I Eerste Blad. geregeld De Portierster van Alfortville Dames van Waalwijk en Omstreken Stoomwasscherij „DE LELIE". Neemt proef bij Rath Co., Veghel. Dit 2simmer bestaat uit TWEE bladen Stoomwassehery „Het Groenewoud' MAANDAG WAALWIJK Buitenland. Binnenland Marktberichten De begrooting omlaag FEÜILLETOh „HOQ&D-BRABAND" NUMMER 9. ZATERDAG 28 JANUARI 1922. WAALWIJKSCHE HN LANGS7RAATSCHK COURANT UitjraweWaalwljkuche Stoomdrukkerij Aotoon Tielen Telesrr.-AdreaECHO, 46e JAARGANG. De vracht-auto der komt 9641 eiken te tot het thuisbezorgen en ophalen der wasschen A. KNEGTEL, Tilbubg. Vraaft Prijscourant. Vracht gratis Met instemming nemen wij 't vol gende uit „de Maasbode" over: Omstreeks 11)00 bedroegen de inkom sten van den Staat 150 millioen gul den, omstreeks 1910 200 millioen gul den. terwijl in 1920 liet geweldig be drag van ongeveer 775 millioen werd bereikt. Zulk een vervijfvoudiging van liet bedrag, of, rekening gehouden met de waardevermindering van den gulden, toch in ieder geval een vermeerdering met ruim 150 procent, duidt op een ongewone, waarschijnlijk ongezond- snelle ontwikkeling. In dat tempo voortgaan is onmoge lijk. Op dat hooge bedrag blijven staan is het maximum wat ons land doen kan. Indien de koopkracht van den gulden zou toenemen (en blijkens de daling van don prijs van een aantal artikelen is het vermoeden gewettigd, dat de gulden in koopkracht gaat win nen) dan moet het nominaal bedrag van drie kwart milliard naar beneden om hetzelfde offer van den belasting betaler te beduiden. In menig opzicht heeft ons land bo ven zijn krachten geleefd. In de oor logsjaren teerde het sterk in en daar na heeft het in den waan verkeerd, dat de scliijnbloei echt was. Met handhaving van het ééns be reikte hegrootingspeil gaat liet dus niet. Om weer gezonde budgetten te pan ,J)e Echo van het Znldev" 7Ï>). krijgen, die niet boven de draagkracht van onze samenleving gaan, moet r worden ingekrompen. In meer dan één land ziet men de zorg zich richten op het sluitend ma- keu van de staatsbegrooting als om eerste eiscli van goed economisch be leid. Engeland beeft in eigen huishou ding zicli het eerst met zorg daarop toegelegd. Frankrijk wil dat voorbeeld volgen, doch het werkt in zijn begroo ting met, de vogels in de lucht, ge naamd Duitsche schadeloosstellingen. Wat Duitschland betreft, dringt de entente er sterk op aan, dat het zijn begrooting sluitend maken zal door meer van het maatschappelijk inko men op te eischen voor de schatkist. Daar de Duitsche Staat begrijpt, dat zij, die op zijn gezondheid zoo aandrin gen, van plan zijn hem bij de eerste gelegenheid bet bloed af te tappen, schijnt hij niet van zins aan de uit nood iging te voldoen. Voor ons land zijn er twee redenen om tot bezuiniging over te gaan: Voor eerst sluit de begrooting voor 1922 met een geraamd tekort van ongeveer 50 millioenvervolgens zou het, afgezien van liet al of niet sluitend zijn der be grooting. de vraag zijn, of drie kwart milliard voor Nederland niet te veel vergt van ons draagvermogen, zoodat uitputtingsverschijnselen zich weldra zoudeu aankondigen. Voor versterking van den algemee- nen geest van soberheid, ter voorko ming van vermeerdering der uitgaven en in ieder geval tegen onnoodig geld- verbruik kan men veel verwachten van den arbeid der bezuiuigingscom- missie en van de waakzaamheid der Regeering. Doch, met maatregelen, in den trant der bezuinigingscommissie, komt het budget niet in evenwicht. Immers, als de voorstellen dier commissies uitge voerd wordeu, zal dat volgens Minis ter De Geer een bezuiniging opleveren van één millioen per jaar. Dieper ingrijpen is dus noodig. Daarom, is liet een nuttige en noo- dige daad geweest, toen de Regeering den arbeidsduur van alle ambtenaren van 35 uren bracht op 39 uur. Dit komt neer op een toename van het aantal persoonsuren met ruim 8 pro