Toegewijd aan Handel,
en Gemeentebelangen.
De Portierster
van Alfortville,
Gemeenteraad
FEUILLETON
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 32.
WOENSDAG 19 APRIL 1922.
45e JAARGANG.
Uitgave:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
RAAMSDONK.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Zaterdag 15 April
des namiddags ten 6 uur.
Voorzitter Edelachtb heer Moons.
Ongeveer 6 uur opent de Voorzitter
de vergaderingaanwezig alle leden.
Bij de vaststelling der notulen van de
vorige vergadering zegt de heer Broeders
eene opmerking, geen aanmerking te
hebben, naar aanleiding van punt 4
Vaststelling van het te verleenen voor
schot aan de bijzondere scholen. In de
notulen leest hij dat het voorschot in
2 termijnen zal worden uitbetaald en
wel 1 Juli en 31 December. Zijnsinziens
kan hier moeilijk van een voorschot
worden gesproken wijl de gemeente
vanaf 1 Januari reeds moet gaan beta
len. Vanaf 1 Januari tot 1 Juli kunnen
de scholen dus niet altijd aan hun ver
plichtingen om leveranciers te betalen,
voldoen.
De Voorzitter merkt op dat dit met
de vaststelling van de notulen niets
heeft te maken. Na onderling overleg
is daartoe in eene vorige vergadering
besloten en bovendien is het slechts
eene verrekening wat zoowel voor de
gemeente-administratie als voor de
schoolbesturen gemakkelijker is wanneer
deze tweemaal per jaar plaats heeft dan
Het is meer eene verrekening met het
schoolgeld. De geheele afrekening heeft
slechts om de 3 jaar plaats en om het
de schoolbesturen gemakkelijk te maken,
heeft de wetgever gezegd, dattusschen
tijd, een voorschot kon worden verleend.
De heer van Dongen-Torman is de
meening toegedaan geweest dat in de
vorige vergadering slechts alleen het
bedrag voor het Dorp is vastgesteld en
niet voor het Veer. Bij de stukken heeft
daaromtrent ook niets ter inzage gelegen.
De Voorzitter moet den heer van Don
gen-Torman opmerken, dat bij de be
spreking over deze kwestie in de vorige
vergadering is gezegd, dat van de ver
schillende gemeentebesturen, waar naar
de gemiddelde kosten was geïnformeerd,
nog geen antwoord was binnen geko
men. Besloten is toen na inkomst daar-
101).
van het te verleenen bedrag door Burg.
en Weth. te laten bepalen.
De heer van Dongen-Torman zegt, dat
zoo niet begrepen te hebben wijl hij
er anders zeker over zou hebben ge
sproken. Het bedrag thans door Burg.
en Weth. voorgesteld is zijnsinziens zeer
krap. Spreker vraagt of de gemeenten
aan wien inlichtingen is gevraagd, on
geveer van gelijke grootte zijn.
De Voorzitter zegt dit straks te zullen
mededêelen.
1. Ingekomen stukken.
Eenige ingekomen stukken behelzende
de goedkeuring van genomen raads
besluit.
Worden voor kennisgeving aange
nomen.
Schrijven van de firma Van Suijlekom
waarbij deze er op wijst dat door haar
met de gemeente een contract is aan
gegaan over afname van een zeker aan
tal K W. Door de heerschende malaise
kan zij niet met volle capaciteiten werken
en derhalve lang niet de gecontracteerde
K W. afnemen zoodat thans haar een
K.W. 93 cent kost
Adressant vraagt om zoolang de malaise
aanhoudt den gewonen prijs te mogen
betalen en kan het contract niet worden
verbroken, dat dan later pas weer in
werking behoeft te worden gesteld.
Wordt in handen gesteld van de des
betreffende Commissie.
Schrijven van den schoolopziener be
treffende de verbouwing van de open
bare school in het Dorp.
Aanvankelijk heeft de schoolopziener
tegen de verbouwing zooals die door
den raad was vastgesteld, geen bezwaar
gehad. Nu echter komt hij met een heele
reeks van opmerkingen. Moeten deze
allemaal worden uitgevoerd, dan zal de
verbouwing, in plaats van f 9000 wel op
f 19000 komen te staan.
