel alleen op post.
Zijn paard staat in den tuin. Hij heeft
nog maar 5 patronen. Daar naderen
zes kozakken. Hij blijft bedaard staan
en schiet. Met elk schot velt hij een
kozak neer tot er nog maar twee over
blijven. Dan eerst bespeuren de Russen,
dat hij maar alleen is en willen hem
aanvallen. Maar met zijn laatsten kogel
schiet hij het paard van den vijfden kozak
neer, dat op den berijder valt. En den
laatsten kozak steekt hij dood. Toen de
kozak, die onder het paard gelegen
had, zich heeft losgewerkt, gaat de
uhlaan naar hem toe en zegt:
Patronen heb ik niet meer, ik moet
je dus doodsteken.
Zoo gezegd, zoo gedaan. De uhlaan,
een recruut nog wel, is direct tot onder
officier bevorderd en voor 't ijzeren
kruis voorgedragen.
Uit Rennes wordt aan een Engelsch
blad een vreeselijk voorval gemeld. Een
Fransche dame, mevr. GulUon, reisde
door Duitschland naar Zwitserland zij
mocht echter niet door en moest naar
De Oorlog.
4