Eerste Blad. De Portierster van Alfortville I„R00RD-BRABAND"| I Dit nummer bestaat ait TWEE bladen Gemeenteraad, Stoomwasschery „Het Groenewoud", GEREGELD MAANDAG WAALWIJK Abonneert U op enJAdverteert in dit blad, FEUILLETON „L O H E N G R 1 N» Maatschappij van Verzekering op het Leven. NUMMER 48 ZATERDAG 18 JUNI 1921 Teicl. 38 WAALWIJKSCHK EN LANGSTRAATSCHE COURANT UitgaveWaalwJJkgche Stoomdrukkerij Antooa Tlelen 9). De vracht-auto der komt 19641 eiken tot het thuisbezorgen en ophalen der wasschen A. KNEGTEL, Tilbubg. Vraagt Prijscourant. Vracht gratis. N. V. tot Expt. LUNCH. v. Café Restaurant DINER. SOUPER. Opgericht WAALWIJK 1843; Verzekerd Kapitaal Reserve «Mfc 25 586 757 3.113,7o7.— •4e JAARGANG. Dit blad versohijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND J honnementsprijs per 8 maanden 1 1.26. I Franco p. post door het geheele rijk f 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. lit:Kt'HOV tv HET II IKV. Prijs der Advertenliëri 2(1 een; per regel; minimum f 1.50. Reclames 40 cent per regel. Telegr.-Adre» ECHO GEERTRUIDENBERG. (Vertolg). 3. Aanvraag van J. Baayens om een terrein langs de rivier de Donge ter grootte van 300 vierk. M. tot het daar- stellen van een werkplaats vooi' de ver vaardiging van machineriën. Voorzitter. Burg. en Wethouders zijn van oordeel aan dit verzoek zooveel mogelijk hunne medewerking te moeten verleen en. Vooral waar er nu zooveel gebrek aan werk is. Het stuk dat hij vraagt is het eenige geschikte stuk waarover de gemeente thans de beschik king heeft en daarom stellen B. en W. voor aan het verzoek te voldoen en het bedoelde stuk aan hem af te staan. Segeren. TI spreekt er van om 't stuk over de gevraagde breedte af te staan, doch is het in de diepte nog geen eigen dom van de gemeente. Voorzitter. De gemeente zal dat in erfpacht krijgen en later in eigendom. We hebben echter reeds meermalen on dervonden hoe lang dat duurt. Begeren. Ik vind het anders jammer om het in de breedte te gaan weggeven en niet in de diepte. Ik vind dat het neusje van de zalm. Ik vind het jammer als dit op die manier weggaat. Ik vind liet, een verkeerde stap. Maar de lieeren blijven natuurlijk vrij in hun stem. Mijnheer Kievits heeft al vijf maanden geleden om een stuk gevraagd en die ontvangt nog geen antwoord en hij krijgt direct het neusje van de zalm. Ik vind het werkelijk jammer, het spijt me dat ik er mijn stem niet aan kan geven. Voorzitter. Ik vind dat er wel ver schil gemaakt moet' worden tusschen i en bedrijf dat werkkrachten noodig heeft en demand die slechts een woning spet schuur wil bouwen. Het komt me voorT cTaf* 't gemeentebestuur voor dezen veel eer een offer moet brengen, dan voor Kievits. Toen deze aanvrage in kwam hebben we eerst naai' alle kanten uitgekeken, we hebben geaarzeld om het te geven, doch de overweging dat het was voor een werkplaats, die spoedig gebouwd zal worden heeft ons doen be sluiten om dit offer te brengen-. Scherp. Het is maar een betrekkelijk offer; als de zaken goed gaan, zal er ook wel in de diepte terrein noodig zijn, 7,oodat dan het bezwaar van den heer Segeren is opgeheven. Voorzitter. Ik ben ook van meening dat het bedrijf in goede handen is en uitbreiding wel niet achterwege, zal blijven. Segeren. 