Eerste Blad.
feuilleton
Markode Bandiet
■„NOORD-BE ABAND"!
Tit nammer bestaat
ait TWEE bladen
Gemeenteraad.
aatschappij van Verzekering op het Leven.
nummer 100
Dit blad verschijnt
WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1.25.
Franco p. post door het geheele rijk f 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
DONDERDAG 16 DECEMBER 1920
Te'"*. 3?,
HAARSTEEG.
Openbare vergadering van den raad de
zer gemeente op Vrijdag 10 December des
voormiddags ten 11 uur.
Voorzitter Edelachtb. Heer Van Bokho
ven.
Ongeveer 11.15 opent de Voorzitter de
vergadering; aanwezig alle leden.
De Voorzitter zegt dat de notulen van de
vorige vergadering nog niet gereed zijn
en stelt daarom voor de voorlering daar
van tot de volgende vergadering aan te
houden.
Daartoe wordt besloten.
Aan de orde:
1. Ingekomen stukken,
a. Schrijven van Ged. Staten houdende
goedkeuring van het raadsbesluit tot het
aangaan van eene geldleening groot
f 4750.
Schrijven van de Zuid Nederlandsche
Handelsbank waarbij deze bericht dat ze
is overgegaan in de Nationale Bank.
De Secretaris wijst er op dat de ge
meente in Rekening-courant staat en nu
deze in een ander lichaam is overgegaan,
aan Ged. Staten de goedkeuring moet wor
den gevraagd om bij de Nationale Bank in
Rekening-courant te kunnen gaan.
Aldus wordt besloten.
Schrijven van de Nederl. Ver. van Gem.
Ambtenaren houdende het verzoek, aan de
vereeniging Rust- en Vacantie-kolonies
een bijdrage te willen verleenen.
De heer Vuchts zegt niet veel meer voor
deze zaak te voelen.
De heer Acht vraagt of er reeds eerder
subsidie aan deze vereeniging is verleend,
waarop de secretaris zegt dat een vorig
jaar f 25 subsidie is gegeven.
Eenige -leden zeggen zelf geen vacantie
te hebben en als een ambtenaar dat al zelf
heeft hij dan maar voor de rest moet zor
gen.
Wordt besloten geen subsidie te verlee
nen.
Schrijven van Ged. Staten houdende het
verzoek de jaarwedde van ambtenaren van
den Burgerlijken Stand te herzien.
Secretaris. Ja, dat is een baantje waar
van het salaris altijd maar is blijven han
gen.
Vuchts. Hoe hoog wordt dat nu weer.
Secretaris. Eerst was het f 125 daarna is
het verlaagd tot f 50.
Voorzitter. Ik dacht tot f 60.
Secretaris. Ja, omdat er toen van die
eenen ambtenaar -dat is bijgekomen. Ged.
Staten stellen voor het nu te brengen op
f 130.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
daartoe besloten.
Schrijven van Ged. Staten waarin ze in
overweging geven de achterstallige posten
voor oninbaar te verklaren.
Voorzitter. Ik zou dit niet doen want de-
van „De Echo van het Zuiden".
zcr dagen is neg een post binnen geko
men van 1907.
Secretaris. Ged. Staten stellen dit bijna
ieder jaar voor omdat deze er gewoon
niets van begrijpen hoe het in elkaar zit.
Het is echter net als de Voorzitter jullie
heeft gezegd, dezer dagen is er nog een
post over 1907 binnengekomen. Om de 10
jaar ruimen wij de boel zoo eens op. Voor
ons is het niet moeilijk, wel voor Ged.
Staten.
Vrede. De achterstallige betalers worden
toch niet meer als pachters aangenomen.
Als ge daar de hand aan houdt hebt ge
meer kans dat ze komen betalen.
Voorzitter. Dat spreekt van zelf, dat is
altijd gedaan.
Acht. Is het nu opzet of is het laksheid
dat ze niet betalen.
Voorzitter. Er zijn er wel bij waarvan
het gewoonweg onwil is, maar er zijn er
ook bij die niet kunnen. Komen deze later
in beteren doen, dan betalen ze wel eens.
Vrede. Maar worden dan de borgen niet
aangesproken.
Voorzitter. Zeker wordt dat gedaan en
ieder jaar krijgen ze een briefje thuis. Er
zijn er wel die daar niets omgeven.
secretaris. Ik heb sinds een jaar of vier
een systeem ingevoerd. Eerst krijgen ze
eene aanmaning, daarna een open brief
kaart, dan eene aanmaning en dan een
dwangbevel. Ge ziet wel dat we alles doen
om ze achter de vodden te zitten. Ik geef
jullie echter in overweging, zooals de
voorzitter dat heeft gedaan, om niet op het
verzoek van Ged. Staten in te gaan want 1
zoo nu en dan komt er nog wel eens wat
van in den emmer.
