Eerste Blad.
ZULU NIEUWJAAR!
De Portierster
van Alfortville
■„N00ED-BRABAND"!
WAALWIJK.
i
lames van Waalwijk en Omstreken
>toomwasscherij „DE LELIE'.
Rath
Neemt proef bij
Cck, Veghel.
Dit nummer bataat
nit DRIE bladen
Uit ons Parlement.
F E (J I L L ET OM
4
I Jaatachappij van Verzekering op het Leven.
nummer i.
ZONDAG 1 JANUARI 1922.
Tclci. 58.
WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT.
Uitgave: Waalwljksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen
Telegrr.-AdresECH(
Gij blijde, gij feestmorgen van den
Nieuwjaardag
Hoe st«nt ge'ons hartitot een dank-
bare vreigde, hoe verfrischt ge onzen
leven&tasl, hoe staalt ge*; onzen moed,
hoe doet ge met een hoopvol vertrou
wen de loekomst ons ingaan
Het juicht er, het jubelt er binnen
in ons, en anderen willen we mee-
deelen vin dien overvloed van harte-
weelde schenkende hun, wat wekunnen.
Den foilwensch op de lippen, de
opgewekieid in het oog., treden we
elkander lader.
't Zij /ormelijk waar dit betaam/,
't zij vrijer tegenover meer bekenden,
verwantea, dierbaren, maar allen roe
pen we elkander een gelukkig, een
zalig Nieuwjaar zoo gaarne toe.
Bevrijd te blijven van rampen, van
ellende, ran verdriet.
Achstrijk de rimpels van uw voor
hoofd, de tijd heelt alle wonden en
hoop, vertrouw met ons dat dit een
jaar zij zonder tranen.
En wil niet zuchten over schade, die
ge leedt, maar denk dat U ook eens
fortuin zal tegenlachen.
En wil niet wroeten laten oude
zonden, maar weesteen nieuwe mensch
Een dappere! Vooruit in den tijd,
in waarheid. xHii wil het, de lich
tende dagen fa en *t wondere leven
geen aarzeling gekend.
Die zwart van gal en zwaar te
iliüccSc ao jTi^gcr. het boofè 6chud-
jen, als ze het leven bezien van mensch-
heid en menschen.
En zeker daar is strijd, heftige strijd,
omdat er'zooveel meeningsverschil is
omtrent, zooveel blindheid voor het
menige, ware geluk.
Doch er zijn immers lichtpunten, er
zijn karaktertrekken in het met rede
begaafde scheppingsproduct van den
Mmachtigen Meester, welke Zijn aard
■erraden, Zijn goedheid, Zijn liefde.
8).
Die goedheid, die liefde, do^n de
groote broederschap aller menschen op
een dag als vandaag zulke heilbeden
uiten, opgeweld van 's harten bodem.
Ook uw blad, lezers„De Echo
van het Zuiden" biedt U in oprechte
gulheid de beste wenschen.
Geen ziekte zij uw deel dit jaar,
geen rampen of ongevallen in wat zin
ook.
Maar een krachtige flinke gezond
heid, een opgewekte levenslust om te
doen elk in zijn stand, in zijn vak,
wat God te doen U geeft.
Zegen in uw landbouw, uw veeteelt,
uw handel en industrie laat ze voort
gaan, alle op het pad van bloei en
opkomst.
Vrede en eendracht in uw maat
schappelijk en politiek leven, en krach
tig samenwerken tot hoogere welvaart.
Daarstelling of bevestiging in het
algemeen van uw geluk in den breed-
sten zin
Boven allesrijkste begenadiging
uw$ zielelevens.
En wij voor ons, we zullen niet
aflaten van de taak ons gesteld.
Integendeel, meer dan ooit gaan wij
ze ijverig en moedig aanvaarden, nu
we meer dan ooit aangeprikkeld worden
en geschraagd door dankbaar erkenden
steun.
Welaan dangij en wij met heilige
geestdrift verder voortgegaan den goe
den weg. Hij die dit jaar ons geeft,
Hij zal zijn hulp ons niet onthouden.
Hij zal verwezelijken ons aller wensch
EEN ZALIG NIEUWJAAR
Coalitie en antithese Nieuwe
tegenstelling Sociaaldemo
craten en Katholieken Be
zuiniging in Nederland en
indië. - Het Indische. belast'na-
stelsel Begrootingswenschen
Enkele andere ontwerpen.