1" praat van werkverschaf fing, maar ik vermoed dat hij met, kra nen zal gaan werken. Dus ik blijf er bij, van „De Echo van het Zuiden". T. DB BRANDSTICHTING. ACHTSTE HOOFDSTUK. Jeanne stortte overvloedige tranen. ..Neen, mijnheer", antwoordde zij op nauwelijks hoorbaren toon, dat is geene be dreiging ik bedreig niemand, ik aanvaard het ongeluk, dat slag op slag mij nede.rdrukt en bewaar al mijn leed voor mij. Ik kwijt mij slechts van de Tietrekking die de heer Labroue mij had toevertrouwd. Des te erger voor mij. Ik beu schuldig en moet zelve de straf daarvan dragenIk zal vertrekken, mijnheer. Moge de goede God mij niet ver laten Ik hoop dat Hij mij den moed zal verleenen en de noodige kracht om door het werk mijner handen een bestaan voor mijne kinderen en mij te vindenMijnheer ik zal het einde der maand niet afwachten. In acht dagen vertrek ik. Voorzie n tegen dien tijd van iemand om mij te vervangen". De heer Labroue was getroffen al deed hij zijn best dit niet te toonen. ..Gij vergist u zeer mijn arm kind," sprak li'j met zachtheid, „ik jaag u niet weg". „Maar wat doet gij dan, mijnheer?' „Ik bemerk dat ik ongelijk gehad heb een vrouw tot. een betrekking te roepen, waai- onmisbaar een man noodig is. Begrijpt gij dat nog niet?" „Gij hadt daar eerst aan moeten denken, mijnheer". „Daarin hebt gij gelijk, doch mijn vurig verlangen om u van dienst, te zijn deed mij het vergetenBlijf intusschen tot het einde der maand. Ik zal dan wel eene be- en ik wil dat dit ook in de notulen wordt opgenomen, dat het verkeerd is om zoo het terrein af te staan, daar het overige terrein dat, er achter ligt geen waarde meer hebben zal in de toekomst U weet, het trouwens beter dan ik hoe daar de toestand is. U heeft alles opge meten. U laat mijnheer Segeren altijd maar thuis, ik ben voortaan heelemaal vreemd in de financiën. Voorzitter. U weet niet Segeren. Ik ben nog niet uitgespro ken. Er ligt nog een terrein van de Koopvaart We weten nog niet of die zal bouwen, maar in geen geval het neusje van de zalm gaan weggeven, waardoor het overige voor de toekomst geen waarde meer krijgt. Tak. Mag ik ook even een enkel woord Mijnheer de Voorzitter, om aan dit gebabbel een einde te maken, je zoudt hier dol wordenHoe kunnen er toch zulke menschen zijnIk kan me best voorstellen dat de «Voorzitter de heer Segeren thuis laat, hij moet altijd 'wat zeggenNu eens is het te lang, dan te diep, of wat dan ook. Neen, we moe ten de armen openspreiden en al wat werkverschaffing brengt hierheen ha len. Voorzitter. Het ligt voor de hand Segeren. II zegt dat Voorzitter. Ik ben aan het woord. Segeren. -O, tot uw dienst. Voorzitter. Het ligt voor de hand dat ik vaak met den heer Scherp de zaken moet behandelen. Hij woont naast het stadhuis en is tevens telefonisch aange sloten. Wanneer ik U laat roepen is U meestal niet thuis. Het is dus zeer verklaarbaar. Segeren. U zegt mijnheer Segeren is dikwijls niet thuis, maar II laat me al tijd roepen als ik net, niet thuis ben. Het grondbedrijf......... Voorzitter: U uit hier een beschuldi ging die alleen in het brein van een grof mensch kan opkomen. Dat ik U zou la ten roepen als ik wist dat U niet thuis waart, dat is een grove leugen Segeren. Ik zeg ,U als dat ik uit het grondbedrijf totaal uitgedouwd word. Mijnheer Scherp kunt U laten zeggen wat ge wilt, die is gemakkelijker trekking weten te vinden, die geschikter voor tt is". Jeanne verkeerde in een bijzonderen toe stand van ontsteltenis. „Neen, mijnheer, neen", stamelde zij „in acht dagen vertrek ikOverigens, dit huis is voor mij steeds een ware hel ge weest. 