eent. Daar, waar de arbeid uit gelijk soortige verrichtingen bestaat, m.a.w. eenigszins massaal werk, daar zal deze toename van de werkuren haar volle rendement bobben. In vele takken van dienst zullen dus bijkomstige, vooral tijdelijke krachten overbodig worden en zeker is in lengte van tijd geen uit breiding van het personeel noodig in verschillende diensten. Sommigen willen van de ambtena ren het onderste uit den kan hebben (Mi roepen van acht uur per dag, alsof de arbeid van de ambtenaren met han denarbeid gelijk stond. Beter maat hield de Regeering, wier maatregel een kloek werk was. Zij staat echter eerst aan het begin. lederen morgen zoo stellen wij voor moet de portier van het depar tement, zoo gauw hij den Minister van Financiën ziet binnenkomen, zeggen Excellentie, er moet vandaag bezui nigd worden. Diep ingrijpen is noodig en daar om stelde de Minister van Financiën in uitzicht de wijziging van verschil lende wettelijke regelingen, met het oog op bezuiniging. Niet de verspilling brengt ons in het nauw, maar vooral de door de wet opgelegde uitgaven. Dat is het stand punt van den Minister. In het bijzonder lieeft hij tot heden, waarschijnlijk nog sjechts als voor beelden. de volgende onderdeelen van staatsbemoeiing en staatswerkzaam- heid genoemd, als gebiedende gelegen heid tot bezuiniging (meest door wets wijziging) de organisatie van de rech terlijke macht, de lager-onderwijs wet, het rijkstucht- en opvoedingswezen, liet krankzinnigen wezen, de rijks bouwdienst, de waarborgdienst en de betaal meesterskantoren. In gespannen afwachting leven wij, wat de Regeering ten aanzien van de genoemde onderwerpen doen zal. w DOOR ERVARING STERK. De Minister van Oorlog heeft aan de autoriteiten van het le ger een schrij ven gezonden, waarin is bepaald dat, indien het aanhangige Dienstplichtont- werp-wet tijdig door de Eerste Kamer mocht worden aangenomen en de nieuwe wet dus 1 Maart a.s. in werking kan treden, de dienstplichtigen der lichting 1922, welke in Maart a.s onder de wa penen zullen worden geroepen, in de nieuwe standplaatsen zullen worden ingelijfd en geoefend. De dienstplichtigen, bestemd voor het 7de regiment infanterie zullen dan dus te Harderv ijk werden opgeroepen. Voor de oefening van die dienstplich tigen zullen in de nieuwe standplaatsen detachementen van de standplaatsen der tegenwoordige korpsen worden uitge zonden. waarbij de noodige officieren en onderofficteren zullen worden inge deeld. Dit personeel wordt echter slechts lijdelijk voor deze functies bestemd. Tabaksrook ontsmettend P Er was een tijd, dat alle doctoren het eens waren over de gif-.joheld van rab&k (hart, hersenen, gezicht, maap). Hierop volgde een periode, waarin somjnlge dezer bewe. logen werden be streden cn Martin Damourette zei, da de resorbtle van tabak eeo algemeeoe opwekking gaf; de hersenen we: dsn werkzamer. Het derde stadium Is actueel, meb heeft c.i. beweerd, dat de tabaksrook een octsmettende werkicg uhoefect de mondholte, luchtwegen en het rnaag- darmkaaaal. Do IiabaiiCsche professor Panton! te Rome voed, dat tabaksrook bij proeven met cultures van alle?lei micrc-organls men eco duidelijker» octsmettendeu Ir vloed uboeienrie op eekele ziektckle mee Eieren 20 cent. Varkens 14—18 gulden. Dit blad verschijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.2B. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. ut echo u\ inn /.i int: Tel ef. 18 Prijs der Advertentiën 20 cent per regel: minimum l.Gt>. Reclames 40 cent per regel. Des namiddags geleidde hij Mary, naar het boscli en bracht den avond in haar ge zelschap door. De grootste vreugd van dien ellendeling was zich ongestoord bij zijne geliefde doch ter te bevinden. Mary kwam naar beneden om zich in de eetzaal hij haar vader te vervoegen. Deze ging haar eenige stappen tegemoet en om helsde de vurig beminde dochter. „Gij zijt later op uw kamer gebleven dan gewoonlijk, liefste kind," zeide hij dan. „Ge voelt gij u niet goed?" „Iïet is de moeite niet," antwoordde het jonge meisje. „En daarom hen ik ook niet op mijne kamer gebleven. „En waarom dan?" „Omdat ik over iets na te deuken had." „Kom, laat ons aan tafel gaan en dan zult gij mij onder 't ontbijt vertellen, waar mede gij u hebt bezig gehouden." Mary nam plaats tegenover haar vader. Glimlachend bediende hij zijne dochter en informeerde tevens naar de ernstige za ken, waarmede zij zicli des morgens alleen op hare kamer had ingelaten. „Ik dacht," zeide Mary, „dat er in het le ven veel meer schaduw dan zonneschijn is, veel meer lijden dan vreugd." De valsche Paul Harmant. had moeite een beweging van ongeduld te onderdruk ken. „Ik begrijp u niet," zeide hij. „Er kan voor u geen schaduw zijn; gij hebt slechts te spreken om onmiddellijk uwe wenschen vervuld te zien. Eu wat nu het lijden aan gaat, dat de wereld biedt, gij zijt nog veel te jong, liefste, oru dat leed reeds te kennen. Wat ontbreekt u om gelukkig te zijn? „Mag ik openhartig spreken?" „Zeker, zeker, kindIk smeek er u zelfs om". „Welaan dan, ik gevoel mij gelukkig bij uuwe teederheid is voor mij een bron van genot, doch de teederheid eens vaders is niet voldoende om het hart van een jong meisje te verzadigen. Ik ben geen kind meer. Wel dra zal ik negentien jaar oud zijn. Hebt gij er nog nooit aan gedacht mij uit te huwelij ken?" Jules Labroue's gewezen meesterknecht kreeg eene rilling over de leden. Hij nader de tot Mary en sloot haar in zijne armen. „U uithuwelijken! Nu reeds? Zou ik van u moeten scheiden, lievelingMaar gij weet dan niet, dat het juist uwe tegenwoor digheid is, die mij de noodige werkkracht verleent, de eerzucht, den moed om nog groote zaken te verrichten. Waart gij daar liet meer, da» zou alles als een kaarten huis ineenvllen. Dan zou mij niets anders meer overblijven dan de dood. En Jacques Gérard sprak de waarheid. NEGENDE HOOFDSTUK. Sinds zijn terugkeer in Frankrijk werd het geweten van den valschen Paul Har- mant vaak door gewetenswroegingen ge plaagd, welke hij slechts in staat was te verdrijven, wanneer zijne dochter bij hem was. Mary alleen verschafte hem de noodige kracht om tegen vele vreeselijke herinnerin gen te strijden. „Maar, papa, gij doet juist wat gij mij verwijt!" riep het jouge meisje uit. „Waar haalt gij toch die sombere gedachten van daan? Waarom beschouwt gij slechts de keerzijde der medaille?" „Er is dan ook eene schoone zijde?" vroeg de milliounair. „ZekerWie zal mij beletten bij u te blijven wanneer ik getrouwd ben?" „Zou het niet beter zijn daarnau voorals nog niet te denken?" „Gij zijt zelfzuchtig vader, en dat is sleelit van u. Gij weet toch, dat onvermijde lijk eens de dag moet aanbreken, waarop mijn hart u niet geheel meer zal toebehoo- ren MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING CP HET LEVEN farrrnjAWAALW U K HsïgS fctauajimrgm I De booge raad van nijverheid en handel in België heeft heden advies uitgebracht over den 8-uren arbeidsdag. De raad drukte In verband daarmede den wensen uit, dat aan de nijverheid en den handel, In aaovulllog op de wet "an 14 Juli 1921 (8-uren arbeidsdag), een crcdiet van 100 uur per jaar xou worden toegestaan en verklaarde verder, dat met de uiterste gematigdheid ec omzichtigheid ln de toepassing van den 8-uren arbeidsdag moet worden te werk gegaan. Ten slotte zeide de raad nog het ware wenscbelijk, dat de nijverheid over een totaal arbeidsduur van 2496 uur per jaar zou beschikken, zonder dat een arbeidsduur van 10 uur per dag zou overschreden worden. die In de mondholte kuanen voo'komen, n.l. op de choierabacil, de bacil der Influenza (Pfeiffer) en de coccus voor de epidemische meniogintls. De lyphus- bacll echter, alsmede die der dipbthetle en der tuberculose worden niet door tabaksrook btïovlocd. Zonder partij te kiezen voor of tegen de tabak, wijst Bocquet er toch op In de >Monde Medical4 van 1 October 1921, dat met deze proeven in overeenstem ming zijn, de waarnemingen, dat sterk rookende soldaten gespaard bleven voor besmettelijke nekkramp in sommige kazerne-epidemieën en dat bij de cholera- eptdemle van 1912 te Hamburg geen enkele sigarenmaker werd aangetast. Vox Med.