Burg. en Weth. stellen voor alsnog
gedaan te krijgen dat de verbouwing
kan plaats hebben als aanvankelijk door
den raad is vastgesteld. Kan dat niet
dan van de geheele verbouwing maar
af te zien.
De heer van Dongen-Torman kan zich
met het voorstel van Burg. en Weth.
volkomen vereenigen. Hij is de meening
toegedaan dat na overleg met den school
opziener wel met het oude plan kan
worden volstaan.
Daartoe wordt besloten.
De Voorzitter deelt hierna mede, dat
de gemeenten waarnaar het gemiddelde
bedrag dat per leerling zal worden ge
heven, zijnOudenbosch,^ Roosendaal
en Heusden.
2. Aanbieding verslagen.
a. van den toestand der gemeente.
b. van hetgeen met betrekking tot
verbetering der volkshuisvesting is
verricht.
Worden voor de leden ter visie neder
gelegd.
3. Voorstel van Burg. en Weth. om
met intrekking van het raadsbesluit No.
207, het renteloos voorschot aan de
Zuider-Stoomtramweg-Maatschappij te
bepalen op f 2650.
De Voorzitter zegt dat in een vorige
vergadering is besloten f2500 te ver
leenen, wat overeenkomstig het rapport
van de Commissie was. De gemeente
Breda echter, die volgens het rapport
dier commissie f 11000 moest betalen,
wenscht dit niet te doen en slechts
f 9700.— te geven, zoodat de resteerende
(pgT^WA A LW u K. ^TTTvyJ"
DOOD ERVARING STERK.
f 1300.— door de andere gemeentebe
sturen moeten worden bijgedragen. Deze
gemeente zal nu f 150.— meer, dus
f2650.moeten verleenen.
De heer Lankhuijzen zou willen zien
dat men zich aan het eerste voorstel
blijft vasthouden. Hij acht het in het
geheel niet comme il faut dat andere ge
meenten voor Breda moeten gaan betalen
Door de commissie is alles naar draag
kracht en naar gelang de waarde die de
tram voor de gemeente heeft, hetbedrag
bepaald.
De heer de Wit zegt uit vertrouwbare
bron te hebben vernomen dat de ge
meente Dongen, die nu weer f600.—
meer moet betalen, niet daartoe zal
overgaan.
De Voorzitter merkt nog op dat de
gemeente Breda geen enkel motief aan
geeft waarom ze geen f 11000 wil geven
Ze heeft alleen gezegd we betalen maar
f9700-.
De heer van Dongen-Torman is het
met de vorige sprekers eens dat het
niet in den haak is. Als de zaak met
die f150.— echter staat of valt, zou hij
hoe ongaarne ook, toch dit bedrag meer
willen geven.
De Voorzitter wijst er verder nog op
dat Breda als stad het meest van de
tram profiteert.
Met algemeene stemmen wordt hierna
besloten het eerst genomen besluit te
handhaven.
4. Ontwerp-besluit inzake verhuring
van gras- en houtgewas van diverse
perceelen.
De Voorzitter merkt op dat het altijd
de gewoonte is geweest om de bermen
langs de wegen publiek te verpachten.
Thans zijn er echter al aanvragen ge
komen om voor 6 jaar stukken te mogen
huren voor een flinken prijs, een prijs,
die waarschijnlijk bij publieke verpach
ting niet zal worden verkregen. Zoo wil
men voor den berm van den Nieuwen weg
f6 geven, voor de berm van het Kerk-
huisje tot het raadhuis f 20, voor dat
om de oude Centrale f 4 en langs het
Blok f8.
Wordt besloten alle perceelen voor
den tijd van 6 jaar voor deze prijzen
te verhuren.
5. Ontwerp-verordeningen en instruc
ties ter uitvoering van de Vleeschkeu-
ringswet, Staatsblad 1919 no. 524.
Wordt besloten in geheime vergade
ring te behandelen.
6. Voorstel van Burg. en Weth. tot
inwilliging van het verzoek van Mevr.
Wed. A. W.J. van Iersel, om vergunning
tot het dempen van een gedeelte sloot
aan de Achterstraat.
Conform het voorstel van Burg. en
Weth. wordt besloten.
7. Voorstel van Burg. en Weth tot
verkoop van den ondergrond van het
brandspuithuis -op ,het Veer aan G. A.
