Nummer 73 Donderdag 10 September 1914 37e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Waalwijksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen, Het gewapende volk. FEUILLETON. Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO. TWEEDE DEEL. Waalwpstlie en tangstraatsclie Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 8 maanden 0."5. Franco per poat door het geheele rijk 0.90. Brieven, ingezonden stukken, gelden eni., franco te zenden aan den Uitgever. UITGAVE: Prijs der Advertbntiën 10 cent per regel; minimum 6 regels; groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale xeer voordeelige contract gesloten. Reclames 15 cent per regel Onder dit opschrift schrijft de oud- Minister van Oorlog, de heer H. Colijn, een artikel in >de JoDge Man«, een AmsterdamSch orgaan, aan welk artike het volgende is ontleend Dat wij voornemens waren schending van ons grondgebied door een der oor logvoerenden met de wapenen te belet ten, bleek uit het mobilisatie-bevel, dat gegeven werd gelijk met de algemeene mobilisatie in Rusland en Oostenrijk, doch nog één dag vóór de Duitsche en Fransche mobilisatie één dag vóór het ultimatum aan België; drie dagen vóór de oorlogsverklaring van Duitsch- land aan Frankrijk. En dat wij bij mach te waren om ons voornemen gestand te doen, bleek uit de snelle mobilisatie die afgeloopen was toen België de Duitsche eischen terugwees. Wie zal nu zeggen welken invloed deze houding op onze naburen heeft uitgeoefend In een algebraïsche for mule is dat niet uit te drukken, maar wel mag gezegd, dat een vastberaden houding gepaard aan het vermogen om van zich af te slaan, ons gevrijwaard hebben voor molest. En dat is nu juist het punt, waarin de onmachtzeurders zich altijd vergist hcDbcn. Zij hebben zich blind gestaard op de tien tegen de honderd, de hon derd tegen de duizend. Ze hebben uit het oog verloren dat het bij de tegen woordige groepeering der mogendheden vooral hierom ging, of Duitschland ons gaarne naast Engeland, of Engeland ons gaarne naast Duitschland zag optrekken. Want één van tweeën zou toch feitelijk het geval zijn, indien een der twee te genstanders onze neutraliteit opzettelijk schond. En zegge men nu niet, dat dit argu ment Duitschland dan toch niet weer houden heeft om België's neutraliteit te schenden want dan vergelijkt men wat voor vergelijking niet vatbaar is. Dan vergelijkt men noodzakelijkheid met wenschelijkheid. Van zuiver militair standpunt bekeken was het voor Duitsch land noodzakelijk om over België naar Frankrijk te trekken en daarom was het Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN." (41) Het Testament. Haar geest leed meer en meer onder dien gemoedstoestand de zinneloosheid, de vreese- lijke zinneloosheid overviel haar Toen de docter de eerste karakteristieke kenfeekens geconstateerd had, welke hem geen twyfel meer toelieten, deelde hij dat eerlek aan de familie mede, Uwe zieke, verklaarde hy, is niet gevaar lijk voor hare omgeving, zy is heel goed ge neesbaar Het komt er eenvondig op aan haar te verzorgen en baar te noodzaken baarzelve wat te verzorgen. Ik ben overtuigd, dat zy in geen enkel verplegingshuiB zoo goed zou zyn als op Ecobeil en zy er alles by te winneD beeft >n 't midden der haren te blyven, in dit heüijk oo'd, waar zy gewoon is te lever. {Joch. in het vervolg zult gy haar geen oogen- blik uit het oog mogen verliezen, «Zoo RÜ mij belooft dat nwe waakzaamheid geen ooge 'blik verflauwen zal, mag ik u op die voorwaarde, maar op die voorwaarde alleen, n de lieve zieke laten. Mev Loais de Pommery, Blanche en mevr. Allegret, beloofden dat Solange nooit alleen son blyven en verklaarden dat zy verkozen naar te houden, om haar te verzorgen met die liefde en dat geduld welke alleen moeders en snsterB ten beste kunnen geven. IX. Wat het ongeluk van de eenen uitmaakt, somwijlen het gelnk nit van