De Portierster van Alfortville. |„N00BD-BRABAND"l Gemeenteraad. FEUILLETON Maatschappij van Verzekering op het Leven. NUMMER 2 WOENSDAG 4 JANUARI 1922. 45e jaargang. WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHB COURANT. UitganWaalwqiuche Stoomdrukkerij Antoon Tlelen Telegr.-AdreaECHO. van nDe Echo van het Zuiden 69). 38, Opgericht WAALWIJK. 1843; Verzekerd Kapitaal 26.099.999.» a Reserve - 3.165.341.— ECHO VAN HET ZUIDEN, Dit blad verschijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Wij hebben nog een groot aantal raads vergaderingen te verslaanmen zal het wel willen goedvinden, dat we eerst de versla gen geven van Waalwijk en Baardwijkvan de laatste raadsvergadering te Basoijen 1.1. Zaterdag gehouden kunnen we tot onze spijt geen verslag geven, omdat we geen kennisgeving ontvingen, wat anders te doen gebruikelijk was. Men heeft niet ons daarmee gedupeerd, maar wel de ingezetenen van Besoijen, die het verslag van de laatste vergadering hun ner eigen gemeente vermoedelijk gaarne als een historisch document hadden willen be waren. WAALWIJK. Openbare vergadering van den Raad dezer gemeente op Zaterdag 31 December des namiddags ten 3 uur. Voorzitter Edelachtb. Heer Th. de Sur- mont de èas Smeele. Ongeveer 3.15 opent de Voorzitter de ver gadering; afwezig de heeren Timmermans, Roggeveen en Brekelmans. Voorzitter. Ik open de vergadering en heet u van harte welkom vooral bij gelegenheid van deze laatste vergadering. Deze vergade ring is niet alleen de laatste van het jaar, doch wij sluiten tevens hiermede af een zeer lange periode van de geschiedenis van het oude Waalwijk. Een lang tijdperk ligt achter ons en bij, liet afscheid nemen daar van gevoel ik hoezeer Waalwijk met hare geschiedenis mij lief is geworden. Wij nemen met weemoed afscheid van ons dierbaar oude Waalwijk en slaan de oogen op naar het verjongde Waalwijk. Ik vraag mij af, hoe zal de geschiedenis daarvan worden? Wij kunnen hierop niet antwoorden, wij weten het niet, doch laten wij met moed en vertrouwen dat nieuwe tijdperk beginnen, laten wij met gevoelens van dankbaarheid jegens God de oude gescliiedböeken slöiten en de nieuwe openen in het vaste vertrou-" wen dat de onmisbare zegen van den Al goede moge rusten op onze werkzaamheden en op het nieuwe vergroote Waalwijk. Klijberg. Na deze hartelijke woorden door U geuit, meen ik aan den plicht te kort te schieten als ik niet een enkel woord als ant woord tot u spreek. U zegt met weemoed af- scheid te nemen van het u zoo- dierbare Waalwijk mi dat daarmede ook de geschie denis wordt afgesloten. Mijnheer de Voorzitter deze woorden brachten mij in herinnering Uw plechtigen intocht. Toen was er in den feestelijken op tocht een eenvoudige maar niettemin smaak volle praalwagen met een beteekenisvol symbool. Ik meen dat het was van de destijds bestaande vereeniging „Ora et La- bora". Op dien wagen was opgesteld een nieuw geschiedenisboek en op de eerste blad zijde daarvan was geschreven Surmont de Bas Smeele. Werpen wij nu eens een blik terug, zien wij nu eens wat onder uw wijs bestuur is tot stand gekomen. Ik meen niet te veel te zeggen als ik beweer dat thans in dat boek vele bladzijden met gulden letters zijn be schreven, dat die zeer vele bladzijden ge tuigen van uw wijs bestier en aangeven wat onder uw leiding is tot stand gekomen. „Zoo brengt dan de ellendeling," sprak hij met zachte stem, die sissend door twee gesloten rijen tanden klonk, „eene industri- eele onderneming ten gronde, welke hij mij zoo bedriegelijk heeft weten uit de hand te nemen! De fabriek valt, dat is duidelijk!... Ovidius loopt naar een schandelijk bankroet Maar hoe is dat gekomen? Hoe? Ook dat is duidelijkDe dwaaskop speelfzwaar spel en verliest! De kaarten zouden in zijn han den een koninklijke