Simonis en J. J. 'Simonis.
De Voorzitter deelt mede dat dit
huisje bij den laatsten storm zeer veel
heeft geleden en dat het zeer veel zal
kosten ^als dit moet worden opgebouwd.
Wordt het afgebroken, dan heeft men
de beschikking over een klein hoekje
grond, waarvoor f 750 is geboden. De
opstand blijft dan nog aan de gemeente.
De heer Lankhuijzen kan zich met
het voorstel van Burg. en Weth. vol
komen vereenigen, want de prijs f 25.000
per H A. is buitengewoon.
Met algemeene stemmen wordt het
voorstel van Burg. en Weth. aangenomen.
8. Voorstel van Burg. en Weth. tot
wijziging van de gemeente-begrooting
dienst 1921 en 1922.
Conform het voorstel van Burg. en
Weth. wordt besloten.
De Voorzitter wijst bij de rondvraag
|r op dat de havenkwestie nog niet in
orde is. Leijtens, de aannemer, heeft hij
dezer dagen gezegd dat er geen kwestie
van is dat de f 2500 worden uitbetaald,
zoolang de„zaak niet volkomen in orde
is afgeleverd. Zelfs heeft hij gezegd dat,
wordt het werk niet spoedig afgeleverd,
hij bij deurwaarders exploit daartoe zal
worden gesommeerd en anders het werk
door de gemeente voor zijn rekening zal
worden uitgevoerd.
Leijtens zegt het incident te betreuren
en wijst er op dat dit is gekomen ten
gevolge van handelingen van zijne mede
aannemers. Hij voor zich is wel genegen
om de zaak tot eene goede oplossing
te brengen en wil daartoe gaarne over
gaan, indien de gemeente het arbeids
loon wil uitbetalen, wat ze kan doen
van de som. die hij nog tegoed heeft.
De Voorzitter meent dat daartegen
geen bezwaar kan bestaan.
De heer Dorreboom informeert wat
aan het werk mankeert, waarop de Voor-
De Echo van het Zuiden,
Waalwijksche en Langstraalsehe Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.2G.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
in vier termijnen. Van de zijde der school
besturen is dan ook geen enkel bezwaar
daartegen gemaakt.
van ,J)e Echo van bet Zakten",
„Gy ztJt gisteren ook hier geweest?"
„Ja".
„Madame heeft u hooren bellen en mij
gewekt't Moet dan wel slecht gaan met
de dochter van madame?"
„Zij beeft nog slechts enkele uren te leven.
Madam Lebel was opgestaan en met den
blaker in de hand naar beneden gekomen.
„Hier is een brief voor u, madame," riep
Jeanne haar levendig toe, „een zeer drin
gend schrijven van uw schoonzoon, mijn
heer Lebret."
Madame Lebret nam met een uiterlijk
vol waardigheid den brief aan, verscheurde
de enveloppe en las, zonder eenig teeken van
ontroering te laten blijken.
„Goed," sprak zij dan koel. „Mijn schoon
zoon heeft het hoofd nedergelegd. Daarop
wachtte ik!... Justine, breng mij mijn klee-
ren, mijn gevoerden mantel en maak y ook
gereed. Wij zullen met den laatsten trein
naar Parijs vertrekken. Ik zal mijne dochter
niet laten sterven, zonder haar alvorens te
hebben opgezocht."
Dan voegde zij er bij, zich tot de brood
draagster wendend:
„Wacht mij hier. Het zal niet lang duren.
En de oude dame ging zich gereedmaken.
Op de villa van den maire had Lucia spoe
diger gedaan dan zij had durven hopen.
Mevrouw trappelde van ongeduld.
„Het is klaar, mevrouw,zeide het jon
ge meisje „en het is nog vijf minuten voor
elf uur."
„Kom. spoed u wat met het aankleeden!"
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per reuel.
By contract flink rabat.
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
Lucia liet zich dit geen tweemaal zeggen.
De tyd snelde vooruit en voor niets ter
wereld zou zy den trein van twaalf uur
hebben willen missen.
Het was echter geen eenvoudige zaak om
deze mevrouw te kleeden. Hier moest nog
een plooitje gelegd, daar een ander wegge
nomen en ginds weer een bloem verplaatst
worden, zoodat er geen einde aan het werk
scheen te komen.