anderen, terwijl de droefheid, de radeloosheid en de wanhoop op Ecobeil heerschten, trad de vrengde betreden van België's bodem door de Duitsche legers nagenoeg tot zekerheid geworden. Met betrekking tot Neder land kan alleen van wenschelijkheid ge sproken worden. Het bezit der spoor wegen over Maastricht en Roermond zou de Duitsche operaties zeer verge makkelijkt hebben, maar 't kon ook zonder dat. En dan geeft de te verwachten tegen stand den doorslag of men 't al of niet doen zal. Die maakt dan uit of 't dan nog voordeelig blijft een tegenstander meer te scheppen. Zóó staat de zaak en niet anders. Men kan over dat alles treuren, maar men heeft het feit te aanvaarden. En daaruit volgt dan ook onverbid delijk dit, dat men zich te krachtiger wapeneD moet naarmate het voor een der grootmachten verleidelijker is om het grondgebied van een naburigen kleinen staat voor zijne operatie te benutten. Hoe grooter kracht, die kleine buur man ontwikkelen kan, hoe minder kans dat hij in den oorlog wordt meegesleept. Dat is het leidend beginsel geweest van hen, die het pleit hebben gevoerd voor een krachtige defensie-politiek. En ook daarin heeft de uitkomst hen voorloopig in het gelijk gesteld. Tot heden zijn we nog niet in den oorlog betrokken gewordeo en dat heb ben we in den weg der middelen te dan- kan aan het feit dat we een bruikbare weermacht bezaten en dat de regeering bereid bleek haar te hanteeren. Hiermede is beslist, dat onze defensie- ve-middelen bij den aanvang volkomen hebben beantwoord aan het doel, dat men er mee beoogde. Maar als er nu eens werkelijk gevoch- tea had moeten worden, zegt ten laatste de grootste Thomassen. Zie dan naar België, zoo antwoorden we Het heeft den grooten mogendheden geleerd, dat de kleine staten méér beteekenen dan zij wellicht vermoed hadden. En Nederland is in militair opzicht stellig niet de mindere van België. Zoo kunnen we dan alleszins tevreden zijn over de bij den aanvang verkregen resultaten. Bij den aanvang want nog is het einde niet 1 het kaBteel van Villaines binneD, waar men tot nn toe haast niets anders gekend bad dan bittere nyd, verveling en kommer. Na duizend wederwaardigheden die hy, wy weten ten kosten van welke onkieschheden, overwonnen had, zag Roger d'Allardes de eer loosheid slagen, waarmede hy een leven had bekroond van laakbare en dubbelzinnige handelingen, met soms, 't is waar, eenigen onverdienden tegenslag. Alle gelnk viel hem nn ineens te beurt Hy trad, de veertig jaar nabij, in't huwe lyk met een meisje dat de vyf-en-twintignog niet bereikt had en dit meisje, dat reeds groote genegenheid had opgevat voor zyne kinderen, zou hen verzorgen on beminnen als hnnne eigene moeder, En eindelyk het opperste gelak dat meisje bracht hem als bruidschat mede al wat hy droomdehet testament van zijn oom Guillaume, hem als algemeenen erfgenaam aanstellende van al de goederen van den onden man, met opdracht enkel 20.000 fr. uit te keeren aan de wedawe van Bernard. Voorzeker, Roger had ten slotte een gift goed gevonden welke niet ongedaan meer kon gemaakt worden, in plaats van een testament dat zoo gemakkelijk door een ander kon vervangen worden. Doch de onde oom was tot niets anders te bewegen geweest, en na de onwilligheid van de vorige jaren, mocht Roger den uitslag als uitstekend beschouwen. Zooals men heeft knnnen zien, zon de tnsso enkomst van Adèle Moreau alleen onvol doende geweest zyn om die verandering te bewerken. De gebeurtenissen hadden haar geholpen. Het waren, eenerzijds het mislukken van de expeditie uitgezonden om Bernard te bevrijden en de quasi zekerheid dat de onge lukkige bij zijn avontuurlijke vlucht de dood gevonden had anderzijds de verwijdering van mevr. de Pommery, die op Ecobeil weerhouden door de ziekte barer schoondochter niet naar Parijs kon komen en haar broeder zonder verweer overliet aan den invloed van het het