Sinds de rechtsche coalitie bestaat,
hebben ook de pogingen niet opge
houden haar te ontbinden en is van
links daartoe haar onnatuurlijkheid be
toogd. De heer Dresselhuys heeft het
tijdens deze algemeene beschouwingen
opnieuw gedaan. En Mr. Troelstra heeft
de pogingen herhaald. Maar het uit
gangspunt en de bedoeling van deze
laatste waren andere dan er voortkomen
uit het verzet tegen de stelling, thans
ook door de Chr.-Historische afgevaar-
digde Schokking bestreden, dat rechts
de geloovigen zaten en links de onge-
loovigen. De heer Troelstra maakte zich
over deze antithese, wier tijd hij voorbij
achtte, niet druk meei. Voor hem was
een andere tegens'ellingbezig te groeien,
die ook de rechtsche coalitie in tweeën
moest snijden. Want ook rechts, in 't
bijzonder bij de Katholieken, zou het
bewustzijn sterkei worden van het ge
vaar, dat naar een oppermacht van het
groote kapitaal dreigde. De heer Dres
selhuys mocht nog opkomen voor het
liberale ideaal der oeconomische en
geestelijke vrijheid, het begrip omtrent
vrijheid was volgens den socialistischen
afgevaardigde een-andere geworden. En
het ging thans om ag: wezetrïijke
iming of
de wette-
vraag
partij
S van
Realen,
vrijheid door wettelij
de slavernij, die met o^
lijke regeling moet vo'ige
had, meende hij, de >:a
al in twee groepen verd
de eene, die als de sociaal-
de groote massa der arbeiders^ chter
zich had, verwachtts hij in de toekomst
samenwerking met de socialisten bij het
streven de democratie ook in het be
drijfsleven te voltooien door de opper
macht in de leiding van het oecono
mische leven, uit de handen der onder
nemers te nemen. De heer Nolens, die
toch ook niet als vertegenwoordiger der
meer conservatieve katholieke groep
aangemerkt kan worden, gaf hem echter
op een dergelijke samenwerking niet
veel hoop, evenmin als de heer Kuiper,
die uitdrukkelijk het verschil in leven-
sche beschouwing tusschen socialisten
en katholieken naar voren schoof. In
de gedachte van den neer Nolens, dat
juist de staatsbemoeiing zich meer moest
terugtrekken uit het bedrijfsleven om
de regeling aan de betrokkenen zelf,
zij het onder toezicht der wet, over te
laten, een gedachte, waarmee de uiting
van mintster Ruys de Beerenbrouck
omtrent de noodzakelijkheid om ambte
lijke inmenging -zooveel mogelijk te
beperken, in overeenstemming was, zal
den socialistischen afgevaardigde dan
ook zeker niet meegevallen zijn. De
feiten, die hij zelf men oreerde om zijn
bezwaren tegen regeering en n
heid te demonstreeren, moete
trouwens zelf omtrent de voor
stevigheid der coalitie, die zoc
heer Nolens als de heer Ruys, air
regeeringsmogelijkheid zagen, w
tuigd hebben.
Maar zoo dan al misschi
Troelstra's bewering omtrent he
diend hebben der antithese w.'
barig moge zijn, het bleek wel d.
dat het niet deze tegenstelling ii
momenteel ons politieke lev
heerscht. De aandacht daarin v >rd
feitelijk geheel in beslag genom looi
een zaak, die buiten alle prin
tegenstelling ingaat. Bij de aide ;n
beschouwing over de Staats-, zc-< we'
als over de Indische begrooti,
bezuiniging schering en inslag f het
beleid van den minister voor ln< ven
bijna uitsluitend van uit dezen ebt
hoek beoordeeld. Alle partijen
daarover blijkbaar roerend et ;s
elkaar en met de regeering. De
van financiën noemde haar nc
lijker dan iets anders, zijn coll
koloniën zoowel als de heeren
huys en Marchant, illustreerd
'meening met allerbeminnelijkst vck
beelden door de mededeeling, t het
tekort op de Indische begrooti'
1922, besomd op 70 millioen c
wellicht wel 140 millioen zou be
en dat de Indische uitgaven var.
tot 1921 met 215 millioen guide n
stegen waren. Zoowel in Indië e
te lande, hebben we naar officie ver
klaringen, er maar op los gelet: n
de gevolgen laten zich thans den,
kan het zijn niet de buitengewi
gaven, die in de eerste plaats or
heid wekken, van de 2700 m oen
crisisuitgaven werden alleen d
oorlogswinstbelasting 880 millii r ge
dekt, maar het is de phenomenale ij ging
der gewone uitgaven, zoodat b
salarissen uit rijkskas zonder do mili
taire 200 millioen gulden moet bet£
worden.