Eindelijk na vijfentwintig minuten ver
klaarde zij zich tevreden en betuigde Lucia
hare erkentelijkheid met de volgende woor
den:
„Ik dacht dat gij nooit zoudt zijn gereed
gekomenEindelijk is er dan toch een einde.
Gij kunt gaan, Juffrouw, ik houd u niet
langer tegen... Goeden avond
„Goeden avond mevrouw!"
Lucia vertrok.
Zij had nog veertig minuten tijd om het
station te bereiken, veel meer dan zij noo-
dig had.
Nochtans spoedde zy zich met versnelden
stap vooruit. Het meisje was niet gerust. Zy
volgde het pad langs de heg aan de over
zijde van de spoorbaan en wierp vaak een
angstigen blik in de verte voor zich uit.
Ovidius hoorde haar aankomen.
Spoedig haalde hij het mes, dat wij ken
nen uit den zak, trok den stop van de punt
en plaatste zich in positie, om in staat te
zijn zich ijlings op het arme meisje te kun
nen werpen, op dezelfde wijze als .de tijger
zijn prooi bespringt.
„Zij moet het toch zijndacht hij, vruch
teloos trachtend met den blik de duisternis
te doorboren.
Lucia naderde meer en meer.
Eindelijk herkende haar Ovidius.
Thans ook weer had zij de kartonnen doos
van mevrouw Augustine in de hand.
Twee i drie seconden verliepen er.
Het jonge meisje had haren bespieder be
reikt.
VIJF EN DERTTGSTE HOOFDSTUK.
Ovidius sprong ensklaps toe, stond met
opgeheven arm in 't midden van den weg,
en alvorens Lucia het verschrikkelijke ge
vaar bemerkt bad, dat haar bedreigde, stort
te zy, door het wapen van den ellendeling
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEK6RTNG OP H£TLEVEN
getroffen, een smartelijken kreet slakend,
ten gronde.
De moordenaar bukte, verhief dan nog
maals den arm en bracht het arme kind een
tweeden steek toe; doch het mee stiet dit
maal op eenig hard voorwerp af en brak in
twee stukken.
„Dat is niets mompelde de bandiet zy zal
er wel genoeg van hebben."
En ziende dan, dat Lucia een horloge
droeg met gouden ketting, eigende hy zich
deze voorwerpen toe, zoowel als de porte-
monnaie, die hy 't meisje uit den zak haal
de.
„Dit zaakje zal wel op rekening geschoven
worden vun de dieven, die de streek tegen
woordig min of meer onveilig maken," zoo
dacht Ovidius, opstaande.
Dan haastte hy zich vooruit, den weg op
dien de brooddraagster korte oogenblikken
te voren gevolgd had.
Eensklaps vertraagde hy den stap en
stond stil met alle aandacht het oor leenend.
Er werd op zachten toon gesproken op
cenigen afstand van hem. Drie personen
volgden daar hun weg in de duisternis.
Ovidius verliet haastig het gebaande pad,
liep het bebouwde land op en haastte zich
zoo snel vooruit als zyn beenen hem dragen
konden terwijl hy het heft wegwierp van
het gebroken mes, dat hy nog steeds in de
hand hield.
Het waren drie vrouwen, die hy gehoord
had, Jeanne Fortier, madame Lebel en hare
dienstmeid.
„Ik verzeker u, madame," zeide Jeanne,
„dat ik een angstkreet gehoord heb aan de
zijde van het spoor, daar ginds, tegenover
onsEen vreeselijke kreet, madame, den
angstkreet van een stervende!"
„Welicht hebt gy u vergist," antwoordde
de oude dame, die nog al hardhoorig was.
„O, neenIk heb het zeer goed gehoord I"
„De stoomfluit van een machine mis
schien."
Op dat oogenblik nam Ovidius de vlucht
over velden en akkers.
„KykKykMadamehernam zy haas
tig, den arm uitstrekkend. „Daar is iemand
die ons gezien heeft, en thans de vlucht
neemt!... Er is hier een misdaad gepleegd!
Wat ik gehoord heb was wel een doods
kreet!"
En de brooddraagster liet) haastig vooruit
Madame Lebel en hare meid volgden met
gewonen stap.