meisje. Die laatste omstandigheid was van zeer groot be lang. Inderdaad, mynheer Guillaume, overtuigd dat Bernard en Raymond dood waren, leende Allereerst toch hebben we, zoolang de vijandelijke legers nog bijna dagelijks in de nabijheid onzer grenzen op elkaar stooten, te waken dat troependeelen, die verdwalen of over onze grenzen uitwijken, dadelijk ontwapend en geïnterneerd wor den. Niet minder scherp zullen we er op heb ben toe te zien. dat, bij gevechten nabij de grens, vervolgende troepen in hun ijver zich niet laten verlokken hun ver volging uit te strekken op Nederlansch territoor. In de tweede plaats blijft het gevaar voor opzettelijke oeutraliteitschennis be staan. Men zij in zijn oordeel daarover voorzichtig etf" billijk. De nu aangevan gen worsteling is de geweldigste, die de wereld ooit aanschouwde. Her is voor de 4 continentale grootmachten er op of er onder en waarschijnlijk voor goed. Men bedenke wat dat zeggen wil en vrage zich dan dit eens afindien de zaken voor Duitschland b. v. eens zóó komen te staan, dat het winnen kan door b. v. een half millioen zijner re servetroepen snel in Noord-B figië te werpen, en dat het verliest, wanneer zulks te laat geschiedt, wat zal het dan doen Dan zal het alleen vragen wat grooter tijdsverlies met zich brengt het Nederlandsche leger op zij dringen of een omweg maken ten Zuiden van Limburg. En het zas den weg nemen die het minste tijd kóit. Men kan vol komen dezelfde vraag stellen met be trekking tot Engeland. Het is dog on mogelijk te zeggen hoe het verloop zal zijn. lederen dag, ja, ieder uur kan nog nieuwe wendingen brengen. En al dien tijd moet het leger wach ten, gereed tot daden 1 Ten derde zij er de aandacht op ge vestigd, dat Japan aan Duitschland een ultimatum stelde, over inwilliging waar aan zelfs niet gedacht kan worden. Zijn de courantenberichten juist, dan zou de Japansche actie zich tot Kiau-Tsjao be palen. Maar zal het daarbij blijven? Zal Japan behalve Kiau-Tsjao misschien ook trachten Samoa, de Carolinen en de verdere ten Oosten en ten N. Oosten van onzen Archipel gelegen Polynesische ei landen te veroveren Zal het hiermede zijn politiek ideaalalleenheerschappij in den Stillen Oceaan een schrede nader- d«8 te gemakkelijker het oor aan de baatzuch tige inblazingen van Adèle, daar zijne znster niet daar was om hem aan te manen de toekomst in het oog te bonden en nog te hopen op de terugkomst van de twee verdwenenen. De oude man toch toen hij de balans ten gnnste van Roger liet overhellen, vergat evenwel in zyne schikkingen Solangê niet, van wie hy den besten indrnk bewaard had, en zoo hjj baar slechts tweehonderd duizend frank liet, was het omdat hij de overtuiging bezat dat raevroaw de Pommery haar gansch fortuin zon achterlaten aan hare schoondochter. Het was niet zonder een hevige verwondering en ook niet zonder eenige verbittering, dat mynheer Guillaume d'Allardes kort daarop het toekomstig huwelyk vernomen had van zyn neef Roger met Adèle Moreau. En Roger, in tegenstelling met hetgeen hij gehoopt bad, was niet in sympathie gestegen by den ouden man. De eerste gedachte by den ouden jonkman was inderdaad Da te gaan welk ongerief dit zonderling huwelyk voor hem zou meebrengen bij zou zijne voorlezeres verliezen, zyne ver pleegster, wier opgeruimdheid, liefderijke en verstandige zorgen hjj zeer hoog schatte. Een en ander was reeds genoeg om de ontworpen verbintenis met een ongunstig oog aan te zien. Doch langzamerhand veranderden zyne ge voelens en Adèle Moreau wist het zoo behendig aan te leggen dat de oude brompot het ten slotte heel natuurlijk vond, dat de jonge vrouw een eigen haard en familie zocht te stich ten. Spoedig deed hy zelfs een stap verder, hij moedigde haar aan op dien weg en kenrde het ten volle goed dat zijn neef Adèle verkozen had, die een uitstekende huisvrouw zou zijn en eere uitmuntende moeder voor