De moeilijkheid zit hier ec
minister De Geer wees daar opr.i
op, als ook de heer Duys het deed
45e JAAJlb.vv-
l'i weer b.'.ren
Opgericht
1843.
Verzekerd Kapitaal
Reserve
26.099.999.—
3.165.341.-
ééns? bezuinig* waarover allen het
omd zijn in có'.-reto toe te passen,
Hij tt iedef het op ancUn ;ebied wil
rech voor zich aer tte inkrimping der
ondierlijke macht; vermiu-Srf^ der
uitgjrwijssalarissen. beper »ng ;an de
gelijiven voor we:i verschaffing en Öer-
e, alle even noodig. En om de
wil der regeering te loven, legde
n regeringsverklaring af, die aan
ensch der motie Dresselhuys te-
1 kwam en dan ook de intrekking
motie tengevolge had en volgens
de regeering op zich neemt geen
V ambtenaren bij departementen
aarondy ressorteerende diensten
te stelM dan ter uitvoering van
euwe v Uen opgelegde taa-
minister van Koloniën wiens fi an-
beleid d ^i tal van heeren ge-
door den katholle
an'Rijckevorsel .iet
iedigd, wilde b'. k-
g op en wees er
Indië, dat in zijn
luxe kent, op
•lijke, dat ook
n dienst zou
waarvoor zij
in tweeën
a in Ind-.ë en
y geleid. De
.vees tri echter op,
T iastïngstelsui! Igings-wijxteing .van
grondslag rustte: JR dat waS
ook de heer Marchl? óverigens
het Indische finantieele t t
te zware verwijten verdu r*
scheen aan te sluiten. En de :~'cr p-e
Muralt sprak van de slechte leidui: r -
overheidsbedrijven en kwam op v<
een college van beheer, waarvan
minister niet afket ig bleek. Zijne J5x.'
verdedigde overigens zijn beleid c-n wees
ter verdedigipg van de 'tataafsche, die
tegen het hooge uitvoer. ?cht op petro
leum was opgekomen, op de snelle
daling der olieprijzen» Dat optreden der
Bataajsche, bleek overigens slecht jr
den smaak gevallen. En de heer Wijn
koop stei E: - een terugkomen op
het besluit inzake Djambi voor, waar
mee de Kamer echter blijkbaar niet
accoord ging.
door verschillende heeren naar voren
gebracht, als betere zorg voor het on
derwijs en volksontwikkeling en volks
gezondheid, exploitatie van de bodem
rijkdommen door den staat, meerdere
gelijkstelling van bijzonder- met open
baar lager onderwijs, enz. Tegen de
Indische leening in de Vereenigde Staten
had men het bezwaar van de te zware
voorwaarden.
De wijziging der Tabakswet werd
«Hl
ondanks het verzet van den heer Ter
Laa|n, goedgekeurd. En de Eerste Ka-
nam verschillende wetsontwerpen
als de wijziging der Zegelwet en
Kiezerswet en sprak in de motie
Embden de wenschelijkheid van de
haffing van portvrijdom uit.
Dit'blad verschijnt
70ENSDAG- EN ZATERDAGAVOND.
S\
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
rieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
DE ECHO V VV HET Zl lHEV
van ,J)e Echo van het Zuiden'
^Hannant's dochter geleidde bom tot
en bovensten trap in de vestibule en staar-
e Lucieïi na, zoolaüg hij op straat te zien
ras.
Op bet oogenblik dat hij door de poort
rad, wendde hij nog eens het hoofd en
roette uit de v->rte.
Mejuffrouw Har mant antwoordde met een
•eweging der handen keerde naar de kleine
aal terug.
„Lucien, Lucienterhaalde zij op zach-
>n toon. „Deze beschermeling doet den heer
>arier veel eer aan. Zijn gelaat drukt groote
penhartigheid uit eu rechtschapenheid
-hitterd in zijne oogen. Ik heb hem thans
e eerste maal gezien en mij dunkt hem
:eeds als vriend gehad te bobben. Op mijn
ader zal hij ook een gunstigey indruk ma-
en en ik ben dan ook volkomen overtuigd,
at hij hem de directie der gansche fabriek
il toevertrouwen. Ik wil het trouwens. Het
il zoo zijn
En Mary verdiepte zich weer in diepe ge-
achten.
Paul Harmaut kwam des avonds aan, zoo-
8 hij daags te voren uit Brussel geseind
ad.
Mary was zeer ongeduldig haren vader
eer te zien en ging hem in een rijtuig aan
ït station afhalen.
De milliounair werd zeer onaangenaam
ïtroffen door de verandering, waarvan het
>stel zijner dochter de prooi was; met de
rootste droefheid merkte hij op, dat zij in
3 korte weken, dat hij op reis was geweest,
>er achteruit gegaan was.