Zy kwam by het boschje populieren, de
plaats waar het vreeselijke drama was af
gespeeld, dat onze lezers hebben bygewoond.
Eensklaps stond zy stil, terwijl een vree
selijke rilling haar over de leden liep.
Op den grond aan hare voeten zag zy een
lichaam uitgetrekt liggen, zonder eenige be
weging.
Haastig bukte zy zich, en hare blikken
ontmoetten de ledige doos, die Lucia uit de
handen had laten vallen.
Op dat oogenblik rilde haar lichaam
koortsachtig van het hoofd tot de voeten.
Een vreeselijke gedachte maakte zich
van haar meester.
Zy herinnerde zich dat Lucia daags te
voren op dezen weg ontmoet en toen de ver
zekering uit haren mond ontvangen te heb
ben, dat zy <}es anderen daags met een bal-
costuum naar Bois-Colombes moest gaan.
Waanzinnig van angst en schrik en het
hart bekneld knielde de brooddraagster ne
der en lichtte het hoofd van de ongelukkige
op, die daar voor haar op den grond lag uit
gestrekt.
Een doffe zucht, door een kreet van af
grijzen gevolgd, ontsnapte aan hare lippen.
zy had Lucia herkend.
„Wat is er dan?" vroeg madame Lebel,
die thans ook de plaats bereikt had.
„Eene misdaadEene misdaadIk zeide
het u welantwoordde Jeanne, ten prooi
aan de grootste ontsteltenis... „zy is dood,
vermoord door den ellendeling, die zooeven
wegvluchtte!... Lucia!... Liefste Lucia!...
Arm kind
En de weduwe van Pierre Fortier bracht
snikkend de handen der ongelukkige naai
ster aan hare lippen en bedekte die met
kussen en tranen.
Madame Lebel en hare meid waggelden
van schrik bevangen, op de beenen.
„Kent gy dan de ongelukkige?" hernam
de oude vrouw.
Jeanne hoorde niet wat haar gevraagd
werd.
Zy richtte het onbeweeglijke lichaam op
en drukte het liefderijk aan hare borst.
Eensklaps voelde zjj een warm vocht op
hare handen.
„Het bloed vloeit!" sprak zy liare rood
geverfde handen op het hart van het jonge
meisje leggendHaar hart klopt!" ging
zy met een vreugde kreet voort. „Zy leeft
nog!... Myn God! Heer mijn God, wees ge
zegend
En de brooddraagster voegde er by, zich
tot madame Lebel wendend:
„Uwe dochter wacht u... Zorg dat gy den
trein niet mist.... Ga spoedig door! Doch ik
smeek er u om, waarschuw iemand aan het
station van Bois-Colombes, opdat men my
hulp zende om dit arme kind te redden. Ik
zal haar niet verlaten."
„Goed, ik zal er voor zorgen. Maar, nog
eens, kent gy haar dan?"
„Of ik haar ken?" riep Jeanne uit, wier
tranen weder overvloedig vloeidenJa,
zeker ken ik haar, en ik bemin het meisje,
alsof het myn eigen kind was
Kom, madame, kom spoedig," sprak daar
op de meid van madame Lebel„wij zullen
den tTein nog missen zoo wij ons niet hans-
ten."
En hare meesteres by de hand nemend,
trok zy de oude vrouw voort.
Zy bereikten het station, bygend van ver
moeidheid en ontsteltenis, enkele minuten
voor het vertrek van den treiu.
Twee gendarmen hadden daar dienst.
„Myne heeren," zeide hun Je oude vrouw,
diep ademhalend. „Er is eene misdaad be
gaan
„Eene misdaad?" herhaalde de brigadier.
„Waar?"
„Op den weg langs de spoorlijn St. Ger
main."
„Eu wat is er gebeurd?"
„Er is een jong meisje vermoordwy
hebben eene vrouw by haar achtergelaten,
die my vergezelde, eene vrouw die haar
kent"
„Is het meisje dood?"
„zy is buiten kennis en verliest veel
bloed."
„wyst my de juiste plaats aan."
„Naby het voetpad, dat door de akkers
loopt, by een klein boschje populieren."
„Genoeg. Dat weet ik... wy gaan er on
middellijk heen."
(Wordt vervolgd),