't Was alsof ik er in het midden van mijn sombere herinneringen in bloed baadde, 't Is hier een vervloekt huis, waar mijn map den dood gevonden heeft en ik niets dan ellende en droefheid gevonden hebIk zhl vertrekken En haar gelaat met beide handen bedek kende liep de jonge weduwe het kabinet uit. „Arme vrouwsprak de ingenieur, toen hij haar de binnenplaats zag overloopen. Het spijt mij wel dat dit gebeurd is. Ik heb al bare wonden weder opengereten. En ik kon haar toch niet zeggen dat ik tevreden over haar ben, terwijl zij alles scheen aan te wenden om mijne verwijtingen te verdie nen. Ik ben echter niet overtuigd, dat zij geen kwade bedoelingen had, maar daarte gen over staat ook dat er niets ging zooals het behoorde. Waar stond mijn hoofd toch toen ik die weduwe tot deze betrekking riep? Nog nooit ben ik zoo dwaas geweest „Gij luisterdet slechts naar uw goed hart mijnheer", antwoordde de kassier op Hee menden toon, terwijl hij de oogen naar het plafond richtte. „Ik deed mijn plicht; ik betaalde een hei lige schuld, de schuld van den patroon aan de weduwe van den man die in mijn dienst was omgekomen. Ik zal haar een betrek king bezorgen hij mijne zuster. Dat zal heel goed gaan". „Mijnheer," hernam de kassier, „wees voorzichtig, volg niet steeds de eerste goede opwellingen uw,s harten, vooral niet in deze aangelegenheid". „En waarom dan toch niet?" „Die vrouw heeft u zooeven bedreigd?" „Was dat eene bedreiging?" „Zeker ik houd niet van hare wijze van handelen. Denk er wel aan, mijnheer, dat gij u reeds herhaaldelijk door uwe goedheid hebt laten bedriegen, 't Is alsof Jeanne For toier haren haat verdeelt tusschen u, die haar weldoener zijt, en het huis, waarin haar man door zijd eigen schuld den dood gevonden heeft. Wees voorzichtig, mijnheer Scherp. Ik ben tenminste niet zoo wispelturig als jij Voorzitter. Ilt verzoek U bij het on derwerp te blijven. Mijers. De eerste aanvrage is die af gewezen Voorzitter. Er zijn met Kievits on derhandelingen gaande om een andere oplossing te vinden met een ander ter rein. Hierna wordt 't voorstel in omvraag gebracht om het gevraagde terrein af te staan tegen 5.— per vierk. M. en wordt dit met. op een na algemeene stemmen aangenomen. De heer Segeren zeide buiten stem ming te blijven. o. Aanbieding gemeenteverslag. Zal ter visie worden gelegd. 6. Ingekomen stukken. Voorzitter. Er zijn nog twee aan vragen ingekomen om terrein, maar die zijn nog afhankelijk van het verkrij gen van Rijkssteun voor woningbouw. De verzoekers zijn de lieeren Speet,jens en C. Jansen, scheepsbevrachter. Met algemeene stemmer wordt be sloten het gevraagde z.oo noodig te ver leenen tegen 'f 5.per vierk. M. Verder is nog ingekomen een schrij- 'van van J. M. Rutgers, onderwijzer, dat hij door ziekte niet in staat is zijne verplichtingen aan de school te blijven vervullen, waarom hij met 1 October a.s. eervol ontslag vraagt. B. en W. stellen voor het ontslag- eervol te verleenen, hetwelk met Bdge- meene stemmen wordt aangenomen. Schrijven van het bestuur der Bouw- vereeniging houdende mededeeling dat in de bestuursvergadering besloten is tot het bouwen van 36 arbeiderswonin gen waarvan de kosten worden ge- i'aamd op 160.000. Zij vragen