Tweede Blad. F irma GV E R K A DE Gemeenteraad RECLAME. Dames Nachtjaponnen f2.28 Dames Hemden met feston f 1 38 NUMMER 252ATERDAQ MAART 1922. 45e Jaargang. WAALWIIK. 21646 Gehuwden zonder kinderen. Achteruitgang van de nieren. De Mo va KAATSHEUVEL. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Maandag 20 Maart des voor middags ten 10 uur. Ongeveer 10.15 opent de Voorzitter de vergadering; aanwezig alle leden. De Voorzitter stelt voor, met bet oog op de zeer groote agenda, het voorlezen van de notulen aan te houden tot na afloop der vergadering, dan kunnen diegenen, die moei zijn, naar huis gaan en zij die belangstellen in het voorlezen van de notulen, kunnen dan blijven. Hij is van plan dit in het vervolg altijd te doen opdat dan de werkzaamheden wat vlugger opschieten. Geen der leden heeft hiertegep eenig be zwaar. De Voorzitter wenscht, alvorens met de werkzaamheden aan te vangen die voor de eerste maal in dit gebouw worden gehou den, eenige woorden in het midden te bren- gen. Wanneer wij het ouderlijke huis of een huis waarin wij jaren hebben doorgebracht, gaan verlaten, wordt het ons, bij het verla ten, wee om het harte en komen ons voor den geest niet alleen die vele gezellige uren daarin doorgebracht, doch ook de droevige uren die we daarin gesleten hebben. En toch is het ouderlijke huis of het huis waar in wij zooveel jaren hebben doorgebracht, ons dierbaar geworden en blijft ons ten al len tijde voor den geest staan. Datzelfde heb ik, zegt spr., ondervonden, den laatsten dag dat ik in het oude raadhuis heb door gebracht. Toen doemde voor mijn geest die vele mannen die jaren lang de belangen van de gemeente hebben behartigd en nu reeds lang onder de groene zoden rusten. Ik dacht toen ook met dankbaarheid aan den gezel- ligen omgang en den goeden geest die er bijna altijd heerschten, wanneer men daar zat voor de behartiging van de belangen der gemeente en voor de behoeften van de ingezetenen. Echter niet altijd was er vrede. Men heeft er ook gekend dagen van tegen werking en verdachtmaking. Een-en-twintig jaar lang heb ik in dit huis gewerkt en heb er naast veel liefs en dikwijls zware zorgen ook veel onaange naams ondervonden en toch, met liefde zal ik steedR terugdenken aan die vele dagen daar doorgebracht. Ik hoop dan ook dat dit huis, ook nu het voor een ander doeleinde zal zijn aange wezen, een sieraad voor de gemeente mag blijven en steeds bij allen in aangename her innering zal blijven. Breiden de zaken zich uit, daü moet men omzien naar meer plaats, naar meer ruim te. Zoo hebben wij ook moeten doen. Wij hebben moeten omzien naar een gebouw waar we alles in kunnen onderbrengen. Zal het werken van ons, het werken van U, het werken van mij, meer waardeering vinden. Neen, mijne lieeren, want zoo in het .verleden is geweest, zal ook in het heden, in de toekomst zijn. Niettegenstaande dit alles echter hoop ik dat hier steeds een dragelijke toon moge heerscheu, dat de belangen van de gemeente op onpartijdige wijze zullen >vorden behartigd zonder eenige bijbedoelin gen zoodat wij bij het scheiden voor ons ge weten kunnen getuigen ons best te hebben gedaan en getrouw onzen afgelegden eed hebben nagekomen. In dien geest, mijne heeren, heet ik U allen in dit nieuwe raadhuis welkom. (Bravo's). Voorzitter. Aan het groote aantal toe hoorders valt op te merken dat ei' meer be langstelling is dan bij andere vergaderingen. Naast de nieuwsgierigheid om deze nieuwe raadszaal eens te zien, zal die belangstel ling grootendeels moge