Yvonne en Gaston. Zalke vriendelijke gesteldheid moest de op lossing van de geldelijke kwesties niet weinig vergemakkelijken De twee verliefden zooveel welwillendheid toedragende, kon de oude oom niets anders meer doen dan hunne toekomst verzekeren. Hij besloot daartoe zonder veel te mopperen en hoewel hy bleef weigeren te dokken om Roger's luiheid niet in de hand te werken, zeide hy maakte hy hen rijker bij komen Zal Amerika dit zonder protest toelaten of staat ons ook daar een strijd op leven en dood te wachten Zullen wij daar buiten kunnen blijven En als wij in Azië eens meegesleept mochten worden in een krijg tegen En- gelands bondgenoot, Japan, wat zullen daarvan de consequenties zijn voor onze houding in Europa Het Japansche ultimatum brengt ons een nieuw gevaar voor verwikkelingen. Ook hierom moet 't leger wachten, gereed tot daden 1 Ten vierde ligt in de toepassing van artikel 7 van het Rijnvaarttractaat, dat aan Duitschland vrijen doorvoer waar borgt, een oorzaak van mogelijke con flicten. En eindelijk, het gaat om een nieuwe regeling van machtsverhoudingen in cen traal Europa, om een wijziging van het politiek organisme der oude wereld. Dat kan voeren tot de noodzakelijkheid om onze neutraliteit te laten varen. WaD- er een nieuwe kaart van Europa getee- kend moet worden, wanneer dat eens de uitkomst zou zijn van de nu aangevan gen worsteling, dan kan er een oogen- blik komen, dat ook wij onze stem moeten doen hooren. Niet uit dwaze belachelijke zucht, om aan groote politiek te doen, maar om bij de eindrekening onze eigen belangen te waarborgen. En dan verlieze men niet uit het oog, dat een paar honderd duizend man volkomen versche troepen aan het eind van een grooten oorlog driemaal zooveel waard zijn als in het begin. Ook daarom'moet het leger wachten, gereed tot daden. Ga zoo is ons aller bede de oorlogsgeesel aan ons land en aan onze koloniën voorbij 1 Wij begeeren niet anders dan een bescheiden plaats onder de zon, dan een onafhankelijk volksbe staan en de getrouwe bewaring van wat ons door Gods voorziening in den loop der historie is toebetrouwd. Even wel, komt het anders, dan zal het ge wapende Nederlandsche volk zijn plicht doen, dan zal blijken, dat »Das Volk in Waffen 1" niet alleen voor Duitschers geschreven werd. Tot zoolang wachten 1 Bidt God, maar houdt het kruit droog 1 voor later, door zijo neef aan te duiden als zyn algemeenen testamentnitvoerder. Zoodra het kostbaar testament opgeBteld was Daar al de vereischten der wet, werd het huwelijk van Adèle en Roger ingezegend- En hoewel zij niets getrokken hadden en das niets te ver doelen hadden, deden zy een contract opstellen volgens welke d'Allardes aan zijne vrouw een bruidschat van driehonderd dnizend frank toe kende. Die driehonderd dnizend frank waren uit de lacht gegrepen. Adèle nochtans, in wie de commercieele geest van baar vader Fernand Morean weer opflikkerde, waB verrukt zulk commissieloon te trekken voor een operatie welke zy met zooveel behendigheid en geluk had doorgedreven. Het was ender die gelukkige voorspellingen dat de nieuwe baronnes d'Allardes triomfantelijk hare intrede deed op het kasteel van Villai nes. Een enkele wolk verduisterde de glorie van dien triomf. Den dag zelf waarop Adèle in de streek weerkeerde werd La Férolle in veiling gebracht op de rechtbank en toegewezen aan den heer Armand Chanvenel. De dochter van Ferdinand Morean bad geen nieuwen geldschieter kannen vinden om de hypotheek, door Chanvenel genomen, te her nieuwen. Mynheer Gnillanme d'Allardes alleen had baar dien dienst kunnen bewijzen, maar daar zy nn zyne nicht nog niet was en zij wel merkte dat bij van zyn geld niet wenschte te scheiden, bad zij hem die opoffering niet durven vragfn.... om geen weigering op te loopen. Zy had das de gebeurtenissen hannen gang laten gaan en had er zelfs oog wat haast by- gezet, om van