daar toe een voorschot aan groot 160.000. "Worclt voorgesteld om B. en W. te machtigen de noodige stappen te doen om het rijksvoorschot te verkrijgen, en dit bedrag dan overeenkomstig hun ver zoek, voor het gevraagde doel te ver schaffen. De leden hebben hunne instemming betuigd met de ingediejafte plannen en achten aanbouw van wqti iugen gezien de behoefte daaraan ook keer gewenscht. Segeren, Ik had tpcj^ liever gezien dat er nog een teekehfng" vah'Tfie wo-"* hingen bij was. Voorzitter. Over de inrichting van die woningen heeft de raad geen be slissing te nemen en het bestuur van die v/h. «Malson Roos winkel Markt 89 's Bosch. Tel. 51, Restaurant a ia Carte. Pilsner Urquell. Fijne Keuken. Exquise Wijnen. G'oote en kleine Zslen voor Ver?ada>ieye». 19900 vereeniging heeft daarover ook weinig te zeggen. Het woningtype wordt dooi den inspecteur aangegeven. Segeren. Kunnen we niet adviseeren pun ze met acht tegelijk aan te besteden. Voorzitter. Daaróver heeft, het be stuur van de bouw vereeniging te beslis sen, maar ik kan U wel mededeelen dat dit ook van uw gevoelen is. Zij zullen ze wel in bloklJen doen aanbesteden om daardoor de woningen spoediger gereed te doen zijn. Met algemeene stemmen wordt daar na besloten B. en W. te machtigen tot het doen der noodige stappen. Voorzitter. Er zijn voorts nog ver schillende stukken ingekomen van de Zuider-Stoomtram-Maatschappij, die steun vraagt aan alle gemeenten die aan de lijn gelegen zijn en verder aan de provincie en de regeering. De verschil lende gemeenten die erbij betrokken zijn, hebben aan de directie nadere ge gevens gevraagd. Die gegevens zijn tot heden naar het oordeel dier gemeente besturen, 'onvoldoende en zijn er daar om nog meer gegevens gevraagd. De verschillende stukken hierover liggen voor de heeréri ter inzage. Het is ge wenscht dat U ze Fens komt inzien al vorens een beslissing genomen moet worden, daar er een nogal belangrijk finahtieel offer gevraagd wordt. Schrijven van de gezondheidscom missie dat zij instemt met, het besluit tot deelneming in de Waterleiding. Hierna doet de voorzitter voorlezing- der verordeningen die op heden nog van kracht zijn en waarvan aan Ged. Staten een opgave moet worden inge zonden. IJc VorrrziiTri' deelt vëï'der ïnëde'dat; er nog eenige ingekomen stukken zijn, die, daar zij nog in het stadium van on derhandeling verkeeren worden aange houden tot de geheime vergadering die Zie toe dat gij geen haard koestert slang aan den warmen NEGENDE HOOFDSTUK. „Eene slang, die toen aan den warmen haard koestert!" herhaalde de ingenieur met een glimlach. „Kom, kom, Ricoux, thans overdrijft ge gchroomelijk. Gij ziet de zaak al te donker in. Die arme vrouw is eene we duwe, eene moeder van twee kinderen; haar man is in mijnen dienst doodgebleven, door zijn eigen schuld weliswaar, doch het blijft een feit dat hij in mijnen dienst veronge lukt isIk moet Iets voor haar doen; dat zal ik zeker niet nalaten. Zoo ik haar geen betrekking hij mijne zuster kan bezorgen zal ik de vrouw eene som geld ter hand stel len, groot genoeg om haar fatsoendelijk te laten leven, totdat zij andere geschikte werkzaamheden zal gevonden hebben". En zich dan eensklaps tot den kassier wendend, vroeg hij „Hebt gij uwe balans vastgesteld?" „Ja, mijnheer, hier is zij", antwoordde Ricoux en hij reikte den ingenieur een blad papier