worden toegeschre ven aan het feit dat heden zal worden be sproken de belastingkwestie. Ik stel voor punt 7 van de agenda: „Voorstel tot vermin dering van den vermenigvuldigingsfactor voor de gemeentelijke inkomstenbelasting voor het loopende dienstjaar en het adres van de R. K. Werkliedenvereeniging van Kaatsheuvel, houdende verzoek om restitu tie van hetgeen de gemeentelijke inkomsten belasting meer mocht opbrengen dan voor den dienst noodig is, eerst te behandelen, dan behoeven wij van den kosteiyken tyd van deze belangstellenden geen misbruik te maken. Het adres van belasting-betalenden luidt aldus De ondergeteekenden, allen belastingbe talende inwoners der Gemeente Loon op Zand, hebben de eer het volgende onder Uw welwillende aandacht te brengen. Uit goede bron hebben adressanten ver nomen, dat de opbrengst der gemeentelijke inkomstenbelasting over het belastingjaar 1 Mei 1921—30 April 1922 zal bedragen 201.000, terwijl de gemeentelijke begroo ting over 1 Mei 1921—81 December 1921, dus over 8 maanden van 1921 een hoofdelij- ken omslag aangeeft van 2/3 van 120000, zijnde 80.000, en die van 1 Januari 1922 30 April 1922, dus over 4 maanden van 1922 1/3 van 95000.zijnde in ronde cijfers 31007.Over het belastingjaar 1 Mei "21 30 April 1922, bedraagt dus volgens de gemeentelijke begrootingen over de jaren *21 en *22 den hoofdelijken omslag 80000. plus 31007.— is 11.067.— i het Zuiden. Dit bedrag moet dus over het tijdvak 1 Mei '21—30 April 1922 teruggevonden wor den uit de gemeentelijke inkomstenbelasting, doch kan door de uitkeeringen van het Rijk teruggebracht worden tot 103.000. Volgens het tarief voor de heffing voor komende in de verordening op de plaatse lijke inkomstenbelasting dezer gemeente) zou in verband met de opbrengst de gemeen telijke inkomstenbelasting groot 201000. het vermenigvuldigingscijfer als bedoeld in artikel 8 van voornoemde verordening niet 3, zooals by Raadsbesluit van 21 Mei 1921 is bepaald, doch 1.75 moeten zijn. Dan zou deu hoofdelijken omslag groot 111007. aangegeven in de begrootingen 1921 en 1922 over het tijdvak 1 Mei 1921^30 April 1922 en teruggebracht tot 103000.door Rijks- uitkeerlngen worden verkregen. De verordening op de plaatselijke inkom stenbelasting bepaald onder letter A. in de laatste alinea van artikel 10, dat voor het tijdvak van 1 Januari 1921—1 Mei 1921 de aanslag met een derde maal den aanslag over een vol jaar verhoogd wordt. Over deze vier maanden van 1921 moet de gemeente volgens de begrooting aan hoofde lijken omslag ontvangen 40000.hetgeen door uitkeering van het Rijk met ongeveer 3000.— verminderd kan worden. Bij toe passing van de laatste alinea van artikel 10 der verordening A. en een vermenigvuldi gingscijfer van 1.75 wordt dit bedrag dan ook werkelijk gevonden. Bij de bepaling van den aanslag in de ge meentelijke inkomstenbelasting is echter de laatste alinea van artikel 10 der verorde- ning A. in het geheel niet toegepast, zoodat de gemeente ln verband met voornoemd ar tikel ten allen tijd het recht behoudt nog eene navordering te elschen over de eerste 4 maanden van 1921. Adressanten wijzen nog op het volgende, waaruit al zeer duidelijk blijkt, dat het door den Raad vastgestelde vermenigvuldi gingscijfer veel te hoog is. De gemeente moet aan inkomstenbelasting ontvangen den hoofdelijken omslag voorkomende in de be grooting over 1921 zijnde 120000.ver meerderd met 1/3 (1 Januari 192230 April 1922) van den hoofdelijken omslag óver 1922 zijnde in ronde cijfers 31007.te zamen dus 151007.hetgeen door Rijksuitkeerin- gen teruggebracht kan worden tot 140000. De opbrengst der gemeentelijke inkomsten belasting loopende, volgens het aanslagbiljet slechts over het tijdvak 1 Mei 192130 April 1922 dus over een jaar zal bedragen 201000.