Met algemeene stemmen wordt daartoe
besloten.
Vaststelling verordening Warenwet.
De heer Acht merkt op dat hij in alle
opzichten er voor is dat alleen goede waar
kan worden verkocht, echter zooals de
verordening nu luidt kan een onschuldige
worden gestraft want 't kan toch heel goed
gebeuren dat een winkelier iets verkoopt
dat door een fabrikant is vervalscht, wat
echter door den winkelier niet is te con-
stateeren.
De secretaris zegt dat de raad de ver
ordening volgens de gemeentewet moet
goedkeuren doch dat voorts de bepalingen
enz. krachtens de wet zijn geregeld.
De heer Vrede zou liever eerst een af
schrift der verordening ontvangen om de
ze vooraf in te studeeren.
De secretaris zegt dat men daar niets aan
heeft wijl, als de raad het niet doet, Ged.
Staten er wel voor zullen zorg dragen dat
do verordening er komt.
Vrede, Denkt er aan dat niet geschoten
zeker mis is. Zoo gauw moet men alles
niet slikken. Als de raad niets heeft te
vertellen, moeten ze ons niet vragen.
De heer Winkel is van meening dat bij
de fabrikanten de waren wel zullen ge
keurd worden zoodat de winkelier daarvan
nooit de dupe kan worden.
Secretaris. Aan wetten heeft de raad
niets te zeggen. Daar zorgen de heeren in
Den Haag, die zeker zooveel verstand heb
ben als wij hier, wel voor.
Acht. Men weet hoe het dikwijls gaat die
controle.
Winkel. Als ik een fabrikant niet ver
trouwde zou ik rijn waren eerst laten keu-
WAALWIJKSCHK EN LANGSTRAATSCHE COURANT
UitgaveWaalwqbcbe Stoomdrukkerij Atoon "Helen TeUer.-Ad,e,ECHO.
He JAARGANG.
Prijs der Advertentlën.
20 cent per regel; minimum f 1.50.
Reclame 30 cent per regel.
ren.
De heer Acht merkt op dat het maken
van deze opmerking alleen ten doel heeft
dat er niemand onnoozel kan inloopen. 't
Kan toch gebeuren dat een winkelier van
een grossier iets heett ontvangen dat later
blijkt ondeugdelijk te rijn, hoe zal dan
moeten bewezen worden dat het van dien
en dien fabrikant is geweest.
De secretaris zet uiteen wat de bedoe
ling van de wet is en wanneer een winke
lier pas wordt gestraft.
Daarna wordt de verordening met alge
meene stemmen aangenomen»
2. Benoeming van een onderwijzeres te
Hedikhuizen.
De Secretaris zegt dat t>r veel sollicitan
ten zijn geweest doch toen deze hoorden
dat er een van deze gemeente ook sollici
teerde, deze zich terugtrokken. Daar mej.
Prinsen in geen 7 jaar in school heeft ge
staan hebben wij, aldus de secretaris, de
verantwoording niet op ons durven nemen
en eerst het oordeel van den schoolopzie
ner gevraagd.
Uit het schrijven, gericht aan den heer
schoolopziener, dat door den secretaris
wordt voorgelezen, blijkt dat Burg. en
W eth. er op hebben gewezen dat er in het
begin drie sollicitanten waren te weten de
dames Mol uit Heusden, A. v. d. Lee uit
Elshout en M. Prinsen uit Haarsteeg. Dat
echter de twee eerstgenoemde sollicitan
ten zoodra ze hoorden dat mej. Prinsen
ook solliciteerden, zich terugtrokken daar
ze niet als figuranten wilden fungeeren.
Burg. en Weth. hebben nu twee ernstige
bezwaren om zoo maar tot benoeming over
te gaan. Ten eerste dat mej. Prinsen sinds
1 April 1913 niet meer in de school heeft
gestaan en ten tweede dat het hoofd der
school, den heer Boelaars zeer oud is en
geen behoorlijke leiding meer kan geven
weshalve Burg. en Weth. de verantwoor
ding niet op zich durven nemen om mej.
Prinsen, zonder daartoe eerst den school
opziener te hebben gehoord, als no. 1 op
de voordracht te plaatsen.