Wij weten, dat de ellendeling, die den
naam van Paul Harmant had aangenomen,
een waar vaderhart in zijn binnenste droeg
en zijne dochter zeer teeder beminde.
Thans was het de eerste keer, dat hij zoo
duidelijk het gevaar inzag.
Een vreeselijke angst maakte zich van hem
meester.
Nadat vader en dochter elkander vurig
omhelsd hadden, vroeg Harmant of er sinds
zijn vertrek niets bijzonders gebeurd was.
Het jonge meisje gaf hem de noodige in
lichtingen, doch sprak nog niet van Lucien
Labroue.
Zij' had een vast plan gevormd dat wij
spoedig zullen kennen.
„Spreek mij van uw persoon, liefste kind,"
hernam Paul Harmant, zijne dochter nog
maals in de armen drukkend. „Gij schijnt
niet zoo welvarend als bij mijn vertrek."
„Dat meent gij maar vader," antwoordde
Mary op vroolijken toon. „De tijd is mij
gedurende uwe afwezigheid wel is waar zeer
lang gevallen, doch de verveling heeft geen
ongunstigen indruk op mijn gestel uitge
oefend. Ik lijd geen pijn, gevoel mij vroolijk
en opgewekt en ik verzeker u, dat ik zoo
gezond ben als een vischje."
Ongelukkiglijk kwam hier een booze droge
hoest de woorden van het meisje logenstraf
fen en den angst van Jacques Gérard 'nog
verergeren.
EINDE VAN HET EERSTE GEDEELTE.
TWEEDE GEDEELTE
De GEDAANTEVERWISSELING VAN OviDlUS.
EERSTE HOOFDSTEK.
De landauer, die den milliounair en zijne
dochter van het station naar huis bracht,
kwam in de Murillostraat aan, slechts enkele
oogenblikken voor het diner.
De valsche Paul Harmant ging naar boven
om zijn reiskostuum met een gemakkelijk
huispakje te verwisselen en kwam dau on
middellijk aan tafel.
Mary verkeerde in bijzonder goede luim.
Hare aantrekkelijke vroolijkheid en be
vallige fleemerijen brachten spoedig een
lachje op het gelaat des vaders.
„Hebt gij Georges Darier weergezien?"
in --...y-
vroeg liij eensklaps in liet midden van een
levendig gesprek.
„Eenmaal."
„Wat wensclite liij?"
„Dat zal ik u zeggen, maar niet voor
morgen."
„Eu waarom nu niet?"
„Omdat ik lieden niet over zaken spreken
wil. Laat ons slechts aan de vreugde denken
van het wederzien! Zijt- gij van plan morgen
reeds vroeg uit te gaan?"
„Zeker! Na eene afwezigheid van drie
weken verlang ik zeer mijne werken te be
zichtigen. Ik heb brieven van mijn archi
tect ontvangen, waarin de verzekering wordt
gegeven dat alles goed vooruit gaat, zoozeer
zelfs, dat de gebouwen tegen liet einde van
deze maand zullen kunnen opgeleverd wor
den -doch niets gelijkt het oog des meesters.
„Hoe laat zult gij uitgaan?"
„Waarom vraagt gij mij dat, liefste?"
„Ik moet het weten," antwoordde Mary
lachend.
„Ik heb rendez-vous gegeven aan mijn ar
chitect tegen het middaguur in de fabriek te
Courbevoie."
„Dan hebt gij tijd genoeg, wanneer gij om
elf uur vertrekt."
„Daarin vergist gij uIk heb nog tal
van boodschappen te doen, voor ik naar de
fabriek ga."
„Hoelaat zult gij dan ontbijten?"
„Ik zal in de stad ontbijten?"
„Gij zult mij. onmiddellijk na uwe thuis
komst, toch niet alleen laten dejeuueeren
Uwe boodschappen kunt gij des namiddags
doenWij zullen om tien uur aan tafel
gaan en dan kunt gij vertrekken. Niet waar,
paatje?"
„Kan ik u iets weigeren, liefste?" hernam
de valsche Paul Harmant zijne dochter om
helzend die hem het voorhoofd bood. „Maar
wat is dat voor een gril"?
„Mijn geheim."
„En mag ik dit nu reeds niet kennen?"
„Neenmorgen."
„Nochtans
„Laat ons over andere zaken spreken...
Zijt gij tevreden over uwe reis?"
„Zoo goed mogelijk. Ik heb belangrijke be
stellingen ontvangen van verschillende iu-
dustrieelen. Ik zal zoo spoedig mogelijk voor
bekwame teekenaars moeten zorgen."