— of 01000.— te veel. Wanneer men nu de eventueele ontheffingen zeer ruim schat u.l. op 20000.dan nog is de aan slag ln de gemeentelijke inkomstenbelasting 41000.te hoog. Het bedrag dat geïnd zal worden n.l. 201000.min 20000. is 181000.kan dus met 41000.vermin derd wofdeu, zoodat van den aanslag in de gemeentelijke inkomstenbelasting drie en twintig proeent kan worden afgetrokken. Neemt men het geschatte bedrag voor ont heffingen niet zoo hoog dan zou dit zelfs 25% kunnen bedragen. Adressanten verzoeken bij dezen den Raad dan ook dringend hieraan gevolg te geven en billijkheidshalve over dit dienst jaar, daar de belastingdruk in eene gemeen te als de onze, onrustbarende afmetingen- aanneemt en de draagkracht van verschil lende ingezetenen te boven gaat. In verband met de niet toepassing van de laatste alinea van artikel 10 waardoor de gemeente steeds het recht behoudt voor een navordering over de eerste vier maanden van 1921, zou het beter ziju het raadsbesluit van 21 Mei 1921 waarbij het vermenigvul digingscijfer bepaald ls op 3, te wijzigen in dier voege dat het cijfer 3 veranderd wordt in 1.75. Dan zullen alle eventueele conflicten met belastingplichtige ingezetenen, welke hun aanslag in de gemeentelijke inkomstenbe lasting betwisten, wegens niet toepassing van de laatste alinea van artikel 10 der verorde- nig onder letter A. worden vermeden, ter wijl do gemeentelijke inkomstenbelasting met een gelijk bedrag als bovengenoemd kan worden verminderd. Bovendien zou bij wijziging der verorde ning de onbillijkheid kunnen weggenomen worden die gelegen is in het feit, dat de aanslag der gemeentelijke inkomstenbelas ting loopende over 10 maanden genomen wordt naar den grondslag van één jaar. In hun praeadvies zeggen Burg. en Weth. o.m. dat overeenkomstig de indertijd gegeven becijferingen voor 't tijdvak 1 Jan. 1921 tot 1 Mei 1922 als hoofd, omslag moest worden geheven een bedrag van 140.000 zijnde nl. 107.000 voor den dienst 1921 en 33000 voor den dienst 1922. (Januari tot en met Mei). Teneinde tot de opbrengst daarvan te komen werd met het oog op de deprecia ties van fabrieksgoederen, toen werd alge meen gedacht dat de bedrijven in de schoen industrie en de ledernijverheid geen of slechts een uiterst geringe winst zouden op leveren, het vermenigvuldigingscijfer voor de gemeentelijke inkomstenbelasting voor zichtigheidshalve bepaald op 3, waartoe in de vergadering van 21 Mei 1921 werd be sloten. Aan dit besluit werd bij Koninklijke decissie van 3 Aug. 1921 approbatie ver leend, tengevolge waarvan het als heffings basis werd aangenomen. Intnsschen is gebleken, dat de gedachten omtrent de exploitatie-uitkomsten over 1920, waarnaar de belasting voor den dienst 1921- 1922 wordt berekend, slechts ten deele zijn juist geweest en valt speciaal ten opzichte van de schoenindustrie te constateeren dat daarin door verschillende fabrikanten nog eeij goede winst is gemaakt. Voor de leder- nijverheid daarentegen zijn de betrokken cijfers zeer slecht geweest. Nu derhalve de situatie volkomen is te overzien en rekening is te honden met de werkelijke inkomens waarvoor de belasting plichtigen zijn aangeslagen blijkt dat de op brengst der te heffen belasting niet onbedui dend hooger zal zijn dan