In zijn antwoord, dat door den secreta
ris wordt voorgelezen, zegt de schoolop
ziener dat het inderdaad een ernstig be
zwaar zou kunnen zijn een onderwijzeres
te benoemen die in geen ?even jaar voor
do klas heeft gestaan. Waflï mej. Prinsen
echter meermalen haar vader heeft ver-
angen en zij steeds een zeer gunstigen
indruk maakt is tegen benoeming abso
luut geen bezwaar, zelfs is er met het oog
op haar leeftijd iets voor te zeggen.
Secretaris. Nu de schoolopziener zoo
oordeelt, hebben wij er ons direct bij
neergelegd.-Op de voordracht hebben we
geplaatst Mej. Prinsen en de dames Win
ters en Gommers de beide laatste als figu
ranten.
Voorziter. Omdat mej. Prinsen al 7 jaar
van het onderwijs was, hebben wij haar
niet direct op de voordracht durven zetten
maar eerst het oordeel willen vernemen
van den schoolopziener.
Mej. Prinsen wordt hierna met algemee
ne stemmen gekozen.
De Voorzitter deelt hierna mede, dat hij,
naar aanleiding van de besprekingen in
de vorige vergadering gedaan, een onder
zoek heeft ingesteld naar de grondgesteld-
heid van de Snoekenkamp. Spreker zegt
er met den heer van Oyen te zijn heenge-
weest en beiden is het zeer goed bevallen
De stukken bij Sneppenkamp zijn het
best en volgens hem zeer geschikt voor
banden.
De heer v. d. Brand is er voor zeker een
proef te nemen met banden.
De Voorzitter stelt de vraag of het werk
moet worden aanbesteed of dat in daggeld
het werk moet worden verricht. Rekening
dient te worden gehouden dat er bij hoog
water niet kan worden gewerkt.
De heer v. d. Brand merkt op dat met
daggelden te gaan geven, men er nooit zal
kunnen komen en geeft daarom in over
weging het zeker aan te besteden.
De heer van Acht is dezelfde meening
toegedaan.
De Voorzitter stelt voor het dan per
roede aan te besteden en te beginnen met
het achterste perceel. De vraag is nu
welke banden er gezet zullen worden.
De heer van den Brand acht 3 bast het
beste wijl deze in den handel de meeste
waarde hebben.
De Voorzitter wijst er op dat er plaat
sen zijn waar wel 27 duim goede grond zit
en dat het daar het beste en snelste zal
groeien.
Vuchts. Wat zou het langste stand hou
den kats of 3 bast.
De Voorzitter zegt dat 't het beste zal
zijn om een proef te hemen en van ieder
de helft te laten zetten.
Na nog eenige bespreking wordt beslo
ten 3 perceelen aan te besteden en het
werk zoo veel mogelijk aan inwoners te
gunnen terwijl van te voren zal worden
nagegaan hoe alles het best zal kunnen
worden berekend.
De aanbesteding zal dan Woensdag des
voormiddags ten half elf uur plaats heb
ben.
door
Louis Boussenard.
TWEEDE DEEL.
II. OORLOG AAN DE CHRISTENEN.
31)
Heel wen herneemt de stem, maakt
dat ge wegkomt!
GlJ wilt ons niet met vrede laten?..
Welnu! des te erger voor ui...
Zij willen opnieuw de deur' bestormen,
maar de stem roept een tweede maal-
VuurI
Ditmaal knallen vijf geweerschoten. Een
echt pelotonvuur. En vijf bandieten gil-
en, zwaaien met hun armen en rollen in
het zand. Zoo deelen moordenaars en de
slachtoffers hetzelfde lot.
Doch de doodslagers, oordeelende dat
ztf overmachtig zijn, daarbij zeer dron-
iCii? woedende kreten en braken
'Jselijke verwenschingen uit.
Ondanks hunne woede, ondanks hunne
ronkenschap, durven de ellendelingen
fconen stap meer nader doen. Vrees be-
>toütmohHl' 18 Vr6eS d6r 'afaards dle
tan h,r, g f" d°0r hUD geW'
hart in hun schoenen voelen zinken
We.1™816" WeerStand 'Van ■0en,«e
^'jD^en _stfan' bezien elkander, kril-
Hulp!hulp!.... ze vermoorden
onae broeders!
In andere omstandigheden ware. hun
handelwijze kluchtig geweest.
De anderen hebben schoten gehoord,
die het gerucht der slachting overstemden.
Zij zien de bende verschrikt vluchten, zij
vernemen hare noodkreten, en, op hunne
beurt aangetast door het onberedeneerde
aanstekelijke van den angst, slaan zij ins
gelijks op de vlucht.
't Is ook het slimste en 't voorzichtigste,
niet waar, Michel?