Mary spitste de ooren.
„Totdat de fabriek volkomen gereed is,
zal ik hier een teeken-atelier oprichten, in
de groote zaal, beneden, terzijde der biblio
theek... Zoo zal ik mijn personeel steeds bij
de hand hebben."
„Gij moet reeds talrijke aanvragen ont
vangen hebben?"
„Ja, een menigte. Morgen zal ik die clas-
sificeeren en dan de noodige inlichtingen in
winnen."
„Gij zult uwe teekenaars en uwe timmer
lieden en uwe metselaars niet tegelijkertijd
kunnen nagaan,... terzelfdertijd te Courbe
voie en te Parijs zijn."
„Natuurlijk niet. Over alomtegenwoordig
heid kan papa niet beschikken." antwoordde
de millionnair lachend. „Doch behalve de
meesterkenchts, zal ik een ernstig, bekwaam
en goed gedresseerd man aannemen, in staat
de werkzaamheden te leiden en mij io ver
vangen."
„Iemand om in uwe plaats op te treden?"
„Ja."
„En hebt gij reeds iemand op het oog?"
„Nog niet, en het zal eene moeilijke keuze
zijn. want 't is eene betrekking van grool
vertrouwen. Doch
„O ja, gij zult wel iemand weten te vin
den."
„Zoudt gij toevallig een beschermeling
hebben?" vrdbg de millionnair met een vrien
delijken glimlach.
„Dat kan wel gebeuren," antwoordde het
meisje vroolijk medelachendDoch gij
moet zeer vermoeid zijnGa rusten pa
paatje; morgen zullen wij samen praten."
Vader en dochter namen afscheid, Paul
Harmant niets hegrijpend van Mary's terug
houdendheid, en Mary overgelukkig verno
men te hebben, dat er nog geen besluit ge
nomen was omtrent de betrekking, die zij
zoo gaarne door Lucien Labroue zou zien in
nemen.
Deze was van de Murillostraat naar zijn
vriend Georges Darier gegaan om hem mede
te deelen dat Paul Harmant nog niet was
teruggekeerd en hem tevens op de hoogte
te stellen van het onderhoud, dat hij met*
Mary gehad had.
„Had ik ooit aan het succes getwijfeld,"
riep Georges uit, „dan zou ik het thans niet
meer doenDe wil der vrouw vermag
veelGij kunt zeker van uw zaak zijn
I ucia wachtte de terugkomst van haren
ver oofde met een ongeduld af, dat gemak
kelijker te begrijpen dan te beschrijven is.
I. ucien deelde haar even als aan Georges
moijle wat er gebeurd was.
O, ik beoordeelde juffrouw Mary niet
verlkeerdriep zij met van vreugde stralen
de* oogen uit. „Ik herhaal het u, zij is een
on.Ael! Hare belofte komt zij na!"
eng
I 'es anderendaags was Paul Harmant al
vro 3g uan het werk. Hij zat aan zijn bureau
in le bibliotheek, doorliep haastig zijne cor-
resj londentie en bracht orde in de papieren
die voor hem lagen.
nder de brieven die gedurende zijne af-
wej igheid waren aangekomen, was er een
mei den poststempel van New-York voorzien.
I Taastig, en niet zonder ongeduld, opende
hip j het schrijven want hij had de hand van
Ov dius Soliveau herkend.
illarmant las de volgende regelen
„Dierbare Neef!
Sinds uw vertrek ben ik 't voorwerp van
wrt lede ontgoochelingen.
I)e zaken van de oudé firma Jacob Morti
mer; en Paul Harmant, wier opvolger ik ben.
verilninderen van dag tot dag.
IJw vertrek heeft een noodlottigen slag
aan» de fabriek toegebracht. Zoo er geen ver-
a inhering komt, dan ben ik niet gerust voor
de I toekomst.
.|lk begin het thans zeer te betreuren, dat p-
ik |u niet naar Frankrijk gevolgd heb. Voeg Li
daJirbij, dat de banden des bloeds zeer sterk
zij li en dat het mij steeds moeilijker wordt
buiten uwe omgeving te leven.
Wie weet?
?.Iisschien zien wij elkander reeds spoedig
tenhg. i
mtvang mijne beste wenschen, dierbare
Pafnl, en geloof mij, zooals steeds,
Uw innig toegenegen
Ovidius Soliveau."
lij het lezen van dezen brief verbleekte
Païul Harmant.
r. ?oen hij geëindigd had, verfrommelde hij
schrijven tusschen de vingers. i
(Wordt vervolgd).