hetgeen tot dekking der uitgaven noodig is. Immers het totaal der aanslagen door den inspecteur der Rijks directe belastingen te Waalwijk vastgesteld op 2009-15.24 of, behondens eventueele af schrijvingen ruim 00.000 meer dan voor de behoeften, loopende over het tijdvak 1 Januari 1921 tot 1 Mei 1922 noodig is. Met deze cijf rs voor oogen hebben Burg. en Weth. zich ernstig beraden wat in de gegeven omstandigheden zoowel voor de ge meente als voor de belastingplichtigen te doen staat. Daarbij staan meer speciaal 3 wegen open welke zouden kunnen worden gevolgd om een bestemming aan deze snrplns-gelden te geven en wel ten eerste de meerdere op brengst in mindering te doen strekken van de heffing voor het volgende dienstjaar; ten tweede de hoogere opbrengst aan te wen den voor de buitengewone aflossing van geldleeningenten derde restitutie te be vorderen van hetgeen door de belastingplich tigen te veel mocht zijn betaald door verla ging van het heffingspercentage. Nadat Burg. en Weth. zich aanvankelijk op het eerste standpunt hadden gesteld n.l. den raad voor te stellen om de meerdere op brengst in mindering te brengen van het voor het dienstjaar 19221923 te heffen belastingbedrag, waardoor het verhoudings- cijfer tot 1 had kunnen worden gereduceerd, zijn ze op grond van billijkheidsoverwegingen daarop teruggekomen. overwegingen gelden speciaal voor hen voor wie het jaar 1920, waarop de aan slagregeling ls gebaseerd, een malaise jaar. Is geweest en die als gevolg daarvan niet of slechts voor een laag bedrag zijn aangesla gen. Terwijl het nu niet uitgesloten Ls dat het jaar 1921 voor hen gunstig is geweest, zou bij aldlen het surplus in mindering werd gebracht de belastingheffing voor het komende dienstjaar, de belastingplichtige van thans worden belast met een bedrag dat deze personen anders voor het volgend jaar zouden schuldig zijn. Immers dan toch zou de vermenigvuldigingsfactor slechts zeer laag behoeven te worden gesteld en daarvan zou mede profiteeren zij, voor wie het jaar 1920 slecht, daarentegen 1921 gunstiger ls geweest. Anderzijds zouden degenen die nu voor een hoog bedrag zijn aangeslagen en voor wie het jaar 1921 weder ongunstiger ls ge weest, op onbillijke wijze worden bezwaard, hetgeen met een gelijke verdeeling der las ten niet is overeen te brengen. Als zoodanig wil het Burg. en Weth. dan ook voorkomen cïAt aan restitutie van het surplus de voorkeur ls te geven en meenen dit in de algemeene verlaging van den ver menigvuldigingsfactor voor het nog loopen de dienstjaar te moeten vinden. Op gelijke wijze zouden dan door de Rijkf^idministra- tie der directe belastingen alle aanslagen tot een zoodanig bedrag kunnen worden ver minderd als noodig is om tot de boven aan gegeven som van 140.000 te koiueu. Zooals Burg. en Weth. reeds eerder heb ben opgemerkt, is het totaal der aanslagen te stellen op 200945.24 zouden nu alle aan slagen met 1/4 worden gereduceerd dan blijft er nog een opbrengst van 150708.93 waarmee zou kunnen worden volstaan, in aanmerking nemende dat een betrekkelijk ruim bedrag moet worden gereserveerd voor afschrijvingen op grond van reclames en wegens oninbare posten. Zoodoende zou het verhoud ingscijfer met 0.75 kunnen worden gereduceerd eu worden teruggebracht naar 2.25 tenge volge waarvan voor alle aanslagen een af schrijving van een 1/4 kan plaats vinden. Dien overeenkomstig stellen B. en W, voor te besluiten. Wordt dit voorstel aan genomen dan bedragen respectievelijk de belastingciJfers voor: Bij een zuiver inkomen van 1920 1921-1922 800 17.00 15.75 900 20.79 20.25 1000 24.49 25.09 1100 28.25 30.26 1200 32.08 37.77 1300 35.97 41.02 1400 39.93 47.81 1500 43.90 54.34 1000 48.05 61.09 1700 52.20 68.06 1800 50.43 75.10 1900 00.72 82.21 2000 05.08 89.39 2500 87.85 126.29 3000 112.27 164.88 3500 138.34 205.15 4000 100.00 247.12 4500 193.33 290.77 5000 225.52 336.50 1920 1921-1922. 