fortuin van kant hel pen! Weldra zal hij zonder middelen van bestaan zijn!... De fabriek van Jacob Mor timer, eene der voornaamste uit de Vereenig- de Staten, zal op het groene laken ten gron de gaanEn op het oogenblik dat ik mij waande, volkomen verlost te zijn van dien ellendeling, dreigt hij mij met zijne komst!" „Misschien zien wij elkander reeds spoe dig terug!" schrijft hij mij. „DuidelijkDuidelijk „De val is nabijanders schreef hij mij dat niet. In enkele maanden zal hij bijna een millioen verslonden hebben „Waarom jaagt hij zich niet een kogel in den kop? Waarom schiet hem een of ander ontevreden Yankee niet neder? „Maar dat geluk heb ik niet!" „Hij zal terugkeeren, en opnieuw zal de boosdoener mij in zijne handen hebben!" Paul Harmant wierp den brief van zijn gewaanden neef in het vuur en ging weder aan het werk, doch zijn geest bleef zich met sombere gedachten bezighouden en diepe rim pels vondefi eeue plaats op zijn voorhoofd. DE Zeker, de raad mag er trotsch op zijn dat hij tot de totstandkoming van vele zaken het zijne daartoe heeft bijgedragen, maar het mag niet worden ontkend, de leiding ging steeds van U uit. Het doet me dan ook genoegen en ik stel het op hoogen prijs het van deze plaats af te kunnen zeggen, dat U aan den groei en bloei en den vooruitgang van Waalwijk een groot deel hebt bijgedragen. Ik wil dan op enkele dingen wijzen die me in het geheugen komen, die onder uw wijs beleid zijn tot stand gekomen. Ik noem dan eerst de Rijks- vakschool voor Schoenmakers en Leerlooiers met 't daarbij behoorende proefstation t.b.d. Lederindustrie. Verder is onder Uw leiding hier gevestigd de Rijksnormaalschool en met deze twee inrichtingen is de Mr. van Cooth- straat ontworpen en onder uw bestpur ge maakt. Mede door Uw grooten steun is hier geko men de R. K. Handelsdagschool en thans, als gevolg van Uwe groote belangstelling en steun voor het onderwijs is men weer bezig aan de uitbreiding van de teekenschool waardoor deze inrichting er eene wordt die een eerste plaats zal innemen op dat gebied in de provincie. Als ik nog verder ga met op te noemen wat in mijn geheugen komt en aan uwe voortvarendheid is te danken, dan wijs ik op de overname van de waterleiding. Op den duur zal blijken dat dit een verstan dige daad is 'geweest.-Verder mag ik niet vergeten den woningbouw. Door uw wijze en voorzichtige politiek hebben wij de noodige bouwterreinen tegen niet te hooge prijzen kunnen koopen. Onder uwe leiding zijn ge bouwd 29 middestandswouingen. waarvan re 21 in de Mr. van Coothstraat en 8 in de St. Antoniusstraat. Voorts zijn er gebouwd 151 arbeiderswoningen waarvan er 43 in de St. Antoniusstraat, 40 in de Chrispijnstraat en 68 in de Putstraat. Met al deze daden kebt ge U een eerezuil opgertcht. Steeds zal met eere en dankbare herinnering de naam van. Surmont de Bas Smeele warden her- 'dacht. Ik meen dan ook den tolk, niet-alleen van den Raad, maar van gansch Waalwijk te zijn als ik U op dit plechtig oogenblik diep gevoelde hulde en dank breng voor alles wat met Uw krachtige energie is tot stand ge bracht. Het verheugt me ia hooge mate dat het H. M. de Koningin behaagd heeft U te benoemen tot burgemeester van de drie samen te voe gen gemeenten Waalwijk, Baardwijk en Be soijen. Ik acht het een gelukkige keuze en deze benoeming is voor U eene hooge onder scheiding waarmede ik U niet alleen, maar ook de drie gemeenten, van harte feliciteer. Wij leden van den raad kennen Uw wijs bestieren en het leiding geven in de vergade ringen. Wij weten hoe U de verschillende stroomingen recht laat wedervaren. Ik ben er dan ook van overtuigd dat U met nauw gezetheid, onkreukbare eerlijkheid en on partijdigheid den nieuwen raad zal leiden. Dat God U nog tal van jaren spare en kracht geve opdat onder Uw bestuur