Ja, overste!maar voor ons is het
toch vermakelijk in den vollen hoop te
kunnen schieten....
xMaar de vluchtelingen hooren de woor
den niet meer, welke uitloopen op spot
tend gelach. De doodslagers, echter, loo-
pen niet verre. Zij stuiten op eenen reus,
die met uitgetrokken sabel hun den weg
verspert.
j 't Is Marko. De vreeselijke Albanees
i ziet alles, gaat alles na. Hij vat onmiddel-
lijk de oorzaak van die vlucht.
Staat! brult hij, met zijn sabel blik
semende.
Staat! zeg ik u!.... de eerste die voor
bij me komt, is dood!
De vluchtelingen antwoorden hem:
-Men vermoordt ons!.... maar men
vermoordt ons ginder!
Wel ja!.... ik weet het., men biedt
oen weinig weerstand
Alle duivels! hoe wilt'gij eenen eier
koek maken zonder eieren te breken!
Rechtsomkeer!volgt mijkeeren
JU terug en nemen wij dit hok stormen
derhand in!
Zoo de lieden die het verdedigen dap
per zijn, des te beter! Bij Allah! ik beloof
u een schouwspel
Opgericht WAALWIJK.
1843.
Verzekerd Kapitaal
Reserve tf
25.586.757.—
3U3.7o7.-~
giaours te bekronen.
De wali raapt een stuk balk op tilt het
op zijnen schouder en roept:
Voorwaartslvoorwaarts!.
Aangehitst door zijn voorbeeld, meege
sleept door zijn onversaagdheid, scharen
de „sopadjes" en „zaptiees" zich rond
hem, brullende:
Ter dood!.... ter dood!....
De verdedigers der woning laten hen
naderen zonder zich te vertoonen, zonder
een beweging te doen.
Ge ziet wel!., ze durven niet meer..
Het voorbeeldt gevende, zich met gekke
vermetelheid blootstellende, beukt Marko
met zijnen balk de deur in.
Hij treft de deur gansch in 't midden.
De schok is zoo hevig dat de planken uit
eikaars pringen. Paneelen, dwarshouten,
hengsels en sloten springen met veel ge-
druisch uit elkaar.
Voorwaarts!.... Voorwaarts!..
Geen lijfsgenade! dapperenhuilt
de wali, den balk, welken hij niet meer
noodig heeft, wegsmijtende.
Een schaterlach vol striemenden spot
schettert boven zijn hoofd een lach die
meer tart en beleedigt dan een kaakslag.
Overste en soldaten staan heelemaal
verbluftvoor eenen muur!
Het verbrijzelen der deur heeft een ech
ten vestingmuur blootgemaakt.
De monden der dronken aanvallers bra
ken vloeken en scheldwoorden.
Do honden!.... de zwijnen!.... zij
hebben den ingang dichtgemetseld!
Op den schaterlach volgt een bevel dat
alle gedruisch overstemt.
VuurIVuur op die schurken....
doch spaart Marko!
Vijf doodslagers vallen als poppen ln
De aanvallers hooren duidelijk de Mar
tini s herladen en voor de tweede maal
dreunt het op het terras:
Vuur! maar niet gemikt op den wali!
Nieuw salvo, met hetzelfde vreeselijke
uitwerksel als het vorige. De lichamen dei-
doodslagers vallen op elkaar, geschud
door een laatste huivering van den dood
strijd.
De bandieten deinzen weer terug. Nu
heeft de angst hen geheel en al aangegre
pen.
Marko echter, wil 't niet opgeven. Maar
hij staat nog alleen voor het huis waar al
les weer stil is als in eenen grafkelder.
Want de geheimzinnige verdedigers
gehoorzamende aan het bevel dat gebood
Marko te sparen, hebben 't schieten ge
staakt.
Alsdan schreeuwt Marko, dol van woede:
Wie zijt gij die mij sparen wilt? Zijl
gij dan zoo bang van mij?
Valt gij in mijne handen, ik zal u geen
lijfsgenade schenkenl
Nu rijst langzaam een man op achter de
borstwering welke het terras begrenst.
Zijn gedaante steekt srterk af tegen de wit
grijze massa van den rook die in de buurt
oplaait.
Hij verheft zich boven den wal tot aan
het middenlijf en neemt den wali op met
gloeiende oogen bekijkende, als wilde hij
hem neerbliksemen: - i
Ik kon u op dit oogenblik neervellen,
doch ik wil het niet!
Maar eens toch valt ge levend ln mijne
handen.... Dan laat ik u vierendeelen.