800 6.67 2.25 900 10.10 4.96 1000 13.60 8.10 1100 17.60 11.70 1200 20.79 15.75 1300 24.49 20.25 1400 28.25 23.09 1500 32.08 30.26 1000 35.87 35.77 1700 39.93 41.02 1800 43.90 47.81 1900 48.05 54.34 2000 52.25 01.09 2500 73.99 90.64 3000 97.42 133.87 3500 117.35 172.80 4000 14922 213.41 4500 171.80 255.71 5000 20120 29920 Met dez4> cijfers hebben B. en W. een los beeld willen geven van den belastingdruk voor inkomens beneden 5000 waarnit overtuigend zal blijken dat de lasten, na de reductie met 1/4 der aanslagen, speciaal voor de lagere iukomens niet zoo hoog zijn. Te minder nog is dit het geval waar de heffing hier loopt over een tijdvak van 10 maanden met het gevolg dat voor de eertse vier maanden van 1921 geen aparte heffing is of mag worden gedaan, terwijl de ver menigvuldigingsfactor zich verhoudende van 13 voor het tijdvak van Mei 1921 tot Mei 1922 bedraagt 1.0875 en voor het tijd vak van Januari tot Mei 1921 0.5025 of te zamen 2.25. Uit dat alles blijkt, zeggen Burg. en Weth., dat de belastingdruk voor het volgend jaar, bij een normaal verhoudingscijfer met 1/3 is te reduceeren. Voorts merken ze nog op, dat de belasting wordt berekend naar het belastbaar inko men. dus na aftrek van noodzakelijk levens onderhoud en niet naar het zuiver inkomen. De Voorzitter wil er nog met nadruk op wijzen dat het voor den raad dikwijls heel moeilijk is geweest om het juiste vermenig vuldigingscijfer vast te stellen. Overal, waar het voor de eerste maal door den Inspec teur wordt vastgesteld zal het moeilijkheden met zich brengen en men mag hier van ge luk spreken dat inplaats van te veel niet te weinig ls geheven, want dan zijn de moei lijkheden veel grooter. Zooals de zaken nu staan Ls er een sur plus van 00.000. Echter men moet voor zichtig zijn want vroeger hoeft men het vaak genoeg gezien dat we duizenden terug moeten betalen of als oninbaar moet worden verklaard. Daarom zou hij voor willen stel len 20.000 af te schrijven voor oninbare posten dan nog is een een bedrag van 40.000 over. Houdt men 20.00 over, dan zal men zeer voorzichtig doen want spoedig zal blijken dat de belasting alleen in hoofd- zuak door den middenstander en ambte naar en werkman van wien men het tot den laatsten cent kan berekenen, zal moeten worden opgebracht. Van den werkman kan dat ook juist op den kop af, door de loon lijsten worden berekend, wat hij moet be talen. Met het oog op alle omstandigheden zal het 't beste zijn de belasting met een vierde te verminderen en het cijfer te brengen op 2.25. Dit zal de voorzichtigste politiek blij ken te zijn, want men moet ook nog rekening houden met het feit dat de bouwcommissie van den Berkdijk een tekort heeft. Wel is aan den Minister gevraagd of hij dat te kort komende bedrag alsnog bij het voor schot wil verleenen, doch voor spreker is het lang nog niet zeker dat de Minister daar toe zal overgaan en zoete lieve Gerritje, wie zal dat alles dan betalen. Zoolang die kwestie nog niet is opgelost, blijft het voor hem en nachtmerrie. Het Dag. Bestuur wil hopen dot men bevrijd blijft van wat boven 't hoofd hangt. Verder wil de Voorzitter nog eens uit