aan, waarop lange rijen cijfers ston den. „Zevenduizend honderdtwintig franken en dertig centimes," sprak de heer Labroue, na er een vluebtigen blik op geworpen te hebben. „Ja, mijnheer, ik zal ze u onmiddellijk bezorgen". „Wat hebt gij toch een zonderlinge wijze van handelen, mijn beste Ricoux. Ik hen de kassier van inijn_ kassierWaarom bewaart gij het geld niet in uwe brandkast?" „Ik heb 't u reeds meer gezegd, mijnheer," antwoordde Ricoux, „de verantwoordelijk- hei^ boezemt mij angst in. Daar ik hier den nacht niet doorbreng durf ik des nachts ook geene verantwoordelijkheid op mij nemen. Bracht het ongeluk mee, dat in een of ande ren nacht een diefstal plaats greep, dan zou ik deze zeker hoogst betreuren, doch ik zou vrij van schuld zijn en mij zou niets fe ver wijten vallen. En daaruit kan ook nooit eenige moeilijkheid ontstaan, wanneer gij u onverwachts te verwijderen hebt, want ik heb ook een sleutel van uwe kas en zou dan daarvan gebruik kunnen maken." „Gij zijt een zonderling". „Wat zal ik u daarop antwoorden, mijn- j heer? Zoo ben ik gerust". „Breng mij dan het geld". I Ricoux ging de som van zevenduizend honderd drieentwintig franken en dertig centimen halen, telde deze den heer Labroue voor, die ze dan in zijn bijzondere brandkast sloot, evenals hij eiken avond deed. Men hoorde op dit oogenblik eene schel klinken; dat was het. teeken, dat voor dien dag de arbeid geëindigd was. De kassier wenschte zijn patroon goeden avond en vertrok. Dan kwam de loopjongen 's meesters bevelen halen. „Ik heb van avond niets meer voor u te doen, David," zeido de ingenieur gij kunt vertrekken". David verliet dan het kabinet 011 begaf zich over het binnenplein naar de poort. De laatste werklieden kwamen thans uit -de fa- 1 riek. De poort bleef openstaan van het eerste teewen der klok tot het oogenbnk dat de ploegbazen, na hun dagelijksche ronde ge daan te hebben, aan Jacques Gérard de pre sentielijsten voor den volgenden dag hadden afgegeven, welke déze dan in de portiers loge deponeerde. De loopjongen bleef op den drempel staan van Jeanne's woning. „Wel, kleine Georges", riep hij vroolijk uit, komt gij nu uwen kameraad geen goe den avond wenschen". In een oogenblik was liet kind daar. „Maar wat scheelt u toch?" hernam Da vid. „Gij hebt roodgeweende oogen mijli lievelingWaarom huilt gij dan toch?" „Mama heeft verdriet", antwoordde de kleine Georges. „Verdriet?" herhaalde de loopjongen en Stak het hoofd door de opening der op een kier staande deur. „Maar wat is er toch te doen, madame Fortier?" vroeg hij. Jeanne stortte bittere tranen. „Maar vèrtel mij dan eens wat hier om gaat. Mijn hart breekt wanneer ik u zoo zie lijden". „Ach, mijn arme David", stotterde Jeanne, terwijl zij hare droevige zuchten trachtte te onderdrukken, „ik ben zoo ongelukkig, dui zendmaal ongelukkigEen wreed lot ver volgt mij overal". ha afloop gehouden zal worden. Bij de rondvraag merkt de heer Meyers op, vernomen te hebben dat de Weduwe Krol nog een vordering op de gemeente zou hebben van ouden datum. Voorzitter. Het betreft hier diensten gepresteerd door aannemer Krol gedu rende de jaren 19.16, 1917 en 1918. Herhaaldelijk is om de rekening hier over verzocht, doch deze werd maar niet ingediend en dus konden wij haar niet betalen. Volgens de gemeentewet zou deze vordering reeds verjaard zijn. B. en W. zijn echter