die nachtmerrie verlost te worden. Inderdaad verzachtte de voldoening kasteelvronwe te worden van Villainnes veel het verdriet La Férolle te moeten verliezen. Zij zwoer overigens dat zy by gelegenheid Chanvenel die onbeschaamdheid wel danr zon betaald zetteD. Zij vermoedde niet dat op den dag waarop zy zich op den rijk geworden beheerder zon wilieD wreken, de weerwraak juist haren man ion treffen. De Oorlog. LONDEN. De Times verneemt uit Rome dat daar een gerucht gaat, dat een der eerste daden van den nieuwen Paus zal zijn. om bij de mogendhe den en vooral bij Oostenrijk aan te dringen op de staking der vijandelijkhe den in 't belang der menschheid. PARIJS. (Off.) Uit Bordeaux meldt men dat de vijand op onzen linkervleu gel Parijs laat liggen om de omtrekken de beweging voort te zetten. De Duitschers bereikten Jouarre en trokken door Reims en langs de West zijde van het Argonneplateau. Evenals de vorige dagen is deze omtrekkende be weging mislukt. Op den rechtervleugel in Lotharingen en de Vogezen werd met afwisselend succes gevochten. BERLIJN. De Duitsche pers oordeelt zeer gunstig over den nieuwen paus Benedictus XV» Men verwacht van hem een gematigde politiek, ook al was hij bevriend met kardinaal Rampolla. ANTWERPEN. Volgens bericht uit Mechelen is de stad door de Belgische genie onder water gezet, waarbij het Duitsche geschut verloren ging. Alleen het legercorps van gene raal von Bülow heeft in Frankrijk 233 zware kanonnen, 116 veldkanonnen, 79 machinegeweren, 166 voertuigen en 12,934 krijgsgevangenen gemaakt. Dendermonde is door de Duit schers gebombardeerd ter bescherming der bezettingstroepen van Brussel. BERLIJN, 7 September. De corres pondent van de „Times" meldt over de laatste gevechten in Frankrijk het vol gende De onverwachte snelheid van de Duitsche troepen en de juiste topo grafische kennis van den generalen staf zijn opvallend. De Engelsche verliezen zijn zeer groot. De Fransche generale staf heeft de kracht van den Duitschen Mevroaw Louis de Pommery wiBt niet dat haar broeder een testament gemaakt had ten gUDSte van Roger en dat die nitslag het werk was van Adèle Moreaa's kuiperijen. Niettemin werd de toestand van de nieuwe baronnes d'Allardes al ganw moeilijk, Zij stond taHBchen den nienwen eigenaar van La Férolle, die zijne vyandelykbeid niet verborg, en de onde kasteelvronw van Ecobeil die wel Diet rechtuit hoos was, maar toch met geen goede oogen bet huwelyk van haren neef met het meipje had aangezien. Dat onvoorziene hnwelyk had onmiddellyk voor gevolg gehad dat Adéle den post van vertrouwen verliet waarin zij gesteld was en de onde mevr. de Pommery beschonwde zulks als oen echt verraad tegen baar gepleegd. Vrijmoedige wederzijdscbe ophelderingen hadden misschien alles weer in orde gebracht, doch de gelegenheid bad zich daartoe moeten aanbieden, 't Kwam bij mevr. de Pommery □iet op >e uit te lokken, daar zij eigenlijk geen bepaalde grieven tegen de jonge vronw kon aanvoeren. Wat Adéle betreft, zy stond er niet op zekere kieBcho en netelige kwesties op te helderen, wijl zij alle redenen had om ze blanw blanw te lateD. Zoo wrong bet van den beginne af tusschen mevr. de Pommery en baar nienwe nicht. Er moet bijgevoegd dat het noch gemakkr- lyk, noch aangenaam was op Ecobeil te komen. SolaDge, wier krankzinnigheid steeda toenam, verscheen niet meer voor de vreemdelingen en hield zich in hare kamers opgesloten. Eerst in den laten avond wandelde zij soms nog in 't park. Hare moeder, hare zuster en hare schoon moeder losten elkander beurtelings af, ten einde haar nooit uit het oog te verliezen. Die waak zaamheid op alle oogenblikken was afmattend en bet gezicht van de jonge vrouw was zoo pijnlijk, dat bare drie bewaaksters er den in vloed' van ondergingen en zelf in een gednrige opgewondenheid leefden. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1914 | | pagina 1