drukkelijk verklaren dat het Dag. Bestuur voor geeu enkel adres of persoon op zy Is gegaan. De ingezetenen hebben het volste recht om adressen in te zenden inaar hy wil toch voorkomen dat achteraf zal worden gezegd dat het Dag. Bestuur voor den dag ls moeten komen, dat het daartoe gedwon gen is geweest. Geen halve cent kan van de belasting worden verdonkeremaand wunt behalve dat er controle is door een commis sie uit den raad. wordt alles ook nog dege- iyk door Ged. Staten nagegaan. Jaarlijks moet rekening en verantwoording worden gedaan van alle inkomsten en uitgaven tot den laatsten halve cent en daarvoor heb ben Ged. Staten mannen, berekend voor hun taak, die alles van az nagaan. Voor niets en voor niemand in de gemeen te is het Dag. Bestuur gezwicht. Of er een dokter, notaris of gewone werkman by hem komt praten over de belastingen, steeds zal hy op dezelfde manier eone uiteenzetting daarvan geven. Nooit zal men kunnen zegen dat het Dag. Bestuur gezwicht is voor het lawaai dat men in de gemeente heeft gemaakt. In alle gemeenten, waar de belasting voor 10 maanden is geheven, zal ze wel tegenvallers zyn geweest, doch dat lawaai dat men hier meent te moeten maken, hoort men elders niet. Gaarne geeft Spr. toe dat de belasting hoog ls en hy wil wel verklaren dat hy evenmin als wie ook gaarne teveel belasting wil betalen. Dat deze vergadering niet eerder is ge houden, ook daar wil hy even eene verkla ring van geven. Zoodra alle cyfers bekend waren en het Dag. Bestuur alles gewikt en gewogen had, moest in den Bosch worden geïnformeerd of een dergelijk te nemen be sluit zou worden goedgekeurd. Poolshoogte is door hem daarom aanstonds genomen of het besluit zou worden gesanctioneerd. Toen wy die zekerheid hadden positieve zeker heid verkrijgt men nooit is Donderdag aanstonds deze vergadering uitgeschreven. Deze gelegenheid wil Spr. tevens aangrij pen om even bet belachelijke van de rond gestrooide praatjes in het dag licht te stel len. Zoo wordt gezegd dat het Raadhuis meer dan 80.000 kost, een ander weet zelfs te vertellen en gaarne geeft zoo iemand voor het met de meeste zekerheid te kunnen mededeel en, dat het zelfs meer dan 100.000 kost, ja zelfs zyn er die tegen mensehen van buiten de plaats beweren dat het meer dan 150.000 kost. Tot aller geruststelling kan hy echter mededeelen dat het door den raad gevoteer de bedrag van 40.000 voor aankoop en verbouwing absoluut niet te boven gaat. Met Juli zal de rekening over het afge- loopen dienstjaar den raad worden aange boden en hy hoopt dat men deze dan eens heel nauwkeurig zal nagaan opdat men juist weet wat voor het raadhuis is uitgegeven. Het Dag. Bestuur heeft den raad geluk kig niet noodig. Met de 40.000 heeft men alles gedaan en de rest is gedaan uit de ge wone middelen, uit de gewone post van onderhond van het raadhuis. Spreker heeft expres hierop willen wyzen wyi in de gemeente de praatjes de ronde doen dat de hooge belasting een gevolg is van het nieuwe raadhuis. De men9chen be talen absoluut niets meer dan de rente van 40.000 voor het raadhuis, juist het bedrag wat de raad er voor heeft gevoteerd. Geen cent belasting is daar verder voor genomen en dat kan, zonder de goedkeuring van den raad ook niet, want tot over den laatsten cent is Burg. en Weth. verantwoording schuldig. Als de raad ziet of hoort dat B. en W. bulten hun l>evoegdheid zyn gegaan, dan kan en zal de raad daar wel op wyzen on Burg. en Weth. daar zelf aansprakelijk voor stellen. Ik wil het hier, zegt Spr., nu er