en Gods on- misbaren zegen het nieuwe Waalwijk moge groeien en bloeien tot heil van de geheele gemeenschap. (Applaus). Voorzitter. Ik zeg u van harte dank voor Uwe woorden tot mij gesproken en de leden voor hun applaus. Mijnheer Klijberg, twee zaken hebben mij in Uwe sympathieke rede getroffen nl. het onderwijs en den woningbouw. Van het begin af van mijne benoeming tot burgemeester heb ik ingezien dat er nog eene leegte was, eene groote leegte zelfs, een gebrek aan vol doende Meer Uitgebreid Lager Onderwijs. Het was en is nog steeds mijne vaste over tuiging dat men ook de kinderen van het volk niet voldoende heeft aan gewoon Lager Onderwijs, althans wil men slagen in zijn loopbaan. Steeds heb ik dan ook ge peinsd hoe het te zullen aanleggen dat beter te maken opdat de jeugd in staat kan wor den gesteld zich beter te bekwamen. En ik ben gelukkig te hooren dat ik daarin ben geslaagd, zij het dan niet in alle deelen. De overtuiging staat bij mij vast dat de Jeugd over het algemeen genomen nog te weinig voelt voor het onderwijs en dat is te betreu ren. De jeugd moet zoo worden opgevoed, dat ze ziet dat het een gebrek in haar later leven is, dan eerst zal ik mijn doel, dat ik voor oogen heb gesteld, hebben bereikt. Wat de woningbouw betreft, reeds voor dat ik burgemeester was, heb ik daar veel moeite voor gedaan om er toe te komen dat betere huizen werden gebouwd. Vroeger was er echter geen sprake van dat men daarte kon geraken, men zag er gewoonweg de noodzakelijkheid niet van in. Thans echter is men er in mogen slagen en zijn zooals mijnheer Klijberg heeft ge zegd, een groot aantal woningen zoowel voor den middenstander als voor den arbei der gebouwd. Een goede woning is niet al leen louter voor het materieele, neen de be schaving en ontwikkeling van het volk hangt zeer veel af van een goede woning. Vele voorbeelden heb ik daarvan gezien, trouwens in de .litteratuur kan men het ook steeds zien. Ten slotte wil ik nogmaals allen uanken voor den steun die ik van hen heb mogen ontvangen. Vooral breng ik nogmaals den heer Klijberg gaarne dank voor zijne harte lijke woorden. Ik hoop en vertrouw lit on der Gods onmisbaren zegen wij het nieuwe tijdperk zullen ingaan. (Bravo's). Hierna worden de notulen der vorige ver gadering gelezen en onveranderd goedge keurd en vastgesteld. AAN DE ORDE: 1. Ingekomen stukken. a. Schrijven van den heer Roggeveen houdende mededeeling i at zijn moeder heden grafwaarts wordt gedragen en hij derhalve niet bij deze vergadering kan tegenwoordig zijn. Wordt voor kennisgeving aangenomen. b. Verslag van de Commissie van Toe zicht op het M. O. Voorzitter. We zullen dat voor de leden nog eens ter inzage leggen. Klijberg. Zou het niet in „De Echo" ge plaatst kunnen worden. .Voorzitter, 't Is zoo lang. Klijberg. Wanneer het publiek dergelijke stukken oner de oogen krijgt, zal het meer belang in dat M. O. gaan stellen. Het is, zooals U in uw slotwoord hebt gezegd, noodig dat het volk daar meer belang in gaat stellen en dat kan m.i. op deze mauier wor den bereikt. Voorzitter. We zullen het de redactie vra gen of ze het in geheel of een uittreksel er van wil plaatsen.. Schrijven van het Comité ter behartiging van de algemeene belangen van overheids personeel waarin het er op aandringt dat een geregeld overleg tussolien de vereeniging van Nederl. Gem. en vakorg. van overheidsper soneel tot stand kome. Burg. en Wetli. kunnen geen vrijheid vinden voor te stellen om aan het verzoek te voldoen. Op de eerste plaats vinden ze het door de Ver. ingenomen standpunt dat ze niet het aangewezen lichaam is om een door het Comité gedacht element te zijn in de organisatie van het onderling overleg juist, omdat bij het vaststellen der arbeids voorwaarden van het gemeente-personeel, plaatselijke