En eigenhandig, bandiet, hang ik u op
aan een galg, op het puin van Gregorio
Perticari's woning., ginder.... te Salco.
oorts geeft de Voorzitter nog in over
weging om het stikhout ruim te zetten.
Aldus wordt besloten.
De Voorzitter zegt daarna dat slechts
een persoon zich voor stierhouder heeft
aangegeven en wel tegen eene vergoeding
van f 400.—. De stierhouder beweert dat
er juist 's winters te veel stieren worden
gehouden waarnaar men de koeien laat
gaan.
De secretaris zegt dat de fout in deze
voor het grootste deel zelf gelegen is aan
den boerenstand van Haarsteeg. In Hedik-
huijzen is meer samenwerking en daar
marcheert het goed.
De heer van Vrede geeft in overweging
de politie meer toezicht daarop te laten
houden.
De Voorzitter zegt dat dit moeilijk is na
te gaan want als ze het doen roepen ze de
politie er eerst niet bij.
'V an Acht. Hoeveel werd vroeger gege
ven.
Secretaris: f 375.
Van Acht. Het voeder is nu heel wat
goedkooper geworden zoodat hij er zeker
niet moer geld voor behoeft te hebben.
De heer van den Brand zegt gehoord te
hebben dat een stierhoudersvereeniging
zal worden opgericht.
De Voorzitter merkt op dat dit de
eenige manier is om een zuiveren toestand
te krijgen. Dan voelt een ieder meer het
eigenbelang.
Secretaris. Wij hebben het voor f 400
natuurlijk niet willen gunnen want met
Vlijmen zitten wij omdat we in deze een
gemeenschappelijke regeling hebben ge
troffen.
Wordt besloten nog eens met den stier
houder te spreken en inmiddels ook het
gevoelen van Vlijmen te vernemen.
Bij de rondvraag zegt de heer Winkel
dat er al driemaal is gezegd dat de pomp
in Hedikhuizen in orde zou zijn gemaakt
en nog is er op 't oogenblik niets aan ge
daan. In de maand September had het al
moeten gebeuren, in de vorige vergade
ring is nogeens toegezegd dat er direct
voor zou worden gezorgd en nu is er nog
niets van te zien, wat moet ik daar nu van
gaan denken, zegt spr. i
De Voorzitter zegt toe dat er thans
reeds de maat van de ommanteling is ge
nomen. Dat het wat heeft in gehad komt
wijl eerst op een andere manier in het
euvel zou worden voorzien.
Winkel. O, en hoe zit het nu met het
Bol, wordt dat niet afgewerkt.
De Voorzitter zegt dat daaromtrent met
den voorzitter van den polder over is ge
kken en aan Schermers is geschreven.
nkel. Er is in de nazomer zoo'n
mooie kans geweest maar alles blijft maar
hangen.
Luijben. Er is er maar een in de buurt
die zulke werkzaamheden verricht.
De heer Winkel ontkent dit en vraagt of
iet weer op z'n duurste moet worden ver
richt.
Verschillende leden noemen nu namen
van firma s die dergelijke werkzaamheden
steeds verrichten n.l. de heer M. Vissers te
Druiien.
Jte Voor2i"er zegt dat deze het niet
mE"k.cl® loden bewei'en van wel en wijzen
op het Drongelsche kanaal.
entiiTt'ÖtSrt: b'°eliig' V",edaa"
dreigen/'* dan' mlj
Kn met akelige stem antwoordt de man:
Ik ben de wraak!
En Marko, die zijn oogen haast niet ge-
looven kan, roept uit:
Joannes!
III- HET LEGERTJE DER
ONAFHANKELIJKHEID.
Men herinnert zich de twee gendarmen,
eenige overlevenden van het peloton door
Joannes, Michel en Panitza neergescho-
Nikea°en Z1J an*Sti* °P Z06k Waren naar
De drie jonge mannen hadden de twee
zaptiees edelmoedig lijfsgenade ge
zonken Zij hadden zich vergenoeg*
hun enlcel hun uniformen en wapens te
laten afgeven, in ruil van hun eigen bur
ger kleederen.
Maar de gendarmen, vreezende opge
knoopt te worden indien zij naar hun gar-
nizoen terugkeerden, hadden Joannes ge
smeekt hen bij zich te houden; zij zagen
hem aan voor den hoofdman eener roover-
bende.
De jonge patriot deed hun 't verkeerde
hunner meening inzien, en zeide hun, zloh
voorloopig naar Salco te begeven en daar
hun terugkomst af te wachten.
CWewit vervolgd.)
ECHO V A V HET ZUIDEN