« Met belangstelling zal worden vernomen aldus de Minister van Oor log ln zijn antwoord aan de Eerste Kiener dat do oorlogsbegrootlog voor 1922, na bij eerstn no<a van wüzlgiageo tc zijn vermiuderd met f 2.060.000, bij tweede nota van wijzigingen opoieuw zal worden verminderd, andermaal met ruim 2 millioen gulden. Beide verminderingen zijn een rechtstreeksch gevolg van het rekening bouden met de totstandko ming vae bet ontwerp. Davnaast staan echter andero bezuinigingen, die voor het oogenbhk oog niet la betrouwbare getallen zijn weer te geven. - De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Enschede heeft namens de overige K. v. K. in Tweothe en Oost- Gelderland een adres tot de Siaton- Generaal gericht tot wijziging van de 45-U'lge lu een 48-uHge arbeidsweek, üe K. v. K. en F. tc Utrechr, aan welke dit adres om adhaestc was gezonden, oesloot zelve een adres to: de Staten- Generaal te richten met verzoek een wekeltjkschen arbeidstijd van minstens 48 urea vast te stellen, Terwijl de even- u=el noodige ruimere arbeidstijd moet geregeld worden oveiecnkomstlg de behoeften van elk bed>ijf. Gedurende de hiero-er gevoerde dis cussies werd o. a. betoogd, dat de In dustrie aau 48 uur per weck zelfs niet genoeg heeft eo dat voor het continu bedrijf zelfs minstens 56 uci noodza kelijk is. Naar wij vernemen, ligt het in het voornemen van de Koningin, lo Juni *.s. gevolg te geven aan een uitnoodi- glog van het Deenscbe Koninklijk paar, om een bezoek te brengen aan Dene marken. Wellicht zal dit bezoek gevolgd worden door een ulrstapje naar Noor wegen. „Daaraan heb ik reeds dikwijls gedacht, liefste, (locli nooit zonder zwaar te lijden. Ik hel) er aan gedacht, dat gij eenmaal een gedeelte uws harten en het grootste deel. helaaszult wegschenkenIk weet dat deze dag niet kan uitblijven, doch ik stel alles in liet werk om hem zoolang mogelijk tegen te houdenEn bovendien lieh ik een boozen drooiu gehad." „Welken droom?" „De fortuin, waarover gij te beschikken hebt, is voldoende om de hoogste standen voor u te doen nederknielen. Wilt gij her togin zijn, dan zal wel een hertog gevonden worden, bereid li zijn titel voor millioenen te gevenIk wensch u een man te doen bezitten, die eene schitterende positie in de maatschappij bekleedt, een man. die uwen hoogmoed stof tot voedsel geeft! Ziedaar mijn droom." „Mijnen hoogmoed? En waartoe zou. dat dienen?" onderbrak Mary haastig. „In allo ijdele voldoeningen ligt, naar mijne mee- ning niet het geluk!Een titel kan ge kocht worden: gij hebt het zooeven gezegd, en niets van alles, wat te koop is, kan ware vreugde schenken, de reine genoegens der ziel, het genot des harten!Ik ook lieh gedroomd, niet van een hertog, maar van een man, die mij bemint. De groote heer, die mij om mijne millioenen zou nemen, zou mij ook weldra met onverschilligheid behan delen." „En wie zou u beminnen?" riep Paul Har- mant uit. Mary bewaarde het stilzwijgen. Hare oogen schoten vol tranen. Zij dacht aan Lucien Lahroue. De milliounair hernam „Maar .wij redetwisten thans op een dwa ze wijze; gij denkt nog aan geen huwelijk! Gij bemint zelfs nog niet!" „Omtrent liet huwelijk," zeide Mary, zonder op deze vragen direct te antwoorden, „heb ik geheel andere gedachten dan gij. vaderIk wensch geeue schitterende echt verbintenis; ik vraag niet dat de man, dien ik huwen zal, rijk zijSlechts naar drie hoedanigheden zal ik uitzienoprechtheid, moed en liefde... Dat is voldoende om een flinke man