van meening dat nog behoort betaald te worden en zou den dan ook wel met het voorstel geko men zijn om dit alsnog te betalen. Maar- er moeten eerst de gelden voor beschik baar zijn en daar er niets voor op de begrooting is uitgetrokken zullen we moeten zien of er op andere posten mis schien een overschot is, anders zou het eerst op de begrooting van het volgend jaar kunnen worden gebracht. In ieder geval zal zoo spoedig mogelijk voor af doening worden zorg gedragen. Segeren. Kunnen er geen termen ge vonden .worden om die post te betalen, het is al van ouden datum. Voorzitter. Ik heb U deze zaak reeds uiteengezet. Kunt U me misschien nog een andere weg aanwijzen, dan met plezier. Segeren. Ik moet nog opmerken dat het naar ik meen in strijd met de wet -is dat gemeentegebouwen worden ver as,sürëerd bij een wethouder. Ik had ook liever gehad dat de gemeenteraad hier in mede had te beslissen en het niet döor B. en W. werd uitgemaakt. Ik vind het Z.00 jammer dat mijnheer Scherp hier -altijd- - bevoorrecht moet worden; er zijn toch nog genoeg andere verze keringsagenten in onze gemeente. Ik kom daar maar op neer, zoo'n gëbouw moest eens afbranden en als dan bleek dat er in strijd met de wet gehandeld was, zouden wij soms geen uitkeering krijgen. Voorzitter. Deze kwestie is moeilijk zoo direct uit te maken. Ik zal eens na zien hoe een en ander zich heeft toege dragen en IJ alsdan hierop antwoorden. Niemand meer het woord verlangend sluit de voorzitter de vergadering om over te gaan in geheime zitting. „Een wreed lotMa-ar wat is er dan toch gebeurd „Men jaagt mij weg uit de fabriek „Men jaagt 11 weg uit de fabriek?" her haalde de loopjongen, die door dit nieuws geheel terneergeslagen was. „Dat is niet mogelijk." „En toch is liet zoo". „Maar het is toch de heer Labroue niet, die dat doet?" „Hij zelf". „WatDe patroon zelfEn waarom dan toch? Wat heeft men n te verwijten?" Jeanne vertelde in korte woorden de re den van 's meesters ontevredenheid. „O, thans verwondert het mij niet meer riep de jongen uit, 11a aandachtig te hebben toegeluisterd. Eene overtreding van het re glement kan hij niet dulden. Mijnheer La broue laat duidelijk genoeg merken dat hij bijna officier in het leger is geweest. Maar maak u toch niet ongerust, madame For tier alles zal wel weer terecht komenhij kan 11 niet wegzenden, u, de weduwe van Pierre FortierNeen, dat zal nooit gebeu ren „Ik zal uit vrijen wil heengaan David Eer er acht dagen verloopen zijn, zal ik de fabriek verlaten hebben", antwoordde Jean- no op bitteren toon. Doch ik heb het den heer Labroue wel gezegd dit zal hem geen geluk aanbrengen „Ziedaar niets anders dan woorden, ma dame Fortier, niets dan hetgeen op den vleugel des winds wordt weggedragen! Doch ik ben wel overtuigd, dat de patroon zal nadenken, en ben zelfs op dit oogenblik volkomen zeker, dat hij reeds grooten spijt gevoelt over hetgeen hij gedaan heeft." „Hij moge spijt gevoelen, ja, of neen. Dat kan mij weinig schelen. Ik zal nooit verge ten wat er hier gebeurd is, nooit, hoelang mijn leven ook duren mag". „O, gij hebt ongelijk, madame Fortierer zijn zaken, waarover men moet weten heen te stappen. Alles zal dan wel weer in orde komen. Tot weerziens, madame. Goeden avond, vriendjeomhelst gij nw goeden ka meraad niet?" (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1921 | | pagina 1