toestanden en omstandigheden hierbij niet Uit het oog mogen worden ver loren en hun invloed zullen moeten doen gel den. De heer Smolders kan zich met. het prae- advies van Burg. en Weth. in zooverre ver» eenigen als geen wijziging in de arbeidsbe- paling voorloopig zal plaats hebben. Mocht dat plaats moeten hebben, Man zou hij er prijs op stellen dat georganiseerd overleg plaats heeft. De Voorzitter gelooft dat men gevoegelijk over deze zaak heen kan stappen aangezien het beginsel niet wordt geraakt. Men vraagt in het adres alleen de Ver. van Ned. Gemeenten daartoe aan te zetten en de gemeente heeft niets aan te zetten. Voorstel van de gascommissie om de prij zen van het gas te verlagen en te brengen op 15 en 16 ct. per M3. en van de electriciteit voor licht op 42 et. en van kracht op 23 ct. per K.W. Alles ingaande 1 Januari. Zoodra de begrooting zal worden behan deld, zal daar verder over in den raad wor den gesproken. 2. Ontwerpverordening regelende het vervolgonderwijs. Conform het voorstel van Burg. en Weth. wordt besloten. Prijs der Advarteettta: 20 cent per regel; 1M. RedAnei iê cut per regel. 3. Voorstel tot opheffing der zekerheid- gesteld door den eervol ontslagen Directeur van het Levensmiddelen bedrijf. Conform het voorstel van Burg. en Weth. wordt besloten. 4. Voorstel tot wijziging van het Regle ment voor het Burgerlijk Armbestuur. Zonder bespreking wordt ook dit voorstel aangenomen. 5. Voorstel tot verlenging der tijdelijke kasgeldleening, groot 250.000. De gemeente is nog niet in staat om op 31 December deze leening in baar geheel af te lossen omdat de achterstand in de Invor dering van den Hoofd." Omslag, diensten 1920 en 1921, nog niet is ingehaald, terwijl verder aan het Gemeentelijk Woningbedrijf door de gemeente belangrijke bedragen aan kasgeld zijn verstrekt in afwachting van betaalbaarstelling van daarvoor beschikbaar komende rijksvoorschotten. Scliambergen. Gaat dat ook weer tegen 7 procent. Voorzitter. Neen. dat is ten hoogste tegeu 7%. Wij moeten betalen zooals de geld markt bij de kassiers is. Zooals U weet zijn we bij de Geldersche Credietvereeniging. Wordt met algemeene stemmen goedge vonden. 6. Voorstel om toe te treden tot de steun regeling voor noodlijdende werkloozenkas- seu. Conform het voorstel van Burg. en Weth. wordt besloten. 7. Vaststelling der balansen 1920 der be drijven voor Gas, Electriciteit en Waterlei ding. het Woningbedrijf, en der. liquidatie balans van het Levensmiddelenbedrijf. De heer Smolders zegt als jong raadslid nog niet zoo bekend te zijn met den gang van zaken. Volgens hem heeft de gasfabriek in dat jaar een winst gemaakt van 17000. Dat moge prachtig klinken, doch volgens spreker is dit niet de juiste weg. Tegen een dergelijke winstmakerij op de bedrijven is hij in beginsel tegen. Winst mag en moet er zijn om reserves te maken. Echter een dergelijke winst maken als men nu heeft ge daan en daarvan 0000 aan de waterleiding gaan geven, dat noemt hij op z'n minst vreemd. De gasverbruikers toch moeten het tekort niet behoeven te betalen van de wa terverbruikers. Ieder bedrijf moet zich zelf bedruipen. De heer Gragtmans merkt op dat men met dat idee van geen winst te mogen maken, al lang heeft gebroken omdat het gebleken Is dat het niet opgaat. Een gemeentebedrijf mag gerust een fatsoenlijke winst maken„ want men moet wel weten dat het eene jaar de winst eens groot zal zijn en een ander jaar heel gering. Zonder winst te maken kan geen enkel bedrijf het volhouden. Spreker wijst er verder op dat men van Besoijen en Baardwijk een hoogerenprijs heeft ontvangen voor het gas dan van Waal wijk. De heer Klijberg wijst er op dat wethou der Krijgsman te 's Bosch in een kort ge leden gehouden vergadering duidelijk heeft doen uitkomen dat het niet opgaat. Zelfs