ln de maatseliappij te worden, al is men ook slechts een nederig beambteHet hart gaat hij mij verre hoven alle titels, ho ven alle geldzakkenMisschien heb ik on gelijk ik weet wol dat vele vrouwen niet van mijn gevoelen zijndoch ik beWaag ze Wanneer ik huw. zal hel dan ook naar mijn begrippen zijn, niet naar de hare!" Paul Harmant had zonder eenige bewe ging te maken naar zijne dochter geluisterd en scheen aan te nemen, (lat liet meisje een lange reeks platte algemeenheden als van een rolletje had laten loopen. En toch be greep hij zeer goed, dal zijne dochter liet oog had op een man, dien zij beminde, op Lucien Labroue. Misschien had deze liefde nog niet liet punt bereikt, dat alles voor dezen hartstocht moet zwichten; doch hij bestond, daaraan viel niet te twijfelen en «lit bestaan vervul de zijn hart met angst. Het bloed stolde hem in de aderen hij de gedachte, dat hij verplicht zou worden de hand zijner dochter in de hand te leggen van hem wiens vader hij vermoord had. En Mary niet kunnende vermoeden wat er in Paul Harmant's binnenste omging, dacht „Ik heb goed gedaan deze zaak op het ta pijt te brengen. Ik weet nu wat mijn vader voor mij verlangt, doch hoven zijn wil staat de mijne. Zoo Lucien eenmaal liefde voor mij toont, zal ik zeggenIk wil, en mijn wil zal volbracht worden." Een geruimeii tijd stilte volgde op deze woorden, luid door liet meisje gesproken. Vader en dochter dachten na over den toestand. „Gaan wij heden uit?" vroeg hij. „Zoo gij wilt, vaderWij kunnen be zoeken gaan afleggen. Ik wenschte wel me vrouw Williamson te zien, wier dochter een goede vriendin van mij is. Zij woont in de Bona par test raat. „UitstekendEn terwijl gij hij uwe vrien- din zijt. zal ik eveu bij Georges Darier aan- loopen, dien ik sinds mijne terugkomst nog niet gezien lieh." „Zal hij thuis zijn op Zondag?" „WaarschijnlijkDe advocaat heeft mij ooit gezegd, dat lilj Zondags nooit uitgaat." „Dan zullen wij samen gaan." hernam Mary levendig, terwijl hare oogen van vreugde straalden bij de gedachte, dat Geor ges haar wellicht over Lucien zou spreken. ..Tk weet niet of dat wel zeer passend zal zijn," riep de milliounair lachend uit." „Zeer passend," antwoordde Mary. „Een jong meisje mag met haar vader overal heengaan." ,,'t Zij dan zoo! Gij zult mij vergezellen. Georges Darier heeft mij een dug of drie geleden geschreven en ik heb den tijd nog niet gevonden om hein te antwoorden." „Hij bedankte u zeker, daar gij op zijne aanbeveling Lucien Labroue ln uwen dienst hebt genomen? ...Ta. doch in deze aangelegenheid ben Ik. niet hij de verplichte." „Hoe zoo?" Georges Darier heeft mij een grooten dienst bewezen door mij Lucien Lahroue aan te bevélen." „Gij zijt dan zeer tevreden over den beer Labroue?" „Ja, hij is een persoon van bijzondere ver diensten. die grondig op de hoogte is zijner taak. „En hij is zoo uitstekend opgevoedEen waar gentleman!" voegde Mary er met vuur bij. „Gij ziet wel vader, (lat ik mij niet be droog, toen ik reeds op liet eerste gozieht de schoonste hoedanigheden in hem ontdek te." Paul Ilannant antwoordde niet, maar staarde zijne dochter strak in de oogen. Mary werd purperrood en een oogenbllk verweet zij zich, dat ze met al te veel vuur gesproken had, doch weldra kreeg zij al hare zekerheid terug en dacht: „Des te beter, zoo papa goed begint te be grijpen, dat ik Lucien liefhebWanneer 'het oogenblik van den strijd komt, zal de overwinning (les te gemakkelijker zijn." Paul Harmant beval, dat men met het rij tuig voor zou komen. „Ga voor uw toilet zorgen, liefste", zeide hij, „ik moet mij ook nog gereed maken." „ln twintig minuten ben ik tot uwe be schikking, vader," antwoordde Mary. Een half uur later voerde een prachtige coupé,, met twee vurige Normandiërs bespun- nen, vader en dochter naar de Bonaparte- straat. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 1