zoo veel zyn die 't eens kunnen hooren, nog eens zeggen, dat, al wat door Burg. en Weth. wordt uitgegeven, door den raad wordt ge controleerd en dan pas voorloopig wordt vastgesteld. Daarna komen Ged. Staten die alles doen onderzoeken. Vinden die nu iets wat niet ln den haak is, dan worden B. en W. aansprakeiyk gesteld en die moeten het dan zelf betalen aangezien Ged. Staten een dergelijke uitgave niet goedkeuren. U weet nu wat er met de belasting wordt gedaan eu wy er niets van kunnen nemen en alles wat wordt gezegd kletspraatjes zyn. Op de zaak terugkomende. Het beste zal zyn dat we aan den Inspecteur beleefd ver zoeken of hy genoegen met ons voorstel neemt. Dat moeten wy doen, want het Ryk int nu de golden en wy krijgen telkens voor schoten. Dat systeem is gemakkelijk en voordeellg bovendien. Vroeger toch moest men telkens kasgeldleeuingen aangaan en dat was een dure liefhebbery. Dat nu ls on dervangen doordat we maandelijks één twaalfde deel als voorschot kunnen krijgen van hetgeen door den raad begroot is. Ik geef daarom ln overweging den Inspecteur te verzoeken of hij van de biljetten een vierde wil afschrijven want de klerken zul len nu niet gaarne meer de biljetten opnieuw willen gaan schryven. Komen de mensehen nu betalen, dan kan een vierde in minde ring worden gebracht. Verder zou ik den Minister van Financiën willen verzoeken om den Inspecteur of Ont vanger te machtigen dat de bedragen nu niet ineens behoeven te worden Ingevorderd, want dat zou voor vele mensehen moeilijk heden brengen. Bovendien is het Ryk ook veel te laat gekomen met het uitreiken der aanslagbiljetten. In Mei moet alles betaald zyn en op de biljetten staat dat men het ln 10 termynen kan betalen. Dat gaat nu de aanslagbiljetten pas deze mannd zyn uitgereikt, natuuriyk niet. Ik stel daarom voor te vragen aan den Minister of de laat ste betalingstermijn Inplaats van Mei op October of November kan worden gesteld. Ben huisdokter verklaart, dat de ergste gevallen vnn nierziekte gevonden worden bij personen, die te veel hebben gedronken, te zwaar hebben gegeten en een inspannend leven van haast en drukte geleid hebben. Hij vergeleek bij een onderzoek de nieren van een jongen man van 40 jaren met die van een ouden man van 70 jaren. Beiden droegen den stempel van ouderdom. Waarom Omdat het leven, dat de jongeman leidde, hem in den bloei van zijn leven nieren als van een ouden man bezorgde. Hoe verduldelijken deze woorden niet al te dikwijls de oorzaak van rugpijn, urine- stoorni8sen, waterzuchtige zwellingen, nier- gruis, rheumatische aandoeningen, voort durende vermoeidheid enz. Nierziekte wordt als te voorkomen be schouwd vergeet dit niet. Vermijd tocht en kou, wees matig met uw eten en drinken, zorg voor de noodige rust, lichaamsbewe ging, ontspanning en slaap, en voor geregel de ontlasting. Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn een onschatbare hulp aan de natuur tot onder houd en herstel van de werkzaamheid der nieren. Door deze organen bij te staan in hun taak om het bloed te zuiveren, draagt dit erkende niergeneesmiddel veel bij om de kwade gevolgen van onbedachtzaamheid t gen te gaan. Als de nieren verzwakt zijn, versterk ze dan met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Zijn zij gezond, wees dan zoo verstandig om haar gezond te houden. Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn te Waalwijk verkrijgbaar bij Wed. Orle-Du- moulin, Markt fi 1.75 per (loos. 7 33

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 5