de socialisten als Duys en Wibaut en ook zeer vele groote economen zijn van dat idee af gestapt. Hij geeft den heer .Smolders daar om in overweging dat idee prijs te geven. De heer Smolders zegt in zijn aanhef te hebben gezegd niet goed ermee bekend te zijn Mary had dien dag schier even vroeg haar slaapkamer verlaten als haar vader. Haastig maakte zij haar toilet, doch niet zonder koketterie. Zij schelde den kamerdienaar. „Gij herinnert u den persoon, die gisteren morgen hier geweest Is met een brief van den heer Dnrier, niet waar?" „Ja, mejuffrouw." „Die zal hedenmorgen terugkomen, om half tien, om mijn vader te bezoeken. Gij zult hem bij mij brengen in de kleine zaal. waar ik op hem wacht." „Goed, mejuffrouw." „Waarschuw den portier." „Oogenblikkelijk, mejuffrouw." Het sloeg negen uur. Mary begaf zich naar de kleine zaal. Een half uur moest er nog verloopen voor de komst van haren beschermeling. Het jonge meisje werd ongeduldig. In plaats van hij den open haard plaats te nemen, bleef zij recht staan bij het ven ster dat uitzicht had op het voorplein, en. van waar men bijgevolg het buitenhek kon zien met het kleine poortje. Wat duurde het lang! M ist Mary zich wel rekenschap te geven over het geen in haren geest omging, en den aard der gevoelens, die in hare ziel begon nen te ontkiemen. Wij zouden dit niet durven bevestigen, doch de koketterie door de dochter van den milllonnair aan haar toilet besteed, laat ook niet toe in tegenovergestelden zin uitspraak te doen. TWEEDE HOOFDSTUK. 't Sloeg half tien. Terzelfder tijd werd er gescheld aan de straatdeur en Mary, achter de kanten gor dijnen verscholen, zag Lucien binnentreden, die, door den portier ontvangen, aan den kamerdienaar werd overgeleverd. De dochter van Paul Harmant had de hand aan het hart gebracht. Een hevige hoestanval verscheurde hare borst. Zij was genoodzaakt om plaats te nemen, want de adem ontbrak haar een oogenblik. Twee minuten gingen voorbij. De deur der kleine zaal werd geopend, Lucien trad bin- nen en Theodoor, de kamerdienaar, deed de deur dicht. Mary deed een krachtige poging om gere geld adem te halen en de ontsteltenis te ver bergen die zich van haar had meester ge maakt. „Mijn vader is teruggekeerd mijnheer Lu cien," zeide zij op onvasten toon. „Ik zal u in enkele oogenblikken bij hem kunnen brengen." „Hebt gij hem reeds van mij gesproken, mejuffrouw?" vroeg de zoon van Jules La- broue. „Neen, ik heb hem nog niets gezegdmaar ik weet toch reeds, dat de betrekking, door u verlangd, nog niet vervuld is. Ik heb in uwe tegenwoordigheid willen handelen. Nu is de tijd gekomen om het succes stormender hand te behalen". „Gij kunt niet gelooven, mejuffrouw, hoe zeer ik ontroerd ben." „Zijt gij dan angstig?" „Ja". „Waarom." ..Uit vrees, dat ik niet slagen zal... Gelief er aan te denken, mejuffrouw, dat mijne toekomst op 't spel ptaat!" „Wees gerust," antwoordde Mary glim lachend. „Ik ben een trouwe bondgenoot en sta voor alles in." Lucien neeg. „Kom", voegde er dan mejuffrouw Har mant bij, „kom en reken op mij." Terzelfdertijd bood zij hare kleine koorts achtige hand aan den jongeman, die deze in de zijne voelde beven. Door Lucien gevolgd, verliet Mary de klei ne zaal en stond stil in een vertrek, dat aan de bibliotheek grensde. „Wacht mij hier," zeide zij, „en houd den brief van uwen vriend Georges Darier ge reed." Eene zenuwachtige aandoening deed Lu cien beven. Het jonge meisje klopte zacht aan de deur der bibliotheek en trad binnen. De industrieel, die, zooals wij weten, druk aan 't werk was, verhief het hoofd en riep verwonderd uit „Wat! Zijt gij reeds bij de hand, liefste kind?" ..Om halftien, vader!" „Is 't al zoo laat?" ...Ta, 't Is zelfs reeds kwart voor tienen." ..Dan komt gij mij roepen voor 't ontbijt?" „Neen om tien uur zullen wij aan tafel gaan. Thans kom ik met u over zaken spre ken." „Over zakenWat zegt gij dat op eru- «stigen toon „Ja, 't is dan ook zeer ernstig „Hebt gij geld noodig om rekeningen te betalen? Wacht dan maar even „Neen, neen. ik heb geen geld noodig." „Wel," sprak de milllonnair lachend, „dan komt gij nu wellicht met het geheim voor den dag waarvan ik de oplossing gisteren niet mocht te weten komen?" „Juist, vader." „Welnu, spreek dan, liefsteIk luister met belde ooren." Mary nam aan de zijde haars vaders op eon gemakkelijke bank plaats en begon: Stel u eens voor, dat ik eene bijzondere fantasie heb." „Dat zou de eerste keer niet zijn." „Ja, maar de tegenwoordige gelijkt op geen andere. Belooft gij mij te zullen doen wat ik van u vraag?" „Gij weet wel, dat ik nooit iets weiger, wanneer het mogelijk is uwen zin te doen." „Dat is waar. Luister dan... Ik wenscli dat de eerste betrekking, die er in de fa briek verleend wordt, aan een persoon ge geven worde, dien Ik u zal voorstellen." „Gij liebt dan iemand onder uwe hooge bescherming genomen?" .Juist zoo! Gij hebt mij gezegd, dat ge spoedig een directeur zult noodig hebben om de teekenaars te survellleeren, die gij van plan zijt onmiddellijk aan te stellen. Gij hebt een bekwaam, een geleerd en practise!» man noodig, op wien gij volkomen rekenen kunt... Hebt gij mij dat niet gezegd vader?" „Ja, en dat herhaal ik. Hebt gij mij mis schien zulk een phenix aan te bieden?" „Zeker, en dien phenix. door mij, zoowel als door uw vriend Georges Darier warm aanbevolen, zult gij de betrekking schenken." „ZooHeeft mijn advocaat uwen be- schermeling ook onder zijne bescherming?" „Ja, en hij rekent op mij om zijne zaak te bepleiten en te winnen, 't Is overigens In uw belang, vader, dat wij handelen. De per soon van wie wij spreken, is iemand met zeer bijzondere bekwaamheden. Nooit, nog zult gij iemand van zijne bekwaamheden aantreffen, nooit!" „Welke warme verdediging!" riep Paul Harmant uit, zijne dochter in de oogen sta rend. „Gij kent dan zeer goed den persoon, van wien gij spreekt?" „Ja. vader. De heer Darier heeft hem mij warm aanbevolen en dan heeft hij mij den jongeman gezonden. Ik heb hem gezien, lk heb hem beoordeeld, en ik ben er zeker van, dat ik mij omtrent zijne hooge waarde niet bedrieg." Hij is een vriend van Georges Darier?" „Een intiem vriend, een schoolkameraad. De heer Darier blijft volkomen verantwoor delijk voor hem. Zoo gij den jonkman uit zijne handen aanvaardt, zal lilj ons geluk aanbrengen, en wij zullen eene goede zaak verricht hebben. Onze beschermeling heeft met groote familieongelukken te kampen ge had dat Is mij duidelijk geworden uit en kele woorden, die hen» ontsnapt zijn." De millionnair trok zijne dochter tot. zich en omhelsde haar. „Gij zijt een leerlinge van mijn advocaat!" riep hij glimlachend uit. „Gij pielt met eene overtuiging, die u alle zaken doet winnen." „Is deze zaak dan gewonnen?" vroeg Mar.v levendig. „Dat zullen wij weldra weten. Het hart mag de overwinning niet op het hoofd be halen. De persoon, die mijn rechterarm zal worden, nitjn alter ego, moet bijzondere en zeldzame hoedanigheden bezitten. Ik wensch zeer Darier genoegen te doen en nog meer u, liefste Mary, tevreden te stellen, maar voor alles moet ik mij overtuigen, of de persoon, van wien gij spreekt, in staat is de betrek king van vertrouwen te bekleeden, die hij solliciteert, of ik zonder gevaar mijn autori teit in zijne handen kan stellen. Ik zal dan onmiddellijk een brief schrijven aan uwen beschermeling en hem vragen, dat hij hier kome." „Qnnoodig, vader," onderbrak hem Mary. „Wat zegt gij?" „Hij ls hier in het aangrenzend vertrek, met een aanbevelingsbrief van den heer Da rier in de hand." (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 1